Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Brandmodusfunctie; Brandmodusconfiguratie - Danfoss VLT AQUA Drive FC 202 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AQUA Drive FC 202:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
Alarmen die van invloed zijn op de garantie (zie parameter 24-09 Alarmafh. brandmodus).
Calamiteitenmodus ingeschakeld.
Calamiteitenmodus uitgeschakeld.
Alle andere alarmen die optreden terwijl de calamiteitenmodus is ingeschakeld, worden op de normale wijze gelogd.
3
3
LET OP
Tijdens calamiteitenmodusbedrijf worden alle stopcommando's naar de frequentieregelaar genegeerd, inclusief vrijloop/
vrijloop geïnverteerd en externe vergrendeling. Als uw frequentieregelaar echter is uitgerust met de functie Safe Torque
Off, blijft deze functie actief.
LET OP
Bij gebruik van de live-zerofunctie in de calamiteitenmodus is die functie ook actief voor analoge ingangen die niet
worden gebruikt voor het setpoint/de terugkoppeling van de calamiteitenmodus. Als de terugkoppeling voor een van
die andere analoge ingangen verloren zou gaan, bijvoorbeeld doordat een kabel verbrandt, dan zal de live-zerofunctie
in werking treden. Als dat niet wenselijk is, moet de live-zerofunctie voor die andere ingangen worden uitgeschakeld.
Stel in parameter 6-02 Live zero time-outfunctie brandmodus in welke live-zerofunctie actief moet zijn wanneer er tijdens
de calamiteitenmodus een signaal ontbreekt.
Een waarschuwing voor live zero heeft een hogere prioriteit dan de waarschuwing Brandmodus.
LET OP
Wanneer het commando [11] Start omkeren wordt ingesteld voor een digitale ingang in parameter 5-10 Klem 18 digitale
ingang, interpreteert de frequentieregelaar dat als een omkeercommando.

24-00 Brandmodusfunctie

Option:
[0]
Uitgesch.
*
[1]
Ingesch.
[2]
Ingesch. -
omker.
[3]
Ingesch. - vrijl. In deze modus is de uitgang
[4]
Ingesch. -
norm/omk.
240
®
VLT
AQUA Drive FC 202
Functie:
LET OP
Bij bovenstaande instellingen
worden alarmen geactiveerd of
genegeerd op basis van de
instelling in
parameter 24-09 Alarmafh.
brandmodus.
De calamiteitenmodusfunctie is niet
actief.
In deze modus blijft de motor
rechtsom werken. Werkt alleen bij
een regeling zonder terugkop-
peling. Stel
parameter 24-01 Brandmodusconfi-
guratie in op [0] Geen terugk.
In deze modus blijft de motor
linksom werken. Werkt alleen bij
een regeling zonder terugkop-
peling. Stel
parameter 24-01 Brandmodusconfi-
guratie in op [0] Geen terugk.
uitgeschakeld en kan de motor
vrijlopen tot stop.
Danfoss A/S © 05/2018 Alle rechten voorbehouden.

24-01 Brandmodusconfiguratie

Option:
Functie:
LET OP
Stel parameter 24-09 Alarmafh.
brandmodus in op [2] Uitsch
alle alarm - test voordat u de
PID-regelaar instelt.
LET OP
Als parameter 24-00 Brandmo-
dusfunctie is ingesteld op [2]
Ingesch. - omker., kan
parameter 24-01 Brandmodus-
configuratie niet worden
ingesteld op [3] Met terugk.
[0]
Geen terugk.
Wanneer de calamiteitenmodus
*
actief is, draait de motor met een
vast toerental op basis van een
ingestelde referentie. Als eenheid
wordt de geselecteerde eenheid in
parameter 0-02 Eenh. motortoerental
gebruikt.
[3]
Met terugk.
Wanneer de calamiteitenmodus
actief is, regelt de ingebouwde PID-
regelaar het toerental op basis van
het setpoint en een terugkoppe-
lingssignaal dat is geselecteerd in
parameter 24-07 Bron terugk.
brandmodus. Selecteer de eenheid
MG20OB10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave