Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Als de contactsleutel uit het contactslot wordt getrokken, wordt de auto automa-
tisch weer ontgrendeld. Bovendien kan de wagen door de bestuurder of de bijrij-
der door het drukken op de toets voor de centrale vergrendeling 
worden ontgrendeld.
De portieren kunnen door eenmaal aan de slotgreep van het betreffende portier
te trekken van binnenuit worden ontgrendeld en geopend. Door de eerste keer
trekken aan de slotgreep wordt het portier ontgrendeld. Door de tweede keer
trekken aan de slotgreep wordt het portier geopend.
ATTENTIE
Vergrendelde portieren voorkomen ook het ongewenst binnendringen van
buitenstaanders - bijvoorbeeld op kruisingen. Ze maken het hulpverleners in
geval van nood echter moeilijker in de wagen te komen - levensgevaar!
Let op
Op verzoek kunt u de individuele instellingen bij een ŠKODA Servicepartner la-
ten activeren of zelf met behulp van het informatiedisplay activeren
Instellingen.
Bij een ongeval met geactiveerde airbag(s) worden de vergrendelde portieren
automatisch ontgrendeld om hulpverleners toegang tot de wagen te verschaffen.
In geval van een defect aan de centrale vergrendeling kunt u met de sleutel al-
leen het bestuurdersportier vergrendelen resp. ontgrendelen
andere portieren en de achterklep kunnen handmatig worden ont- resp. vergren-
deld.
Noodvergrendeling van het portier
Noodontgrendeling van de achterklep

Safebeveiliging

De centrale vergrendeling is met een safebeveiliging uitgerust. Als de wagen van
buitenaf wordt vergrendeld, worden de portiersloten automatisch geblokkeerd.
Het controlelampje in het bestuurdersportier knippert circa 2 seconden snel,
daarna begint het gelijkmatig en met langere tussenpozen te knipperen. Met de
portiergreep kunnen de portieren noch van binnenuit, noch van buitenaf worden
geopend. Daardoor wordt het openbreken van de wagen bemoeilijkt.
De safebeveiliging kan door een dubbele vergrendeling binnen 2 seconden wor-
den gedeactiveerd.
28
Bediening
» pagina 29
» pagina
» pagina
29. De
» pagina
32.
» pagina
34.
Als de safebeveiliging wordt gedeactiveerd, knippert het controlelampje in het
bestuurdersportier circa 2 seconden snel, dooft vervolgens en begint na circa
30 seconden weer gelijkmatig met lange tussenpozen te knipperen.
De volgende keer dat de wagen wordt ont- en vergrendeld, is de safebeveiliging
weer geactiveerd.
Als de wagen is vergrendeld terwijl de safebeveiliging gedeactiveerd is, kan het
portier van binnenuit worden ontgrendeld en geopend door aan de slotgreep van
het betreffende portier te trekken. Door de eerste keer trekken aan de slotgreep
wordt het portier ontgrendeld. Door de tweede keer trekken aan de slotgreep
wordt het portier geopend.
ATTENTIE
Bij een van buitenaf vergrendelde wagen met geactiveerde safebeveiliging
mogen geen personen en huisdieren in de wagen achterblijven, omdat van
binnenuit noch de portieren, noch de ruiten kunnen worden geopend. De ver-
grendelde portieren maken het hulpverleners in geval van nood moeilijk in de
wagen te komen - levensgevaar!
16,
Let op
Het alarmsysteem wordt bij het vergrendelen van de wagen ook met de ge-
deactiveerde safebeveiliging ingeschakeld. De interieurbewaking wordt hierbij
echter niet geactiveerd.
Indien na het afsluiten van de wagen de functie safebeveiliging wordt geacti-
veerd, verschijnt de melding CHECK DEADLOCK (LET OP SAFELOCK) op het dis-
play in het instrumentenpaneel. Bij wagens met een informatiedisplay verschijnt
Ð
de melding Check deadlock! Owner's manual! (Let op SAFE-vergrendeling! In-
structieboekje!).
Ð

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave