Download Print deze pagina

Raymarine a65 Installatie- En Bedieningsvoorschriften pagina 96

Advertenties

7.3 Sonarcontrole
Keuze voor sonartransducer sonarmodule
U dient de sonartransducer en de sonarmodule te
selecteren die u wilt gebruiken in het weergegeven
Fishfinder-toepassingsvenster.
Keuze voor sonarmodule
• Displays met sonar en DownVision
interne sonarmodule.
• U kunt met alle modellen verbinding maken met een
compatibele externe sonarmodule of een interne sonarmodule
gebruiken van een via het netwerk aangesloten display.
• Het sonarkanaal dat u wilt gebruiken moet zijn geselecteerd
vanuit het Fishfinder-menu.
Selectie van transducer
• Displays met sonar kunnen direct worden aangesloten op een
Raymarine- OF een Minn Kota-sonartransducer.
• Displays met DownVision
op Raymarine DownVision
• U kunt met alle modellen een Raymarine-sonartransducer
aansluiten via een compatibele externe sonarmodule.
• Voor alle modellen gebruikt u het menu Instellen transducer
in de Fishfinder-toepassing om de transducer die u wilt
gebruiken te specificeren.
Het sonarkanaal selecteren
Om het kanaal te selecteren dat u wilt weergeven volgt u de
onderstaande stappen
Doe het volgende in de Fishfinder-toepassing:
1. Selecteer Menu.
2. Selecteer Kanaal.
De pagina Kanaalselectie wordt weergegeven.
3. Selecteer het tabblad voor de sonarmodule die u wilt
gebruiken.
Er wordt een lijst weergegeven met de beschikbare kanalen
voor de geselecteerde sonarmodule.
4. Selecteer een kanaal in de lijst.
De Kanaalselectie-pagina wordt gesloten en de
Fishfinder-toepassing geeft nu het geselecteerde kanaal weer.
De sonartransducer selecteren
Doe het volgende in de Fishfinder-toepassing:
1. Selecteer Menu.
2. Selecteer Instellingen.
3. Selecteer Instellen transducer.
4. Selecteer Transducer.
Er wordt een lijst met transducers weergegeven.
5. Selecteer de transducer die u wilt gebruikt.
De snelheidstransducer selecteren
Doe het volgende in de Fishfinder-toepassing:
1. Selecteer Menu.
2. Selecteer Instellingen.
3. Selecteer Instellen transducer.
4. Selecteer Snelheidstransducer.
Er wordt een lijst met transducers weergegeven.
5. Selecteer uw snelheidstransducer in de lijst.
De sonar controleren
Sonarcontroles worden uitgevoerd vanuit de fishfinder-
toepassing.
96
TM
zijn uitgerust met een
TM
kunnen direct worden aangesloten
TM
-transducers.
1. Selecteer een fishfinder-pagina in het Home-venster.
2. Controleer het fishfinder-display.
Wanneer de fishfinder actief is, dient u het volgende te zien:
• Dieptemeting (geeft aan dat de transducer werkt).
De diepte wordt weergegeven in een gegevenskader
linksonder op het scherm.
Als het gegevenskader niet wordt weergegeven, kan het
worden ingeschakeld vanuit het Presentatie-menu: Menu >
Presentatie > Instellingen gegevenskaders.
Kalibratie fishfinder-transducer
De transducer van uw fishfinder dient correct gekalibreerd te
worden om nauwkeurige diepte-uitlezing te kunnen geven.
Het multifunctionele display ontvangt het beeld van een
sonarmodule die de sonarsignalen van een in het water
gemonteerde transducer verwerkt. Als de transducer is uitgerust
met een snelheidsschoep en een temperatuurgevoelige
thermistor, berekent de sonarmodule de snelheid en de
temperatuur. Voor het verkrijgen van nauwkeurige resultaten
kan het nodig zijn de transducer(s) te kalibreren door het
toepassen van offsets voor diepte, snelheid en temperatuur.
Aangezien deze instelling zijn opgeslagen in de sonarmodule
en betrekking hebben op de transducer, worden zij op het hele
systeem toegepast.
Dieptecorrectie
Diepten worden gemeten vanaf de transducer naar de
zeebodem, maar u kunt een correctiewaarde toepassen op de
dieptewaarde, zodat de weergegeven dieptemeting de afstand
tot de zeebodem meet vanaf de kiel of de waterlijn.
Voordat u probeert de kiel- of waterlijncorrectie in te stellen
dient u uit te vinden hoe groot de verticale afstand tussen de
transducer en de waterlijn of de onderkant van de kiel van uw
schip is. Stel vervolgens de juiste correctiewaarde in.
1
1
Waterlijncorrectie
2
Transducer / geen correctie
3
Kielcorrectie
Wanneer er geen correctie is ingesteld geeft de dieptemeting de
afstand weer vanaf de transducer naar de zeebodem.
De dieptecorrectie instellen
Doe het volgende in de Fishfinder-toepassing:
1. Selecteer Menu.
2. Selecteer Instellingen.
3. Selecteer Instellingen transducer.
2
3
a Series / c Series / e Series
D9343--2

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

A65 wifiA67A67 wifiA68A68 wifiE70076 ... Toon alles