BELANGRIJK
Plaats de afdekking van de laadaansluiting zo
dat deze de lak niet beschadigt (bijvoorbeeld
als het hard waait).
Sluit de klep van de laadaansluiting in omge-
keerde volgorde.
Gerelateerde informatie
Oplading van hybride-accu starten (p. 439)
•
Oplading van hybride-accu beëindigen
•
(p. 448)
Hybride-accu opladen (p. 433)
•
4
De spanning op het stopcontact kan per markt verschillen.
Of gelijkwaardige contacten met een andere spanning, afhankelijk van de markt.
5
Oplading van hybride-accu starten
De hybride-accu van de auto is op te laden met
een laadkabel tussen de auto een 230V-stop-
4
contact
(wisselstroom).
Gebruik alleen de laadkabel die bij de auto werd
geleverd of een door Volvo geadviseerde vervan-
gende kabel.
BELANGRIJK
Sluit de laadkabel nooit aan bij gevaar voor
onweer of blikseminslag.
N.B.
Volvo adviseert een laadkabel volgens IEC
62196 en IEC 61851 die temperatuurbewa-
king ondersteunt.
HYBRIDE-INFORMATIE
WAARSCHUWING
Het opladen van de hybride-accu mag
•
alleen gebeuren met de toelaatbare maxi-
mumlaadstroom of lager conform de
lokale en landelijke aanbevelingen voor
het opladen van hybridevoertuigen via
een 230V-contact/stekker (wisselspan-
ning).
Het opladen van de hybride-accu mag
•
alleen gebeuren via goedgekeurde en
met randaarde beveiligde 230V-contac-
5
ten
of via laadstations met een door
Volvo beschikbaar gestelde losse laadka-
bel (mode 3).
De aardlekschakelaar van de regeleen-
•
heid beschermt de auto, maar toch
bestaat het gevaar dat het 230V-net
overbelast raakt.
Gebruik geen stopcontacten die zichtbare
•
slijtage of schade vertonen, omdat het
gebruik ervan aanleiding kan geven tot
brand en/of letsel.
Gebruik nooit een verlengkabel.
•
Gebruik nooit een adapter.
•
}}
439