De functietoets Opslaan aantippen, om de ingestelde parameters van de info-
▶
tainment-hotspot op te slaan.
Verbinding maken
▶
In het externe apparaat WLAN inschakelen en beschikbare hotspots zoeken.
▶
De infotainment-hotspot kiezen.
Het vereiste, in het menupunt
▶
hotspot WLAN) → SSID: ... ingestelde wachtwoord invoeren.
Het tot stand brengen van de verbinding bevestigen.
▶
Beveiligde verbinding via WPS tot stand brengen (geldt voor het
infotainment Amundsen)
▶
WLAN in het infotainment inschakelen.
Het sensorveld
en vervolgens de functietoets → WLAN → WLAN → WPS
▶
snelverbinding (WPS-knop) aantippen.
In het externe apparaat de optie voor aansluiting op de infotainment-hotspot
▶
via WPS inschakelen.
Let op
Indien het externe apparaat met de hotspot (WLAN) van het infotainment is
verbonden, dan is het gebruik van de dataverbinding van het externe apparaat
niet mogelijk.
Infotainment met de hotspot (WLAN) van het externe apparaat
verbinden
›
Voor het in-/uitschakelen van het WLAN van het infotainment het sensor-
veld
en vervolgens de functietoets → WLAN → WLAN → WLAN aantippen.
Beschikbare hotspots tonen
▶
Het sensorveld
en vervolgens de functietoets → WLAN → WLAN aantip-
pen.
→ → WLAN → Mobiele hotspot → Instellingen
Afb. 216
Lijst met beschikbare WLAN-
netwerken
Bij ingeschakelde WLAN-functie wordt een lijst met de beschikbare of eerder
verbonden hotspots met de volgende informatie en functietoetsen weergege-
ven
» afb.
216.
Zoeken naar beschikbare hotspots
A
In-/uitschakelen van het WLAN van het infotainment
B
Automatisch tot stand brengen van de beveiligde verbinding met de hot-
C
spot door middel van WPS (geldt voor het infotainment Amundsen)
Handmatig naar hotspots zoeken en verbinding opbouwen
D
Functietoetsen van de beschikbare hotspots
E
Verbreken van de verbinding met de actueel verbonden hotspot door het
F
wissen van het toegangswachtwoord uit het infotainmentgeheugen (de
functietoets wordt alleen weergegeven als een verbinding tot stand is ge-
bracht)
Actuele verbinding
WLAN-sterkte van de hotspot van het externe apparaat
Verbinding maken
WLAN in het infotainment inschakelen.
▶
▶
De lijst met beschikbare hotspots weergeven, eventueel de lijst door het aan-
tippen van de functietoets Zoeken -
▶
De gewenste hotspot kiezen en het wachtwoord invoeren.
Verbinding handmatig zoeken en tot stand brengen
WLAN in het infotainment inschakelen.
▶
De lijst met beschikbare hotspots weergeven.
▶
▶
De functietoets Handmatige instellingen aantippen en de benodigde hotspot-pa-
rameters instellen.
▶
De functietoets Verbinden aantippen.
Als de parameters voor het zoeken correct zijn ingesteld en de hotspot be-
schikbaar is, dan wordt de verbinding tot stand gebracht.
Beveiligde verbinding via WPS tot stand brengen (geldt voor het
infotainment Amundsen)
WLAN in het infotainment inschakelen.
▶
In het externe apparaat de optie voor aansluiting op het externe apparaat via
▶
WPS inschakelen.
▶
Het sensorveld
en vervolgens de functietoets → WLAN → Mobiele hotspot
→ WPS snelverbinding (WPS-knop) aantippen.
» afb. 216
actualiseren.
A
Hotspot (WLAN) en dataverbinding
185