ATTENTIE (vervolg)
Het airbagregelapparaat werkt met sensoren die in de voorportieren zijn
■
aangebracht. Daarom mogen zowel aan de portieren als aan de portierbekle-
dingen geen aanpassingen (bijvoorbeeld inbouwen van extra luidsprekers)
worden uitgevoerd. De hierbij ontstane beschadigingen kunnen de werking
van het airbagsysteem in negatieve zin beïnvloeden. Alle werkzaamheden aan
de voorportieren en de portierbekleding mogen alleen door een ŠKODA er-
kend reparateur worden uitgevoerd.
Tussen de inzittenden en het werkingsgebied van de hoofdairbag mogen
■
zich geen andere personen (bijvoorbeeld kinderen) of dieren bevinden. Boven-
dien mag niemand van de inzittenden tijdens het rijden met het hoofd uit het
raam leunen of armen en handen uit het raam steken.
De zonnekleppen mogen niet in het werkingsgebied van de hoofdairbag
■
naar de zijruiten worden gedraaid, als daaraan voorwerpen zijn bevestigd,
zoals balpennen enzovoorts. Bij het activeren van de hoofdairbags zouden de
inzittenden letsel kunnen oplopen.
Door het aanbrengen van niet daarvoor bedoelde accessoires in het wer-
■
kingsgebied van de hoofdairbags kan bij het activeren van de airbag de be-
schermende werking van de hoofdairbag aanzienlijk worden beperkt. Bij het
ontvouwen van de geactiveerde hoofdairbag zouden daarbij delen van het ge-
monteerde accessoire in het interieur van de wagen gelanceerd kunnen wor-
den en daardoor inzittenden kunnen verwonden
wijzigingen en vervanging van onderdelen.
Airbags buiten werking stellen
Airbags buiten werking stellen
Het buiten werking stellen van de airbags is alleen bedoeld voor bepaalde
situaties, bijvoorbeeld als:
›
een naar achteren gericht kinderzitje op de bijrijdersstoel moet worden gebruikt
(in sommige landen in verband met afwijkende wettelijke bepalingen in rijrich-
ting)
» pagina
139, Veilig vervoer van kinderen,
›
ondanks een correcte instelling van de bestuurdersstoel de afstand van ten
minste 25 cm tussen het midden van het stuurwiel en het borstbeen niet kan
worden aangehouden,
» pagina
181, Accessoires,
Ð
›
in verband met een handicap speciale accessoires in de buurt van het stuurwiel
nodig zijn,
›
andere stoelen worden gemonteerd (bijvoorbeeld orthopedische stoelen zon-
der zij-airbag).
De bijrijdersvoorairbag kan met de sleutelschakelaar buiten werking worden ge-
steld
» pagina
138, Sleutelschakelaar voor bijrijdersvoorairbag.
Wij adviseren, andere airbags zo nodig door een ŠKODA erkend reparateur buiten
werking te laten stellen.
Controle van het airbagsysteem
De actieve staat van het airbagsysteem wordt elektronisch gecontroleerd, ook als
een airbag buiten werking is gesteld.
Als de airbag met een diagnoseapparaat buiten werking is gesteld:
›
Het controlelampje
gaat na het inschakelen van het contact gedurende 4 se-
conden branden en knippert vervolgens nog 12 seconden met intervallen van
2 seconden.
Als de airbag met de sleutelschakelaar in het opbergvak buiten werking is ge-
steld, geldt het volgende:
›
Het airbagcontrolelampje
gaat na het inschakelen van het contact gedurende
4 seconden branden.
›
De buiten werking gestelde airbag wordt aangegeven door het branden van het
controlelampje in het middenstuk van het dashboard
op pagina 138
.
3
Let op
De nationale wettelijke bepalingen voor het buiten werking stellen van de air-
■
bag moeten in acht worden genomen.
Een ŠKODA Servicepartner kan u vertellen, of en welke airbags bij uw wagen
■
buiten werking kunnen resp. moeten worden gesteld.
» Afbeelding 120
Ð
137
Airbagsysteem