verwijderen in programma's,
12–7
verwijderen uit programma's,
12–20
volgorde van operators, 6–16
vragen om waarden, 6–15
weergeven, 6–8
weergeven in programma's,
12–19, 13–10
wijze van evalueren, 13–10
wissen, 1–6
wortels, 7–1
vergelijkingen invoeren
backspace, 1–5
vergelijkingenlijst
bewerken, 6–9
weergeven, 6–8
vergelijkingenstand
backspace, 1–5, 6–9
starten, 6–4, 6–8
tijdens programma–invoer,
12–7
verlaten, 1–5, 6–4
verlaten
catalogus, 1–5
menu's, 1–5, 1–9
vertakken, 13–2, 13–16, 14–7
verwijderen
programma's, 12–23
vergelijkingen, 6–10
vierdegraads veeltermen, 15–21
vierkantswortel, 1–18, 4–2
VIEW
geen effect op stapel, 12–16
programma's stoppen, 12–15
programmagegevens bekijken,
12–15, 12–19, 14–6
weergave variabelen, 3–3
Index-16
vochtigheid
beperkingen, A–2
voedingsannunciator, A–3
volgorde
rekenen, 2–14
volgorde (operators in vergelijking),
6–16
voorwaardelijke instructies, 13–6
voorwaardelijke tests, 13–8, 13–9,
13–12, 13–16
vragen, A–1
W
waarschijnlijkheid
functies, 4–14
normale verdeling, 16–11
weergave
beïnvloed getallen, 1–20
effect op afronden, 4–17
functienamen, 4–17
instellen, 1–20, A–1
invloed op integratie, 8–2, 8–6,
8–7
punten en komma's in, 1–19
punten en komma's in getallen,
A–1
standaard, B–4
X–register, 2–2
willekeurige getallen, 4–15, B–4
wissen
berichten, 1–5, 1–25
geheugen, 1–26, A–1
getallen, 1–15, 1–17
programma's, 1–26
statistische registers, 11–2,
11–13
variabelen, 1–26, 3–4
X–register, 2–2, 2–7