Stoel- en buitenspiegelinstellingen oproepen
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 55 en volg deze op.
Via de geheugentoets oproepen
›
Geheugen-tipautomaat: De gewenste geheugentoets
pagina 57 kort indrukken. De stoel en de buitenspiegels worden automatisch in
de opgeslagen stand gezet (dat geldt alleen als het contact is ingeschakeld en
de snelheid lager dan 5 km/h is).
›
Geheugentoetsen: De gewenste geheugentoets
drukt houden, tot de stoel en de buitenspiegels in de opgeslagen stand staan.
Via de sleutel met radiografische afstandsbediening oproepen
›
Als het bestuurdersportier gesloten en het contact uitgeschakeld is, toets
de sleutel met radiografische afstandsbediening kort indrukken en vervolgens
het bestuurdersportier openen.
De stoel en de buitenspiegels gaan nu automatisch naar de opgeslagen stand.
Buitenspiegelinstelling voor het achteruitrijden oproepen
›
Voor het inschakelen van de achteruitversnelling de draaiknop voor de buiten-
spiegelinstelling in de stand
» pagina 52
›
De achteruitversnelling inschakelen.
De spiegel keert weer terug naar de oorspronkelijke stand als de draaiknop vanuit
stand in een andere wordt gezet of als de snelheid hoger dan 15 km/h is.
Noodonderbreking
De verstelling van de stoelen en buitenspiegels kan zo nodig worden onderbro-
ken door op een willekeurige toets van de bestuurdersstoel te drukken.
58
Bediening
» Afbeelding 42
op
B
indrukken en zolang inge-
B
draaien.
Stoelverwarming
Afbeelding 43 Regelaar voor verwarming van de voorstoelen / zitplaatsen
op
achterin
De rugleuningen en zittingen van de voorstoelen en de beide buitenste zitplaat-
sen achterin kunnen elektrisch worden verwarmd.
›
Door op het vlak van de regelaar bij het symbool resp.
te drukken, kan de stoelverwarming van de bestuurders- en bijrijdersstoel wor-
den ingeschakeld en geregeld.
›
Door de regelaar
resp.
ming van de linker- resp. rechterzitplaats achterin worden ingeschakeld en ge-
regeld.
Door eenmaal te drukken wordt de verwarming met de hoogste intensiteit inge-
schakeld - stand 3. Dit wordt aangegeven door drie controlelampjes in de schake-
laar.
Ð
Door nogmaals op de schakelaar te drukken, wordt de verwarmingsintensiteit te-
ruggeregeld tot de verwarming uitschakelt. De verwarmingsintensiteit wordt
aangegeven aan de hand van het aantal brandende controlelampjes in de schake-
laar.
» Afbeelding 43
» Afbeelding 43
- in te drukken, kan de verwar-
-
£