Download Print deze pagina

Skoda SUPERB 2017 Instructieboekje pagina 299

Advertenties

ATTENTIE
Nooit met verkeerde bandenspanning rijden - gevaar voor ongevallen.
Bij zeer snel bandenspanningsverlies (bv. bij een bandenschade) moet er
worden geprobeerd om de wagen voorzichtig en zonder heftige stuurbe-
wegingen en zonder hard te remmen tot stilstand te brengen - gevaar voor
ongevallen.
Let op
De conformiteitsverklaring (het zgn. COC-document) is verkrijgbaar bij een
ŠKODA Partner (geldt slechts voor enkele landen en enkele modelvarianten).
Bandenslijtage en wielen verwisselen
Afb. 330 Bandenslijtagemerktekens/omwisselen van de wielen
De bandenslijtage verhoogt onder de volgende omstandigheden.
Onjuiste bandenspanning.
Rijstijl (bv. snel rijden door bochten, hard accelereren/remmen).
Onjuiste uitbalancering (de wielen na omwisseling/vervanging/reparatie of bij
"onrustige" stuurinrichting laten balanceren).
Verkeerde uitlijning.
Onderin het profiel van de banden zitten slijtagemerktekens die de toegesta-
ne minimale profieldiepte weergeven
ten worden beschouwd als een van deze merktekens het bandenprofiel vlak
afsluit. Markeringen op de bandwangen, zoals de letters "TWI" en/of andere
symbolen (bv. ), geven de plaats van de slijtagemerktekens aan.
Voor een gelijkmatige slijtage van alle banden adviseren we om de wielen elke
10.000 km overeenkomstig het schema te om te wisselen
» afb. 330
- . Een band moet als versle-
» afb. 330
- .
ATTENTIE
De banden op zijn laatst wisselen als zij tot de slijtagemerktekens zijn af-
gereden - gevaar voor ongevallen.
Een verkeerde wieluitlijning beïnvloedt het rijgedrag - gevaar voor onge-
vallen!
Ongewone trillingen of "trekken" van de wagen naar één zijde kan duiden
op bandenschade. De snelheid verminderen en stoppen! Als uitwendig geen
bandschade herkenbaar is, de hulp van een specialist inroepen.
Noodreservewiel
Het noodreservewiel alleen gebruiken tot aan de dichtstbijzijnde specialist,
omdat dit wiel niet bestemd is voor continu gebruik.
Het noodreservewiel is altijd vaneen waarschuwingssticker voorzien die op de
velg zit.
Indien dit noodreservewiel wordt gebruikt, dient op het volgende te worden
gelet.
De waarschuwing niet afdekken.
Tijdens het rijden bijzonder voorzichtig zijn.
Het noodreservewiel oppompen met de maximale vuldruk voor de wagen
» pag. 296
(de voorgeschreven bandenspanning van noodreservewiel R 18 is
4,2 bar).
Bij wagens met bandenspanningscontrole moeten de bandenspanningswaar-
den in het systeem worden opgeslagen
ATTENTIE
Nooit met meer dan één gemonteerd noodreservewiel rijden!
Bij rijden met een noodreservewiel niet volgas accelereren, niet hard rem-
men en niet snel door bochten rijden.
Geen sneeuwkettingen gebruiken op het noodreservewiel.
De aanwijzingen op de waarschuwingssticker van het noodreservewiel in
acht nemen.
» pag.
267.
Wielen
297

Advertenties

loading