Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Snelheidsregelsysteem Tijdelijk Uitschakelen; Snelheidsregelsysteem Volledig Uitschakelen - Skoda Octavia 2012 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

Snelheidsregelsysteem tijdelijk uitschakelen

ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 101 en volg deze op.
Het snelheidsregelsysteem wordt tijdelijk uitgeschakeld door schakelaar
beelding 100
op pagina 102 tegen de veerdruk in de stand CANCEL te drukken
resp. door het rem- of koppelingspedaal in te trappen.
De opgeslagen snelheid blijft daarbij in het geheugen bewaard.
Voor het hervatten van de opgeslagen snelheid tuimelschakelaar
ten van het rem- of koppelingspedaal kort in de stand RES drukken.

Snelheidsregelsysteem volledig uitschakelen

ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 101 en volg deze op.
De schakelaar
» Afbeelding 100
A
drukken.
Start-stopsysteem
Het start-stopsysteem ondersteunt u bij het besparen van brandstof en het ver-
minderen van de emissie van schadelijke stoffen en CO
De functie wordt elke keer als het contact wordt ingeschakeld automatisch geac-
tiveerd.
na het losla-
B
op pagina 102 naar rechts in de stand OFF
Afbeelding 101
Toets voor het start-stopsys-
teem
.
2
In de start-stopfunctie wordt de motor bij stilstand van de wagen automatisch af-
gezet, bijvoorbeeld voor een verkeerslicht.
Op het display in het instrumentenpaneel wordt informatie over de actuele status
van het start-stopsysteem weergegeven.
Automatische motoruitschakeling (stop-fase)
» Af-
A
De wagen afremmen tot stilstand (zo nodig de handrem aantrekken).
Uit de versnelling schakelen.
Het koppelingspedaal loslaten.
Automatisch herstarten (start-fase)
Het koppelingspedaal intrappen.
Ð
Start-stopsysteem in- en uitschakelen
Het start-stopsysteem kan in- en uitgeschakeld worden door op de toets
» Afbeelding 101
te drukken.
Bij gedeactiveerde start-stopfunctie brandt het controlelampje in de toets.
Als de wagen bij het handmatig uitschakelen in de stopstand staat, start de mo-
tor direct.
Het start-stopsysteem is zeer complex. Enkele van de procedures zijn zonder de
Ð
juiste documentatie moeilijk te controleren. In het volgende overzicht worden de
randvoorwaarden voor een optimale werking van het start-stopsysteem ge-
noemd.
Voorwaarden voor de automatische motoruitschakeling (stop-fase):
De versnellingshendel staat in de neutraalstand.
Het koppelingspedaal is niet volledig ingetrapt.
De bestuurder heeft de veiligheidsgordel omgegespt.
Het bestuurdersportier is gesloten.
De motorkap is gesloten.
De wagen staat stil.
De af fabriek gemonteerde trekhaak is niet elektrisch met een aanhangwagen
verbonden.
De motor is op bedrijfstemperatuur.
De ladingstoestand van de accu is voldoende.
De wagen staat niet op een helling.
Het motortoerental is lager dan 1200 1/min.
De temperatuur van de accu is niet te laag of te hoog.
De druk in het remsysteem is voldoende.
Het verschil tussen de buitentemperatuur en de ingestelde interieurtempera-
tuur is niet te groot.
£
103
Wegrijden en rijden

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave