Pagina 6
3.2 Montageopties — Axiom ....................46 Montageopties........................46 Beugelmontage (U-beugel)....................47 3.3 Axiom 7 - beugel- en paneelmontage ................48 De beugeladapter verwijderen Axiom™ 7 ................48 Paneel- en vlakke inbouwmontage, alleen Axiom™ 7 ............48 3.4 Paneel- of vlakke inbouwmontage met de montageset voor achterinbouw..... 50 3.5 Montageopties —...
Pagina 7
6.1 Van start gaan ........................80 Compatibele MFD's ......................80 Fysieke knoppen MFD......................80 Axiom en Axiom XL ......................82 Axiom Pro, eS Series en gS Series ..................83 In- en uitschakelen met de stroomonderbreker ..............84 Selectie datamaster bij eerste keer inschakelen ..............84 Opstart-wizard ........................84 Bevestigen gebruiksbeperkingen bij eerste keer inschakelen ...........
Pagina 9
Automatisch route maken....................135 Een route volgen vanaf de start..................136 Een track maken ........................137 Meten...........................137 9.2 Overzicht Cartografie ...................... 138 Ondersteunde kaarten ....................... 139 LightHouse-kaarten ......................140 Versleutelde S-63-kaarten....................142 9.3 SAR-patronen (Search and Rescue, zoeken en redden)..........147 Sector-zoekpatroon ......................
Pagina 10
SonarChart Live inschakelen ....................183 9.14 Integratie van de drone in de kaart ................184 Het Drone-pictogram weergeven of verbergen ..............184 Een Drone Goto uitvoeren....................185 9.15 ClearCruise™ Augmented Reality ..................185 Gezichtsveld ........................185 Hoofdstuk 10 Weermodus.....................187 10.1 Weermodus ........................188 10.2 Weeranimatie ........................189 Hoofdstuk 11 Fishfinder-app ..................
Pagina 11
Zeilwijzers voor laylines..................... 220 Gegevensitems Zeilen ....................... 220 Gegevensitems Start wedstrijd................... 221 Hoofdstuk 14 Yamaha -app...................223 14.1 Overzicht Yamaha -app....................224 Keuze voor de Yamaha -motor-gateway ................224 Vereisten ........................... 225 Bedieningselementen Yamaha -app .................. 225 De gegevenspagina wijzigen .................... 225 14.2 Gegevenspagina's aanpassen ..................225 Hoofdstuk 15 Mercury VesselView-app ..............
Pagina 12
21.4 Een Bluetooth-luidspreker koppelen ................269 Bluetooth in- en uitschakelen .................... 269 Hoofdstuk 22 Ondersteuning voor mobiele app ............271 22.1 Raymarine mobiele apps ....................272 Uw MFD bedienen met RayControl ..................272 Uw MFD bedienen met RayRemote ...................273 Uw MFD-scherm bekijken met RayView................274 22.2 Synchroniseren met Fishidy ..................
• Raymarine adviseert de installatie gecertificeerd te laten uitvoeren door een door Raymarine goedgekeurde installateur. Met een gecertificeerde installatie heeft u recht op uitgebreidere garantievoordelen. Registreer uw garantie op de Raymarine-website: www.raymarine.nl/warranty...
Waarschuwing: Veiligheid radartransmissie De radarscanner zendt elektromagnetische energie uit. Zorg ervoor dat alle personen zich op voldoende afstand van de scanner bevinden wanneer de radar uitzendt. Waarschuwing: Sonargebruik • Gebruik de sonar NOOIT wanneer de transducer niet in het water ligt. •...
Elektronische kaartgegevens Raymarine staat niet garant voor de nauwkeurigheid van dergelijke informatie en is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door fouten in de kaartgegevens of informatie die wordt gebruikt door het product en die is aangeleverd door derden. Het gebruik van elektronische kaarten die door derden zijn geleverd valt onder de Licentieovereenkomst voor eindgebruikers (EULA) van de leverancier.
De originele Conformiteitsverklaring kunt u bekijken op de betreffende productpagina op www.raymarine.nl/manuals. Conformiteitsverklaring FLIR Belgium BVBA verklaart dat zenders van het type Axiom Pro multifunctionele displays, onderdeelnummers E70371, E70481, E70372, E70482, E70373, E70483, voldoen aan de Europese richtlijn voor radioapparatuur 2014/53/EU.
Technische nauwkeurigheid De informatie in dit document was bij het ter perse gaan naar ons beste weten correct. Raymarine is echter niet aansprakelijk voor eventuele onnauwkeurigheden of omissies. Daarnaast kunnen specificaties volgens ons principe van continue productverbetering zonder voorafgaande opgave gewijzigd worden.
2.14 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 9+ en Axiom™ 12+ op pagina 32 • 2.15 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 9+ (DISP) en Axiom™ 12+ (DISP) op pagina 33 • 2.16 Meegeleverde onderdelen - Axiom Pro 9 en 12 op pagina 34 •...
Systemen met eS Series- en gS Series-MFD's die zijn geüpgrade van LightHouse 2 naar LightHouse 3 kunnen niet worden geüpdate naar LightHouse 3 versie 3.12. Om Axiom MFD's in dergelijke gemengde systemen te updaten naar versie 3.12, dient u de eS Series- en gS Series-MFD's te verwijderen uit het netwerk waar Axiom MFD's mee zijn verbonden.
• Non-CHIRP-transducers kunnen worden aangesloten met behulp van de beschikbare adapterkabels. Raadpleeg voor een lijst met beschikbare adapterkabels. Raadpleeg de Raymarine®-website voor compatibele transducers: www.raymarine.nl/transducers. Opmerking: Voor Axiom™+-MFD's zonder sonarmodule dient een sonarmodule te worden aangesloten via een netwerk om de sonarfuncties te kunnen gebruiken. Document- en productinformatie...
2.7 Compatibele transducers — Axiom™ Pro MFD's Afhankelijk van uw MFD-model kunt u de volgende typen transducers direct aansluiten op uw MFD: Axiom Pro S: • CPT-S CHIRP-transducers met conische straal die de 9-pins DownVision™-connector gebruiken. Axiom Pro RVX — RV-aansluiting: •...
• RV-412P en RV-412S RealVision™ 3D roestvrijstalen 12° split-pair-transducers met rompdoorvoer (T70450) – RV-412P bakboordtransducer (A80616) – RV-412S stuurboordtransducer (A80617) • RV-420P en RV-420S RealVision™ 3D roestvrijstalen 20° split-pair-transducer met rompdoorvoer (T70451) – RV-420P bakboordtransducer (A80618) – RV-420S stuurboordtransducer (A80619) DownVision™-transducers De transducers die hieronder worden genoemd kunnen direct worden aangesloten op DownVision™...
Pagina 26
• CPT-S kunststof transducer voor spiegelmontage (E70342) • CPT-S kunststof 0° romphoek voor rompdoorvoer (E70339) • CPT-S kunststof 12° romphoek voor rompdoorvoer (A80448) • CPT-S kunststof 20° romphoek voor rompdoorvoer (A80447) • CPT-S bronzen 0° romphoek voor rompdoorvoer (A80446) • CPT-S bronzen 12° romphoek voor rompdoorvoer (E70340) •...
Met de E70364–02 worden ook een DownVision™ CPT-100DVS-transducer en de benodigde bevestigingsmaterialen meegeleverd. Met de E70365–03 worden ook een RealVision™ 3D RV-100-transducer en de benodigde bevestigingsmaterialen meegeleverd. 2.9 Meegeleverde onderdelen - Axiom 7 (DISP) De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70363–DISP, E70364–DISP en E70365–DISP. Document- en productinformatie...
6. M5 vleugelmoeren x 4 Documentatiepakket 8. Voedings-/NMEA 2000-kabel (met 1,5 m (4,92 ft) voedingskabel en 0,5 m (1,64 ft) NMEA 2000-kabel). 2.10 Meegeleverde onderdelen - Axiom 9 en 12 De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70366, E70367, E70368 en E70369.
Met de E70369–03 worden ook een RealVision™ 3D RV-100-transducer en de benodigde bevestigingsmaterialen meegeleverd. 2.11 Meegeleverde onderdelen - Axiom 9 en 12 (DISP) De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70366–DISP, E70367–DISP, E70368–DISP en E70369–DISP. Document- en productinformatie...
8. Voedings-/NMEA 2000-kabel (met 1,5 m (4,92 ft) voedingskabel en 0,5 m (1,64 ft) NMEA 2000-kabel). 2.12 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 7+ De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70634 en E70635. Pak uw product voorzichtig uit, om beschadigingen en verlies van onderdelen te voorkomen.
2000-kabel). Met de E70635–03 worden ook een RealVision™ 3D RV-100-transducer en de benodigde bevestigingsmaterialen meegeleverd. 2.13 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 7+ (DISP) De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70634–DISP en E70635–DISP. Pak uw product voorzichtig uit, om beschadigingen en verlies van onderdelen te voorkomen.
8. DeviceNet naar SeaTalkng ®-adapterkabel 120 mm (4,7 in) 9. Voedings-/NMEA 2000-kabel (met 1,5 m (4,92 ft) voedingskabel en 0,5 m (1,64 ft) NMEA 2000-kabel). 2.14 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 9+ en Axiom™ 12+ De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70636, E70637, E70638 en E70639.
Met de E70639–03 worden ook een RealVision™ 3D RV-100-transducer en de benodigde bevestigingsmaterialen meegeleverd. 2.15 Meegeleverde onderdelen - Axiom™ 9+ (DISP) en Axiom™ 12+ (DISP) De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70636–DISP, E70637–DISP, E70638–DISP en E70639–DISP.
8. M5 vleugelmoeren x 4 9. Voedings-/NMEA 2000-kabel (met 1,5 m (4,92 ft) voedingskabel en 0,5 m (1,64 ft) NMEA 2000-kabel). 2.16 Meegeleverde onderdelen - Axiom Pro 9 en 12 De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70371, E70481, E70372 en E70482.
9. Voedings-/video-/NMEA 0183-kabel 1,5 m (4,92 ft) recht 10. Documentatiepakket 11. RayNet 2 m (6,6 ft) netwerkkabel 12. SeaTalkng ™ naar DeviceNet-adapterkabel 2.17 Meegeleverde onderdelen - Axiom Pro 16 De genoemde onderdelen worden geleverd met de volgende productnummers: E70373 en E70483. Document- en productinformatie...
Pagina 36
Axiom Pro MFD 2. Onderdelen instrumentrand voorzijde en bovenste toetsenbord 3. Paneelmontagepakking 4. Afdekkap 5. Documentatiepakket 6. SeaTalkng ™ naar DeviceNet-adapterkabel Bevestigingen (M4 x 40 cilinderkruisknop x 4, M4 nylock-moer x 4 en M4-ring x 4) 8. Voedings-/video-/NMEA 0183-kabel 1,5 m (4,92 ft) recht 9.
3.1 Een plaats kiezen op pagina 38 • 3.2 Montageopties — Axiom op pagina 46 • 3.3 Axiom 7 - beugel- en paneelmontage op pagina 48 • 3.4 Paneel- of vlakke inbouwmontage met de montageset voor achterinbouw op pagina 50 •...
Dit helpt de kabellengten tot een minimum te beperken. EMC-installatierichtlijnen Apparatuur en accessoires van Raymarine voldoen aan de toepasselijke regels voor (EMC) om elektromagnetische interferentie tussen apparatuur en het effect daarvan op de prestaties van uw systeem te minimaliseren.
Dit is van belang voor het voorkomen van fouten en verlies van gegevens, wat kan optreden als de motor niet met een afzonderlijke accu wordt gestart. • Kabels te gebruiken volgens specificaties van Raymarine. • Kabels niet af te knippen of te verlengen, tenzij dit in de installatiehandleiding nauwkeurig wordt beschreven.
Pagina 40
• Montage benedendeks (bijv. gesloten ruimte): prestaties kunnen minder zijn en het kan nodig zijn om bovendeks een externe antenne of ontvanger te monteren. Deze plaats levert de beste prestaties (bovendeks). Op deze plaats kunnen de prestaties minder zijn. Deze plaats wordt NIET aanbevolen. Scheepsconstructie De constructie van uw schip kan van invloed zijn op de prestaties.
Vereisten voor plaatsing van een touchscreen Opmerking: De prestaties van het touchscreen kunnen worden beïnvloed door de omgeving rond de installatie, met name touchscreen-displays die bovendeks zijn geïnstalleerd, waar ze bloot worden gesteld aan de elementen kunnen de volgende problemen hebben: •...
Afmetingen Axiom 7 - beugelmontage 250,4 mm (9,86 in) 162,5 mm (6,4 in) 76,4 mm (3 in) • Rechte connectoren = 218 mm (8,58 in) • Haakse connectoren = 198 mm (7,79 in) Afmetingen Axiom 7 - paneel- en vlakke inbouwmontage De adapterbeugel gebruiken...
Pagina 43
• Vlakke inbouwmontage = 27,05 mm (1,06 in) maximaal • Rechte connectoren = 218 mm (8,58 in) • Haakse connectoren = 198 mm (7,79 in) 73 mm ( 2,87 in) 132 mm (5,2 in) Afmetingen Axiom 9 en 12 - beugelmontage Installatie...
Pagina 44
178 mm (7,01 in) 19,05 mm (0,75 in) maximaal Opmerking: De beugels voor achtermontage die op de afbeelding te zien zijn, worden meegeleverd met de Axiom™ 9. De beugels die worden meegeleverd met de Axiom™ 12 zien er anders uit.
Pagina 45
Afmetingen Axiom Pro 9 en 12 Axiom Pro 9 Axiom Pro 12 299,32 mm (11,78 in) 358,03 mm (14,1 in) 329,5 mm (12,97 in) 388,5 mm (15,3 in) 186,2 mm (7,33 in) 246,13 mm (9,69 in) 173,79 mm (6,84 in)
118,6 mm (4,67 in) haakse connector 15,2 mm (0,6 in) 207 mm (8,15 in) rechte connector 187 mm (7,36 in) haakse connector 3.2 Montageopties — Axiom Montageopties Uw product kan op verschillende manieren worden gemonteerd, afhankelijk van de vereisten. Beugelmontage 2.
Opmerking: Op de afbeelding is een Axiom™ 7 te zien die is gemonteerd op een kunststof montagebeugel. De montagebeugels die worden meegeleverd met de Axiom™ 9 en de Axiom™ 12 zijn van metaal gemaakt en zien er daarom anders uit dan de U-beugel op de afbeelding.
3.3 Axiom 7 - beugel- en paneelmontage De beugeladapter verwijderen Axiom™ 7 De beugeladapter wordt gemonteerd op de Axiom™ 7 geleverd en kan worden verwijderd zodat de adapter kan worden gebruikt als klem voor paneel- en vlakke inbouwmontage. De adapter moet ook worden verwijderd voordat u de unit installeert met de beugels voor achtermontage of de paneelmontageset.
Pagina 49
1. U gebruikt de mal voor paneel-/vlakke inbouwmontage als richtlijn om het betreffende gat uit het montageoppervlak te zagen. Als u het MFD vlak inbouwt, volgt u ook de informatie over de sponning op de montagemal. 2. Schroef de 4 draadeinden in de achterkant van het MFD. 3.
MFD op een paneel worden gemonteerd of vlak worden ingebouwd met de montageset voor achterinbouw. Voor de Axiom™ 7 MFD, die wordt geleverd met gemonteerde beugeadapter, verwijdert u eerst de beugeladapter van de achterkant van het MFD. 1. U gebruikt de mal voor paneel-/vlakke inbouwmontage als richtlijn om het betreffende gat uit het montageoppervlak te zagen.
3.5 Montageopties — Axiom Pro Montageopties Axiom Pro 9, 12 en 16 kunnen in een paneel worden gemonteerd. De Axiom Pro 9 en 12 kunnen ook met een U-beugel worden gemonteerd. Er zijn ook Legacy MFD-adapterplaten beschikbaar waarmee u oudere MFD's gemakkelijk kunt vervangen door nieuwe Axiom Pro MFD's, raadpleeg voor een lijst met beschikbare adapters.
Paneelmontage Het display kan in een paneel worden gemonteerd. Voordat u de unit monteert dient u ervoor te zorgen dat: • U een geschikte plaats kiest. • U de kabelverbindingen en de plaatsen waar de kabels moeten worden gelegd hebt vastgesteld. •...
Pagina 53
De Home/Menu-knop monteren Volg de onderstaande stappen om de Menu/Home-knop te bevestigen. 1. Schuif het achterplaatje achter de lipjes zoals hieronder te zien is. De onderdelen van de instrumentrand verwijderen Als u het MFD moet verwijderen nadat het is geïnstalleerd, dan dient u de onderdelen van de instrumentrand te verwijderen om toegang te krijgen tot de bevestigingen.
De onderdelen van de instrumentrand moeten nu gemakkelijk loskomen van het display. Montage van de U-beugel Axiom Pro 9 en 12 MFD's kunnen op de meegeleverde U-beugel worden gemonteerd. De beugel kan worden gebruikt om uw MFD op een horizontaal oppervlak te bevestigen.
Hoofdstuk 4: Verbindingen Inhoudsopgave • 4.1 Overzicht aansluitingen op pagina 56 • 4.2 Overzicht aansluitingen (Axiom Pro) op pagina 57 • 4.3 Kabels aansluiten op pagina 60 • 4.4 Voedingsaansluiting Axiom op pagina 60 • 4.5 NMEA 0183-aansluiting op pagina 67 •...
4.1 Overzicht aansluitingen MFD-aansluitingen Netwerkaansluiting — wordt verbonden met een RayNet-netwerk of -apparaat. Zie Reserveonderdelen en accessoires voor de beschikbare kabels. 2. Accessoireaansluiting — wordt verbonden met een kaartlezer op afstand (Remote Card Reader, RCR). 3. Voeding-/NMEA 2000-aansluiting — wordt verbonden met de 12 VDC-voeding of NMEA 2000-/SeaTalkng ®-backbone.
Geen aansluiting — er is een externe sonarmodule vereist voor het aansluiten van een transducer. 2. Aansluiting DV-transducer — wordt verbonden met DownVision™-transducers. 3. Aansluiting RV-transducer — wordt verbonden met RealVision™ 3D-transducers. 4.2 Overzicht aansluitingen (Axiom Pro) Aansluitopties Axiom Pro Wordt aangesloten Connector...
Pagina 58
Wordt aangesloten Connector Connector Geschikte kabels Netwerkverbinding (x RayNet-netwerk of RayNet-kabel met -apparaat female connector Accessoireaansluiting • RCR-SDUSB- Vaste RCR- kaartlezer op afstand SDUSB/RCR-2-kabel • RCR-2-kaartlezer op afstand Voeding-/Video 12/24 VDC-voedings- Voedings-/video- in-/NMEA 0183- /video in-/NMEA 0183 /0183-kabel aansluiting Optioneel RF-aarde van schip, of Raadpleeg sectie voor aardingspunt...
5. De negatieve draad wordt verbonden met de negatieve (-) pool. Voedingsaansluiting Axiom Pro / Axiom XL De voedingskabel moet worden aangesloten op een 12 of 24 VDC-voeding, dit kan door direct aan te sluiten op een accu, of via een distributiepaneel. Het product is beveiligd tegen omgekeerd...
Opmerking: • Axiom Pro-MFD's worden geleverd met een voedingskabel met een rechte connector. • Axiom XL MFD's worden geleverd met een voedingskabel met een haakse connector. De voedings-/video-/NMEA 0183-kabel wordt aangesloten op de achterkant van het MFD. 2. De positieve (rode) draad wordt verbonden met de positieve (+) pool van de accu.
• De juiste waarde voor de thermische stroomonderbreker is afhankelijk van het aantal apparaten dat u aansluit. Wanneer u de te gebruiken waarde niet zeker weet, kunt u contact opnemen met een geautoriseerde Raymarine-dealer. • De voedingskabel van uw product kan zijn voorzien van een vaste inline zekering. Indien dit niet het geval is, dient u een inline zekering in de positieve draad van de voedingsaansluiting van uw product te plaatsen.
Pagina 63
• Aanbevolen wordt de meegeleverde voedingskabel aan te sluiten op een geschikte stroomonderbreker of switch op het distributiepaneel van het schip, of een standaard voedingsdistributiepunt. • Het distributiepunt dient te worden gevoed vanaf de primaire voedingsbron van het schip met een 8 AWG (8,36 mm ) kabel.
Pagina 64
• Als u de voedingskabel voor uw product wilt verlengen, dient u de adviezen over de speciale Verlengkabels voeding uit de productdocumentatie in acht te nemen. Waterdichte zekeringhouder waarin een inline zekering met de juiste waarde moet zijn aangebracht. Voor de juiste waarde voor de zekering, zie: Waarden inline zekeringen en thermische stroomonderbrekers.
Belangrijk: Houd er rekening mee dat sommige producten in uw systeem (zoals sonarmodules) op bepaalde momenten spanningspieken kunnen veroorzaken die van invloed kunnen zijn op de spanning die beschikbaar is voor andere producten. Belangrijk: Om er zeker van te zijn dat voedingskabels (inclusief verlengkabels) dik genoeg zijn, controleert u of er een continue minimale spanning van 10,8 V DC is aan het einde van de kabel waar het de voedingsaansluiting van het product binnen gaat, zelfs wanneer de batterij leeg is met een spanning van 11 V DC.
Aarden — optionele speciale afvoerdraad Frequenties die worden uitgezonden door apparatuur zoals geschakelde voedingen of MF/HF-zenders etc. kunnen interferentie veroorzaken bij het touchscreen, of bij vegen voor het in- en uitschakelen van uw MFD. Als u problemen hebt met de werking van het touchscreen of met vegen voor het in- en uitschakelen van het MFD, kan het aanbrengen van een extra speciale aardingsdraad het probleem oplossen.
Verwijzingen • ISO10133/13297 • BMEA-praktijkcode • NMEA 0400 4.5 NMEA 0183-aansluiting NMEA 0183-apparaten kunnen worden aangesloten op uw MFD met behulp van de NMEA 0183-draden van de meegeleverde voedings- en gegevenskabel. Er zijn 2 NMEA 0183-poorten beschikbaar: • Poort 1: invoer en uitvoer 4.800 of 38.400 baud. •...
4.6 Aasluiting NMEA 2000 (SeaTalkng ®) Het MFD kan gegevens verzenden naar en ontvangen van apparaten die zijn aangesloten op een compatibel CAN-busnetwerk waarop het MFD ook is aangesloten. Het MFD is verbonden met de backbone met een DeviceNet-connector op de voedings-/NMEA 2000-kabel. De voedngs-/NMEA 2000-kabel wordt aangesloten op de achterkant van het MFD.
Als uw MFD over een ingebouwde sonarmodule beschikt, kunt u een transducer aansluiten op uw MFD. Opmerking: Raadpleeg 2.5 Compatibele transducers voor Axiom™ MFD's voor meer informatie over compatibele transducers voor uw MFD-model. 2. Er zijn transducerverlengkabels beschikbaar. 3. MFD's die niet over een ingebouwde sonarmodule beschikken kunnen worden verbonden met een transducer via een externe CPxxx -serie-sonarmodule.
– 1 x 25-pins connector — aansluiten op transduceradapterkabel A80490, de adapterkabel kan vervolgens worden aangesloten op een CPT-S-serie transducer. Opmerking: Alleen CPT-S-serie transducers kunnen worden aangesloten op Axiom Pro S MFD-modellen. 2. Er zijn transducerverlengkabels beschikbaar. 3. Er zijn ook adapterkabels beschikbaar waarmee verschillende transducers kunnen worden...
A80484 Axiom DV naar 7-pins embedded-transduceradapter A80485 Axiom DV naar 7-pins CP370 transduceradapter A80486 Axiom DV naar 9-pins DV & 7-pins embedded transducers met Y-kabel A80487 Axiom DV naar 9-pins DV & 7-pins CP370 transducers met Y-kabel Axiom RV-adapterkabels A80488...
De GA150 (A80288) kan worden gebruikt voor het verbeteren van de ontvangst van de GNSS-ontvanger van uw MFD. Voor meer informatie over de installatie raadpleegt u de documentatie die met uw GA150 is meegeleverd. Opmerking: De GA150 is alleen compatibel met Axiom Pro- en Axiom XL-MFD's.
4.13 Accessoireaansluiting De RCR-SDUSB, RCR-1, Micro USB-verlengkabel, of RCR-2 (afzonderlijk verkrijgbaar) kunnen op uw MFD worden aangesloten met behulp van de accessoireaansluiting. RCR-aansluiting Voor de onderstaande functies dient een kaartlezer te zijn aangesloten op uw MFD: • gebruik van elektronische cartografie — cartografie kan ook worden gedeeld van een via het netwerk verbonden MFD waarop geen kaartlezer is aangesloten.
Sluit GEEN apparaten waarvoor een externe voeding nodig is aan op de USB-aansluiting van het product. 4.14 Analoge videoaansluiting Axiom Pro Analoge videobronnen zoals een thermische of beveiligingscamera kunnen op uw MFD worden aangesloten met behulp van de BNC-connector van de meegeleverde voedings-/video-/NMEA 0183-kabel.
Hoofdstuk 5: Uw display onderhouden Inhoudsopgave • 5.1 Service en onderhoud op pagina 76 • 5.2 Reinigen van het product op pagina 76 Uw display onderhouden...
5.1 Service en onderhoud Dit product bevat geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden gerepareerd. Neem voor alle onderhoud en reparaties contact op met een geautoriseerde Raymarine-dealer. Door ongeautoriseerde reparaties kan uw garantie komen te vervallen. Waarschuwing: Hoogspanning Dit product staat onder hoogspanning. Voor aanpassingen zijn speciale onderhoudsprocedures en -gereedschappen vereist waar alleen gekwalificeerde onderhoudstechnici beschikking over hebben.
1. Schakel de voeding naar het display uit. 2. Reinig het scherm met een mild schoonmaakmiddel en een schone, pluisvrije doek om alle vuildeeltjes en zoutafzettingen te verwijderen. 3. Spoel het scherm af met schoon, zoet water om achtergebleven schoonmaakmiddel te verwijderen.
Hoofdstuk 6: Instellen Inhoudsopgave • 6.1 Van start gaan op pagina 80 • 6.2 Snelkoppelingen op pagina 93 • 6.3 Compatibele geheugenkaarten op pagina 94 • 6.4 Software-updates op pagina 97 • 6.5 Videocursussen op pagina 98 Instellen...
Opmerking: • Wanneer er 2 knopsymbolen staan vermeld, dan zijn de symbolen aan de linkerkant van Axiom™ Pro MFD's of RMK-10-toetsenborden en zijn de symbolen aan de rechterkant van eS Series MFD's of RMK-9-toetsenborden. • Axiom-MFD's en gS Series-MFD's hebben slechts één aan/uit-knop.
Pagina 81
Bediening Knop Functie Kort indrukken om een waypoint te Waypoint/MOB plaatsen op de locatie van uw schip. Lang indrukken activeert het Man Overboord-alarm (MOB). Indrukken om het MFD in te schakelen. Aan/uit Wanneer het MFD is ingeschakeld, wordt door het indrukken van deze knop de pagina met snelknoppen geopend.
Draai rechtsom om in te zoomen en Draaiknop linksom om uit te zoomen. Opmerking: • De door de gebruiker programmeerbare knop (UPB) is alleen beschikbaar op Axiom™ Pro MFD's. • Vegen aan/uit is alleen beschikbaar op Axiom™ MFD's. Axiom en Axiom XL...
Als dit een probleem is, trekt u de voedingsstekker eruit of schakelt u de unit uit via de stroomonderbreker. Axiom Pro, eS Series en gS Series Het display inschakelen 1. Druk op de aan/uit-knop om het display in te schakelen.
2. Op de pagina met snelknoppen druk u op het aan/uit-pictogram en houdt u deze ongeveer 2 seconden vast. U kunt ook de aan/uit-knop indrukken en ongeveer 6 seconden ingedrukt houden om uw display uit te schakelen. Opmerking: Wanneer de unit is uitgeschakeld, neemt deze nog steeds een klein beetje stroom af van de accu.
Bevestigen gebruiksbeperkingen bij eerste keer inschakelen Nadat u de Opstart-wizard hebt uitgevoerd, wordt de disclaimer voor de gebruiksbeperkingen (Limitation on Use, LoU) weergegeven. U dient de voorwaarden te lezen en ermee akkoord gaan om het MFD te kunnen gebruiken. Wanneer u OK selecteert, betekent dit dat u de gebruiksvoorwaarden hebt geaccepteerd. Databronmenu Indien een systeem meerdere bronnen heeft voor een met MDS compatibel gegevenstype, kiest het systeem de meest geschikte bron voor de gegevens.
Wanneer u een CHIRP- of non-CHIRP-transducer gebruikt met hoog vermogen (meer dan 600 W) en aangesloten op de 1 kW-transducerconnector op een Axiom™ Pro MFD of RVX1000-sonarmodule, is de regelaar voor de Grenswaarde ping-diepte beschikbaar in het instellingenmenu voor de...
Belangrijk: • De Grenswaarde ping-diepte zou alleen moeten worden ingeschakeld indien u problemen ervaart bij het opnieuw ophalen van dieptemetingen, nadat dieptemetingen van de sonar verloren zijn gegaan. • Nadat Grenswaarde ping-diepte is ingeschakeld en u op water vaart dat dieper is dan de gespecificeerde grenswaarde, kan de Fishfinder-app/transducer geen dieptemeting of bodemvergrendeling bepalen.
• Scheepsdynamo's • Maritieme pontons • Schepen met stalen romp • Kabels onder water Opmerking: In sommige omstandigheden kan het verstandig zijn Realvision AHRS uit te schakelen, indien lokale magnetische interferentie het sonar-beeld verstoort. Realvision AHRS kan worden uitgeschakeld in de Instellingen. Menu >...
Pagina 89
Dataselectie U kunt selecteren welk gegevenstype u wilt kalibreren: • Diepte • Wind • Snelheid Diepte Uw dieptetransducer kalibreren. Onder kiel Voer de afstand in tussen het vlak van de transducer en de onderkant van de kiel. Onder waterlijn Voer de afstand in tussen de onderkant van uw kiel en de waterlijn.
Wind Uw windtransducer kalibreren. De transducer lineariseren Vaar uw schip in een cirkel totdat alle sectoren zijn gekalibreerd (de ring wordt groen). Vaar uw boot direct in de richting van de geobserveerde wind De windtransducer uitlijnen waarmee u wilt uitlijnen. De hoek aanpassen Een correctie toepassen op de hoek.
U kunt een screenshot maken en de afbeeldingen op een extern geheugen opslaan. 1. Veeg met uw vinger van links naar rechts over de aan/uit-knop (alleen van toepassing op Axiom™- of Axiom™ XL-MFD's). U kunt ook kort op de aan/uit-knop drukken.
Een functie toewijzen aan de programmeerbare knop (User Programmable Button, UPB) U kunt een functie toewijzen aan een door de gebruiker programmeerbare knop op een Axiom™ Pro MFD. 1. Druk op de programmeerbare knop op het MFD en houd deze ingedrukt.
6.2 Snelkoppelingen Het menu Snelkoppelingen kan worden geopend door van links naar rechts te vegen over de aan/uit-knop op een Axiom™- of Axiom™-XL MFD, of door op de aan/uit-knop te drukken op een Axiom™ Pro-, eS Series- of gS Series-MFD.
• Het volume van de Bluetooth-luidspreker aanpassen • Helderheid aanpassen • Weergavemodus 6.3 Compatibele geheugenkaarten U kunt MicroSD-geheugenkaarten gebruiken om een back-up/archiefbestand te maken (bijv. waypoints, routes en tracks). Nadat een back-up van gegevens is opgeslagen op een geheugenkaart, kunnen de oude gegevens van het systeem worden gewist. De gearchiveerde gegevens kunnen op ieder moment worden teruggezet.
Opmerking: Wanneer u een kaart in de onderste kaartsleuf plaatst, moeten de contactpunten van de kaart naar boven wijzen. Een MicroSD card verwijderen - Axiom Pro Doe het volgende met het klepje van de kaartlezer open en het kapje naar beneden getrokken: 1.
Externe opslagmedia aansluiten - RCR 1. Open het klepje van de kaartlezer. 2. Plaats het opslagmedium in de kaartsleuf en druk hem aan totdat deze op zijn plaats klikt. • RCR-SDUSB sleuf 1 — Plaats een SD-kaart (of een SD-kaartadapter met daarin een MicroSD-kaart) met de contactpunten naar beneden wijzend in de bovenste sleuf 1 en druk hem aan totdat hij op zijn plaats klikt.
Raymarine® stelt regelmatig software-updates voor producten ter beschikking, voor nieuwe en uitgebreidere functionaliteit en betere prestaties en bruikbaarheid. Het is belangrijk dat u nagaat of u de meest recente software voor uw producten hebt door regelmatig de Raymarine®-website te bezoeken.
3. Om een Wi-Fi-verbinding in te stellen, selecteert u Wi-Fi-instellingen en maakt u verbinden met het gewenste Wi-Fi-toegangspunt/-hotspot. 4. Selecteer Start en volg de instructies op het scherm. 6.5 Videocursussen Er zijn verschillende videocursussen beschikbaar op de Raymarine-website die u helpen te leren hoe u het product gebruikt. http://www.raymarine.com/multifunction-displays/lighthouse3/tips-and-tricks...
Hoofdstuk 7: Home-venster Inhoudsopgave • 7.1 Overzicht Home-venster op pagina 100 • 7.2 Een App-pagina maken/aanpassen op pagina 103 • 7.3 Gebruikersprofielen op pagina 103 • 7.4 Mijn gegevens op pagina 104 • 7.5 Instellingen op pagina 105 • 7.6 Man overboord (MOB) op pagina 108 •...
7.1 Overzicht Home-venster U kunt alle instellingen en apps openen vanuit het Home-venster. Gegevens GNSS-positie/-fix — selecteer het gebied om de fix-nauwkeurigheid te bekijken en de GNSS-instellingen te openen. 2. Profiel — selecteer het gebied om het gebruikte profiel te wijzigen of om profielen te maken, te bewerken of te verwijderen.
Pagina 101
Kaart — de Kaart-app laat elektronische cartografische informatie zien van uw cartografische kaarten, en wanneer gebruikt in combinatie met een GNSS-ontvanger, ook de positie van uw schip. De Kaart-app kan worden gebruikt om specifieke locaties te markeren met behulp van waypoints, om routes op te zetten en te navigeren of om bij te houden waar u bent geweest door een track vast te leggen.
Pagina 102
Yamaha — de Yamaha -app verstrekt gegevens van compatibele Yamaha -motoren. Voor meer informatie, zie p.223 — Yamaha -app PDF viewer — met de PDF viewer-app kunt u PDF-bestanden op externe gegevensdragers bekijken. Voor meer informatie, zie p.255 — PDF-viewer-app Yamaha HDMI —...
7.2 Een App-pagina maken/aanpassen 1. Druk op het pictogram van een bestaande App-pagina en houd het ingedrukt om de popover-opties te bekijken. Met de popover-opties kunt u app-pagina's aanpassen, een andere naam geven of verwijderen. 2. Selecteer Aanpassen in de popover-opties om de indeling van de pagina en gebruikte apps te wijzigen.
Wanneer u het Plus (+) pictogram selecteert, wordt een nieuw profiel gemaakt op basis van het profiel dat op dat moment in gebruik is. Wijzigingen in de instellingen van het MFD zijn uniek voor het gebruikte profiel en worden opgeslagen voor de volgende keer dat het profiel wordt gebruikt. De afstand en de tijd waarover een profiel actief is geweest wordt voor ieder profiel weergegeven.
Het selecteren van Waypoints, Routes of Tracks opent de betreffende lijst, daar kunt u uw gegevens beheren en aanpassen. Wanneer u Brandstof/reis selecteert, worden de Brandstofmanager en Reistellers weergegeven. Wanneer u Bestanden opent, wordt een bestandsbrowser geopend. Wanneer u Importeren/exporteren selecteert, kunt u een back-up maken van uw gebruikersgegevens en MFD-instellingen op een extern geheugen en deze terugzetten.
Pagina 106
• Diagnose-logbestanden opslaan naar of wissen van een extern geheugen. • Bekijken en opslaan van diagnose-informatie over producten die zijn verbonden met uw MFD. • NMEA 0183-opties instellen op een Axiom Pro. • Voorkeursdatabronnen toewijzen (alleen datamaster). Responder Het menutabblad Responder is alleen beschikbaar wanneer First responder is geselecteerd als ‘Activiteit van het schip’...
Beschikbaar op Axiom™, Axiom™ Pro en Axiom™ XL MFD's. Beschikbaar op Axiom™ XL en gS Series MFD's. Beschikbaar op Axiom™ Pro, Axiom™ XL, eS Series en gS Series MFD's. De displaytaal selecteren U kunt selecteren welke taal de gebruikersinterface van uw display moet gebruiken.
Optie Omschrijving Het polairdiagram selecteren dat uw laylineberekening definieert. [Alleen zeilen] [Alleen polair] Polair: Voer de maximale hoogte vanaf de waterlijn van uw onbeladen schip Min. veilige hoogte: in. Om ervoor te zorgen dat er voldoende vrije ruimte onder uw schip is, adviseren wij u een veiligheidsmarge op te tellen bij deze waarde, zodat variaties veroorzaakt door bewegingen van het schip worden gecompenseerd.
De MOB-functie kan worden geactiveerd door op het MOB-pictogram op het Home-venster te drukken en dit ingedrukt te houden. Het MOB-waypoint-pictogram wordt bovenop alle apps weergegeven. Voor de MOB-functie dient uw schip een geldige positiefix te hebben van een GNSS (GPS)-ontvanger. Voor de modus Gegist bestek zijn ook koers- en snelheidsgegevens nodig.
Rood — Er wordt een rode melding gebruikt om een gevaarlijke alarmsituatie aan geven, er moet direct actie worden ondernomen omdat er een mogelijk of direct gevaar is voor mensen of het schip. Gevaarlijke alarmen worden begeleid door een geluidssignaal. De melding Gevaarlijk alarm en het geluidssignaal blijven zichtbaar en hoorbaar totdat ze worden bevestigd of totdat de omstandigheden die het alarm hebben geactiveerd niet langer aanwezig zijn.
Voorbeeld: tabblad actieve alarmen Het tabblad Actieve alarmen geeft een overzicht van de op dat moment actieve alarmen. De alarmen blijven actief totdat de omstandigheden die het alarm hebben geactiveerd niet langer aanwezig zijn, het Ondieptealarm wordt bijvoorbeeld automatisch uitgeschakeld wanneer het water weer dieper wordt.
Pagina 112
pad ervan met dat van u kruist binnen een gespecificeerde afstand en tijd. Voor alarmparameters, zie: p.210 — Alarm gevaarlijke objecten • Verloren radarobjecten— indien ingeschakeld, wordt een alarm geactiveerd zodra gevaarlijke radarobjecten verloren gaan (d.w.z. dat er gedurende 20 seconden geen radarecho is ontvangen van het object).
• MOB-gegevenstype — bepaalt of het MOB-waypoint is vastgezet op de Positie waarop alarm werd geactiveerd, of de positie verplaatst op basis van getijde- en windeffecten (Gegist bestek). • Visbereik — indien ingeschakeld, wordt een alarm geactiveerd wanneer uw dieptemeting de diepte bereikt die is gespecificeerd in Aankomst ondiep water of Aankomst diep water.
Pagina 114
• BeiDou (China) • Galileo (EU) — wordt op dit moment niet ondersteund. • GLONASS (Rusland) Opmerking: Selectie van GNSS-groepen is alleen beschikbaar wanneer een compatibele GNSS (GPS)-ontvanger wordt gebruikt. • Voor een lijst met compatibele GNSS-ontvangers, zie: • Voor de beschikbare instellingen van ontvangers die niet compatibel zijn, zie: Differentiële positionering: •...
Indien van toepassing, kunt u de interne ontvanger van het MFD uitschakelen met de schuifregelaar. Schakel deze uit indien u de interne GNSS-ontvanger van het MFD niet wilt gebruiken als bron voor scheepspositie. Voor het oplossen van problemen kunt u de actieve GNSS-ontvanger ook opnieuw starten. 7.9 Status-onderdeel U kunt de status van aangesloten randapparaten bekijken met behulp van het onderdeel Status van het MFD, dat zich in de hoek rechtsboven van het Home-venster bevindt.
LightHouse™-apps van externe leveranciers LightHouse™-apps van externe leveranciers zijn volledig door derden ontwikkeld en zijn goedgekeurd door Raymarine. Deze apps zijn beschikbaar in het startprogramma voor LightHouse-apps op het Home-venster. LightHouse™-apps van externe leveranciers zijn alleen beschikbaar voor Axiom™-MFD's.
7.12 Berichten MFD's die zijn geconfigureerd als ‘First responder’ en ook over STEDs-functionaliteit beschikken, kunnen beveiligde tekstberichten verzenden naar en ontvangen van andere schepen die zijn uitgerust met de juiste STEDs-apparatuur. Zodra een bericht is ontvangen, wordt het op het scherm weergegeven in een dialoogvenster. Het dialoogvenster vermeldt de zender, de link-ID en het bericht.
Nieuwe broadcast Een nieuw bericht kan worden uitgezonden naar alle responderschepen met hetzelfde STEDs-wachtwoord. Indien u Bericht uitzenden? selecteert in het menu Nieuw van de Kaart-app. of wanneer u Nieuwe radiouitzending selecteert in het Postvak IN, wordt het toetsenbord op het scherm geopend, waarmee u uw bericht kunt invoeren.
Schermtoetsenbord Gebruik het schermtoetsenbord om uw berichten in te voeren. Berichten kunnen maximaal 57 karakters bevatten. Wanneer u het Sjabloontekst-pictogram selecteert, verandert het schermtoetsenbord in een lijst met berichtsjablonen, die snel aan het bericht kunnen worden toegevoegd aan een bericht door deze te selecteren. Wanneer u Mijn positie selecteert, worden de huidige coördinaten van uw schip in het bericht ingevoegd.
Pagina 120
Bericht bezig met verzenden — direct bericht dat wacht op bevestiging dat het is ontvangen door de hardware van de ontvanger. Opmerking: De hardware van de zender doet maximaal 4 pogingen om het bericht te verzenden, met 150 seconden tussen iedere poging. Bericht verzenden mislukt —...
8.1 Bediening stuurautomaat Uw MFD kan worden geïntegreerd in een Evolution-stuurautomaatsysteem en worden gebruikt voor het bedienen van de stuurautomaat. Raadpleeg alstublieft de documentatie die met uw stuurautomaat is meegeleverd voor meer informatie over het installeren en aansluiten van uw stuurautomaat op uw MFD.
3. Selecteer het Stuurautomaatpictogram. De zijbalk voor de stuurautomaat wordt weergegeven. 4. Selecteer Stuur naar wpt. 5. Selecteer óf Stuurautomaat inschakelen of, als er sprake is van een cross track error, selecteer LANGS routetraject of DIRECT vanaf hier. LANGS routetraject routetraject selecteert, wordt langs de oorspronkelijke track gestuurd.
Hoofdstuk 9: Kaart-app Inhoudsopgave • 9.1 Overzicht Kaart-app op pagina 126 • 9.2 Overzicht Cartografie op pagina 138 • 9.3 SAR-patronen (Search and Rescue, zoeken en redden) op pagina 147 • 9.4 Laylines op pagina 157 • 9.5 Wedstrijdstartlijn (SmartStart) Wedstrijdtimer op pagina 161 •...
9.1 Overzicht Kaart-app In de Kaart-app wordt een representatie weergegeven van uw schip met betrekking tot landmassa's en andere kaartobjecten, waarmee u uw route kunt plannen en naar de gewenste bestemming kunt navigeren. Voor de Kaart-app hebt u een GNSS (GPS)-positiefix nodig om uw schip op de correcte plaats op de wereldkaart weer te geven.
Getijde-indicator Kaartbereik Geeft indicatoren voor Zakking & Drift. Bepaalt de schaal voor het Hiervoor zijn de volgende gegevens weergegeven kaartbereik. vereist: COG, Koers, SOG en STW (Speed Through Water, snelheid door water). Bereikringen Zijbalk Geeft met ingestelde intervallen een De zijbalk bevat systeemgegevens die afstandsindicatie rond uw schip.
Een cartografiekaart selecteren U kunt LightHouse™-kaarten en compatibele elektronische Navionics- en C-MAP-kaarten gebruiken. De elektronische kaarten moeten in de MicroSD-kaartlezer van het MFD worden geplaatst (of de kaartlezer van een MFD op hetzelfde netwerk). Doe het volgende in het menu van de Kaart-app: 1.
ANKER Ankermodus optimaliseert de Kaart-app voor voor anker gaan en biedt toegang tot de wizard 'Voor anker gaan', zodat de alarmparameters voor Krabbend anker kunnen worden geconfigureerd. Alle menu-opties zijn beschikbaar in Ankermodus en alle wijzigingen in instellingen worden opgeslagen in het gebruikte gebruikersprofiel. WEER De weermodus is beschikbaar wanneer het MFD is aangesloten op een compatibele weerontvanger (SR150).
Vanuit de popover Scheepsinformatie kunt u: • een track starten/stoppen. • de positie van het scheepssymbool corrigeren. • het symbool dat voor uw schip wordt gebruikt wijzigen. • de lengte van scheepsvectoren instellen. • Koers- en COG-vectoren weergeven/verbergen. • Bereikringen weergeven/verbergen. •...
Pagina 131
Kaders met cursorinformatie ingeschakeld Als de instelling voor Kaders met cursorinformatie is ingeschakeld, wordt een informatiekader weergegeven wanneer een object is geselecteerd. Wanneer u het kader selecteert, wordt de volledige informatiepagina weergegeven. U kunt de instelling Cursor info boxes (Kaders met cursorinformatie) openen vanuit het tabblad Geavanceerde instellingen: Menu >...
Weergave en beweging Met het tabblad Weergave en beweging kunt u bepalen hoe de kaart wordt weergegeven met betrekking tot uw schip. Kaartbeweging Kaartbeweging regelt hoe de kaart en het schip worden weergegeven om uw schip op het scherm te houden wanneer u beweegt.
1. Selecteer de gewenste locatie en houd deze vast en selecteer Waypoint plaatsen in het contextmenu.. 2. Selecteer Bewerken om de waypoint-gegevens te bewerken, Ga naar om naar het waypoint te navigeren of OK om terug te keren naar normale bediening. Om een waypoint te plaatsen op de huidige locatie van uw schip, drukt u op het Waypoint/MOB-pictogram of de fysieke knop.
Een route maken Routes kunnen worden gemaakt op het MFD in de Kaart-app. 1. Selecteer een locatie voor het eerste waypoint en houd vast. 2. Selecteer Route maken in het contextmenu. 3. Selecteer de locatie voor het tweede waypoint. De 2 waypoints worden gekoppeld door een lijn, hiermee is het eerste traject van uw route gemaakt.
Automatisch route maken Automatisch route maken is beschikbaar bij het gebruik van compatibele cartografie. Met automatisch route maken kunt u automatisch een route maken tussen een punt op de kaart en uw schip. U kunt een willekeurig punt op de kaart selecteren, daarna selecteert u in het Kaart-contextmenu Automatisch route maken hiernaartoe of u selecteert Automatisch route maken naar vanuit het contextmenu van een bestaand waypoint om automatisch een route te maken tussen uw schip en het geselecteerde punt.
Een route volgen vanaf de start U kunt actieve navigatie starten / een route volgen vanaf het start-waypoint door de onderstaande stappen te volgen. Doe het volgende wanneer de route wordt weergegeven in de Kaart-app: 1. Selecteer een waypoint of routetraject (lijn getekend tussen de waypoints van de route) van de route die u wilt volgen houd deze vast.
Een track maken U kunt de reis van uw schip vastleggen met behulp van tracks. 1. Selecteer uw scheepspictogram en houd het vast om de popover-opties van uw schip weer te geven. 2. Selecteer Start track. De reis van uw schip wordt nu vastgelegd. 3.
• De informatie met betrekking tot het beschikbare detailniveau en instellingen van kaarten in deze handleiding dient slechts te worden gezien als richtlijn en is aan wijzigingen onderhevig, omdat Raymarine hier geen invloed op heeft. De bereikschaal van de Kaart-app is eveneens van invloed op het detailniveau dat op het scherm wordt weergegeven.
4. Navionics-kaarten (van LightHouse™ 3 V3.1 of hoger). 5. C-Map (van LightHouse™ 3 V3.2 of hoger). Raadpleeg de Raymarine-website voor de meest recente lijst met ondersteunde cartografiekaarten: www.raymarine.com/marine-charts/. Om de actuele beschikbaarheid van Navionics-cartografiekaarten en de soorten na te gaan, gaat u naar www.navionics.com...
LightHouse-kaarten LightHouse™ is de merknaam van de elektronische navigatiekaarten van Raymarine. LightHouse™-kaarten kunnen beschikbaar zijn met een premium-abonnement, waarmee nieuwe en uitgebreidere functies worden toegevoegd. Opmerking: Legacy LightHouse™-vector-, raster- en NC2-kaarten zijn niet langer beschikbaar en kunnen niet meer worden gedownload of geüpdate.
Pagina 141
Er zijn ook voorafgeladen LightHouse™-kaarten beschikbaar op MicroSD-kaarten. U steekt de kaart in de kaartlezer van uw MFD en kunt deze direct gebruiken. Opmerking: Er worden regelmatig nieuwe regio's toegevoegd, u kunt bij uw plaatselijke Raymarine-dealer informatie inwinnen over de meest recent toegevoegde regio's. • R70794 — voorgeladen LightHouse™-kaarten Noord-Amerika.
8. Controleer de vereisten voor de SD-kaart. Belangrijk: Een lege cartografiekaart die u bij een Raymarine-dealer aanschaft heeft al de juiste indeling. 9. Klik op DOORGAAN. 10. Controleer het unieke ID-bestand. Belangrijk: Een lege cartografiekaart die u bij een Raymarine-dealer aanschaft beschikt al over het unieke ID-bestand.
Pagina 143
Het installatieproces voor versleutelde S-63-kaarten In tegenstelling tot elektronische cartografie van andere leveranciers, moet voor versleutelde S–63-kaarten een installatieproces worden doorlopen. Opmerking: Voor het aanbevolen installatieproces zijn tot 3 geheugenkaarten nodig, en er moet meer dan 1 kaartsleuf beschikbaar zijn op uw MFD. Voor MFDs met slechts 1 interne kaartsleuf, is een externe kaartlezer zoals de RCR-SDUSB of de RCR-2 vereist.
Pagina 144
2. Neem contact op met uw Raymarine-dealer of met de technische ondersteuning van Raymarine en verstrek de bovengenoemde informatie om een MFD-activeringsbestand voor S-63 te verkrijgen. U ontvangt een MFD-activeringsbestand voor S-63, dat specifiek bedoeld is voor uw MFD. 3. Kopieer het ontvangen bestand naar een lege MicroSD-kaart.
Pagina 145
Als de fouten aanhouden, ook na installatie van de cumulatieve update, neemt u contact op met de productondersteuning van Raymarine voor een oplossing. 1. Pak het gedownloade basiscelbestand uit, gebruik daarbij de optie ‘Alles uitpakken’ van de zip-toepassing op uw PC.
Pagina 146
Belangrijk: Dezelfde kaart waarop kaartgegevens zijn geïnstalleerd (Geïnstalleerde kaarten) en hetzelfde geheugenkaartslot MOETEN worden gebruikt om basiscelbestanden en cumulatieve updatebestanden te installeren en te updaten. 11. Wacht tot de installatie is voltooid. Er wordt een voortgangsbalk weergegeven tijdens het installeren van de basiscellen. 12.
Opmerking: Als de fouten aanhouden, ook na installatie van de cumulatieve updatebestanden, neemt u contact op met de productondersteuning van Raymarine voor een oplossing. Waarschuwing: Verlopen versleutelde S-63-kaarten Versleutelde S-63-kaarten verlopen na een bepaalde periode. Nadat kaarten zijn verlopen, mogen ze niet voor navigatie worden gebruikt.
Voor toegang tot de zoekpatroonopties: Kaart-app > Menu > Nieuw > Zoekpatronen. De beschikbare zoekpatronen zijn: • Sector • Vierkant • Kruipende lijn • Parallelle lijn Nadat een zoekpatroon is gemaakt, wordt het opgeslagen als een route die op dezelfde manier kan worden beheerd en genavigeerd als andere opgeslagen Routes.
Pagina 149
Een sector-zoekpatroon maken Om een Sector-zoekpatroon te maken volgt u de onderstaande stappen: 1. Startzoekpunt (CSP) instellen i. Voer de CSP-coördinaten handmatig in, uw schip wordt in de richting van de weergegeven Bereik en Peiling gestuurd. ii. U kunt ook de huidige locatie van uw schip instellen als CSP, door de CSP-snelknop te selecteren.
Pagina 150
CSP-snelknop 2. Zakking/drift-snelknop 3. Uitvoer 4. Zoekroute maken [Nadat alle bovenstaande stappen zijn voltooid, kunt u uw SAR-patroon maken.] i. Om een zoekpatroon te maken, selecteert u de knop Zoekroute maken rechtsonder op het scherm. ii. Op de pagina voor het maken van de route, worden de gegevens van het SAR-patroon weergegeven en de locatie ervan op de Kaart-app.
Pagina 151
Effecten van drift op sector-zoekpatronen Omdat de zoekpatronen rekening houden met de drift, lijkt de Route mogelijk niet op het hierboven getoond patroon. Voorbeeld Drift Richting: 0° Snelheid: 0 Kts Richting: 45° Snelheid: 0 Kts Richting: 0° Snelheid: 0.5 Kts Richting: 0°...
Vierkant-zoekpatroon Het Vierkant-zoekpatroon is een naar buiten spiraliserende vierkant patroon en is bijzonder geschikt voor zeer gedetailleerde en systematische zoekacties. Opmerking: Het zoekpatroon houdt rekening met de drift, daarom lijkt de route mogelijk niet op het getoonde patroon. Een Vierkant-zoekpatroon maken Om een Vierkant-zoekpatroon te maken volgt u de onderstaande stappen: 1.
Pagina 153
iii. Keer terug naar de Datummarkering op de nieuwe locatie en selecteer Driftpositie om de waarden voor Zakking (richting) en Drift (snelheid) te berekenen. iv. U kunt ook de Koers en SOG van uw schip gebruiken om de zakking en drift te bepalen door Zakking/drift-snelknop te selecteren.
Pagina 154
iii. Selecteer Route volgen om het patroon als laag op de Kaart-app te leggen en de route automatisch te volgen. iv. U kunt ook OK selecteren om het patroon als laag op de Kaart-app te leggen zonder deze te volgen. Drifteffecten op Vierkant-zoekpatronen Omdat de zoekpatronen rekening houden met de drift, lijkt de Route mogelijk niet op het hierboven getoond patroon.
Voorbeeld Drift Richting: 0° Snelheid: 0.5 Kts Richting: 0° Snelheid: 1 Kts Zoekpatronen met kruipende lijn / parallelle lijn Het zoekpatroon met kruipende/parallelle lijn dekt een rechthoekig gebied. Het gebied wordt doorzocht óf vanaf één uiteinde van het zoekgebied (Kruipend), wat zorgt voor betere dekking maar wat ook meer tijd kost om het hele gebied af te zoeken, óf door het gebied in de lengterichting af te zoeken (Parallel).
Pagina 156
Een Zoekpatroon met kruipende lijn / parallelle lijn maken Om een zoekpatroon met Kruipende lijn / Parallelle lijn te maken, volgt u de onderstaande stappen: 1. Startzoekpunt (CSP) instellen i. Voer de CSP coördinaten met de hand in. ii. U kunt ook de huidige locatie van uw schip instellen als het CSP door op de CSP-snelknop te drukken.
[Indien u de afmetingen van het zoekvak liever niet definieert met behulp van de lange en korte as, kan het vak worden gedefinieerd door in plaats daarvan de coördinaten van de hoeken in te stellen]: i. Voer de coördinaten van de hoekpunten 1–4 in. Opmerking: •...
Opmerking: U dient uw schip niet zo sturen, dat de richting van de koers exact langs de layline loopt. Probeer uw grondkoers (Course Over Ground, COG) uit te lijnen met de zichtbare laylines, en de informatie te gebruiken die wordt weergegeven op de Zeilen-pagina in de Dashboard-app om u te helpen in de optimale windhoek te sturen.
Laylines — systeemvereisten Om de Laylines-functie te gebruiken, dient uw systeem aan de volgende voorwaarden te voldoen: • Op uw MFD moet LightHouse™-software versie 3.9 of hoger zijn geïnstalleerd. • De instelling Scheepsactiviteit moet zijn ingesteld op Zeilen tijdens het uitvoeren van de Opstart-wizard van het MFD.
Bestemming 2. Bestemmingslayline stuurboord 3. Scheepslayline bakboord 4. Bestemmingslayline bakboord 5. Scheepslayline stuurboord Wanneer het bestemmingspunt benedenwinds is, worden de laylines weergegeven in de vorm van een oranje parallelogram, aangepast voor gijpen, zoals hieronder te zien is: Gegevens windverandering weergeven Omdat de ware windrichting (True Wind Direction, TWD) continu verandert, verandert ook de positie van laylines na verloop van tijd.
• Afhankelijk van de situatie is de te nemen actie normaal gesproken overstag te gaan wanneer het schip halverwege het gekleurde gebied is. Dit is echter mogelijk niet de kortste of de snelste route. De opties voor Windveranderingsgegevens zijn beschikbaar op de instellingenpagina voor Laylines: Kaart-app >...
• In de Dashboard-app — de speciale Wedstrijdstart-pagina laat belangrijke informatie over de wedstrijdstart zien, waaronder zeilwijzer voor schijnbare wind, wedstrijdtimer, afstand tot startlijn, lijnbias, Time to Burn en meer. Voor meer informatie, zie: p.221 — Gegevensitems Start wedstrijd Opmerking: •...
Pagina 163
De wedstrijdstartlijn pingen U kunt de locatie van uw schip gebruiken om de beide eindpunten van de wedstrijdstartlijn te pingen. Doe het volgende wanneer uw schip op het eindpunt is: 1. Open het menu. 2. Selecteer Wedstrijdstartlijn. 3. Selecteer Ping bakboordpunt óf Ping stuurboordpunt. 4.
De wedstrijdstartlijn bewerken en wissen De wedstrijdstartlijn kan worden bewerkt en gewist. Doe het volgende om de wedstrijdstartlijn te bewerken: 1. Selecteer de lijn of de eindpunten in de Kaart-app. 2. Selecteer Lijn bewerken. Hier kunt u de eindpunten voor bakboord en stuurboord omwisselen, opnieuw pinten op de huidige positie van uw schip, of de startlijn wissen.
Wedstrijd-zijbalk Informatie over en opties van de wedstrijdstartlijn en de wedstrijdtimer zijn beschikbaar via de zijbalk wanneer de wedstrijdmodus is ingesteld. Menu-item Omschrijving Opties Voor de start Wedstrijdtimer Laat de afteltijd tot de start van de wedstrijd zien. Wanneer de •...
Menu-item Omschrijving Opties windsnelheid en de snelheid door water (STW): • Als u polairen gebruikt voor zeilprestaties, dan wordt de snelheid van het polair diagram gebruikt als de aangenomen initiële snelheid door water. • Als u vaste hoeken gebruikt of als er niets is ingesteld, kunt u de verwachte snelheid handmatig invoeren of uw huidige snelheid gebruiken...
U kunt de objectlijsten openen door Objecten te selecteren in het menu van de Radar-app en de Kaart-app: Menu > Objecten , en daarna het betreffende tabblad te selecteren. Instellingen objectvectoren Objectvectoren laten het voorspelde toekomstige pad van het object zien. U kunt de instellingen voor objectvectoren openen in het instellingenmenu Objecten: Menu >...
Om een Alarm gevaarlijk object in te tellen, stelt u de Veilige afstand op de gewenste waarde in, daarna selecteert u Tijd tot veilige afstand. Het alarm wordt geactiveerd als een gedetecteerd object de gespecificeerde Veilige afstand tot uw schip bereikt binnen de periode. De volgende extra opties zijn beschikbaar voor het alarm gevaarlijke objecten: •...
Pagina 169
AIS-pictogrammen Schip SART (opsporings- en reddingstransponder) Landstation ATON SAR (Search and Virtuele ATON Rescue, Opsporen en redden) U kunt Geavanceerde AIS-objectpictogrammen inschakelen in het menu AIS-instellingen: Menu > Objecten > AIS-instellingen > Geavanceerde AIS-objectenof het instellingenmenu Geavanceerd: Menu > Instellingen > Geavanceerd > Geavanceerde AIS-objecten. Indien Geavanceerde AIS-objecten is ingeschakeld, worden de geavanceerde AIS-pictogrammen gebruikt.
Pagina 170
Geavanceerde AIS-pictogrammen Zeilschip Commercieel Schip met Vrachtschip hoge snelheid / draagvleugelboot Passagiersschip Overige Geavanceerde AIS-pictogrammen zijn op schaal of voorzien van een contour op basis van de gerapporteerde grootte van het schip, zoals hieronder te zien is: Relatieve lengte (grijs contour) De status van een AIS-objecten kan worden weergegeven met verschillende kleuren, contouren en knipperpatronen, zoals hieronder te zien is:...
Status AIS-object Twijfelachtig Verloren (geen rand, (gestippelde contour) doorgekruist) Buddy (geel gevuld) Gevaarlijk en twijfelachtig (gestippelde contour en knippert rood) Gevaarlijk (knippert ATON uit positie (rode rood) rand) Opmerking: Indien het MFD is geconfigureerd als ‘First responder’ en is verbonden met de compatibele STEDs AIS-hardware, Blue Force AIS-pictogrammen worden gebruikt om met STEDs uitgeruste schepen te identificeren.
Pagina 172
Grafische weergave van bewegende objecten Er worden grafische weergaven gebruikt voor bewegende objecten in het geval objecten zich verplaatsen met een snelheid van meer dan 2 knopen. Onderscheppingszone (voorspeld gebied op basis van de als laatste gerapporteerde positie van het object) 2.
Onderscheppingszone (voorspeld gebied op basis van de als laatste gerapporteerde positie van het object) 2. Stilstaand AIS-object (laatst ontvangen positie) Belangrijk: U dient nog steeds alert te blijven op: • Schepen die niet zijn uitgerust met AIS- of AIS-apparatuur of met AIS uitgeruste schepen die op dat moment hun positie niet uitzenden, omdat deze objecten niet worden weergegeven in de Kaart-app.
In het menu Aanvaringsinformatie kunt u de instellingen wijzigen om te bepalen welke type objecten (bijv. AIS of Radar) een Voorspeld risicogebied hebben: Instelling Omschrijving Radarobjecten Inschakelen/uitschakelen — radarobjecten hebben een Voorspeld risicogebied. AIS-objecten Inschakelen/uitschakelen — AIS-objecten hebben een Voorspeld risicogebied. Alle objecten Geeft een Voorspeld risicogebied weer voor alle objecten in de nabijheid van uw schip.
9.8 Obstructiealarm (legacy LightHouse-kaarten) Het obstructiealarm geeft een waarschuwing als een object op de kaart, een dieptecontour op de kaart of de doorvaarthoogte op de kaart wordt gedetecteerd die conflicteert met de geconfigureerde instellingen voor Veiligheidsdiepte en/of Veiligheidshoogte van het MFD. Opmerking: •...
Wanneer er geen obstructie aanwezig is, is de contour van de detectiezone zwart totdat er een obstructie wordt gedetecteerd. 2. Wanneer de diepte op de kaart dezelfde diepte of minder is dan de gespecificeerde veiligheidsdiepte, wordt het Obstructiealarm geactiveerd. 3. Wanneer het object op de kaart dezelfde diepte of minder is dan de gespecificeerde veiligheidsdiepte, wordt het Obstructiealarm geactiveerd.
Afbeeldingen eerste objectinterceptie 2. Feitelijke scheepsbewegingen voor het uitvoeren van een rendezvous. 9.10 Ankermodus Wanneer uw schip voor anker ligt, kunt het beste de ankermodus gebruiken. De ankermodus gebruikt de GNSS (GPS)-positie van uw schip om uw locatie vast te leggen wanneer uw anker de (zee)bodem raakt.
Pagina 178
Maximale zwenkradius — berekening die wordt bepaald met behulp van scheepslengte, afstand voorsteven tot GPS, kettinglengte en diepte. 2. Sleeplimiet — berekening die wordt bepaald door de maximale zwenkradius, scheepslengte en afstand voorsteven tot GPS. 3. Scheepslengte — door de gebruiker gedefinieerde waarde. 4.
2. Max. zwenkradiuscirkel — een cirkel met een doorgetrokken zwarte contour wordt geplaatst rond het ankerpictogram, hiermee wordt de zwenkradius aangegeven. 3. Getijdenvector — grafische weergave van zakking en drift. 4. Ankerpositie — er wordt een ankerpositie geplaatst op de GPS-positie waar uw schip zich bevond op het moment dat ' A nker laten zakken' werd geselecteerd in de wizard 'Voor anker gaan'.
9.11 RealBathy™ U kunt in real-time nauwkeurige persoonlijke bathymetrische kaarten maken met behulp van Raymarine’s RealBathy™-functie. Wanneer u de RealBathy™-functie gebruikt, worden in real-time nieuwe contourlijnen getekend op het scherm op basis van de dieptemetingen van uw transducer. Er worden kleurschakeringen gebruikt om de diepte aan te geven, de donkerste kleuren staan daarbij voor het meest ondiepe gebied.
Vereisten Voor de Realbathy-functie heeft u het volgende nodig: • LightHouse™ software versie 3.9 of hoger. • LightHouse™-kaarten op basis van vectoren, die getijdenstationinformatie bevatten voor de locatie die u wilt verkennen. • MicroSD-kaart met voldoende vrije ruimte voor het opnemen van diepte- en bathymetriegegevens. •...
Steile rifkanten kunnen resulteren in overlappende contourlijnen, wanneer u de dichtheid in dergelijke situaties verlaagt krijgt u een duidelijker beeld. 9.12 Reeds-almanak De Reeds-almanak is beschikbaar op Raymarine LightHouse-kaarten. De Reeds-almanak beslaat Portugal, Spanje, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Denemarken, Ierland/Groot-Brittannië. Reeds-jachthavens zijn alleen beschikbaar in Ierland/Groot-Brittannië.
Wanneer u een Reeds-symbool selecteert, wordt een pop-up weergegeven met beknopte gegevens. Wanneer u de pop-up selecteert, worden de volledige gegevens en eventuele relevante afbeeldingen getoond. Wanneer u een afbeelding selecteert, wordt dit op volledig scherm geopend 9.13 SonarChart™ Live U kunt persoonlijke dieptemetingskaarten maken met behulp van uw dieptetransducer en de SonarChart™...
9.14 Integratie van de drone in de kaart Wanneer een compatibele drone met een GNSS (GPS)-positiefix is verbonden met uw MFD, wordt een drone-pictogram weergegeven in de Kaart-app, waarmee de positie van de drone te zien is. Drone-COG De richting van de blauwe lijn geeft de huidige grondkoers (COG) van de drone. De lengte van de lijn staat voor de voorspelde positie van de drone na afloop van de gespecificeerde vectorreferentieperiode.
Een Drone Goto uitvoeren Wanneer uw drone in de lucht is, kunt u een locatie of een object selecteren in de app en een Drone Goto uitvoeren (uw drone vliegt naar de geselecteerde locatie of object en blijft daar zweven). 1.
Pagina 186
Het dekkingsgebied van de gezichtsveldkegel wordt bepaald door: • Het horizontale gezichtsveld (FOV) van de camera. Deze instelling kan worden aangepast in de Video-app: Video-instellingen > tabblad Camera-instelling. • De bereiklimiet van Augmented Reality. Voor meer informatie, zie . U kunt de maximale bereiklimiet ook handmatige specificeren, zie voor meer informatie.
10.1 Weermodus De weermodus is beschikbaar in de Kaart-app als u een weerontvanger en een geldig abonnement hebt. Wanneer u de Kaart-app in de weermodus zet, kunt u weergegevens en informatie van uw weerontvanger als laag over de kaart leggen. Om de weermodus te starten, opent u het menu van de Kaart-app en selecteert u WEER.
10.2 Weeranimatie In de weermodus kunt u weeranimaties afspelen van historische Weerradar-gegevens en voorspelde wind-, golf- en oppervlakdrukgegevens. Weeranimaties kunnen in de weermodus worden geopend door Weeranimatie te selecteren in het menu. Wanneer Weeranimatie is geselecteerd, worden de bedieningselementen en symbolen van de animatiespeler voor het beschikbare type animatiegegevens weergegeven op het scherm.
Pagina 190
Golfperiode Offshore golfperiodevoorspelling voor maximaal 48 uur. Golfperiodevoorspelling voor de Great Lakes voor maximaal 24 uur. Golfrichting Offshore golfrichtingvoorspelling voor maximaal 48 uur. Golfrichtingvoorspelling voor de Great Lakes voor maximaal 24 uur. Oppervlakdruk Oppervlakdrukvoorspelling voor maximaal 48 uur. Om Weeranimatie te verlaten, opent u het Hoofdmenu.
11.1 Overzicht Fishfinder-app De Fishfinder-app laat een weergave zien van de echo's die worden ontvangen van een sonarmodule en transducer. De Fishfinder-app is compatibel met Traditionele, CHIRP-, DownVision™-, SideVision™- en RealVision™ 3D-sonarmodules en -transducers. De Fishfinder-app maakt een onderwaterweergave van de (zee)bodemstructuur en objecten in de waterkolom. Er kunnen meerdere sonarmodules tegelijkertijd worden aangesloten.
Pictogram Omschrijving Actie Beeld aanpassen Laat de bedieningselementen voor het aanpassen van de gevoeligheid / het beeld zien op het scherm Pauzeren RealVision™ 3D-sonarbeeld pauzeren. Pauzeren Wanneer de Fishfinder-app wordt gepauzeerd, kunt u weer ongedaan maken verder scrollen door het pictogram Pauzeren ongedaan maken te selecteren.
Vereisten: zorg ervoor dat uw sonarmodule compatibel is (zie daarvoor de meest recente informatie op de Raymarine-website). Wanneer u dit niet zeker weet, kunt u contact opnemen met een geautoriseerde Raymarine-dealer voor advies. 2. Zorg ervoor dat u uw sonarmodule installeert overeenkomstig de documentatie die met de module is meegeleverd.
Pagina 195
Selecteer OK en kies daarna het sonarkanaal dat u wilt gebruiken in de lijst: Sonar aan en pingt Als uw Fishfinder-app al is ingesteld en uw Fishfinder-app wordt geopend, wordt het sonarbeeld weergegeven en begint te scrollen. Fishfinder-app...
Pagina 196
Er is geen sonarbron beschikbaar Als de waarschuwing ’Er is geen sonarbron beschikbaar’ wordt weergegevens, kan dit de volgende redenen hebben: • dat uw sonarmodule nog bezig is met opstarten. • dat uw MFD mogelijk geen verbinding kan maken met uw externe sonarmodule •...
Controleer of uw transduceraansluiting(en) correct en onbeschadigd is/zijn, schakel uw systeem daarna uit en weer in. Als de transducer nog steeds niet wordt gevonden, raadpleegt u de documentatie voor installatie van uw apparatuur voor meer informatie voor het oplossen van problemen.
Een waypoint plaatsen in RealVision 3D Om een waypoint te plaatsen terwijl u een RealVision 3D-kanaal bekijkt, volgt u de onderstaande stappen. 1. Selecteer een locatie op het scherm en houd het vast. Het waypoint-contextmenu en een rode waypointmarkering worden weergegeven. 2.
Visdetectie De opties voor visdetectie zijn beschikbaar indien u sonartransducers met conische straal van Raymarine® en Airmar® gebruikt. De functie Visdetectie is alleen beschikbaar indien u de volgende sonarkanalen met conische straal gebruikt • 50 kHz • 200 kHz • SONAR •...
Sonar terugscrollen U kunt “terugscrollen” in de Fishfinder-app om de sonarhistorie te bekijken. Om “terugscrollen” van de sonar te activeren, volgt u de volgende stappen: • Sonar en DownVision — veeg uw vinger van links naar rechts over het sonarscherm. •...
12.1 Overzicht Radar-app De Radar-app laat een visualisatie zien van de echo's die worden ontvangen van een aangesloten radarscanner. De Radar-app is een navigatiehulpmiddel dat wordt gebruikt om het inzicht in de omgeving en aanvaringsrisico's te verbeteren, door het volgen van de afstand en de snelheid van een object ten opzichte van uw schip.
Met de Radar-app kunt u alarmmeldingen configureren, die worden geactiveerd wanneer een object in conflict komt met de alarminstellingen voor Gevaarlijke objecten of Bewakingszone. De bereikringen, azimuth-ring en VRM/EBL's kunnen worden gebruikt voor het identificeren van de afstand van een object en de koers ervan in verhouding tot uw schip. Regelaars van de Radar-app Pictogram Omschrijving...
Vereisten: Zorg ervoor dat uw radarscanner compatibel is, controleer de meest recente gegevens die beschikbaar is op de Raymarine-website. In geval van twijfel neemt u contact op met een geautoriseerde Raymarine-dealer. 2. Zorg ervoor dat u uw radarscanner installeert overeenkomstig de documentatie die met uw radar is meegeleverd.
Standby (zendt niet) Als het bericht 'Standby' wordt weergegeven selecteert u Zenden om met zenden te beginnen. Zenden Als uw radarscanner is aangesloten, ingeschakeld en zendt wordt het beeld van de radar weergegeven en de echo's/objecten zijn op het scherm te zien. Een radarscanner selecteren Op systemen met 2 radarscanners kunt u selecteren welke radarscanner wordt gebruikt in iedere versie van de Radar-app.
2. Selecteer het Scanner:-vak op het tabblad Transmissie. Er wordt een lijst weergegeven met beschikbare radarscanners. 3. Selecteer de radarscanner die u wilt koppelen aan de huidige versie van de Radar-app. 4. Sluit de pagina Instellingen. De huidige versie van de Radar-app verandert nu en toont de geselecteerde radarscanner. De selectie van de radarscanner blijft ook bewaard wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld.
HAVEN De havenmodus houdt rekening met landsluier die normaal gesproken aanwezig is in een haven, zodat kleinere objecten nog steeds zichtbaar zijn. Deze modus is handig bij het navigeren in een haven. Radarscanners: alle. BOEI De boeimodus verbetert de detectie van kleinere objecten zoals aanlegboeien, en is handig bij bereiken tot 3/4nm.
Er kunnen tot 100 AIS-objecten tegelijkertijd worden gevolgd. Als er meer dan 100 objecten zijn binnen uw bereik, worden de 100 objecten het dichtst in de buurt van uw schip weergegeven. Er kunnen objectvectoren en -informatie voor ieder object worden weergegeven door de betreffende optie te selecteren in het contextmenu van het AIS-object.
Er zijn opties beschikbaar voor radarobjecten in het contextmenu van het radarobject. Het contextmenu van het radarobject geeft de volgende opties: Object annuleren, CPA weergeven of het weergeven van Objectinformatie op het scherm door de betreffende optie te selecteren. U kunt het contextmenu van het radarobject openen door het radarobject te selecteren.
Alarm gevaarlijke objecten U kunt het Alarm gevaarlijke objecten gebruiken om een melding te ontvangen als een radar- of AIS-object een bepaalde afstand krijgt binnen een gespecificeerde tijd. Om het Alarm gevaarlijke objecten in te stellen, past u eerst de Veilige afstand aan op de gewenste waarde en selecteert u vervolgens een Tijd tot veilige afstand.
Pagina 211
Een bewakingszone kan worden geconfigureerd in de vorm van een sector of in de vorm van een cirkel rond uw schip. Door Zone aanpassen te selecteren, kunt u de omvang van de bewakingszone configureren. U past de omvang van de bewakingszone aan door de eindpunten van de binnen- en buitenomtrek (cirkels) naar de gewenste plaatsen te slepen.
Lege sectoren Lege sectoren kunnen handmatig worden ingesteld om delen van uw radardisplay te verbergen. Dit is handig voor schepen die last hebben van false radarsignalen van constructies en apparatuur aan boord. Opmerking: Het instellen van lege sectoren is alleen compatibel met Magnum Open Array-radarscanners. Lege sectoren kunnen worden ingesteld in de instellingen van de Radar-app: Radar-app >...
Overzicht Doppler-radar Door de Doppler-radartechnologie is het gemakkelijker om bewegende objecten met een aanzienlijke grondsnelheid van meer dan 3 knopen te volgen. Normaal gesproken werkt de Doppler-radar het beste met objecten die direct in de richting van of weg van het schip bewegen. Doppler-radar kan alleen objecten accentueren die relatief ten opzichte van het schip bewegen (d.w.z.
Pagina 214
Doppler-modus Wanneer een compatibele Radar is aangesloten is de Doppler-modus beschikbaar. Doppler-modus — inschakelen en uitschakelen De Doppler-modus wordt ingeschakeld in het hoofdmenu: Menu > Doppler. Wanneer de Doppler-modus is ingeschakeld, verandert het kleurenpalet naar het standaard Doppler-palet, alle naderende objecten zijn rood en alle objecten die van u af bewegen zijn groen. De Doppler-modus wordt onderbroken bij bereiken van 12 nm en meer.
Pagina 215
Opmerking: Een koersgegevensbron is niet essentieel voor gebruik van de Doppler. Dit verbetert echter de prestaties van de Doppler-modus bij lagere snelheden (< 15 knopen), wanneer er sprake is van getijdekering en drift. Radar-app...
13.1 Overzicht Dashboard-app Met de Dashboard-app kunt u systeemgegevens bekijken. Er kunnen systeemgegevens worden gegenereerd door uw MFD of door apparaten die zijn verbonden met uw MFD via SeaTalkng ® / NMEA 2000 en SeaTalkhs ™. De Dashboard-app kan ook zo worden geconfigureerd, dat u uw compatibele apparaten met 'Digitaal schakelen' kunt bedienen.
Pictogram Omschrijving Functie Pijl naar links Laat de vorige gegevenspagina zien. Pijl naar rechts Laat de volgende gegevenspagina zien. De gegevenspagina wijzigen 1. U kunt de Pijl naar links en de Pijl naar rechts onderaan het scherm gebruiken om door de beschikbare gegevenspagina's te bladeren.
3. Close hauled angle bakboord 4. Close hauled angle stuurboord 5. Kompas 6. Koers Schijnbare windhoek (AWA) 8. Indicator voor getijdenrichting Zeilwijzers voor laylines Op de Zeilen-pagina en de Navigatie-pagina kan een wijzer worden weergegeven voor Schijnbare wind of Ware wind, die helpen bij het zeilen langs laylines. Windhoek object bakboord 2.
• Zeilafstand tot waypoint • Zeiltijd tot waypoint • Snelheid door water • Snelheid door water object • Sturen naar layline • Polairmodus (alleen actief wanneer het zeilprofiel is ingesteld op polair) • Roerbalk U wordt geadviseerde de gegevensitems Zeilen te gebruiken in combinatie met de Laylines-functie die beschikbaar is in de Kaart-app.
14.1 Overzicht Yamaha -app Met de Yamaha -app kunt u motorsysteemgegevens bekijken van een aangesloten Yamaha Command Link- of Command Link Pro-netwerk. Opmerking: • De Yamaha -app geeft alleen gegevens wanneer een compatibele Yamaha Command Link- of Command Link Pro-netwerk is verbonden met het MFD via een Yamaha NMEA 2000-gateway of CL7-dashboard.
Vereisten De functies van de Yamaha -app zijn ingeschakeld (ontgrendeld) wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan: • Er is een compatibele Yamaha Command Link- of Command Link Pro-netwerk verbonden met het MFD via een Yamaha NMEA 2000-gateway (6YG-8A2D0-00-00) of CL7-dashboard. •...
Pagina 226
iii. Reset — de waarde van het geselecteerde gegevensitem wordt gereset (alleen beschikbaar voor bepaalde gegevensitems).
15.1 Overzicht VesselView-app Motorgegevens van Mercury-motoren kunnen worden weergegeven in de VesselView-app indien het MFD is verbonden met dezelfde SeaTalkng ®-/NMEA 2000-backbone als de Mercury-motorgateway. Opmerking: • Er is een paginapictogram van de VesselView-app beschikbaar op het Home-venster indien Mercury in de opstartwizard van het MFD is geselecteerde als motorfabrikant. •...
6. Dynamische transmissiestatus — geeft de huidige versnelling weer. Brandstofpeilen en totale brandstof — wanneer een tank 20% van de totale inhoud bereikt, wordt de brandstofindicator rood. Er worden tot 5 brandstoftanks ondersteund. 8. Huidige scheepssnelheid (snelheid door water). 9. Tabpositie — geeft de positie aan van de trimtabs als een percentage, waarbij 0% volledig omhoog getrimd (weggeborgen) en 100% volledig naar beneden getrimd betekent.
16.1 Overzicht Video-app Video-invoerkanalen via IP (Internet Protocol) en analoge camera-invoerkanalen die beschikbaar zijn via een Axiom™ Pro MFD kunnen worden bekeken, opgenomen en afgespeeld met de Camera-app. Voorbeelden van video-invoerkanalen zijn: CCTV-camera's en thermische camera's. U kunt ook een geschikte analoog naar IP-videoconverter van andere fabrikanten gebruiken om analoge video-invoerkanalen van andere bronnen te bekijken.
U kunt extra Video-app-pagina's maken en een ander invoerkanaal toewijzen aan iedere pagina. Hierdoor kunt u meerdere invoerkanalen op meerdere via het netwerk verbonden MFD's tegelijk bekijken. Als u bijvoorbeeld verschillende videokanalen wilt bekijken op verschillende via het netwerk verbonden MFD's, dient u eerst extra Video-app-pagina's te maken. Opmerking: Wanneer u meerdere pictogrammen voor Video-app-pagina's op uw Home-scherm heeft, is het verstandig ieder pictogram een andere naam te geven, om de videokanalen die aan de...
Vereisten: Controleer of uw video-invoerkanaal compatibel is door de meeste recente gegevens op de Raymarine-website te vergelijken met de specificaties van uw apparaat. Wanneer u dit niet zeker weet, kunt u contact opnemen met een geautoriseerde Raymarine-dealer voor advies. 2. Zorg ervoor dat u uw video-apparaat installeert overeenkomstig de documentatie die met uw video-apparaat is meegeleverd.
Pagina 235
Opmerking: Als uw Video-app wordt geopend direct nadat u uw systeem hebt ingeschakeld, dient u misschien te wachten tot uw apparaat of apparaten klaar is/zijn met opstarten voordat het invoerkanaal wordt weergegeven. Weergegeven Video-invoerkanaal Als uw apparaat ingeschakeld en operationeel is, dan wordt het invoerkanaal van het apparaat weergegeven.
Als het bericht 'Geen camera gedetecteerd' gedurende meer dan 2 minuten wordt weergegeven, dan kan uw MFD geen verbinding maken met uw camera. Controleer of de netwerk- en voedingsaansluitingen van uw camera en MFD correct en onbeschadigd zijn en schakel uw systeem daarna uit en weer in.
Pagina 237
4. Herhaal de stappen 2 en 3 voor de andere versie van de app en de videostream. Meerdere MFD's Activeer dual streaming op ten minste 2 MFD's die zijn verbonden via hetzelfde netwerk. Opmerking: Controleer of uw MFD's beide correct zijn aangesloten op hetzelfde netwerk als de dual payload-camera.
Hoofdstuk 17: ClearCruise (Objectdetectie / Video Analytics en Augmented reality) Inhoudsopgave • 17.1 ClearCruise™-functies op pagina 240 • 17.2 Camera instellen op pagina 241 • 17.3 Instellen van AR200 voor Augmented Reality op pagina 245 • 17.4 Overzicht Augmented Reality (AR) op pagina 246 ClearCruise (Objectdetectie / Video Analytics en Augmented reality)
Vereiste componenten voor objectdetectie • MFD: Axiom / Axiom Pro / Axiom XL, of eS Series / gS Series met LightHouse 3. • Thermische camera (M100, M200 of M300 Series), met de meeste recente softwareversie.
• IP-camera (CAM210IP of CAM220IP) • LightHouse™-software (v3.7 of hoger) Vereiste componenten voor Augmented Reality (M-Series-camera's) • MFD (Axiom, Axiom Pro of Axiom XL) • AR200 Augmented Reality-sensor • M-Series-camera (M100, M200 en M300 Series) • Voor M100-/M200-Series-camera's moet LightHouse™-software versie 3.9 of hoger zijn geïnstalleerd.
Opmerking: • De hoogte boven de waterlijn en de kijkrichting van de camera dienen fysiek te worden gemeten voor een nauwkeurige installatie van de camera. • U kunt het horizontale gezichtsveld van de camera terugvinden in de specificaties in de installatiehandleiding van uw camera.
Kalibratie van draai- en kantel-camera's Draai- en kantelcamera's moeten worden gekalibreerd om ervoor te zorgen dat Augmented Reality correct werkt. 1. Bij de eerste instellingen, heeft u de volgende opties: i. Selecteer de Gegevens invoeren-prompt in de Video-app. ii. Selecteer het tabblad ClearCruise in de instellingen van de Video-app: Video-app > Instellingen >...
Pagina 244
Opmerking: Incorrecte fysieke installatie van de camera en incorrecte instellingen op de pagina Camera-instelling kunnen resulteren in een onnauwkeurige Augmented Reality-laag. • Om de waarde van Camerahoogte boven waterlijn te wijzigen, selecteert u het waardeveld en past u de waarde aan met de pijltjesknoppen. Menu-item Opties Camerahoogte boven waterlijn...
Belangrijk: Correcte kalibratie van de horizon is essentieel voor een nauwkeurige Augmented Reality-laag. Aanbevolen wordt te kalibreren op kalm water en met goed zicht naar de horizon. 17.3 Instellen van AR200 voor Augmented Reality Voordat u de Augmented Reality-functies gebruikt, is het belangrijk dat u de AR200 Augmented Reality-sensor correct installeert en configureert.
(vlaggen) in de Video-app. Wanneer correct gekalibreerd, legt ClearCruise™ Augmented Reality nauwkeurige vlaggen die automatisch worden bijgewerkt over de Video-app, zodat ze werkelijke objecten overlappen. Voor de Augmented Reality-functie is een Axiom-, Axiom Pro- of Axiom XL-MFD, een AR200-sensor en een compatibele camera vereist. Voor meer informatie, zie: p.240 —...
18.1 Overzicht Audio-app De Audio-app kan worden gebruikt voor het bedienen van compatibele entertainmentsystemen die zijn verbonden via hetzelfde netwerk als uw MFD. De Audio-app kan op volledig scherm worden getoond en op het halve staande scherm van app-pagina's . Mute alles —...
Audio-app-regelaars Bedieningselementen audiospeler Pictogram Omschrijving Functie Uitschakelen Schakelt het entertainmentsysteem uit. Alles dempen Alle audiozones dempen. Volume omlaag Verlaagt het volume voor de huidige zone. Volume omhoog Verhoogt het volume voor de huidige zone. Vooruit • Doorspringen naar volgende nummer (USB en Bluetooth) •...
Pagina 250
Pictogram Omschrijving Functie Afstemmen omlaag Handmatig omlaag zoeken naar radiostations/-kanalen. Opmerking: Voor SiriusXM is de bediening van kanalen vanaf een externe audio-hoofdunit niet beschikbaar. Herhalen • Uit • Nummer herhalen • Alles herhalen Willekeurige volgorde • Aan • Uit Afspelen Selecteer dit om met afspelen te beginnen.
Vereisten: controleer of uw entertainmentsysteem/-systemen compatibel is/zijn door de meeste recente gegevens op de Raymarine-website op te zoeken. Wanneer u dit niet zeker weet, kunt u contact opnemen met een geautoriseerde Raymarine-dealer voor advies. 2. Zorg ervoor dat u uw entertainmentsysteem/-systemen installeert overeenkomstig de documentatie die met het systeem is meegeleverd.
Pagina 252
Entertainmentsysteem uitgeschakeld Als alle entertainmentsystemen zijn uitgeschakeld, wordt een aan/uit-pictogram weergegeven voor ieder aangesloten systeem. Er wordt ook een pictogram weergegeven voor het inschakelen van Alle systemen. Wanneer u het Aan/Uit-pictogram selecteert wordt uw entertainmentsysteem ingeschakeld. Wanneer u het Alle-pictogram selecteert, worden alle aangesloten systemen ingeschakeld.
Een audiozone selecteren Als u meer dan 1 zone hebt geconfigureerd, worden audiozones weergegeven aan de linkerkant van het scherm. Alle zones voor alle aangesloten systemen worden weergegeven, gegroepeerd per entertainmentsysteem. 1. Selecteer de gewenste zone. Informatie over de audiobron die in die zone worden afgespeeld wordt weergegeven, samen met de audioregelaars.
Hoofdstuk 19: PDF-viewer-app Inhoudsopgave • 19.1 Overzicht PDF-viewer-app op pagina 256 • 19.2 PDF-bestanden openen op pagina 256 • 19.3 Bedieningselementen van de PDF-viewer op pagina 257 • 19.4 Zoeken in een PDF op pagina 258 PDF-viewer-app...
Een typische toepassing van de PDF-viewer is het weergeven van handleidingen van Raymarine-producten die u heeft gedownload van de Raymarine-website (www.raymarine.nl/manuals). PDF-bestanden moeten eerst worden gekopieerd naar een MicroSD-kaart met behulp van een extern apparaat (zoals een PC of tablet). U kunt vervolgens de MicroSD-kaart in de kaartsleuf van uw MFD’...
19.3 Bedieningselementen van de PDF-viewer Wanneer een PDF-bestand wordt weergegeven in de PDF-viewer-app, zijn de volgende opties beschikbaar. Eerste pagina — selecteer deze optie om de eerste pagina van het PDF-document weer te geven. 2. Vorige pagina — selecteer deze optie om de vorige pagina weer te geven. 3.
19.4 Zoeken in een PDF U kunt in een PDF-document zoeken naar een woord of zin met de Zoeken-functie. Doe het volgende wanneer het PDF-document wordt weergegeven in de viewer: 1. Selecteer Zoeken. 2. Voer het woord of de zoekterm in. 3.
Hoofdstuk 20: Drone-app (UAV, Unmanned Aerial Vehicle) Inhoudsopgave • 20.1 Overzicht Drone-app op pagina 260 • 20.2 Van start gaan op pagina 261 • 20.3 De Drone-app openen op pagina 262 • 20.4 De drone laten opstijgen op pagina 264 •...
20.1 Overzicht Drone-app Axiom-MFD's (Axiom™, Axiom™ Pro en Axiom™ XL) beschikken over een Drone-app (UAV, Unmanned Aerial Vehicle), waarmee u een DJI Mavic Pro- of Mavic Pro Platinum-drone kunt besturen met uw MFD. De Drone-app bevat bedieningselementen op afstand, instellingen, video en vluchtgegevens van de verbonden drone.
• De Drone-app is niet beschikbaar op eS Series- en gS Series-MFD's. • Op een Axiom XL-MFD wordt de drone aangesloten op dezelfde poort als de kaartlezer op afstand. Daarom is bij een installatie met een standalone Axiom XL-MFD elektronische cartografie via cartografische kaarten NIET beschikbaar wanneer uw drone is aangesloten.
7. Zet de afstandsbediening van de drone aan. 8. Zet de drone aan. 9. Wacht tot de drone een GNSS (GPS)-positiefix heeft opgehaald en tot het bericht "Ready to go" wordt weergegeven op het scherm van de afstandsbediening. 10. Sluit de USB A-stekker van de USB-kabel in de bijbehorende aansluiting op de afstandsbediening van de drone.
Pagina 263
Geen verbinding gedetecteerd Nadat de registratie is geslaagd, wordt de melding 'Geen verbinding gedetecteerd' weergegeven. Sluit de USB A-stekker van uw USB-kabel aan op de primaire controller van uw drone. Nadat u de drone hebt aangesloten, verdwijnt de melding. Drone-app Nadat uw drone correct is ingesteld en verbonden met uw MFD en het registreren van de Drone-app van uw MFD is geslaagd, wordt het videokanaal van de drone weergegeven en is de app klaar voor gebruik als extra controller voor uw drone.
20.4 De drone laten opstijgen Wanneer de omstandigheden hiervoor veilig zijn, kunt u de Drone-app gebruiken om uw drone op te laten stijgen. Voor het opstijgen dient u ervoor te zorgen dat alle voorzorgsmaatregelen zijn genomen om verlies, beschadigingen en letsel te voorkomen. 1.
Opmerking: De virtuele joysticks hebben prioriteit ten opzichte van de joysticks van de afstandsbediening van uw drone. Om de joysticks van de afstandsbediening te gebruiken, verbergt u de virtuele joysticks door het besturingspictogram te selecteren. 20.6 Uw drone terughalen Om uw drone terug te halen, volgt u de onderstaande instructies: 1.
Hoofdstuk 21: LightHouse-apps van externe leveranciers Inhoudsopgave • 21.1 LightHouse-apps van externe leveranciers op pagina 268 • 21.2 Startprogramma LightHouse-apps op pagina 268 • 21.3 Verbinding maken met het internet op pagina 269 • 21.4 Een Bluetooth-luidspreker koppelen op pagina 269 LightHouse-apps van externe leveranciers...
LightHouse™-apps zijn apps die zijn ontwikkeld door derden en die zijn goedgekeurd voor gebruik met het LightHouse™ 3-besturingssysteem. Opmerking: Raymarine biedt geen ondersteuning voor apps van externe leverancier of eventuele bijbehorende hardware van derden. Raadpleeg alstublieft de ontwikkelaar van de betreffende app voor ondersteuning en voor het oplossen van problemen.
21.3 Verbinding maken met het internet Doe het volgende vanuit het Home-venster: 1. Selecteer Apps. Het startprogramma voor apps worden weergegeven. 2. Selecteer de Wi-Fi-statusknop rechtsboven op de pagina voor het starten van apps. De Wi-Fi-instellingenpagina wordt weergegeven en er wordt naar beschikbare netwerken gezocht.
Hoofdstuk 22: Ondersteuning voor mobiele app Inhoudsopgave • 22.1 Raymarine mobiele apps op pagina 272 • 22.2 Synchroniseren met Fishidy op pagina 274 • 22.3 RayConnect op pagina 277 Ondersteuning voor mobiele app...
4. U bedient uw MFD met het touchscreen van uw mobiele apparaat, op dezelfde manier als u dit zou doen via het touchscreen van het MFD. 5. U kunt ook een weergave van de fysieke knoppen van een Axiom Pro of RMK-afstandsbediening gebruiken door de zijbalk met bedieningselementen uit te trekken vanuit de rechterkant van het...
Uw MFD bedienen met RayRemote Met de RayRemote-app kunt u uw MFD op afstand vanaf een mobiel apparaat bedienen. 1. Download en installeer RayRemote vanuit uw app store. Ondersteuning voor mobiele app...
3. Start de RayRemote-app. 4. U kunt uw MFD bedienen door op uw mobiele apparaat de equivalenten van de fysieke knoppen op het Axiom Pro MFD of het RMK-toetsenbord op afstand te gebruiken. Uw MFD-scherm bekijken met RayView Met de RayView-app kunt u uw MFD op afstand vanaf een mobiel apparaat bekijken.
Nadat u uw mobiele apparaat hebt verbonden met de Wi-Fi van uw MFD, kunt u waypoints en Fishidy-spots synchroniseren met de Fishidy-app. 1. Selecteer More (Meer) in de Fishidy-app. 2. Selecteer Raymarine Sync. 3. Selecteer Enable Sync (Synchroniseren inschakelen) om de synchronisatie tussen uw Fishidy-app en het MFD in te schakelen.
Synchronisatie uitschakelen U kunt Synchroniseren met Fishidy uitschakelen in de Fishidy-app op uw MFD. 1. Fishidy-app i. Open het menu Raymarine Sync en selecteer Disable Sync (Synchroniseren uitschakelen). ii. More (Meer) > Raymarine Sync > Disable Sync (Synchroniseren uitschakelen) 2. MFD i.
3. Definieer de regio's en de soorten cartografische gegevens waarvan u wilt dat deze in de kaart zijn opgenomen. 4. Download de kaarten naar een SD-kaart die in uw Axiom™- of Element™-MFD is geplaatst, of download de kaartgegevens direct naar het interne geheugen van een Axiom™-MFD.
Wanneer updates beschikbaar zijn voor uw kaarten, kunt u deze downloaden vanaf het tabblad My Charts (Mijn kaarten). Accountinstellingen U kunt de gegevens van uw Raymarine-account bijwerken met behulp van het Account-menu. U kunt de volgende gegevens van uw account bewerken: • Naam •...
Pagina 282
• 130586 — Entertainment — zoneconfiguratiestatus (ontvangen) • 130582 — Entertainment — zonevolume (ontvangen) Raymarine® biedt veld-programmeerbaarheid van de apparaat- en systeeminstanties binnen PGN 60928 die kunnen worden aangestuurd met het gebruik van PGN 126208 zoals vereist in de meest recente NMEA...