Inhoudsopgave
Advertenties
146 Klimaatregeling
9
g Luchtrecirculatie in- of uitschakelen
(
pagina 148)
/
A
Auto's met aircobedieningseenheid THER‐
MATIC: ¿ A/C-functie in- of uitschakelen
(
pagina 146)
/
Auto's met aircobedieningseenheid THER‐
MOTRONIC: _ Luchtverdeling instellen
rechts
B
w Temperatuur passagierszijde instellen
Bedieningseenheid achterin bij auto's met
aircobedieningseenheid THERMOTRONIC
1
Temperatuur instellen
2
Display
3
Luchthoeveelheid instellen
Temperatuurregelsysteem bedienen
Klimaatregeling in- en uitschakelen
Inschakelen: De luchthoeveelheid met de
#
toets H in de stand 1 of hoger instellen.
Uitschakelen: De luchthoeveelheid met de
#
toets H in de stand 0 instellen.
%
Als de klimaatregeling is uitgeschakeld, kun‐
nen de ruiten sneller beslaan. De klimaatre‐
geling slechts kortstondig uitschakelen.
A/C-functie via aircobedieningseenheid in- of
uitschakelen
De A/C-functie verwarmt, koelt en droogt de
interieurlucht van de auto.
De toets ¿ indrukken.
#
De A/C-functie slechts kortstondig uitschakelen,
omdat anders de ruiten sneller beslaan.
Aan de onderzijde van de auto kan tijdens het
koelen condenswater naar buiten komen. Dat is
geen teken van een defect.
A/C-functie via multimediasysteem in- of uit‐
schakelen
Multimediasysteem:
Voertuig
b Klimaatregeling
4
5
A/C
5
De A/C-functie verwarmt, koelt en droogt de
interieurlucht van de auto.
Advertenties
Inhoudsopgave
