INSTRUMENTEN, SCHAKELAARS EN BEDIENING
||
Symbool
Betekenis
Rijbaanassistent
Wit symbool: Rijbaanassistent aan
en wegbelijning is waargenomen.
Grijs symbool: Rijbaanassistent aan
en wegbelijning is niet waargeno-
men.
Geel lampje: Rijbaanassistent
waarschuwt/grijpt in.
Rijbaanassistent en regensen-
sor
Wit symbool: Rijbaanassistent aan
en wegbelijning is waargenomen.
De regensensor is aan.
Grijs symbool: Rijbaanassistent aan
en wegbelijning is niet waargeno-
men. De regensensor is aan.
Waarschuwing voor portier, motorkap,
achterklep en tankvulklep
Als een portier, motorkap, achterklep of tankvul-
klep niet goed dichtstaat, gaat het informatie- of
waarschuwingssymbool op het bestuurdersdis-
play branden in combinatie met een grafische
voorstelling.
100
Gerelateerde informatie
•
Bestuurdersdisplay (p. 95)
•
Waarschuwingssymbolen op bestuurdersdis-
play (p. 100)
•
Portier- en gordelwaarschuwing (p. 66)
Waarschuwingssymbolen op
bestuurdersdisplay
De waarschuwingssymbolen attenderen u erop
dat de bijbehorende belangrijke functies/syste-
men ingeschakeld zijn of dat er ernstige storin-
gen of gebreken zijn opgetreden.
WAARSCHUWING
Als de remvloeistof onder het MIN-niveau in
het remvloeistofreservoir ligt, mag u pas ver-
der rijden als de remvloeistof is bijgevuld.
Het remvloeistofverlies moet door een werk-
plaats worden gecontroleerd. Volvo adviseert
u daarvoor contact op te nemen met een
erkende Volvo-werkplaats.
WAARSCHUWING
Als de rem- en ABS-symbolen tegelijkertijd
branden, bestaat de kans dat de achtertrein
bij krachtig afremmen slipt.