Rolgordijn
Afb. 79 Rolgordijn
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 82.
Het rolgordijn bevindt zich in een behuizing op de bagageruimteafdekking.
›
Om te verduisteren het rolgordijn aan greep
ken en in pijlrichting
in de magnetische houders
2
›
Om op te rollen het rolgordijn aan greep
houders
trekken
» afb.
79. Het rolgordijn zo houden, dat dit langzaam en
B
zonder beschadiging kan oprollen.
Let op
Het is niet nodig om het rolgordijn vóór het openen van de achterklep op te
rollen.
Rolgordijn in de achterportieren
Afb. 80 Rolgordijn in het achterportier
in pijlrichting
eruit trek-
A
1
haken
» afb.
79.
B
tegen de pijlrichting
uit de
A
2
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 82.
›
Om te verduisteren het rolgordijn aan greep
ken en in pijlrichting
in de houder
2
ken
» afb.
80.
›
Om op te rollen het rolgordijn aan greep
houder
trekken
» afb.
80. Het rolgordijn zo houden, dat dit langzaam en
B
zonder beschadiging kan oprollen.
Ruitenwissers en -sproeiers
Inleiding voor het onderwerp
De ruitenwissers en de sproeierinstallatie werken alleen bij ingeschakeld con-
tact en gesloten motorkap resp. achterklep.
ATTENTIE
Bij lage temperaturen de ruitensproeierinstallatie niet gebruiken zonder
eerst de voorruit te verwarmen. De ruitensproeiervloeistof zou kunnen
vastvriezen op de voorruit en het zicht naar voren beperken.
VOORZICHTIG
Als de ruitenwissers zich in de ruststand bevinden, kunnen ze niet van de
■
voorruit worden weggeklapt. Vóór het wegklappen van de ruitenwissers van
de ruit de wissers in de servicestand zetten
Bij lage temperaturen en in de winter vóór het inschakelen van het contact
■
controleren of de ruitenwisserbladen niet zijn vastgevroren. Als de ruitenwis-
sers bij bevroren ruitenwisserbladen worden ingeschakeld, kunnen zowel de
ruitenwisserbladen als de ruitenwissermotor worden beschadigd.
Vastgevroren ruitenwisserbladen voorzichtig van de ruit losmaken en snee-
■
uw- en ijsvrij maken.
Voorzichtig met de ruitenwissers omgaan - gevaar voor beschadiging van de
■
voorruit door de ruitenwisserarmen.
Bij weggeklapte voorste ruitenwisserarmen het contact niet inschakelen -
■
gevaar voor beschadiging van de motorkap door de ruitenwisserarmen.
Bij een obstakel op de voorruit proberen de wissers vijfmaal dit obstakel weg
■
te schuiven. Daarna blijven de wissers staan, om beschadiging ervan te voorko-
men. De wissers pas na het verwijderen van het obstakel opnieuw inschakelen.
in pijlrichting
eruit trek-
A
1
aan de bovenzijde van het portier ha-
B
tegen de pijlrichting in
A
2
» pag.
314.
Licht en zicht
uit de
83