10.6 Alarmmeldingen stuurautomaat
De stuurautomaatfunctie beschikt over alarmmeldingen die u
waarschuwen voor situaties waarin actie is vereist.
Uw multifunctionele display geeft alarmmeldingen van de
stuurautomaat, daarbij maakt het niet uit of er actieve navigatie is
op het systeem. Als de stuurautomaatbediening is ingeschakeld
en de stuurautomaat genereert een alarm, dan genereert het
multifunctionele display een waarschuwingssignaal (alleen
wanneer het alarm nog niet is uitgeschakeld). Het dialoogvenster
Stuurautomaatbediening wordt weergegeven, met daarin een
nieuw alarm. Bovendien wordt het statuspictogram van de
stuurautomaat rood weergegeven, en blijft rood totdat het alarm
is opgeheven.
Alarmmeldingen van de stuurautomaat
uitzetten
1. Selecteer Beëindigen.
Het alarm wordt uitgezet, de stuurautomaat blijft in
automatische modus en gaat verder met de huidige
vastgezette heading.
2. Selecteer Automatisch.
Het alarm wordt uitgezet, de stuurautomaat blijft in
automatische modus en gaat verder met de huidige
vastgezette heading.
3. Selecteer Track.
Het alarm wordt uitgezet en de stuurautomaat 'volgt' de track
naar het volgende waypoint.
Alarmmeldingen van de stuurautomaat
uitzetten en de stuurautomaat uitschakelen
1. Selecteer STAND-BY.
Het alarm wordt uitgezet, de stuurautomaat wordt uitgeschakeld
en gaat over naar stand-by-modus.
Stuurautomaatbediening
121