BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
Automatische stand-bystand
Pilot Assist is afhankelijk van andere systemen
zoals de stabiliteitsregeling/antislipregeling
49
ESC
. Als een van dergelijke andere systemen
uitvalt, wordt Pilot Assist automatisch uitgescha-
keld.
WAARSCHUWING
Wanneer de auto automatisch stand-by staat,
wordt u gewaarschuwd met een geluidssig-
naal en een melding op het bestuurdersdis-
play.
Als bestuurder moet u dan zelf de snel-
•
heid aanpassen, zo nodig remmen en een
veilige afstand houden tot voorliggers.
De automatische stand-by kan bijvoorbeeld ver-
oorzaakt zijn door:
u opent het bestuurdersportier.
•
de remmen hebben een hoge temperatuur.
•
u houdt uw handen niet aan het stuurwiel.
•
de parkeerrem wordt geactiveerd.
•
het motortoerental is te laag/hoog.
•
u doet de veiligheidsgordel af.
•
een of meer wielen verliezen hun grip op het
•
wegdek.
Electronic Stability Control
49
338
de gecombineerde camera en radarsensor
•
wordt afgedekt door sneeuw of zware regen-
val (blokkering cameralens/radarsignalen).
u rijdt langzamer dan 5 km/h (3 mph) en
•
Pilot Assist kan niet registreren of de voorlig-
ger een stilstaand voertuig is of een object,
zoals een verkeersdrempel.
u rijdt langzamer dan 5 km/h (3 mph) en de
•
voorligger slaat af, zodat Pilot Assist geen
voorligger meer heeft om te volgen.
de snelheid daalt tot onder 30 km/h
•
(20 mph) – geldt alleen voor auto's met een
handgeschakelde versnellingsbak.
Pilot Assist heractiveren vanuit stand-
bystand
NB De afbeelding is schematisch – afhankelijk van het
model zijn afwijkingen mogelijk.
Om Pilot Assist opnieuw te activeren:
Druk op de stuurknop
(1).
–
> De auto hervat de laatst opgeslagen snel-
heid.
WAARSCHUWING
Wanneer u de snelheid weer hervat met de
stuurknop
, kan er een markante snel-
heidstoename volgen.
Gerelateerde informatie
Pilot Assist (p. 332)
•
Pilot Assist activeren en starten (p. 335)
•