als de motor "onregelmatig" werkt. Houd tot
1.000 kilometer (600 mijl) rekening met het
volgende:
●
Geef niet vol gas.
●
Laat de motor niet op meer dan 2/3 van het
maximumtoerental draaien.
●
Niet met aanhangwagen rijden.
Verhoog tussen de 1.000 en 1.500 kilome-
ter (600 en 1000 mijl) het vermogen geleide-
lijk tot de maximumsnelheid en een verhoogd
motortoerental bereikt zijn.
Remblokken en nieuwe banden inrijden
●
Vervanging van velgen en nieuwe banden
›››
pag.
362.
›››
●
Informatie over de remmen
Milieu-aanwijzing
Wanneer u bij het inrijden voorzichtig rijdt,
wordt de levensduur van de motor langer en
het olieverbruik lager.
Vierwielaandrijving (4Drive)
Bij de vierwielaandrijving worden alle vier de
wielen aangedreven.
Aanwijzingen voor het rijden
Algemene aanwijzingen
Bij 4-wielaandrijving wordt de aandrijfkracht
over alle vier wielen verdeeld. Dit gebeurt au-
tomatisch, afhankelijk van uw rijgedrag en de
rijwegomstandigheden. Zie ook
Het 4-wielaandrijfsysteem is afgestemd op een
hoog motorvermogen. Door de vierwielaan-
drijving biedt uw wagen uitstekende presta-
ties en voortreffelijke rijeigenschappen zowel
bij normale wegomstandigheden als bij uitzon-
derlijke omstandigheden met sneeuw en ijs.
Daarom is het noodzakelijk om rekening te
houden met bepaalde veiligheidsaanwijzingen
›››
.
Winterbanden
pag.
177.
Dankzij de vierwielaandrijving is de voor-
waartse trekkracht van de wagen onder win-
terse omstandigheden goed, zelfs bij normale
banden. Desondanks adviseren wij u 's winters
om voor alle vier de wielen winter- of 4-sei-
zoenenbanden te gebruiken, omdat hierdoor
vooral ook de remwerking wordt verbeterd.
Sneeuwkettingen
Als het verplicht is om sneeuwkettingen te ge-
bruiken, moet u dit ook bij wagens met vier-
wielaandrijving doen
Rijden
Banden verwisselen
Bij wagens met vierwielaandrijving mogen al-
leen wielen met dezelfde maat worden ge-
bruikt. Vermijd ook banden met verschillende
›››
pag.
179.
profieldiepte
Heb ik een terreinwagen?
Uw CUPRA is geen terreinwagen, de bodem-
vrijheid is daarvoor te gering. Daarom ongepla-
veide wegen mijden.
›››
pag.
367.
›››
pag.
362.
WAARSCHUWING
●
Ook bij wagens met vierwielaandrijving uw
rijstijl steeds aan de toestand van de rijweg
en aan de verkeerssituatie aanpassen. De
geboden hogere veiligheid mag geen aanlei-
ding zijn tot het nemen van grotere risico's.
Gevaar voor ongevallen!
●
Het remvermogen van uw wagen wordt
door de grip van de banden bepaald. Het is
daarom niet anders dan bij een 2-wielaange-
dreven wagen. Daarom dient men, ondanks
een goede acceleratie op zelfs een glad weg-
dek, niet met te hoge snelheden te rijden.
Gevaar voor ongevallen!
●
Let er bij een natte rijbaan op dat bij
een te hoge snelheid de voorwielen kunnen
gaan "glijden" (aquaplaning). Daarbij wordt,
anders dan bij wagens met voorwielaandrij-
ving, niet aangegeven dat de wielen begin-
nen te glijden doordat de motor plotseling
in een hoger toerentalgebied komt. Om deze
155