KLIMAAT
||
Vanaf de achterbank
Temperatuurregeling op klimaatpaneel achter op tunnel-
console.
–
<
>
Druk op de
/
-knoppen voor de linker of
rechter zone in het klimaatregelingspaneel
achter op de tunnelconsole om de tempera-
tuur in stapjes te verhogen of te verlagen.
> De temperatuur wordt aangepast, waarna
het scherm van het klimaatpaneel de
ingestelde temperatuur aangeeft.
N.B.
Het is niet mogelijk om het opwarmen/afkoe-
len te versnellen door een hogere/lagere
temperatuur te kiezen dan die eigenlijk
gewenst is.
190
Gerelateerde informatie
•
Klimaatregelingsbediening (p. 184)
•
Klimaatregelingsbediening op het midden-
display (p. 184)
•
Klimaatregelingsbediening achter op de tun-
nelconsole (p. 186)
•
Gevoelstemperatuur (p. 181)
Ventilatorstand regelen
De ventilator kan op zeven verschillende automa-
tische ventilatorstanden worden ingesteld. De
ventilatorstand kan voor de voor- en achterstoe-
len apart worden ingesteld.
Ventilatorstand voorin regelen
Ventilatorstandknoppen op klimaatscherm.
1. Open het klimaatscherm op het middendis-
play.
2. Druk op de gewenste ventilatorstand:
1
-
5
of
Max
.
> De ventilatorstand wordt aangepast,
waarna de knop voor de gekozen stand
gaat branden.
Off
,