Naam
PSE
r
RAD
RAD
RADIX ,
RADIX .
RANDOM
RCL variabele
RCL+ variabele
RCL– variabele
RCLx variabele
RCL÷ variabele
G–12
Index van bewerkingen
Toetsen en omschrijving
Pause.
Stopt een programma even om de
waarde van x, een variabele of
vergelijking te tonen. Gaat daarna
weer verder. (Wordt alleen in
programma's gebruikt.)
{ } Geeft de
correlatiecoëfficiënt tussen de
waarden x en y:
−
−
(
x
x
)(
y
i
i
−
×
2
(
x
x
)
(
y
i
i
{
}
Hoeken in radialen.
Van graden naar
radialen.
Geeft (2π/360) x.
{ }
Selecteert de komma als
decimaalteken.
{ }
Selecteert de punt als
decimaalteken.
Voert de
RANDOM–functie uit. Geeft een
willekeurig getal in het interval 0
tussen 1.
variabele
Terugroepen.
Kopieert variabele naar het
X–register.
variabele
Geeft x + variabele.
variabele.
Geeft x – variabele.
variabele.
Geeft x × variabele.
variabele.
Geeft x ÷ variabele.
y
)
−
2
y
)
Pagina
12–19
12–19
11–8
1
4–4
4–13
1
1–19
1–19
4–15
1
3–5
3–5
3–5
3–5
3–5