Bij het openen van een portier of een ruit (eventueel het panorama-schuif-kan-
teldak) wordt op het infotainmentbeeldscherm de overeenkomstige melding
weergegeven.
Luchtroosters
Afb. 171 Luchtroosters voorin
Afb. 172 Luchtroosters achterin
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 122.
Bij de luchtroosters 3, 4
» afb. 171
stroom worden gewijzigd en kunnen de luchtroosters ook afzonderlijk worden
geopend en gesloten.
De instelling van de luchtstroomrichting gebeurt door het verstelelement
» afb. 171
resp.
» afb. 172
in de gewenste richting te verstellen.
en 6
» afb. 172
kan de richting van de lucht-
›
Om te openen regelaar
›
Om te sluiten regelaar
Afhankelijk van de instelling van de luchtverdeling stroomt de lucht uit de vol-
gende luchtroosters:
Luchtuitstroomrichting instel-
len
VOORZICHTIG
De luchtroosters niet afdekken - de luchtverdeling kan worden gehinderd.
Extra verwarming (interieurvoorverwarming en -ventilatie)
Inleiding voor het onderwerp
De interieurvoorverwarming verwarmt het wageninterieur en de motor. Voor
de verwarming wordt brandstof uit de brandstoftank verbruikt.
De interieurvoorventilatie biedt de mogelijkheid om bij afgezette motor bui-
tenlucht naar het interieur te voeren, waardoor de temperatuur in het interieur
effectief wordt verlaagd (bv. als de wagen in de zon staat geparkeerd).
De extra verwarming (interieurvoorverwarming- en ventilatie(hierna interieur-
voorverwarming) zorgt voor de verwarming/ventilatie afhankelijk van de in-
stelling van de airconditioning en de luchtroosters vóór het uitschakelen van
het contact.
A
» afb. 171
resp.
» afb. 172
omhoog draaien.
B
» afb. 171
resp.
» afb. 172
omlaag draaien.
B
Luchtroosters
» afb. 171
1, 2, 4
1, 2, 4, 5, 7
3, 4, 6
4, 5, 7
3, 4, 5, 6, 7
Verwarming en ventilatie
en
» afb. 172
127