292 Multimediasysteem
Op het multimediasysteem
#
ren.
Apparaat is reeds verbonden
Automatisch verbinden: In de lijst een WiFi-
#
netwerk markeren.
¥
Automatisch verbinden
#
O.
Verbinden: In de lijst een WiFi-netwerk mar‐
#
keren.
¥
Verbinden
selecteren.
#
De verbinding wordt opnieuw opgebouwd.
Deze functies zijn mogelijk als het apparaat
reeds met het WiFi-netwerk verbonden werd.
Wifi-hotspot instellen
Voorwaarden
Voor de verbinding met een druk op de
R
toets: Deze functie is alleen beschikbaar bij
een wifi-frequentie van 2,4 GHz.
Verder
selecte‐
Multimediasysteem:
Systeem
4
Multimediasysteem als wifi-hotspot configu‐
reren
%
De beschikbaarheid van deze functie ver‐
schilt per land.
inschakelen
Het type verbindingsopbouw is afhankelijk van
het te verbinden apparaat. De functie moet door
het multimediasysteem en door het te verbinden
apparaat worden ondersteund. Het type verbin‐
dingsopbouw moet op het multimediasysteem
en op het te verbinden apparaat zijn geselec‐
teerd.
Hotspot instellen
#
Apparaat met hotspot in de auto verbinden
#
markeren.
WPS PIN genereren
¥
#
selecteren.
De pincode die op het mediadisplay wordt
#
weergegeven, op het te verbinden apparaat
invoeren en bevestigen.
ö Connectiviteit
5
selecteren.
Via WPS PIN Generatie verbinden
Via WPS PIN verbinden
¥
Via WPS PIN Invoer verbinden
#
ren.
WPS PIN invoeren
selecteren.
#
De pincode die op het display van het
#
externe apparaat wordt weergegeven, in het
multimediasysteem invoeren.
Verder
selecteren.
#
Via een druk op de toets verbinden
¥
Via WPS PBC verbinden
#
De WPS-toets op het te verbinden apparaat
#
indrukken of
Verbinden
selecteren.
Op het multimediasysteem
#
ren.
Via beveiligingssleutel verbinden
Apparaat met hotspot in de auto verbinden
#
selecteren.
Er wordt een beveiligingssleutel weergege‐
ven.
selecte‐
selecteren.
Verder
selecte‐