●
Trap de koppeling volledig in.
●
Druk de versnellingshendel in neutrale stand
omlaag, beweeg hem dan helemaal naar links
en daarna naar voren om de achteruitversnel-
›››
ling
afb. 114
te selecteren.
R
●
Laat de koppeling los.
Terugschakelen
Tijdens het rijden moet u altijd geleidelijk te-
rugschakelen. Schakel dus telkens één versnel-
ling lager wanneer het motortoerental niet te
›››
hoog is
. Het terugschakelen waarbij
één of meer versnellingen worden overgesla-
gen bij hoge snelheden of hoge toerentallen
kan de koppeling en versnellingsbak beschadi-
gen, zelfs als de koppelingspedaal nog wordt
›››
ingetrapt
.
WAARSCHUWING
Indien de motor draait, gaat de wagen bewe-
gen zodra een versnelling is gekozen en het
koppelingspedaal wordt gelost. Dit is ook het
geval als de parkeerrem wordt ingeschakeld.
●
Kies nooit de achteruit terwijl de wagen in
beweging is.
WAARSCHUWING
Als u naar een te lage versnelling schakelt,
kunt u de controle over de wagen verliezen
en bestaat er gevaar voor ongelukken en
ernstig letsel.
168
Rijden
LET OP
Indien u een te lage versnelling kiest terwijl
u rijdt met hoge snelheid of hoog toeren-
tal, kan dit de koppeling en versnellingsbak
aanzienlijk beschadigen. Dit is zelfs het ge-
val indien u het koppelingspedaal ingedrukt
houdt.
LET OP
Houd rekening met het volgende om schade
en vroegtijdige slijtage te voorkomen:
●
Leg uw hand niet op de versnellingshendel
tijdens het rijden. De druk die uw hand uit-
oefent wordt overgebracht op de schakelgaf-
fels.
●
Laat uw voet niet op het koppelingspedaal
rusten; hoewel de kracht die dan daarop
wordt uitgeoefend slechts klein is, kan die
toch leiden tot vroegtijdige slijtage van de
koppelingsplaat. Gebruik de voetenruimte
zolang u niet schakelt.
●
Let erop dat de wagen volledig stilstaat
voordat u de achteruitversnelling inschakelt.
●
Trap het koppelingspedaal altijd volledig in
bij het schakelen.
●
Houd de wagen niet in stilstand op een hel-
ling door de "voet op de koppeling te hou-
den" met draaiende motor.
Automatische versnel-
lingsbak DSG
Inleiding tot thema
De wagen is met een schakelbak met elektro-
nische regeling uitgerust. De krachtoverbren-
ging tussen motor en versnellingsbak gebeurt
via twee onafhankelijke koppelingen. Deze ver-
vangen de koppelomvormer van gebruikelijke
automatische transmissies en maken het acce-
lereren van de wagen zonder merkbare trek-
krachtonderbreking mogelijk.
Met behulp van het Tiptronic-systeem kunnen
de versnellingen ook handmatig worden ge-
›››
schakeld
pag. 170, Versnellingen schake-
len in
Tiptronic-stand.