Download Print deze pagina
Volvo S60 2012 Instructieboekje

Volvo S60 2012 Instructieboekje

Web edition
Verberg thumbnails Zie ook voor S60 2012:

Advertenties

Instructieboekje
S60
L:7 :9>I>DC

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Volvo S60 2012

  • Pagina 1 Instructieboekje L:7 :9>I>DC...
  • Pagina 3 BESTE VOLVO-BEZITTER, DANK U DAT U GEKOZEN HEBT VOOR VOLVO! Wij hopen dat u jarenlang rijplezier van uw Volvo zult hebben. Bij het Om nog meer plezier van uw auto te hebben, raden wij u aan om ontwerp hebben veiligheid en comfort van u en uw passagiers voor- vertrouwd te raken met de uitrusting, de instructies en de onder- opgestaan.
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    Inhoud 00 Inleiding 01 Veiligheid 02 Sloten en alarm Belangrijke informatie......... 6 Veiligheidsgordels ........16 Transpondersleutel/sleutelblad....42 Volvo en het milieu........11 Airbags............19 Privacy locking*......... 48 Airbag activeren/deactiveren*....22 Batterij vervangen transpondersleutel/ PCC*............50 SIPS-airbags (zij-airbags) ......24 Keyless drive*..........52 Opblaasgordijnen (IC-systeem) ....
  • Pagina 5 04 Bestuurdersondersteuning 05 Comfort en rijplezier Instrumenten, schakelaars en bediening. . 68 Stabiliteits- en tractieregelsysteem, Menu- en meldingsfuncties....206 DSTC............148 Volvo Sensus ........... 77 Menugroep MY CAR....... 209 Road Sign Information – RSI*....150 Sleutelstanden.......... 78 Klimaatregeling........217 Snelheidsbegrenzer........ 152 Stoelen en achterbank......
  • Pagina 6 Inhoud 06 Infotainment 07 Tijdens het rijden 08 Wielen en banden Algemene informatie over infotainment. . 242 Rijadviezen..........294 Algemene informatie ......318 Radio............253 Tanken............ 297 Wielen verwisselen ......... 323 Mediaspeler..........261 Brandstof..........298 Bandenspanning ........326 Externe geluidsbron via AUX/USB*- Lading vervoeren........
  • Pagina 7 Inhoud 09 Onderhoud en service 10 Specificaties 11 Alfabetisch register Motorruimte..........336 Type-aanduidingen......... 378 Alfabetisch register......... 416 Gloeilampen..........344 Maten en gewichten........ 380 Wisserbladen en sproeiervloeistof..350 Motorspecificaties........384 Accu............352 Motorolie..........386 Zekeringen..........358 Vloeistoffen en smeermiddelen....389 Verzorging..........369 Brandstof..........
  • Pagina 8: Inleiding

    Een goede manier om vertrouwd te raken met Neem bij twijfel over de standaarduitrusting of Displaymeldingen uw nieuwe auto is om het instructieboekje te opties/accessoires contact op met een Volvo- In de auto zijn displays aanwezig waarop mel- lezen, idealiter voordat u uw eerste rit maakt. dealer.
  • Pagina 9: Gevaar Voor Lichamelijk Letsel

    Inleiding Belangrijke informatie Gevaar voor lichamelijk letsel Gevaar voor materiële schade Informatie G031590 Zwarte ISO-symbolen in een oranje waarschu- Witte ISO-symbolen en een witte tekst/afbeel- Witte ISO-symbolen en een witte tekst/afbeel- wingsveld, witte tekst/afbeelding in een zwart ding in een zwart of blauw waarschuwings- en ding in een zwart tekstveld.
  • Pagina 10: Vastlegging Van Gegevens

    Belangrijke informatie Procedurelijsten Positielijsten helpen van storingen in de auto en anderzijds om ervoor te zorgen dat Volvo voldoet aan de Procedures met handelingen die in een Op overzichtsfiguren die de positie van geldende wet- en regelgeving. Volvo gebruikt bepaalde volgorde moeten worden uitgevoerd,...
  • Pagina 11 Volvo On Call is een aanvullend pakket met de wet de gegevens kunnen opeisen. veiligheids-, beveiligings- en comfortdiensten. Als een auto met Volvo On Call van eigenaar Om de door de computers van de auto vast- verandert, is het uitermate belangrijk dat deze gelegde gegevens te kunnen uitlezen en inter- diensten worden beëindigd zodat de vorige...
  • Pagina 12: Informatie Op Internet

    Voor meer informatie over de lasersensor, zie ensor of delen ervan over aan een pagina 171. erkende werkplaats, bij voorkeur aan een erkende Volvo-werkplaats. Informatie op internet • Stel de lasersensor niet bij en voer geen onderhoud uit dat niet uitdrukkelijk in dit Op www.volvocars.com vindt u meer informa-...
  • Pagina 13: Volvo En Het Milieu

    Milieuzorg is een van de kernwaarden van Brandstofverbruik combineert met een uitermate efficiënte uit- Volvo Car Corporation die van invloed zijn op laatgasreiniging. In veel gevallen liggen uitlaat- De auto’s van Volvo zijn concurrerend in hun alle activiteiten. We zijn ervan overtuigd dat gasemissies ver onder de geldende normen.
  • Pagina 14 Inleiding Volvo en het milieu Het systeem bestaat uit een elektronische sen- Volvo beschikt over de kennis en het gereed- juiste manier van verwerken van dergelijk afval – geadviseerd wordt een erkende sor en een koolstoffilter. De binnenkomende schap om optimale zorg voor het milieu te kun- Volvo-werkplaats.
  • Pagina 15 Inleiding Volvo en het milieu...
  • Pagina 16 Veiligheidsgordels .................. 16 Airbags....................19 Airbag activeren/deactiveren*..............22 SIPS-airbags (zij-airbags) ............... 24 Opblaasgordijnen (IC-systeem) ............. 26 WHIPS ....................27 Activering van de veiligheidssystemen ..........29 Safety mode.................... 30 Kinderen en veiligheid................31 Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 17 V E I L I G H E I D...
  • Pagina 18: 01 Veiligheid

    01 Veiligheid Veiligheidsgordels Algemene informatie Goede positie veiligheidsgordel. Hoogte-instelling van de veiligheidsgordel. Druk de knop in en zet de gordel hoger of lager. Zet de gordel zo hoog mogelijk zonder dat de gordel Remmen kan ernstige gevolgen hebben als de daarbij langs de nek schuurt.
  • Pagina 19: Veiligheidsgordel En Zwangerschap

    Volvo adviseert u daarvoor con- Let erop dat: tact op te nemen met een erkende Volvo- • u geen klemmen of andere accessoires werkplaats. gebruikt waardoor u de veiligheidsgordel...
  • Pagina 20: Gordelwaarschuwing

    01 Veiligheid Veiligheidsgordels onder controle hebben (wat inhoudt dat ze met Achterbank Bepaalde markten gemak bij het stuur en de pedalen moeten kun- De functie van de gordelwaarschuwing voor de Er gaat een waarschuwingslampje branden en nen komen). Streef ernaar de afstand tussen de achterbank is tweeledig: er worden geluidssignalen afgegeven wanneer buik en het stuur zo groot mogelijk te maken.
  • Pagina 21: Waarschuwingslampje Op Instrumentenpaneel

    SIPS- en het IC-sys- teem of op een andere storing in het sys- teem. Volvo adviseert u zo spoedig mogelijk contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. Behalve het brandende waarschuwingslampje verschijnt er, in die gevallen waarin dat nodig Airbagsysteem, auto met stuur links.
  • Pagina 22 WAARSCHUWING WAARSCHUWING De veiligheidsgordel en de airbag werken Volvo adviseert u voor reparatie contact op samen. Als de veiligheidsgordel niet of te nemen met een erkende Volvo-werk- onjuist wordt gebruikt, kan de bescherming plaats. Verkeerde ingrepen in het airbag-...
  • Pagina 23 01 Veiligheid Airbags WAARSCHUWING Plaats geen voorwerpen voor of boven op het dashboard in het gebied waar de pas- sagiersairbag is aangebracht. WAARSCHUWING Vervoer kinderen nooit in een kinderzitje of op een comfortkussen voorin, wanneer de airbag aan die kant geactiveerd is. Laat nooit iemand voor de passagierstoel zitten of staan.
  • Pagina 24: Airbag Activeren/Deactiveren

    Controleer of de schakelaar in de gewenste de voorstoel zitten, maar kinderen in een plaatsnemen als het waarschuwingslampje stand staat. Volvo adviseert u het sleutelblad kinderzitje of op een kussen beslist niet. voor het airbagsysteem op het instrumen- van de transpondersleutel te gebruiken om de De airbag is gedeactiveerd.
  • Pagina 25 01 Veiligheid Airbag activeren/deactiveren* Geactiveerde airbag Gedeactiveerde airbag WAARSCHUWING Geactiveerde airbag (passagiersstoel): Vervoer kinderen nooit in een kinderzitje of op een comfortkussen op de passagiers- stoel, wanneer de airbag aan die kant geac- tiveerd is. Laat evenmin personen die klei- ner zijn dan 1,40 m op deze stoel plaatsne- men.
  • Pagina 26: Sips-Airbags (Zij-Airbags)

    01 Veiligheid SIPS-airbags (zij-airbags) SIPS-airbag Positie WAARSCHUWING • Volvo adviseert u reparatiewerk over te laten aan een erkende Volvo-werk- plaats. Verkeerde ingrepen in het SIPS- airbagsysteem kunnen aanleiding geven tot storingen in de werking met mogelijk ernstig lichamelijk letsel tot gevolg.
  • Pagina 27 01 Veiligheid SIPS-airbags (zij-airbags) ding reageren de sensoren, die op hun beurt de gasgeneratoren activeren. De SIPS-airbags worden vervolgens opgeblazen tussen de inzittende en het portierpaneel. Daarmee van- gen de SIPS-airbags de klap van de aanrijding op voor de inzittende, waarna de airbags weer leeglopen.
  • Pagina 28: Opblaasgordijnen (Ic-Systeem)

    Schroef of bevestig geen onderdelen op de plafondbekleding, portierstijlen of de zijpa- nelen van de auto. Ze kunnen daarbij hun beschermende werking verliezen. Volvo adviseert u uitsluitend originele Volvo- onderdelen, bestemd voor montage op deze plaatsen, te gebruiken. De opblaasgordijnen van het IC-systeem (Infla-...
  • Pagina 29: Whips

    Breng nooit zelf wijzigingen in de stoel of het Plaats geen voorwerpen op de vloer achter de WHIPS-systeem aan en probeer ze nooit bestuurders- of passagiersstoel die het WHIPS- zelf te repareren. Volvo adviseert u daarvoor systeem kunnen hinderen. contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
  • Pagina 30 Het WHIPS-systeem kan een deel van zijn beschermende eigenschappen hebben ver- loren, zelfs als de stoel ogenschijnlijk intact Volvo adviseert u contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats voor een controle van het systeem, ook na een lichte aanrijding van achteren.
  • Pagina 31: Activering

    Bij aanrijdingen van veerd kunnen worden. Laat de auto weg- achteren slepen. Volvo adviseert u hem te laten weg- slepen naar een erkende Volvo-werkplaats. Het is mogelijk dat de airbags niet worden opgeblazen, ondanks dat de carrosserie van de auto danig vervormd raakt.
  • Pagina 32: Safety Mode

    Als er vervolgens een mel- slechte functie van de auto. Volvo adviseert ding verschijnt dat het contact ingeschakeld is, u de auto altijd in een erkende Volvo-werk- dient u op de startknop te drukken. Sluit het plaats te laten controleren en naar Normal...
  • Pagina 33: Kinderen Moeten Comfortabel En Veilig Kunnen Zitten

    Bij gebruik van op de markt verkrijgbare kin- de producten passen en eenvoudig in het Volvo adviseert u kinderen zo lang mogelijk te derveiligheidsproducten is het van belang gebruik zijn. vervoeren in een achterstevoren gemonteerd...
  • Pagina 34 01 Veiligheid Kinderen en veiligheid blazen, kan een kind op de passagiersstoel Sticker airbag WAARSCHUWING ernstig letsel oplopen. Gebruik geen kinderzitjes met stalen beu- gels of andere constructies die tegen de WAARSCHUWING ontgrendelingsknop van de gordelsluiting kunnen aankomen. Dit om te voorkomen Zet nooit een kind in een kinderzitje op de dat de gordels plotseling losschieten.
  • Pagina 35: Voorstoel (Met Gedeactiveerde Airbag)

    Kinderen en veiligheid Aanbevolen kinderzitjes Gewicht Voorstoel (met gedeactiveerde Buitenste zitplaats achterbank Middelste zitplaats achterbank airbag) Groep 0 Volvo-babyzitje (Volvo Infant Seat) - achterstevoren gemonteerd kinderzitje max. 10 kg bevestigd met ISOFIX-systeem. Groep 0+ Typegoedkeuring: E5 04301146 max. 13 kg Groep 0 Volvo-babyzitje (Volvo Infant Seat) –...
  • Pagina 36 Voorstoel (met gedeactiveerde Buitenste zitplaats achterbank Middelste zitplaats achterbank airbag) Groep 1 Achterstevoren gemonteerd/omkeer- Achterstevoren gemonteerd/omkeer- baar Volvo-kinderzitje (Volvo baar Volvo-kinderzitje (Volvo 9–18 kg Convertible Child Seat) – achterstevo- Convertible Child Seat) – achterstevo- ren gemonteerd kinderzitje bevestigd ren gemonteerd kinderzitje bevestigd...
  • Pagina 37 Typegoedkeuring: E5 04191 Typegoedkeuring: E5 04191 Groep 2/3 Volvo-comfortkussen met rugleuning Volvo-comfortkussen met rugleuning Volvo-comfortkussen met rugleuning (Volvo Booster Seat with backrest). (Volvo Booster Seat with backrest). (Volvo Booster Seat with backrest). 15–36 kg Typegoedkeuring: E1 04301169 Typegoedkeuring: E1 04301169...
  • Pagina 38 01 Veiligheid Kinderen en veiligheid Kinderslot achterportieren Duw het zitgedeelte van de zitplaats omlaag Afme- Beschrijving om bij de bevestigingspunten te komen. De bedieningsknoppen voor de ruiten in de tingscate- achterportieren en de openingshandgrepen op Houd u altijd aan de montage-instructies van gorie de achterportieren zijn te blokkeren, zodat de de fabrikant, wanneer u een kinderzitje/baby-...
  • Pagina 39 01 Veiligheid Kinderen en veiligheid N.B. Volvo adviseert u contact op te nemen met een Volvo-werkplaats over de ISOFIX-kin- derzitjes die Volvo aanbeveelt. Verschillende soorten ISOFIX-kinderzitjes Type kinderzitje Gewicht Afmetingscategorie Zitplaatsen voor montage ISOFIX-kinderzitje Voorstoel Buitenste zitplaats achter- bank Babyzitje, overdwars max.
  • Pagina 40 IUF: Geschikt voor in rijrichting gemonteerd ISOFIX-kinderzitje met universele goedkeuring voor deze gewichtscategorie. Om ruimte te maken voor een baby-/kinderzitje op de achterbank dient de stoel ervoor mogelijk iets naar voren te worden gezet. Volvo adviseert een achterstevoren gemonteerd kinderzitje voor deze categorie.
  • Pagina 41 De bovenste bevestigingspunten zijn voorna- melijk bestemd om een in de rijrichting gemon- teerd kinderzitje aan te bevestigen. Volvo advi- seert u kleine kinderen zo lang mogelijk in ach- terstevoren gemonteerde kinderzitjes te ver- voeren.
  • Pagina 42 Transpondersleutel/sleutelblad............... 42 Privacy locking*..................48 Batterij vervangen transpondersleutel/PCC*.......... 50 Keyless drive*..................52 Vergrendelen/ontgrendelen..............56 Kinderslot....................62 Alarm*...................... 64 Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 43 S L O T E N E N A L A R M...
  • Pagina 44: 02 Sloten En Alarm

    – Wanneer u de auto vergrendelt of ontgrendelt PCC’s (Personal Car Communicator geleverd. geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- met een transpondersleutel, lichten de rich- U gebruikt ze om de auto te starten en deze te plaats.
  • Pagina 45: Vergrendelingsindicatie

    02 Sloten en alarm Transpondersleutel/sleutelblad Vergrendelingsindicatie den verband met de elektronische startblok- Melding Betekenis kering: Plaats sleutel Storing tijdens het uitlezen van de transpondersleutel tijdens het starten. Sleutel uit het con- tactslot trekken, er weer in drukken en een nieuwe startpo- ging doen.
  • Pagina 46 Als de storing aan- houdt: Neem dan contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. Transpondersleutel met PCC* - Personal Car Communicator. Voor het starten van de auto, zie pagina 112. Transpondersleutel, standaardversie.
  • Pagina 47 02 Sloten en alarm Transpondersleutel/sleutelblad Als u de toets ten minste 3 seconden lang inge- ding en is er een geluidssignaal waarneem- Ontgrendelen – Ontgrendelt de portieren drukt houdt of tweemaal achtereen binnen 3 baar. en het kofferdeksel en deactiveert het alarm. seconden indrukt, worden de richtingaanwij- Wanneer de transpondersleutel weer in de auto Bij lang indrukken (ten minste 4 seconden)
  • Pagina 48: Buiten Bereik Pcc

    N.B. Bereik PCC nemen met een werkplaats – geadviseerd Het bereik van de PCC voor vergrendeling, wordt een erkende Volvo-werkplaats. Als binnen het bereik van de PCC geen ontgrendeling en bediening van het kofferdek- van de controlelampjes brandt bij het sel is ca.
  • Pagina 49: Portier Ontgrendelen Met Sleutelblad

    De unieke code van de sleutelbladen is bekend 1. Ontgrendel het linker voorportier met het bij de erkende Volvo-werkplaatsen, waar ook sleutelblad in de slotcilinder van de por- nieuwe sleutelbladen kunnen worden besteld. tierhandgreep. Functies sleutelblad...
  • Pagina 50: Privacy Locking

    02 Sloten en alarm Privacy locking* Algemene informatie over Privacy De functie Privacy locking is bestemd voor als Activeren/deactiveren u de auto afgeeft voor een onderhoudsbeurt of locking als u hem bij een hotel of iets dergelijks laat parkeren. Het dashboardkastje is dan vergren- deld en het kofferdekselslot is niet via de cen- trale vergrendeling te openen –...
  • Pagina 51 02 Sloten en alarm Privacy locking* N.B. Plaats het sleutelblad niet in de transpon- dersleutel terug, maar houd het bij u en bewaar het goed. • Houd voor het deactiveren de omgekeerde volgorde aan. Om alleen het dashboardkastje te vergrende- len, zie pagina 58.
  • Pagina 52: Batterij Vervangen Transpondersleutel/Pcc

    02 Sloten en alarm Batterij vervangen transpondersleutel/PCC* Accu vervangen Batterij vervangen Let erop hoe de batterij(en) aan de binnen- Vervang de batterijen, als: zijde van de afdekking vastzit(ten). Let • het informatiesymbool oplicht en daarop op de pluszijde + en de minzijde –. Afst.bediening batterij raakt leeg.
  • Pagina 53 02 Sloten en alarm Batterij vervangen transpondersleutel/PCC* 3. Duw voorzichtig tegen het sleutelblad. U hoort een klikgeluid wanneer het sleutel- blad goed vastzit. BELANGRIJK Zorg dat de oude batterij(en) wordt/worden afgevoerd op een milieuontlastende manier. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 54: Keyless Drive

    02 Sloten en alarm Keyless drive* Vergrendelings- en startsysteem van maximaal 1,5 m rond de portierhandgre- Onbevoegden kunnen de portieren er dan niet pen of het kofferdeksel bevinden. Dit betekent meer mee openen. zonder sleutel (alleen PCC dat u de PCC bij u moet dragen om een portier Als er echter ingebroken wordt en iemand de Algemeen te vergrendelen of ontgrendelen.
  • Pagina 55: Ontgrendelen Met Sleutelblad

    02 Sloten en alarm Keyless drive* Vergrendelen N.B. N.B. Als u (terwijl de motor is afgezet) de PCC uit Normaal registreren de portierhandgrepen de auto haalt en de auto niet vergrendelt het wanneer u met uw hand de handgreep door een van de portierhandgrepen aan te beetpakt, maar als u dikke handschoenen raken of de vergrendeltoets op de PCC te draagt of de handbeweging te snel uitvoert,...
  • Pagina 56: Geheugenfunctie Van Pcc

    02 Sloten en alarm Keyless drive* den verwijderd – ook dit vindt plaats met het tenspiegels de stand in die ligt opgeslagen in Locatie antennes sleutelblad: de PCC van degene die het bestuurdersportier opent. 1. Duw het sleutelblad ca. 1 cm recht omhoog in de opening aan de onderkant Wanneer het bestuurdersportier bijvoorbeeld van de portierhandgreep/afdekking –...
  • Pagina 57 02 Sloten en alarm Keyless drive* WAARSCHUWING Dragers van een pacemaker dienen min- stens 22 cm afstand te houden tot de anten- nes van het Keyless drive-systeem. Dit om eventuele storingen in de pacemaker als gevolg van het Keyless drive-systeem uit te sluiten.
  • Pagina 58: Vergrendelen/Ontgrendelen

    02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Van de buitenzijde Het linker voorportier is te vergrendelen met de N.B. bijbehorende slotcilinder en het afneembare Met de transpondersleutel kunt u alle portieren Let erop dat het alarm afgaat, wanneer het sleutelblad van de transpondersleutel, zie en het kofferdeksel gelijktijdig vergrendelen/ portier na ontgrendeling met het sleutelblad pagina 53.
  • Pagina 59: Lampje In Vergrendelingsknop

    02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Het portier is niet vanaf de buitenzijde te Van de binnenzijde Bij lang indrukken (ten minste 4 seconden) openen. worden alle zijruiten* tegelijkertijd geopend. Centrale vergrendeling Het portier is zowel vanaf de buitenzijde als • Trek aan de openingshandgreep en open vanaf de binnenzijde te openen.
  • Pagina 60: Dashboardkastje

    02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Bij lang indrukken (ten minste 2 seconden) om bijvoorbeeld bij warm weer snel voor frisse Dashboardkastje vergrendelen: worden alle zijruiten en het schuifdak* tegelij- lucht in de auto te zorgen. Duw het sleutelblad in de slotcilinder van kertijd gesloten.
  • Pagina 61 02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Het kofferdeksel wordt dichtgehouden door Ontgrendelen met transpondersleutel druk lichtjes tegen op het met rubber bekleding een elektrische vergrendeling. Om te openen: drukplaatje onder de buitenhandgreep en open het kofferdeksel. 1. Druk lichtjes op het brede, met rubber beklede drukplaatje onder de buitenhand- Als de klep niet binnen 2 minuten na ontgren- greep –...
  • Pagina 62 02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Ontgrendelen met sleutelblad Ontgrendel het kofferdeksel door het sleu- waarna het kofferdeksel enkele centime- telblad een kwartslag linksom te draaien ters omhoogkomt. zoals afgebeeld. Safelock-functie* 3. Plaats het afdekplaatje terug. Bij activering van de Safelock-functie worden Vergrendelen met transpondersleutel alle openingshandgrepen mechanisch losge- •...
  • Pagina 63 02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Tijdelijk deactiveren > Op het display van het instrumentenpa- Als u geen wijzigingen in het vergrende- Beveil. lingssysteem wenst neel verschijnt de melding verlaagd Zie instructieb. en de Safe- – Druk op EXIT en vergrendel de auto. lock-functie wordt uitgeschakeld bij vergrendeling van de auto.
  • Pagina 64: Kinderslot

    02 Sloten en alarm Kinderslot Handmatig kinderslot op Het portier is niet vanaf de binnenzijde te Elektrisch kinderslot op openen. achterportieren achterportieren* en achterste zijruiten Het kinderslot voorkomt dat kinderen een ach- Het portier is zowel vanaf de buitenzijde als terportier vanaf de binnenzijde openen.
  • Pagina 65 02 Sloten en alarm Kinderslot > Op het informatiedisplay staat de mel- Kinderslot Actief ding en het lampje in de knop brandt - het slot is geactiveerd. Wanneer het elektrische kinderslot actief is, zijn de achterste: • zijruiten alleen vanaf het bedieningspaneel op het bestuurdersportier te bedienen •...
  • Pagina 66: Alarm

    – geadviseerd wordt een erkende Voer nooit zelf reparaties aan of wijzigingen • Volvo-werkplaats. De led is uit – het alarm is uitgeschakeld in het alarmsysteem uit. Dergelijke ingrepen • De led licht om de twee seconden eenmaal kunnen van invloed zijn op de verzekerings- op –...
  • Pagina 67: Overige Alarmfuncties

    02 Sloten en alarm Alarm* Alarm deactiveren > Het alarm gaat af, de alarmindicatie dig onafhankelijk van de startaccu in de – auto. knippert snel en de sirene klinkt. Druk op de ontgrendelingstoets op de transpondersleutel. • Alle richtingaanwijzers knipperen totdat u het alarm uitschakelt.
  • Pagina 68 Instrumenten, schakelaars en bediening..........68 Volvo Sensus ..................77 Sleutelstanden..................78 Stoelen en achterbank................80 Stuurwiel....................84 Verlichting....................85 Wissers en sproeiers................97 Ruiten en spiegels................... 99 Kompas*....................104 Elektrisch bedienbaar schuifdak*............106 Alcoholslot*................... 108 Motor starten..................112 Motor starten, FlexiFuel................ 117 Motor starten, hulpaccu................
  • Pagina 69 B E S T U U R D E R S M I L I E U...
  • Pagina 70: 03 Bestuurdersmilieu

    03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Instrumentenoverzicht Auto met stuur links.
  • Pagina 71 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Functie Pagina Functie Pagina Menu- en meldingsfunc- Bedieningspaneel voor 209, ties, richtingaanwijzers, 91, 206, infotainment en menu- 243, 246 groot licht/dimlicht, functies boordcomputer Bedieningspaneel voor Cruisecontrol 154, 156 klimaatregeling Versnellingspook/keuze- Claxon, airbag 20, 84 hendel Instrumentenpaneel 71, 75...
  • Pagina 72 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Auto met stuur rechts.
  • Pagina 73 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Informatiedisplays Functie Pagina Functie Pagina Display voor infotainment 209, Parkeerrem en menufuncties 243, 246 Stuurwielafstelling Contactslot Menu- en meldingsfunc- START/STOP ENGINE- ties, richtingaanwijzers, 91, 206, knop groot licht/dimlicht, boordcomputer Cruisecontrol 154, 156 Versnellingspook/keuze- Instrumentenpaneel 71, 75 hendel Claxon, airbag...
  • Pagina 74: Controle- En Waarschuwingslampjes

    03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Meters Controle- en waarschuwingslampjes Als de motor niet aanslaat of als de functietest wordt uitgevoerd in sleutelstand II, doven na 5 seconden alle lampjes behalve het lampje voor storingen in het uitlaatgasreinigingssys- teem en dat voor een lage oliedruk. Controlelampjes Lampje Betekenis...
  • Pagina 75 Rijd voor dan normaal, waarna het systeem een gecon- voert of grootlichtsignalen geeft. een controle naar een werkplaats. Volvo advi- troleerde vorm van slippen in de achtertrein seert dat u daarvoor een erkende Volvo-werk-...
  • Pagina 76 Instrumenten, schakelaars en bediening Bandenspanningssysteem wijl het oliepeil in orde is, moet u contact opne- seert dat u daarvoor een erkende Volvo-werk- men met een werkplaats. Volvo adviseert dat u plaats bezoekt. Het lampje brandt bij een lage bandenspanning daarvoor een erkende Volvo-werkplaats...
  • Pagina 77: Dagtellers

    2. Lees de informatie op het informatiedis- Laat de oorzaak van het remvloeistofverlies play. Voer de handeling uit die de melding controleren door een werkplaats. Volvo op het display u voorschrijft. Wis de mel- adviseert dat u daarvoor contact opneemt ding met de knop OK.
  • Pagina 78 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Klok worden ingesteld in de menugroep MY CAR, 6. Draai aan TUNE om het vakje voor voor meer informatie zie pagina 209. markeren en druk op OK – de instelling is gereed. Met de menu-optie Instellingen Systeemopties Tijdopmaak...
  • Pagina 79: Volvo Sensus

    195. temen het desbetreffende hoofdstuk in het Klimaatregeling, zie pagina 217. instructieboekje. Volvo Sensus is te beschouwen als besturings- systeem van uw auto, het middelpunt van uw persoonlijke Volvo-beleving. Volvo Sensus presenteert tal van functies van uiteenlopende autosystemen op overzichtelijke wijze op het...
  • Pagina 80: Sleutelstanden

    03 Bestuurdersmilieu Sleutelstanden Transpondersleutel plaatsen en BELANGRIJK Nivea Functies verwijderen Vreemde voorwerpen in het contactslot kunnen tot functiestoringen leiden of • Kilometerteller, klok en tem- schade aan het slot toebrengen. peratuurmeter worden ver- De transpondersleutel niet verkeerd om licht. insteken – pak de sleutel beet aan het uit- •...
  • Pagina 81 03 Bestuurdersmilieu Sleutelstanden N.B. Nivea Functies Om niveau I of II te realiseren zonder dat de motor wordt gestart, trapt u niet het rem-/ • De koplampen worden ont- koppelingspedaal in als u deze sleutelstan- stoken. den wilt selecteren. • Waarschuwings-/controle- lampjes branden 5 seconden Sleutelstand II...
  • Pagina 82: Stoelen En Achterbank

    03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Voorstoelen Trek de pallen aan de achterzijde van de WAARSCHUWING rugleuning omhoog tijdens het omklappen. De stand van de bestuurdersstoel instellen 4. Duw de stoel zo ver naar voren dat de voordat u gaat rijden en nooit tijdens het rij- den.
  • Pagina 83: Stoel In Vastgelegde Stand Zetten

    03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Elektrisch bedienbare stoel* Voorbereidingen 1. Stel de stoel en de buitenspiegels in. Tot enige tijd nadat u het portier met de trans- 2. Houd de knop voor vastlegging van de pondersleutel hebt ontgrendeld blijft het instelling ingedrukt, terwijl u op de geheu- mogelijk de stoel te verstellen, ook al steekt er genknop van uw keuze drukt.
  • Pagina 84 03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank • Stel de stoel naar wens in. sleutel te bedienen. Het bestuurdersportier Achterbank dient daarbij open te staan. • Vergrendel de auto zoals gebruikelijk door Middelste hoofdsteun achterbank de vergrendelknop op de transpondersleu- WAARSCHUWING tel in te drukken. Daarmee ligt de stoelpo- sitie opgeslagen in het geheugen van de Beknellingsgevaar! Laat kinderen niet met transpondersleutel...
  • Pagina 85 03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Ruggedeelte achterbank omklappen Zet de middelste hoofdsteun helemaal omlaag 1. De transpondersleutel moet in stand I of als u het brede ruggedeelte wilt omklappen. II staan. BELANGRIJK 2. Druk op de knop om de beide buitenste N.B.
  • Pagina 86: Stuurwiel

    03 Bestuurdersmilieu Stuurwiel Instellen Claxon WAARSCHUWING Stel het stuurwiel af voordat u gaat rijden en controleer of het in de gekozen stand ver- grendeld staat. Bij auto’s met snelheidsafhankelijke stuurbe- krachtiging* is de vereiste stuurkracht in te stel- len, zie pagina 234. Toetsensets* Stuurwiel afstellen.
  • Pagina 87: Bedieningspaneel Verlichting

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting Bedieningspaneel verlichting Bedieningspaneel verlichting met AUTO- De displayverlichting wordt bij donker automa- tisch gedimd. De gevoeligheidsgraad van deze stand functie is in te stellen met het duimwiel. Ook de sterkte waarmee het instrumentenpa- neel verlicht wordt stelt u in met het duimwiel. Koplamphoogteregeling Door de belading van de auto wordt de hoogte van de koplampen gewijzigd, zodat u tege-...
  • Pagina 88: Groot Licht/Dimlicht

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting Groot licht/dimlicht Bedieningspaneel verlichting met AUTO- Stand Betekenis stand Dimlicht /Dimlicht gedoofd. Groot licht kan worden geacti- veerd Grootlichtsignaal is mogelijk in deze stand. Stadslichten vóór en achterlich- Dimlicht Groot licht kan worden geacti- Verlichtingsdraaiknop en stuurhendel. veerd.
  • Pagina 89 Volvo adviseert u gebruiken. waargenomen weer over naar groot licht. contact op te nemen met een erkende Volvo- Grootlichtsignaal is mogelijk in werkplaats. Bij auto’s met deze functie ziet de verlichtings- deze stand.
  • Pagina 90 03 Bestuurdersmilieu Verlichting Wanneer het AHB ontstoken is, brandt het AHB weer beschikbaar is of als de voorruitsen- soren niet langer zijn afgedekt, verdwijnt de lampje op het display van het instru- melding en gaat het lampje branden. mentenpaneel. Wanneer het groot licht ontsto- ken is, brandt ook het lampje op het WAARSCHUWING...
  • Pagina 91 • bij sterk reflecterende voorwerpen zoals verdwijnt. borden in de buurt van de weg Volvo advi- • als de verlichting van tegenliggers seert u con- schuilgaat achter bijv. vangrails tact op te •...
  • Pagina 92: Stadslichten Vóór En Achterlichten

    Verlichtingsdraaiknop in stand voor stads-/par- keerlichten vóór en achterlichten. Verstralers moeten op het elektrische systeem worden aangesloten door een werkplaats. Volvo adviseert u contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 93: Alarmlichten

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting den ze automatisch uitgeschakeld. U kunt ook Onafgebroken serie knippersignalen N.B. op de knop voor de alarmlichten drukken. Voor Haal de stuurhendel omhoog of omlaag De regels voor het gebruik van het mistach- meer informatie over de noodremlichten en de naar de tweede stand.
  • Pagina 94: Verlichting In Interieur

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting Verlichting in interieur Plafondverlichting voorin Make-upspiegel De leeslampjes voorin worden in- en uitge- De verlichting van de make-upspiegel, zie schakeld met een druk op de bijbehorende pagina 237, wordt bij het openen en sluiten knoppen op de plafondconsole. van het klepje in- en uitgeschakeld.
  • Pagina 95: 'Follow Me Home'-Verlichting

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting De interieurverlichting gaat aan en blijft twee Wanneer de functie wordt geactiveerd, gaan beschrijving van het menusysteem, zie minuten lang branden, wanneer een van de de dimlichten, de parkeerlichten, de richting- pagina 210. portieren openstaat. aanwijzers, de verlichting van de buitenspie- gels, de kentekenplaatverlichting, de plafond- Lichtbundel aanpassen Als u een bepaalde verlichtingsfunctie hand-...
  • Pagina 96: Koplampen Afplakken

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting • Om verblinding van tegenliggers te voorkomen A = LHD Right (auto met het stuur links, rechter koplampglas) kunt u de lichtbundel van de koplampen aan- passen voor links- en rechtsrijdend verkeer. Bij • B = LHD Left (auto met het stuur links, de juiste lichtbundel wordt ook de berm beter linker koplampglas) verlicht.
  • Pagina 97: Positie Van De Mallen

    03 Bestuurdersmilieu Verlichting Positie van de mallen Bovenste regel: auto met stuur links, mallen A en B. Onderste regel: auto met stuur rechts, mallen C en D.
  • Pagina 98 03 Bestuurdersmilieu Verlichting Mallen voor halogeenkoplampen...
  • Pagina 99: Wissers En Sproeiers

    03 Bestuurdersmilieu Wissers en sproeiers Intervalstand Regensensor* Ruitenwissers Met het duimwiel kunt u het aantal De regensensor registreert de hoeveelheid wisslagen per eenheid van tijd instel- regen op de voorruit en schakelt automatisch len wanneer u de intervalstand hebt geselec- de ruitenwissers op de voorruit in.
  • Pagina 100 03 Bestuurdersmilieu Wissers en sproeiers Deactiveren Koplamp- en ruitensproeiers koplampen alleen iedere vijfde keer dat u de voorruitsproeiers activeert gesproeid. Deactiveer de regensensor met een druk op de knop of haal de hendel omlaag naar een Gereduceerde sproeifunctie ander wisprogramma. Wanneer er nog ca.
  • Pagina 101: Ruiten En Spiegels

    03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Algemeen Warmtereflecterende voorruit* op dat deel van de voorruit waar geen warm- tereflecterende film is aangebracht (zie gemar- Gelaagd glas keerd veld op bovenstaande afbeelding). Het glas is verstevigd voor een ver- beterde inbraakbeveiliging en Elektrisch bedienbare ruiten geluidsisolatie van het interieur.
  • Pagina 102: Handmatige Bediening

    03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Bediening de transpondersleutel worden bediend, maar WAARSCHUWING niet nadat er een portier is geopend. Zorg er bij het sluiten van de zijruiten voor De ruiten komen tot stilstand en worden dat kinderen of andere inzittenden niet met hun handen bekneld raken.
  • Pagina 103: Bediening Met Transpondersleutel En Centrale Vergrendeling

    03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels los. De bijbehorende zijruit gaat automatisch Zonnescherm* Buitenspiegels volledig open of dicht. Bediening met transpondersleutel en centrale vergrendeling Om de elektrisch bedienbare zijruiten vanaf de buitenzijde te bedienen met de transponder- sleutel of vanaf de binnenzijde met de centrale vergrendeling, zie pagina 44 en 57.
  • Pagina 104 03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Automatisch kantelende buitenspiegel In neutrale stand terugzetten Stand vastleggen Spiegels die uit positie zijn geraakt door invloe- De stand van de buitenspiegels en de bestuur- bij parkeren den van buitenaf, moeten eerst elektrisch in de dersstoel worden vastgelegd, wanneer u de Bij het inschakelen van de achteruitversnelling neutrale stand worden teruggezet zodat het...
  • Pagina 105: Elektrische Achterruit- En Buitenspiegelverwarming

    03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels “Approach”-verlichting en “Follow Me de verwarming na enige tijd automatisch uit- Handmatige dimfunctie geschakeld. Home”-verlichting Fel licht van achteren kan hinderlijke reflecties in de achteruitkijkspiegel veroorzaken en u ver- De lampjes op de buitenspiegels gaan bran- De buitenspiegels en de achterruit worden blinden.
  • Pagina 106: Kompas

    03 Bestuurdersmilieu Kompas* Bediening Kalibreren De aarde is in 15 magnetische zones verdeeld. Het kompas is ingesteld op het geografische gebied waarin de auto werd afgeleverd. Het kompas dient te worden gekalibreerd, als u met de auto meerdere magnetische zones doorkruist.
  • Pagina 107 03 Bestuurdersmilieu Kompas* 8. Herhaal de bovenstaande procedure zo nodig. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 108: Elektrisch Bedienbaar Schuifdak

    03 Bestuurdersmilieu Elektrisch bedienbaar schuifdak* Algemene informatie knop vervolgens los om het schuifdak zo ver WAARSCHUWING mogelijk open te schuiven. De bedieningsknoppen voor het schuifdak zit- Als er kinderen in de auto aanwezig zijn: ten aan het plafond. Het schuifdak is aan de U kunt het schuifdak handmatig openen door Onderbreek altijd de stroom naar het schuif- achterkant open te kantelen of horizontaal...
  • Pagina 109 03 Bestuurdersmilieu Elektrisch bedienbaar schuifdak* Sluiten met transpondersleutel of knop van het schuifdak. Pak de handgreep vast en schuif het scherm naar voren om het te sluiten. voor centrale vergrendeling Beveiliging tegen overbelasting Het schuifdak is voorzien van een beveiliging tegen overbelasting die wordt geactiveerd, als het schuifdak door een obstakel wordt gehin- derd.
  • Pagina 110: Alcoholslot

    03 Bestuurdersmilieu Alcoholslot* Algemene informatie over alcoholslot Functies Bediening Het alcoholslot voorkomt dat bestuurders die Batterij onder invloed zijn in de auto kunnen rijden. Het controlelampje (4) van de blaasunit geeft Voordat de motor kan worden gestart, moet u de ladingstoestand van de batterij aan: een blaastest afgeven om vast te stellen dat u niet onder de invloed van alcohol bent.
  • Pagina 111: Betekenis

    03 Bestuurdersmilieu Alcoholslot* Bewaren 1. Wanneer het controlelampje (6) groen Resultaat van de blaastest oplicht, is de blaasunit klaar voor gebruik. Controlelampje Betekenis 2. Neem de blaasunit uit de houder. Als de (5) + displaymel- blaasunit zich buiten de auto bevindt tij- ding dens het ontgrendelen, dan dient u de unit eerst te activeren met de schakelaar (2).
  • Pagina 112: Waar U Op Moet Letten

    Bij installatie van het alcoholslot geeft u aan of kabel uit het dashboardkastje in dat geval aan dan kan de motor niet langer op de normale omzeilen mogelijk moet zijn via de bypass- of Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 113 Alcoguard Test De test is mislukt – doe een nieuwe ongeldig blaastest. U blies te kort – Alcoguard Blaas langer blaas langer. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 114: Motor Starten

    03 Bestuurdersmilieu Motor starten Benzine- en dieselmotoren 2. Houd het koppelingspedaal volledig inge- N.B. drukt . (Bij auto’s met automatische ver- Tijdens de koude start is het mogelijk dat het snellingsbak – bedien het rempedaal.) motortoerental merkbaar hoger ligt dan nor- 3.
  • Pagina 115 03 Bestuurdersmilieu Motor starten • Druk op START/STOP ENGINE – de Afstandsstart, ERS* WAARSCHUWING motor slaat af. Om de motor op afstand te starten, moet Algemene informatie over ERS Als de keuzehendel niet in stand P staat of als aan de volgende criteria zijn voldaan: Afstandsstart (ERS –...
  • Pagina 116: Actieve Functies

    03 Bestuurdersmilieu Motor starten Bediening 1. Druk kort op de vergrendelingsknop (1) van Om te controleren of het ERS de motor gestart de transpondersleutel. heeft kunt u op de Informatieknop(3) – als de motor gestart is, wordt dit aangegeven met een 2.
  • Pagina 117 Lampjes en meldingen op display iemand in de auto een zijn toegestaan. In situaties waarbij ERS wordt onderbroken of zat. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. helemaal niet wordt ingeschakeld, verschijnt er Geen st. op afst ERS is niet inge- ERS onderbroken...
  • Pagina 118 St. op afst. uit hen- ERS is onderbroken, omdat de keuzehen- del niet in P del niet in stand P staat. St. op afst. uit best. ERS is onderbroken, omdat er iemand in in auto de auto zit. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.
  • Pagina 119: Motor Starten, Flexifuel

    Wanneer de motor niet bij de eerste startpo- warming en de elektrische aansluitingen ging aanslaat: ervan uitvoeren door een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo- • Doe nog enkele startpogingen met behulp werkplaats. van de knop START/STOP ENGINE.
  • Pagina 120: Brandstofadaptatie

    03 Bestuurdersmilieu Motor starten, FlexiFuel Brandstofadaptatie FlexiFuel-motoren kunnen op zowel loodvrije benzine (95 RON) als op bio-ethanol (E85) rij- den. Beide brandstofsoorten worden in de gemeenschappelijke brandstoftank bijgevuld, wat betekent dat alle mogelijke mengverhou- dingen tussen de beide brandstofsoorten zijn toegestaan.
  • Pagina 121: Starten Met Hulpaccu

    03 Bestuurdersmilieu Motor starten, hulpaccu Starten met hulpaccu 4. Bevestig de ene klem van de rode startka- 11. Start de motor in de auto met de uitgeputte bel aan de pluspool (1) van de hulpaccu. accu. BELANGRIJK BELANGRIJK Wees voorzichtig bij het aansluiten van de Raak de aansluitingen niet aan tijdens de startkabels om kortsluiting met andere startpoging.
  • Pagina 122 03 Bestuurdersmilieu Motor starten, hulpaccu WAARSCHUWING • De startaccu kan het zeer explosieve knalgas produceren. Eén enkele vonk, veroorzaakt door een onjuiste aanslui- ting van een startkabel, kan volstaan om de accu tot ontploffing te brengen. • De startaccu bevat tevens zwavelzuur dat ernstige chemische brandwonden kan veroorzaken.
  • Pagina 123: Handgeschakelde Versnellingsbak

    03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Schakelindicator BELANGRIJK Om schade aan onderdelen van de aandrijf- lijn te voorkomen wordt de bedrijfstempe- ratuur van de versnellingsbak gecontro- leerd. Bij gevaar voor oververhitting gaat een waarschuwingslampje op het instru- mentenpaneel branden en verschijnt er een displaymelding –...
  • Pagina 124 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Blokkering achteruitversnelling N.B. De blokkering van de achteruitversnelling De keuzehendel moet in de P-stand staan beperkt het risico dat u tijdens het vooruitrijden om de auto te kunnen vergrendelen en op op normale snelheid onbedoeld de achteruit- alarm te zetten.
  • Pagina 125 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken voordat u de keuzehendel vanuit stand D in als de bestuurder langzamer gaat rijden dan De sportstand kan op elk moment tijdens het stand R zet . wat voor de gekozen versnelling gepast is. rijden ingeschakeld worden. Om de automatische rijstand te hervatten: Geartronic - Winterstand Geartronic - Handmatig schakelen (+/–)
  • Pagina 126 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Wanneer u het gaspedaal uit de kickdown- Mechanische schakelblokkering Elektrische schakelblokkering, Shiftlock stand loslaat, schakelt de versnellingsbak parkeerstand (P) automatisch op. Om de keuzehendel uit stand P te kunnen halen, moet u het rempedaal bedienen terwijl Gebruik de kickdown om zo snel mogelijk te de transpondersleutel in stand II staat, zie accelereren zoals bij het inhalen.
  • Pagina 127 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Als er niet met de auto kan worden gereden Powershift is een zestraps automaat die in De tijdelijke remwerking wordt na enige secon- zoals het geval is bij een uitgeputte accu, moet tegenstelling tot een conventionele automati- den opgeheven of eerder bij het bedienen van sche versnellingsbak voorzien is van dubbele het gaspedaal.
  • Pagina 128 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Zie voor belangrijke informatie over de Powers- Displaymelding en maatregel BELANGRIJK hift-bak en slepen - zie pagina 313. In bepaalde situaties kan er een bepaalde mel- Bedien de bedrijfsrem om de auto stil te ding op het display verschijnen in combinatie houden op oplopende hellingen –...
  • Pagina 129 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Als u het waarschuwingssymbool met de tekst Oververh versnb Stop auto z.s.m. negeert, kan de versnellingsbaktempera- tuur dusdanig oplopen dat de krachtover- brenging tussen de motor en de versnel- lingsbak tijdelijk wordt verbroken om te voorkomen dat de koppeling defect raakt – de auto wordt dan niet meer aangedreven totdat de versnellingsbaktemperatuur tot een aanvaardbaar niveau is gedaald.
  • Pagina 130: Drive Start/Stop

    Algemene informatie over Start/Stop Functie en bediening Milieuzorg vormt een van de kernwaarden van Volvo Car Corporation en geeft richting aan al onze activiteiten. Dit resulteerde in de DRIVe- De motor wordt afgezet – voor een stillere en scho- uitvoeringen: een concept bestaande in een nere rit..
  • Pagina 131 03 Bestuurdersmilieu DRIVe Start/Stop* uitrusting (zoals het geval kan zijn voor de ven- Automatische motorstart pedaal verplaatst voordat u wegrijdt na een tilatorsnelheid van de klimaatregeling of het automatisch afgeslagen motor. De tijdelijke Voorwaarden volume van het audiosysteem). remwerking wordt na enkele seconden opge- heven, of eerder bij het bedienen van het gas- Met de schakelhendel in de neu- Automatische motorafslag...
  • Pagina 132 03 Bestuurdersmilieu DRIVe Start/Stop* Beperkingen Voorwaarden Voorwaarden Automatische motorafslag werkt niet de startaccu een temperatuur M + A het bestuurdersportier is Ook als het Start/Stop-systeem geactiveerd is, onder het vriespunt of boven geopend met de keuzehendel in zal de automatische motorafslag niet werken ca.
  • Pagina 133 03 Bestuurdersmilieu DRIVe Start/Stop* WAARSCHUWING Voorwaarden Voorwaarden Open de motorkap niet als de motor auto- de buitentemperatuur zakt onder M + A er is een versnelling ingeschakeld matisch afgeslagen is. De motor kan plot- het vriespunt of komt boven de zonder het koppelingspedaal te seling automatisch starten.
  • Pagina 134 03 Bestuurdersmilieu DRIVe Start/Stop* Onvrijwillige motorafslag bij In de menugroep MY CAR van de auto zijn instructies raadpleegbaar, waarin het DRIVe- handgeschakelde versnellingsbak concept uitvoerig staat beschreven compleet Doe het volgende als de automatische motor- met instellingen en opties – zie pagina 210. start mislukt en de motor afslaat: 1.
  • Pagina 135 M + A Stop. Auto Start-Stop Service vereist Start/Stop werkt niet. Neem contact op met een werkplaats M + A – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Motormanagement Er vindt een automatische controle van de werking plaats. M + A AUTO- Motor in Auto Start Motor klaar voor automatische start.
  • Pagina 136 M = handbak, A = automaatbak. Als een displaymelding na het uitvoeren van de voorgestelde maatregel niet verdwijnt, dient u contact op te nemen met een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- plaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 137: De Vierwielaandrijving Is Altijd Ingeschakeld

    03 Bestuurdersmilieu Vierwielaandrijving, AWD (All Wheel Drive)* De vierwielaandrijving is altijd ingeschakeld Bij vierwielaandrijving worden alle vier de wie- len van de auto tegelijk aangedreven. Het motorkoppel wordt automatisch over de voor- en achterwielen verdeeld. Een elektro- nisch gestuurd koppelingssysteem verdeelt het vermogen over het wielpaar dat op dat moment de beste grip op het wegdek heeft.
  • Pagina 138: Bedrijfsrem

    03 Bestuurdersmilieu Bedrijfsrem Algemeen baar, waardoor het bijvoorbeeld makkelijker is Remschijven schoonmaken om obstakels te ontwijken. Bij activering van Vuil en water op de remschijven kunnen ertoe De auto is uitgerust met twee remkringen. Als deze functie kunt u trillingen in het rempedaal leiden dat de aanspreekduur van de remmen een van de remkringen defect raakt, betekent voelen.
  • Pagina 139 Brandt continu – controleer het Serviceprogramma van Volvo op te volgen remvloeistofpeil. Vul remvloei- zoals die omschreven staan in het Service- en stof bij als het peil te laag ligt en garantieboekje van Volvo, zie pagina 336.
  • Pagina 140: Parkeerrem

    03 Bestuurdersmilieu Parkeerrem Algemeen hulpaccu aan, als de accuspanning te laag is, In noodgevallen kunt u de parkeerrem ook tij- zie pagina 119. dens het rijden aanzetten door de handgreep ingedrukt te houden. Wanneer u de handgreep Parkeerrem aanzetten loslaat of het gaspedaal bedient, wordt de par- keerrem gelost.
  • Pagina 141 De parkeerrem is ook handmatig te lossen 2. Start de motor. door het koppelingspedaal te bedienen in plaats van het rempedaal. Volvo adviseert u 3. Trap het rempedaal stevig in. echter het rempedaal te gebruiken. 4. Zet de keuzehendel in stand D of R en geef gas.
  • Pagina 142: Lampjes En Meldingen Op Display

    03 Bestuurdersmilieu Parkeerrem Remblokken vervangen constructie van de elektrische parkeerrem – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- Laat de remblokken op de achterwielen ver- plaats. vangen in een werkplaats met het oog op de Lampjes en meldingen op display Lampje Melding Betekenis/Maatregel Lees de melding op het informatiedisplay.
  • Pagina 143 Als de storing ook na enkele pogingen aanhoudt: Bezoek een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Dezelfde melding verschijnt ook op auto’s met een handbak, wanneer er langzaam wordt gereden met het portier open. De melding maakt u erop attent dat de parkeerrem mogelijk onbedoeld werd gelost.
  • Pagina 144: Homelink

    03 Bestuurdersmilieu HomeLink * Algemeen HomeLink programmeren WAARSCHUWING • Als u HomeLink gebruikt voor bedie- N.B. ning van een garagedeur of toegangs- hek, let er dan op dat er zich niemand in Bij bepaalde auto’s moet het contact zijn ingeschakeld of in de ‘accessoirestand’ de buurt van de bewegende deur of het staan, voordat HomeLink kan worden bewegende hek bevindt.
  • Pagina 145: Bediening

    03 Bestuurdersmilieu HomeLink * 3. Druk op de te programmeren 5. Druk de “inleerknop” van de ontvanger in N.B. en laat deze los. De knop knippert HomeLink -knop, houd deze Als het contact niet is uitgeschakeld, blijft ca. 30 seconden en binnen deze periode 5 seconden lang ingedrukt en laat de HomeLink tot 30 minuten na opening van moet u het volgende punt uitvoeren.
  • Pagina 146: Afzonderlijke Knop Programmeren

    03 Bestuurdersmilieu HomeLink * Afzonderlijke knop programmeren Doe het volgende om één afzonderlijke HomeLink -knop te programmeren: 1. Druk op de gewenste knop en houd deze ingedrukt. 2. Begin, wanneer het controlelampje van HomeLink gaat knipperen (na ca. 20 seconden), met punt 1 in het gedeelte “HomeLink®...
  • Pagina 147 03 Bestuurdersmilieu...
  • Pagina 148 Stabiliteits- en tractieregelsysteem, DSTC........... 148 Road Sign Information – RSI*............... 150 Snelheidsbegrenzer................152 Cruisecontrol*..................154 Adaptieve cruisecontrol*............... 156 Afstandswaarschuwing*................ 167 City Safety™..................171 Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.*....176 Driver Alert System*................185 Driver Alert System – DAC*..............186 Driver Alert System –...
  • Pagina 149 B E S T U U R D E R S O N D E R S T E U N I N G...
  • Pagina 150: 04 Bestuurdersondersteuning

    04 Bestuurdersondersteuning Stabiliteits- en tractieregelsysteem, DSTC Algemene informatie over DSTC Een van de gevolgen van ongewenste blokke- Bediening ring van de wielen is dat u de auto moeilijk De stabiliteits- en tractieregeling DSTC Niveau kiezen, Sport-stand onder controle kunt houden. (Dynamic Stability &...
  • Pagina 151: Symbolen En Meldingen Op Display

    • Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand, zet de motor af en start deze opnieuw. • Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. ‘Melding’ Er staat een melding op het display van de snelheidsmeter – lees deze! Brandt 2 seconden lang con- Systeemtest bij het starten van de motor.
  • Pagina 152: Road Sign Information - Rsi

    04 Bestuurdersondersteuning Road Sign Information – RSI* Algemene informatie over RSI Samen met het symbool voor WAARSCHUWING de geldende snelheidsbeper- RSI werkt niet in alle situaties, maar is uit- king kan (indien van toepas- sluitend bedoeld als een aanvullend hulp- sing) ook een bord met inhaal- middel.
  • Pagina 153: Beperkingen

    04 Bestuurdersondersteuning Road Sign Information – RSI* • Het aanvullende bord met betrekking tot regen Instelling in MY CAR Vink Speed Alert in MY CAR Instellingen verschijnt alleen als de ruitenwissers zijn geac- Auto-instellingen tiveerd. Snelheidswaarschuwing aan en verlaat het menu met EXIT, zie pagina 210. De geldende snelheid op een afrit verschijnt met een aan- vullend bord met een pijl.
  • Pagina 154: Snelheidsbegrenzer

    04 Bestuurdersondersteuning Snelheidsbegrenzer Algemene informatie over Activeren en maximumsnelheid aanpas- Bij stilstand sen (iedere keer indrukken komt overeen snelheidsbegrenzer 1. Druk op de stuurtoets om de snelheids- met +/– 5 km/h). Een snelheidsbegrenzer (Speed Limiter) is te begrenzer in te schakelen. beschouwen als een omgekeerde cruisecon- Opgeslagen maximumsnelheid (tussen 2.
  • Pagina 155: Tijdelijk Deactiveren Met Gaspedaal

    04 Bestuurdersondersteuning Snelheidsbegrenzer > De opgeslagen maximumsnelheid staat Alarm overschrijding snelheid tussen haakjes (5) op het display en het Op steile aflopende hellingen volstaat de is mogelijk de ingestelde maximumsnel- motorrem mogelijk niet zodat de gekozen heid tijdelijk te overschrijden. maximumsnelheid wordt overschreden.
  • Pagina 156: Cruisecontrol

    Gekozen snelheid (tussen haakjes = stand- bystand). Activeren en snelheid instellen Om de cruisecontrol aan te zetten: • Druk op de stuurtoets (1). Een Volvo-dealer kan u informeren over wat er op uw markt geldt. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 157 04 Bestuurdersondersteuning Cruisecontrol* > Ingestelde snelheid hervatten Het lampje op het display (5) licht op en N.B. Een cruisecontrol in stand-bystand is opnieuw (---) km/h komt tussen haakjes te staan Als een knop van de cruisecontrol langer te activeren bij een druk op de stuurtoets –...
  • Pagina 158: Adaptieve Cruisecontrol

    Laat het onderhoud van de onderdelen van Radarsensor de adaptieve cruisecontrol over aan een werkplaats – geadviseerd wordt een De adaptieve cruisecontrol bestaat uit een erkende Volvo-werkplaats. cruisecontrol die gekoppeld is aan een afstandshouder. Automatische versnellingsbak Bij auto’s met een automatische versnellings- bak is de adaptieve cruisecontrol uitgebreid N.B.
  • Pagina 159 04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* snelheid tot onder 30 km/h daalt of als het WAARSCHUWING WAARSCHUWING motortoerental te laag wordt, wordt de cruise- De adaptieve cruisecontrol is geen systeem Het rempedaal komt omlaag, wanneer de control stand-by gezet, waarna er niet langer dat botsingen voorkomt.
  • Pagina 160 +/– 5 bystand). km/h). Gekozen snelheid (tussen haakjes = stand- bystand). Een Volvo-dealer kan u informeren over wat er op uw markt geldt. Het display toont “streepjessymbool” [7] of [8]. Ze worden nooit gelijktijdig weergegeven. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 161 04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* • Volgtijd instellen Volgtijd – Aan (tijdens aanpassing). Stel af met een druk op - elke druk zorgt voor +/- 5 km/h. De laatst verrichte U kunt verschillende volgtij- Volgtijd – Aan (ná aanpassing). aanpassing wordt in het geheugen opge- den ten opzichte van voorlig- slagen.
  • Pagina 162 04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* Tijdens het instellen van de Toetsenset zonder snelheidsbegrenzer* pagina 148). Als een van dergelijke systeem volgtijd verschijnt het bijbeho- uitvalt, wordt de cruisecontrol automatisch uit- Om de cruisecontrol tijdelijk uit te schakelen en rende aantal horizontale geschakeld.
  • Pagina 163: Toetsenset Met Snelheidsbegrenzer

    04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* Toetsenset zonder snelheidsbegrenzer Groter snelheidsinterval N.B. Bij kort indrukken van de stuurtoets zet u de Wanneer u de ingestelde snelheid hebt her- N.B. cruisecontrol stand-by. Bij nogmaals indruk- vat met kan er een duidelijke snelheids- ken schakelt u de cruisecontrol uit. Daarbij verhoging optreden.
  • Pagina 164 04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* Wanneer de cruisecontrol een rijdende voor- Stoppen van automatisch remmen bij ligger volgt bij snelheden onder 30 km/h, van stilstaand voertuig • Trap het gaspedaal in. doelvoertuig verandert en een stilstaand voer- In bepaalde situaties onderbreekt de file-assis- tuig volgt, zal de cruisecontrol voor het stil- >...
  • Pagina 165: Radarsensor En De Beperkingen Ervan

    04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* Radarsensor en de beperkingen ervan WAARSCHUWING WAARSCHUWING De radarsensor wordt, behalve door de adap- De bestuurder dient altijd rekening te hou- De adaptieve cruisecontrol is geen systeem tieve cruisecontrol, ook gebruikt door de func- den met de verkeersomstandigheden en in dat botsingen voorkomt.
  • Pagina 166 04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* • als de snelheid van de voorligger te veel Soms kan de radarsensor een voertuig op afwijkt van die van uw eigen auto. korte afstand pas laat registreren, bijvoor- beeld als een inhalend voertuig invoegt Voorbeeldsituaties waarin de tussen u en uw voorligger.
  • Pagina 167: Betekenis

    04 Bestuurdersondersteuning Adaptieve cruisecontrol* Oorzaak Maatregel Het radaroppervlak van de grille is vuil of bedekt met sneeuw of ijs. Ontdoe het radaroppervlak van de grille van vuil, sneeuw en ijs. De radarsignalen worden gehinderd door hevige regen- of sneeuwval. Valt niets aan te doen. Bij hevige neerslag werkt de radar soms niet. De radarsignalen worden gehinderd door opspattend water en opdwar- Valt niets aan te doen.
  • Pagina 168 De adaptieve cruisecontrol werkt niet. ACC Service vereist • Neem contact op met een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Remmen om stil te blijven De auto staat stil en de cruisecontrol lost de bedrijfsrem, zodat de parkeerrem verder kan remmen en de auto stil kan houden.
  • Pagina 169: Algemene Informatie

    04 Bestuurdersondersteuning Afstandswaarschuwing* Algemene informatie lampje in de schakelaar geeft aan dat de func- N.B. tie geactiveerd is. De afstandswaarschuwing (Distance Alert) is De afstandswaarschuwing is uitgeschakeld, een functie die u inlicht over de volgtijd ten Bij bepaalde combinaties van opties is er geen zolang de adaptieve cruisecontrol actief is.
  • Pagina 170 04 Bestuurdersondersteuning Afstandswaarschuwing* Volgtijd instellen U kunt verschillende volgtij- N.B. den ten opzichte van voorlig- Hoe hoger de snelheid, hoe langer de volg- gers kiezen en deze worden afstand in meters voor een bepaalde volg- op het display als 1–5 hori- tijd.
  • Pagina 171: Lampjes En Meldingen Op Display

    04 Bestuurdersondersteuning Afstandswaarschuwing* In slechte weersomstandigheden en op slin- N.B. gerende wegen heeft de radarsensor soms In de felle zon en bij lichtschitteringen of moeite om voorliggers te registreren. grote variaties in de lichtsterkte alsook het Ook voorliggers met geringe afmetingen gebruik van een zonnebril is het op de voor- (zoals motorfietsen) zijn soms moeilijk te ruit geprojecteerde waarschuwingslampje...
  • Pagina 172 Voor meer informatie over de beperkingen van de radarsensor, zie pagina 163. CWS-systeem Service ver- De afstandswaarschuwing en Collision Warning met Auto Brake werken niet of gedeeltelijk. eist Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- plaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 173: Belangrijk

    – geadviseerd wordt een erkende De functie die actief is bij een snelheid tot Volvo-werkplaats. 50 km/h helpt u door automatisch te remmen, wanneer het gevaar voor een botsing met een voorligger reëel is en u zelf niet snel genoeg WAARSCHUWING remt en/of uitwijkt.
  • Pagina 174 04 Bestuurdersondersteuning City Safety™ Bij een snelheidsverschil van meer dan Na het starten van de motor is City Safety™ op Beperkingen 15 km/h tussen de voertuigen kan City een van de volgende manieren uit te schakelen: De City Safety™-sensor is erop gebouwd om Safety™...
  • Pagina 175 04 Bestuurdersondersteuning City Safety™ City Safety™ wordt niet geactiveerd op lage N.B. Oorzaak Maatregel snelheden (onder 4 km/h), wat betekent dat het • Houd de voorruit in het gebied vóór de systeem niet ingrijpt in situaties waarbij u een Het voorruitopper- Ontdoe het voorruit- lasersensor vrij van sneeuw, ijs, con- voorligger uiterst langzaam nadert zoals tijdens...
  • Pagina 176 (zie de afbeelding met de posi- Volvo-werkplaats. tie van de sensor op pagina 171) – geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. WAARSCHUWING Als u niets doet, presteert City Safety™ Kijk nooit van een afstand van 100 mm of mogelijk minder goed.
  • Pagina 177 Verwijder het voorwerp dat de sensoren hindert en/of maak het voorruitoppervlak vóór de sen- soren schoon. Voor meer informatie over de beperkingen van de lasersensoren, zie pagina 172. City Safety Service vereist City Safety™ werkt niet. • Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats.
  • Pagina 178: Collision Warning Met Auto Brake En Voetgangersdetectie

    Camerasensor uitgevoerd in een werkplaats - een door Gebruik Collision Warning met Auto Brake en Volvo erkende werkplaats wordt aanbevo- Collision Warning met Auto Brake vervult drie len. voetgangersdetectie niet om uw rijgedrag aan functies in de volgende volgorde: te passen –...
  • Pagina 179 04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* Collision Warning en City Safety™ vullen elkaar Brake Support helpt u eveneens bij het rem- WAARSCHUWING aan. Zie voor meer informatie over City men, als het systeem ervan uitgaat dat de rem- Collision Warning werkt niet in alle rijsitua- Safety™...
  • Pagina 180 04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* • Voetgangersdetectie Een voetganger is alleen te ontdekken Bediening wanneer deze helemaal zichtbaar is en een Via een menusysteem van MY CAR op het lengte heeft van minimaal 80 cm. beeldscherm van de middenconsole zijn even- •...
  • Pagina 181 04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* Waarschuwingssignalen activeren/ maar als deze instelling te vaak tot waarschu- WAARSCHUWING wingen leidt (wat in bepaalde situaties als hin- deactiveren Geen enkel automatisch systeem kan in alle derlijk kan worden ervaren) kunt u overgaan op Waarschuwingslampje (nr.
  • Pagina 182 04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* Onderhoud Beperkingen N.B. Collision Warning met Auto Brake en voetgan- Het visuele waarschuwingssignaal kan gersdetectie is actief vanaf ca. 4 km/h. korte tijd buiten werking worden gesteld, wanneer de temperatuur in het interieur bij- In de felle zon en bij lichtschitteringen alsook voorbeeld door de felle zon te hoog is opge- het gebruik van een zonnebril is het op de voor-...
  • Pagina 183 04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* • hoofdstuk ‘Waarschuwingsafstand instellen’ Automatische dimfunctie groot licht/dim- WAARSCHUWING licht - zie pagina 87 pagina 179. Als de radar- of camerasensor op grond van • Road Sign Information – zie pagina 150 Met geactiveerde achteruitversnelling is de de verkeerssituatie of anderszins proble- •...
  • Pagina 184 Er is vuil tussen de Bezoek een werk- binnenkant van de plaats om de bin- voorruit en de nenkant van de camera gekomen. voorruit achter de camerabehuizing te laten schoonmaken – geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 185: Betekenis

    04 Bestuurdersondersteuning Collision Warning met Auto Brake en voetgangersdetectie.* Lampjes en meldingen op display Lampje Melding Betekenis CWS-sys- Collision Warning is uitgeschakeld. teem UIT Verschijnt bij het starten van de motor. De melding dooft automatisch na ca. 5 seconden of eerder wanneer u op de toets OK drukt. CWS-sys- Het is niet mogelijk Collision Warning te activeren.
  • Pagina 186 Voor meer informatie over de beperkingen van de radarsensor, zie pagina 163. tieb. CWS-sys- Collision Warning met Auto Brake werkt niet of gedeeltelijk. teem Ser- • Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. vice vereist Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 187: Algemene Informatie Over Driver Alert System

    04 Bestuurdersondersteuning Driver Alert System* Algemene informatie over Driver Alert WAARSCHUWING System Driver Alert System heeft niet in alle situaties Driver Alert System is bestemd om u te helpen het beoogde effect en is uitsluitend bedoeld als de auto op een ongecontroleerde manier als hulpmiddel.
  • Pagina 188: Driver Alert System - Dac

    04 Bestuurdersondersteuning Driver Alert System – DAC* Algemene informatie over DAC DAC is bedoeld om langzame wijzigingen in het Bediening rijgedrag te bespeuren, in eerste instantie op Via het menusysteem op het beeldscherm van de grotere wegen. De functie is niet bedoeld de middenconsole zijn bepaalde instellingen te voor gebruik in het stadsverkeer.
  • Pagina 189 04 Bestuurdersondersteuning Driver Alert System – DAC* Aan/Uit Op het display staat een niveaumarkering in de WAARSCHUWING vorm van 1–5 balkjes, waarbij een klein aantal Om Driver Alert in de stand-bystand te zetten: Neem een waarschuwing altijd serieus, balkjes voor ongecontroleerd rijgedrag staat. •...
  • Pagina 190 Voor meer informatie over de beperkingen van de camerasensor, zie pagina 181. Driver Alert Sys Service Het systeem is defect. vereist • Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 191: Algemene Informatie Over Ldw

    04 Bestuurdersondersteuning Driver Alert System – (LDW)* Algemene informatie over LDW Bediening en functie Als de camera de rijstrookmarkeringen op het wegdek niet langer registreert verschijnt op het display de melding Lane Depart Warn niet beschikbaar Als de rijsnelheid tot onder de 60 km/h daalt, neemt de functie de stand-bystand weer in en Lane verschijnt op het display de melding...
  • Pagina 192 04 Bestuurdersondersteuning Driver Alert System – (LDW)* N.B. Iedere keer dat de wielen een markerings- streep passeren wordt er slechts eenmaal gewaarschuwd. Er wordt dan ook niet meer gewaarschuwd, wanneer u met één wiel aan weerszijden zijden van de rijstrookmarke- ring blijft rijden.
  • Pagina 193: Persoonlijke Instellingen

    Voor meer informatie over de beperkingen van de camerasensor, zie pagina 181. Driver Alert Sys Service Het systeem is defect. vereist • Bezoek een werkplaats als de melding niet verdwijnt – geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. gewaarschuwd en minder beperkingen Persoonlijke instellingen gelden.
  • Pagina 194: Park Assist

    04 Bestuurdersondersteuning Park Assist* Algemeen WAARSCHUWING Park Assist is bedoeld als hulpmiddel tijdens • Hoewel de Park Assist handig is bij het het parkeren. Geluidssignalen en symbolen op parkeren, bent u nog altijd schadeplich- het beeldscherm van de middenconsole geven tig bij eventuele fouten.
  • Pagina 195: Belangrijk

    Als er zowel voor als achter de ter de auto hebt hangen die met originele auto obstakels binnen deze afstand zijn waar- trekhaakbedrading van Volvo aangesloten genomen, komen de geluidssignalen beurte- lings uit de luidsprekers aan linker- en rechter- zijde.
  • Pagina 196 04 Bestuurdersondersteuning Park Assist* Sensoren schoonmaken N.B. N.B. Park Assist aan de voorzijde wordt gedeac- Vuil, sneeuw en ijs op de sensoren kunnen tiveerd, wanneer u de parkeerrem zet of de ten onrechte aanleiding geven tot waar- keuzehendel in stand P zet bij een auto met schuwingssignalen.
  • Pagina 197: Park Assist-Camera

    04 Bestuurdersondersteuning Park Assist-camera* Algemeen Functie en bediening automatisch over om de cameraweergave te tonen. De Park Assist-camera is een hulpsysteem dat automatisch geactiveerd wordt bij het inscha- Bij het inschakelen van de achteruitversnelling kelen van de achteruitversnelling (de functie is wordt met behulp van ononderbroken lijnen te wijzigen in het instellingenmenu, zie grafisch aangegeven waar de achterwielen van...
  • Pagina 198 Camerapositie bij de openingshandgreep. hangen die met originele trekhaakbe- Voorbeeld van hoe hulplijnen voor de bestuurder Lichtomstandigheden drading van Volvo aangesloten is. getoond worden. De cameraweergave wordt automatisch aan- De lijnen op het scherm worden geprojecteerd gepast aan de heersende lichtomstandighe- als stonden ze op de grond achter de auto.
  • Pagina 199 04 Bestuurdersondersteuning Park Assist-camera* Grenslijnen per reiken zolang er geen obstakel in de weg Kleur Afstand (meter) staat. Oranje 1,5– Auto’s met Park Assist-sensoren achter* Oranje 0,3–1,5 Rood 0–0,3 Instellingen Druk op OK/MENU wanneer een cameraweer- gave getoond wordt. Voer de gewenste instel- lingen uit.
  • Pagina 200 04 Bestuurdersondersteuning Park Assist-camera* Beperkingen N.B. Fietsdragers of andere accessoires achter op de auto kunnen het blikveld van de camera blokkeren. Let erop dat ook als het geblokkeerde gebied er op het scherm relatief klein uitziet, het wer- kelijke, verborgen gebied dusdanig groot kan zijn dat obstakels pas worden geregistreerd wanneer u er bijna bovenop zit.
  • Pagina 201: Algemene Informatie Over Blis

    04 Bestuurdersondersteuning BLIS* – Blind Spot Information System Algemene informatie over BLIS Het systeem is desgewenst tijdelijk te deacti- WAARSCHUWING veren, zie het gedeelte ‘Activeren/deactiveren’. Het systeem vormt een aanvulling op – geen vervanging voor – een veilige rijstijl en het Dode hoeken gebruik van de buitenspiegels.
  • Pagina 202: Wanneer Blis Werkt

    04 Bestuurdersondersteuning BLIS* – Blind Spot Information System Activeren/deactiveren een displaymelding op het instrumentenpa- Daglicht en donker neel. Bij daglicht reageert het systeem op de con- touren van omringende voertuigen. Het sys- Bij het heractiveren van BLIS brandt het lampje teem is geconstrueerd om motorvoertuigen in de knop, verschijnt er een nieuwe display- zoals auto’s, vrachtwagens, bussen en motor-...
  • Pagina 203 De BLIS-camera is Laat reparaties van de onderdelen van het BLIS-systeem over aan een werkplaats – bedekt met vuil, afgedekt geadviseerd wordt een erkende Volvo- sneeuw of ijs – maak werkplaats. de lenzen schoon. Reflecties op een glad en nat wegdek.
  • Pagina 204 04 Bestuurdersondersteuning BLIS* – Blind Spot Information System Eigen schaduwen op grote, lichtgekleurde en gladde oppervlakken zoals geluidsschermen of betonnen wegen. Laag staande zon in de camera. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 205 04 Bestuurdersondersteuning...
  • Pagina 206 Menu- en meldingsfuncties..............206 Menugroep MY CAR................209 Klimaatregeling..................217 Motor- en interieurverwarming op brandstof*........227 Extra verwarming*................. 231 Boordcomputer..................232 Rijeigenschappen aanpassen............... 234 Interieurcomfort..................235 Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 207 C O M F O R T E N R I J P L E Z I E R...
  • Pagina 208: 05 Comfort En Rijplezier

    05 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties Instrumentenpaneel eerst bevestigen met de knop OK voordat u de Melding menu’s kunt bekijken. Menu-overzicht Voor sommige van de onderstaande menu- opties dient de auto te zijn uitgerust met de bij- behorende functie en software. ---- km actieradius --.- l/100km gemiddeld --.- l/100km momentaan...
  • Pagina 209 05 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties N.B. Melding Betekenis Melding Betekenis Als er een waarschuwingsmelding ver- Zie instructieb. Lees het instructie- Versn.olie Ver- Bezoek een werk- schijnt als de boordcomputer wordt boekje. versen plaats om de auto zo gebruikt, moet de melding worden gelezen spoedig mogelijk te (druk op OK) voordat de eerdere activiteit Bespreek tijd...
  • Pagina 210 Laad de accu bij. Deel van een melding, verschijnt samen met gegevens over de locatie van de storing. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Voor meer meldingen met betrekking tot de automatische versnellingsbak, zie pagina 126.
  • Pagina 211: Algemene Informatie Over My Car

    05 Comfort en rijplezier Menugroep MY CAR Algemene informatie over MY CAR Bediening menuniveau dat gebeurt, is een van de vol- gende dingen mogelijk: In deze menugroep zijn tal van auto- Bedieningselementen op functies te regelen, zoals het instellen • telefoongesprekken worden geweigerd middenconsole van de klok, de buitenspiegels en de...
  • Pagina 212 05 Comfort en rijplezier Menugroep MY CAR Toetsenset* op stuurwiel kens kort in te drukken of deze eenmaal Instellingen Auto-instellingen lang in te drukken. Slotinstellingen Deuren open Bestuurdersdeur: dan alle. De procedure verloopt geheel identiek met de knoppen op de middenconsole – zie Hier volgt een voorbeeld van de wijze waarop pagina 209: OK MENU (2), EXIT (4) en de u een functie kunt opzoeken en aanpassen met...
  • Pagina 213 102 systemen. My DRIVe* Hier vindt u onder meer een beschrijving van Instellingen - menu’s de opzet van Volvo’s DRIVe-concept. De opbouw van de menu’s is als volgt: • Start/Stop • Milieutips Menuniveau 1 Voor meer informatie –...
  • Pagina 214 05 Comfort en rijplezier Menugroep MY CAR Slotinstellingen p. 44, Instellingen zijspiegel p. 102 p. 93 Tijdsduur 'follow me 54 en home'-verl. Automatische vergren- Spiegels inklappen deling 30 sec. Linkerspiegel hellen 60 sec. Rechterspiegel hellen 90 sec. p. 42 Lichtinstellingen Deuren open p.
  • Pagina 215 05 Comfort en rijplezier Menugroep MY CAR p. 89 Botswaarschuwing p. 176 DSTC p. 148 Actieve bochtverlichting Waarschuwingsafstand p. 9 en City Safety p. 90 Lang Extra koplampen Normaal Kort Signaaltoon BLIS p. 199 Bandenspanningsysteem * p. 328 Waarschuwt bij lage ban- denspanning Bandenspanning kalibre- Lane Departure Warning...
  • Pagina 216 05 Comfort en rijplezier Menugroep MY CAR Tijdopmaak p. 76 Hulptekst weergeven Volumes Volume mededelingen Volume voor parkeerhulp vóór Bij markering van deze optie ver- p. 209 Screensaver schijnt uitleg bij de actuele Volume voor parkeerhulp schermweergave. achter Beltoonvolume p. 232 Afstands-/ verbruikseenheid Bij selectie van deze optie wordt MPG (UK)
  • Pagina 217 – alleen gelegenheid om bekend te raken Telefoon kies in combinatie met Volvo’s navi- met uw stem en uitspraak. Op het nummer gatiesysteem RTI* geïnstalleerd. scherm verschijnen enkele zinnen Navigatiecommando's die u vervolgens moet inspreken.
  • Pagina 218 Kaart- en softwareversie * Aut. achterruitverwarming POI-lijst voor spraaksysteem Alleen in een auto met Volvo gps- navigatiesysteem – zie desbetref- Wijzig lijst fend boekje. Het aantal faciliteiten is groot en Luchtkwaliteitssysteem verschilt per markt. Er kunnen maximaal 30 favoriete faciliteiten worden opslagen in deze lijst.
  • Pagina 219: Klimaatregeling

    05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Algemeen Positie van de sensoren Ventilatie-openingen in hoedenplank • De zonnesensor zit boven op het dash- Klimaatregeling board. N.B. De auto is voorzien van elektronische klimaat- • De interieurtemperatuursensor zit onder Dek de blaasmonden helemaal achter in de regeling.
  • Pagina 220 De tijd dat de ventila- Volvo worden geadviseerd, zie pagina 371. pagina 58. torfunctie werkt zal langzaam maar zeker korter worden, totdat de auto 4 jaar oud is.
  • Pagina 221: Luchtverdeling

    05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Luchtverdeling Blaasmonden in dashboard Blaasmonden in portierstijlen Open Dicht De binnenkomende lucht wordt verdeeld over uiteenlopende blaasmonden verspreid over Dicht Open het interieur. Luchtstroom naar links of rechts Luchtstroom naar links of rechts In de stand AUTO* vindt de luchtverdeling geheel automatisch plaats.
  • Pagina 222: Elektronische Klimaatregeling, Ecc

    05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Elektronische klimaatregeling, ECC* Temperatuurregeling, linkerzijde Luchtverdeling - blaasmond dashboard Temperatuurregeling, rechterzijde Elektrisch verwarmde voorstoel, links Luchtverdeling - ontwaseming voorruit Recirculatie Max. ontwaseming Elektrische achterruit- en buitenspiegel- AUTO verwarming, zie pagina 103 Ventilator AC – Airconditioning aan/uit Elektrisch verwarmde voorstoel, rechts Luchtverdeling - ventilatie vloer Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 223 05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Elektronische temperatuurregeling, ETC Ventilator Elektrisch verwarmde voorstoel, rechts Elektrisch verwarmde voorstoel, links Temperatuurregeling AC – Airconditioning aan/uit Max. ontwaseming Luchtverdeling - ventilatie vloer Luchtverdeling - blaasmond dashboard Luchtverdeling - ontwaseming voorruit Elektrische achterruit- en buitenspiegel- verwarming, zie pagina 103 Recirculatie...
  • Pagina 224 05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Gebruik bedieningselementen Driemaal op de knop drukken levert het laagste Eenmaal op de knop drukken levert het maxi- verwarmingsniveau op – op het beeldscherm male verwarmingsniveau op – alle drie de Elektrisch verwarmde stoelen/ brandt één oranje lampje. lampjes branden.
  • Pagina 225: Ventilatorknop Voor Etc

    05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Ventilatorknop voor ETC gedeelte van de gestiliseerde menselijke Als u een of meer handmatige functies selec- gedaante (zie onderstaande afbeelding) bran- teert, worden de overige functies nog steeds Draai aan de knop om de ven- den samen met een pijl vóór dit gedeelte om automatisch geregeld.
  • Pagina 226: Belangrijk

    05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Temperatuurregeling Max. ontwaseming Recirculatie Met deze knop kunt u de tem- U gebruikt de ontwaseming Recirculatie peratuur instellen. Bij ECC* is om de voorruit en de zijruiten Wanneer de recirculatie actief de temperatuur aan bestuur- snel te ontwasemen en te ont- is, brandt het oranje lampje in derszijde en die aan passa-...
  • Pagina 227 05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling lucht in de passagiersruimte wordt gerecircu- Auto’s met Eco Start/Stop DRIVe* N.B. leerd. Bij automatische afzetting van de motor gelden Wanneer u voor maximale ontwaseming er mogelijk beperkingen voor de werking van U kunt de functie activeren/deactiveren in het kiest, wordt de recirculatie altijd uitgescha- bepaalde apparatuur (zoals het ventilatortoe- keld.
  • Pagina 228 05 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Luchtverdelingstabel Luchtverdeling Toepassing Luchtverdeling Toepassing Lucht naar de ruiten. Er om snel te ontdooien en Lucht naar de vloer en de om een comfortabel kli- komt een bepaalde hoe- te ontwasemen. ruiten. Er komt een maat en een goede ont- veelheid lucht uit de bepaalde hoeveelheid...
  • Pagina 229: Motor- En Interieurverwarming Op Brandstof

    05 Comfort en rijplezier Motor- en interieurverwarming op brandstof* Verwarming op brandstof Tanken Accu en brandstof Als de accu onvoldoende opgeladen is of als Algemene informatie over de het brandstofpeil te laag is, wordt de standver- standverwarming warming automatisch uitgeschakeld en er ver- U kunt de standverwarming die de motor en schijnt een melding op het display.
  • Pagina 230: Lampjes En Displaymeldingen

    Directe start acti- plaats. Volvo advi- op ingesteld tijd- veert, gaat het informatielampje op het instru- seert u contact op stip. mentenpaneel branden en op het informatie- te nemen met een...
  • Pagina 231 05 Comfort en rijplezier Motor- en interieurverwarming op brandstof* Een displaymelding verdwijnt automatisch na Timers instellen Wanneer u Timer standkach 1 hebt ingesteld, enige tijd. U kunt een melding ook eerder laten kunt u een tweede uitschakeltijd programme- Met de timers geeft u het tijdstip aan dat de verdwijnen met een druk op de knop OK van ren onder Timer standkach 2...
  • Pagina 232 05 Comfort en rijplezier Motor- en interieurverwarming op brandstof* N.B. Als u de klok van de auto bijstelt, worden eventuele timerinstellingen gewist. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 233: Extra Verwarming Op Brandstof

    I – verricht eventuele aanpas- singen daarom voordat u de motor start. Een erkende Volvo-dealer kan u informeren over de desbetreffende geografische gebieden. Een erkende Volvo-dealer kan u informeren over de desbetreffende motoren. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 234: Boordcomputer

    05 Comfort en rijplezier Boordcomputer Algemeen Functies N.B. Er kunnen onjuiste waarden verschijnen, als N.B. u een extra verwarming en/of standverwar- ming* op brandstof hebt gebruikt. Als er een waarschuwingsmelding ver- schijnt tijdens het gebruik van de boord- computer, dient u deze melding eerst te Km actieradius bevestigen voordat u de boordcomputer De actieradius wordt berekend aan de hand...
  • Pagina 235 05 Comfort en rijplezier Boordcomputer 2. Houd RESET ca. 1 seconde ingedrukt om de waarde voor de gekozen functie op nul te stellen. Als u RESET ten minste 3 seconden lang ingedrukt houdt, stelt u de gemiddelde snelheid en het gemiddelde brandstofverbruik gelijktijdig op nul.
  • Pagina 236: Rijeigenschappen Aanpassen

    05 Comfort en rijplezier Rijeigenschappen aanpassen Actieve chassisregeling, Four-C* Bediening en stuurgevoeligheid. Open het menusysteem MY CAR en ga naar Instellingen Auto- Het actieve chassissysteem FOUR-C (Continously Controlled Chassis Concept) instellingen Stuurkracht en kies uit Laag stemt de eigenschappen van de schokdem- Midden Hoog pers af op de gewenste rijeigenschappen van...
  • Pagina 237: Interieurcomfort

    05 Comfort en rijplezier Interieurcomfort Opbergmogelijkheden...
  • Pagina 238 237, en een Inlegmatten* uitneembare asbak in de bekerhouder.) Bewaar losse voorwerpen, zoals een mobi- Volvo biedt inlegmatten die speciaal vervaar- ele telefoon, camera, afstandsbediening digd zijn. Aansteker en asbak* voor extra uitrusting e.d., in het dashboard- De asbak in de middenconsole is te verwijde- kastje of andere opbergruimten.
  • Pagina 239: Aansluiting

    05 Comfort en rijplezier Interieurcomfort Make-upspiegel 12V-aansluiting mediaspelers of mobiele telefoons. De trans- pondersleutel moet ten minste in sleutelstand I staan, anders geeft de aansluiting geen stroom, zie pagina 78. WAARSCHUWING Laat de plug altijd in de aansluiting zitten als u deze niet gebruikt.
  • Pagina 240 N.B. De compressor voor provisorische banden- reparatie is door Volvo getest en goedge- keurd. Voor informatie over het gebruik van de aanbevolen provisorische bandenrepa- ratie (TMK) van Volvo, zie pagina 330.
  • Pagina 241 05 Comfort en rijplezier...
  • Pagina 242 Algemene informatie over infotainment..........242 Radio..................... 253 Mediaspeler..................261 Externe geluidsbron via AUX/USB*-ingang.......... 266 Media Bluetooth * ................269 Bluetooth -handsfree*................272 Spraakherkenning* mobiele telefoon............ 282 TV - instelling*..................286 Afstandsbediening* ................290 Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 243 I N F O T A I N M E N T...
  • Pagina 244: 06 Infotainment

    06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Algemeen ingeschakeld wanneer de motor is aangesla- Audyssey MultEQ gen. Het infotainmentsysteem bestaat uit een radio, mediaspeler, tv* en een functie voor commu- N.B. nicatie met een mobiele telefoon*. De informa- Haal de transpondersleutel uit het contact- tie verschijnt op een kleurenscherm van 5 of 7 slot als u het infotainmentsysteem gebruikt inch* boven aan de middenconsole.
  • Pagina 245: Overzicht

    06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Overzicht Installatie bedienen SOUND - indrukken op de audio-instellin- gen (lage tonen, hoge tonen e.d.) te openen. Voor meer informatie, zie pagina 248. VOL - eraan draaien om het volume te ver- hogen of te verlagen. ON/OFF/MUTE - Bij kort indrukken wordt de installatie ingeschakeld en bij lang indrukken (totdat het scherm zwart wordt)
  • Pagina 246 06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Toetsenset op stuurwiel volgende goed doorkomende radiozender TUNE - eraan draaien om tracks/mappen, te zoeken. radio- en tv*-zenders, telefooncontacten* door De toetsenset op het stuurwiel is te gebruiken te bladeren of de opties op het beeldscherm. als alternatief voor de knoppen op de midden- Volume - indrukken om het volume te ver- console.
  • Pagina 247 Als u in de normaalweergave lang op EXIT drukt, beschikt u over dezelfde hoofdbronk- noppen als die op de middenconsole: NAV - Volvo’s navigatiesysteem (RTI)*, wordt in een apart instructie- boekje besproken. RADIO - AM, FM, DAB*...
  • Pagina 248: Menufuncties

    06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Menufuncties Het voorbeeld geeft aan hoe u de verschillende functies bereikt tijdens het afspelen van een schijf. (1) Hoofdbronknop, (2) Normaalweergave, (3) Snelkoppe- lingsweergave, (5) Menuweergave...
  • Pagina 249 06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Kies een hoofdbron door te drukken op een hoofdbronknop (1) van de actieve bron te De toets FAV is te gebruiken om functies op te drukken). hoofdbronknop (1) (RADIO, MEDIA, TEL). slaan die u vaak gebruikt, waarna u de functies Gebruik om door de menu’s van de hoofdbron eenvoudig kunt starten door te drukken op •...
  • Pagina 250: Algemene Audio-Instellingen

    06 Infotainment Algemene informatie over infotainment 2. Kies een frequentieband of bron ( Geavanceerde audio-instellingen geval verschijnt op het beeldscherm. Disk , etc.). Als de opname werd gemaakt met Dolby Equalizer Digital-techniek, vindt de weergave plaats 3. Houd de toets FAV ingedrukt totdat het Er zijn aparte geluidsniveaus voor de verschil- met deze instelling en verschijnt ‘favorietenmenu’...
  • Pagina 251: Menu-Overzicht

    06 Infotainment Algemene informatie over infotainment giers. Als er zowel voor- als achterin passa- radio) speelt. Corrigeer dit door het ingangs- Voor ieder automodel wordt het audiosysteem giers zitten wordt de optie beide voorstoelen volume van de ingang aan te passen: tijdens de kalibratie perfect afgestemd op de geadviseerd.
  • Pagina 252 06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Hoofdmenu DAB1*/DAB2* Equalizer Audio-instellingen DAB-menu Volumecompensatie Hoofdmenu CD/DVD Data Ensemble programmeren Alle audio-instellingen reset- Diskmenu PTY-filter Afspelen / Pause PTY-filter uitschakelen Hoofdmenu FM1/FM2 Stop Radiotekst tonen FM-menu Willekeurige weergave Presets tonen Map herhalen Scan Radiotekst tonen Volgende titel Geavanceerde instellingen...
  • Pagina 253 06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Geavanceerde instellingen Scan Autostore Hoek Scan Audio-instellingen DivX® VOD-code Audio-instellingen Hoofdmenu Media Bluetooth Audio-instellingen Bluetooth-menu Pop-upmenu video en tv* Willekeurig Druk op OK/MENU terwijl u een videobestand Hoofdmenu iPod afspeelt of tv* kijkt om het pop-upmenu te ope- iPod-menu Ander apparaat nen.
  • Pagina 254 06 Infotainment Algemene informatie over infotainment Gekozen nummers Gespreksduur Telefoonboek Zoeken Nieuw contact Verkorte nummers vCard ontvangen Geheugenstatus Telefoonboek wissen Telefoon wijzigen Bluetooth-apparaat verwijderen Telefooninstellingen Herkenbaar Geluiden en volume Telefoonboek downloaden Bluetooth-softwareversie in auto Bel-opties Automatisch opnemen Voicemailnummer Telefoon uit...
  • Pagina 255: Automatisch Zenders Zoeken

    06 Infotainment Radio Algemeen Radio AM/FM N.B. Als de auto is uitgerust met een toetsen- Zenders zoeken set* op het stuurwiel en/of een afstandsbe- diening*, kunt u deze meestal gebruiken in N.B. plaats van de toetsen op de middencon- sole. Voor een beschrijving van de toetsen- De ontvangst hangt niet alleen af van de set op het stuurwiel, zie zie pagina 244.
  • Pagina 256: Handmatig Zenders Zoeken

    06 Infotainment Radio Om de lijst te openen en een zender te kiezen: Handmatig zenders zoeken N.B. Weergave van de zenderlijst met de best door- 1. Kies de gewenste frequentieband ( • De lijst vermeldt alleen de frequenties komende signalen bij het draaien aan TUNE van de zenders waarop u hebt afge- (zie gedeelte ‘Zenderlijst’, pagina 253) behoort stemd en vormt dan ook geen complete...
  • Pagina 257 06 Infotainment Radio 1. Stem af op een zender (zie ‘Zenders zoe- N.B. N.B. ken’, pagina 253). Weergave van de zenderlijst met de best Sommige radiozenders maken geen 2. Houd een van de sneltoetsen enkele doorkomende signalen in het huidige gebruik van RDS of alleen in beperkte mate.
  • Pagina 258 06 Infotainment Radio te hervatten en druk op OK/MENU om de mel- bepalend voor de vraag of de weergave van de voor een nieuwsuitzending via het RDS-net- ding te verwijderen. actieve geluidsbron kan worden onderbroken werk van de zender waarop is afgestemd. Het voor uitzendingen van een bepaald program- lampje NEWS...
  • Pagina 259 06 Infotainment Radio – 1. Kies in stand FM een of meer PTY onder Activeer/deactiveer deze functie in de menu Geavanceerde instellingen FM-menu Geavanceerde instellingen stand FM onder FM-menu Radiotekst PTY-instellingen kiezen. tonen. PTY-instellingen kiezen. 2. Vervolgens dient u de PTY-functie te acti- 2.
  • Pagina 260: Digitale Radio (Dab)

    06 Infotainment Radio – Digitale radio (DAB)* De programmeerfunctie is uit te voeren in het Reset in de stand FM onder FM-menu menusysteem in stand DAB onder DAB-menu Geavanceerde instellingen Alle FM- Algemeen Ensemble programmeren. Programmeren instellingen resetten. DAB (Digital Audio Broadcasting) is een sys- kan ook als volgt worden uitgevoerd: teem voor digitale overdracht van radiosigna- Volumeregeling programmatypes...
  • Pagina 261 06 Infotainment Radio ders. Wanneer er een zender is gevonden, U kiest een programmatype in stand DAB keurkanalen zijn niet gebonden aan de kana- wordt deze ca. 10 seconden lang weergegeven lenlijst. onder DAB-menu PTY-filter . Verlaat deze voordat de zoekfunctie wordt voortgezet. Bij stand als volgt: U kunt een lijst met voorkeurzenders tonen het beluisteren van een zender is de zender op...
  • Pagina 262 06 Infotainment Radio Geavanceerde instellingen gekozen frequentieband is niet van invloed op voor informatie over Programmatype, PTY, zie de opgeslagen voorkeuren. pagina 256. Deze informatie wordt het beeld- DAB naar DAB link scherm weergegeven. De frequentieband is in stand DAB te deacti- ‘DAB naar DAB link’...
  • Pagina 263: Mediaspeler

    06 Infotainment Mediaspeler Uw keuze bevestigen of het menu voor de Menufuncties CD/DVD -functies gekozen mediabron openen door te druk- U regelt de menufuncties van MEDIA vanaf de ken op OK/MENU. middenconsole of via de toetsenset* op het stuurwiel. Voor algemene informatie over Disctrack voor-/achteruitspoelen en van menufuncties en menusystemen, zie disctrack of hoofdstuk...
  • Pagina 264: Zelfgebrande Discs Met Audio-/ Videobestanden

    06 Infotainment Mediaspeler Pauze EXIT om te annuleren en de speellijst te verla- N.B. ten of een stap omhoog (terug) te zetten in de Als het volume wordt uitgedraaid of MUTE Videoweergave is uitsluitend mogelijk wan- mapstructuur. Lang indrukken van EXIT voert wordt ingedrukt, pauzeert de mediaspeler.
  • Pagina 265: Navigeren In Eigen Menu Video-Dvd

    06 Infotainment Mediaspeler toets weer los om de video weer op normale 3. Druk op OK/MENU om de functie te acti- N.B. snelheid weer te geven. veren/deactiveren. Videoweergave is uitsluitend mogelijk wan- Wisselen van disctrack/audiobestand is moge- neer de auto stilstaat. Wanneer de auto Scannen sneller rijdt dan ca.
  • Pagina 266: Van Hoofdstuk Of Titel Veranderen

    06 Infotainment Mediaspeler Van hoofdstuk of titel veranderen Druk om terug te keren naar de lijst met instel- naar Diskmenu Geavanceerde lingen op OK/MENU of EXIT. Draai aan TUNE om de lijst met hoofdstukken instellingen Hoek. te openen en erin te navigeren (bij het afspelen De fabriekswaarden voor de beeldinstellingen DivX Video On Demand van een film wordt de film gepauzeerd).
  • Pagina 267 06 Infotainment Mediaspeler CD-Audio, mp3, Audioformaten CD-Audio, mp3, Audioformaten wma, aac, m4a CD-Video, Videoformaten DVD-Video, divx, avi, asf Geldt voor Performance. Geldt niet voor Performance. Geldt alleen voor High Performance Multimedia en Premium Sound Multimedia.
  • Pagina 268: Externe Geluidsbron Via Aux/Usb*-Ingang

    06 Infotainment Externe geluidsbron via AUX/USB*-ingang Algemeen den op het opslagmedium inleest. Afhankelijk N.B. van de bestandsstructuur en het aantal Als de auto is uitgerust met een toetsen- bestanden kan het enige tijd duren voordat set* op het stuurwiel en/of een afstandsbe- alles ingelezen is.
  • Pagina 269 06 Infotainment Externe geluidsbron via AUX/USB*-ingang alleen videobestanden op de USB-aansluiting tekenreeks intypt worden de zoekresultaten Afspelen en navigeren wordt aangesloten, past de instellingen aan en steeds verder verfijnd. Draai aan TUNE om de speellijst/mapstructuur speelt de bestanden vervolgens af. Het sys- te openen en door de lijst/structuur te navige- U start de weergave van een bestand door te teem past de instelling echter niet aan, als er...
  • Pagina 270: Compatibele Bestandsformaten Bij Usb-Aansluiting

    06 Infotainment Externe geluidsbron via AUX/USB*-ingang USB Removable device/Mass Storage N.B. Device te staan. Het systeem biedt ondersteuning voor draagbare media die werken met USB 2.0 iPod en het bestandssysteem FAT32 en kan Een iPod wordt middels de aansluitkabel bij- 1000 mappen aan met maximaal 254 sub- geladen en gevoed door de USB-aansluiting*.
  • Pagina 271: Overzicht

    Bluetooth -functie van de wisselen. mediaspeler van de auto. Volvo adviseert u Om audio weer te geven moet de mediaspeler contact op te nemen met een erkende van de auto eerst in stand...
  • Pagina 272: Beknopte Bediening

    06 Infotainment Media Bluetooth * EXIT – Omhoog in het menusysteem, Druk op EXIT voor aansluiting op een andere > De externe eenheid wordt vervolgens annuleert de actuele functie. eenheid. Sluit een nieuwe externe eenheid aan, aangesloten. zie ‘Andere externe eenheid kiezen’ hieronder. Bij kort indrukken loopt u de audiobe- Wissel van audiobestand door te drukken op standen door.
  • Pagina 273: Willekeurige Afspeelvolgorde

    06 Infotainment Media Bluetooth * Willekeurige afspeelvolgorde Versie-informatie Bluetooth Bij activering van deze functie worden de audi- De actuele Bluetooth -versie van de auto is in obestanden op de externe eenheid in willekeu- stand Bluetooth te bekijken onder Bluetooth- rige volgorde afgespeeld. Activeer/deactiveer menu Bluetooth-softwareversie in auto.
  • Pagina 274: Bluetooth -Handsfree

    Cijfer- en lettertoetsen het audiosysteem. Volvo adviseert u con- Microfoon tact op te nemen met een erkende Volvo- Knop TEL, activeert/zoekt de laatst aan- werkplaats of www.volvocars.com te Toetsenset op stuurwiel gesloten telefoon. Als er al een telefoon is bezoeken voor informatie over compatibele telefoons.
  • Pagina 275 De Bluetooth -naam van menusysteem in de auto Het symbool geeft aan dat er telefoon is de handsfree-functie verschijnt als Volvo Car 1. Maak de externe eenheid identificeerbaar/ op de externe eenheid. aangesloten. zichtbaar via Bluetooth , zie daarvoor de 5.
  • Pagina 276: Automatische Aansluiting

    (pin- code) in die op het beeldscherm van de 4. Kies My Volvo Car in de lijst met gevon- auto staat en druk op de toets van de mobi- Andere externe eenheid kiezen den eenheden op de externe eenheid.
  • Pagina 277: Gespreksfuncties

    06 Infotainment Bluetooth -handsfree* Bellen ten met behulp van de ingebouwde microfoon Automatisch antwoord en luidspreker van de mobiele telefoon. 1. Zorg dat het lampje Met de functie Automatisch antwoord is het boven aan het mogelijk gesprekken automatisch te beant- beeldscherm staat en dat de handsfree- N.B.
  • Pagina 278: Audio-Instellingen

    06 Infotainment Bluetooth -handsfree* TUNE linksom om de gesprekslijst voor Alle Audio-instellingen kiezen onder Telefoonmenu gesprekken te zien. Telefooninstellingen Geluiden en volume Tel.-gespreksvol. In de telefoonstand zijn onder Telefoonmenu Beltonen Belsignaal 1 enz. Het gespreksvolume is alleen tijdens een Bellijst alle gesprekslijsten te zien: gesprek te wijzigen.
  • Pagina 279 06 Infotainment Bluetooth -handsfree* sonen opgeslagen, onafhankelijk van de aansluiting automatisch naar het audiosys- De lijst met contactpersonen is vanaf de nor- vraag welke telefoon er tijdens de opslag teem worden gekopieerd. maalweergave ook te bereiken door op de aangesloten. Deze contactpersonen zijn toetsenset van de middenconsole de toets in –...
  • Pagina 280 06 Infotainment Bluetooth -handsfree* Contactpersonen zoeken N.B. Toets Functie Bij de uitvoering High Performance ont- W X Y Z 9 breekt het tekstwiel, zodat u TUNE niet kunt gebruiken voor de invoer van tekens maar aangewezen bent op de cijfer- en lettertoet- Wisselen tussen hoofdletters en sen op het bedieningspaneel van de mid- kleine letters.
  • Pagina 281 06 Infotainment Bluetooth -handsfree* Nieuw contact N.B. Met OK/MENU kunt u wisselen tussen cijfers en letters. Bij de uitvoering High Performance ont- breekt het tekstwiel, zodat u TUNE niet kunt Ove- Met OK/MENU kunt u overscha- gebruiken voor de invoer van tekens maar rige kelen op de invoer van speciale aangewezen bent op de cijfer- en lettertoet-...
  • Pagina 282 06 Infotainment Bluetooth -handsfree* Kies, wanneer u de volledige naam ingevoerd vCard ontvangen Met OK/MENU kunt u wisselen hebt, in de lijst op het beeldscherm (1) en Het is mogelijk om vCards van andere mobiele tussen hoofdletters en kleine let- druk op OK/MENU.
  • Pagina 283 06 Infotainment Bluetooth -handsfree* Versie-informatie Bluetooth De actuele Bluetooth -versie van de auto is in de telefoonstand te bekijken onder Telefoonmenu Telefooninstellingen Bluetooth-softwareversie in auto. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 284: Spraakherkenning* Mobiele Telefoon

    272) en geeft antwoord via de luid- kenning en de mogelijke gesproken sprekers in de auto. commando’s voor bediening van het systeem. Geldt alleen voor auto’s met Volvo’s navigatiesysteem, RTI (Road and Traffic Information System). Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 285 06 Infotainment Spraakherkenning* mobiele telefoon Beknopte bedieningsinstructies commando’s op het beeldscherm van de Hulpfuncties spraakherkenning middenconsole. • Instructie: Een functie die u vertrouwd maakt met de functie en de juiste manier Let op het volgende bij het gebruik van de om commando’s te geven.
  • Pagina 286: Stemtraining

    06 Infotainment Spraakherkenning* mobiele telefoon De instructie is opgesplitst in 3 lessen, die in een beschrijving van het menusysteem, zie pagina 209. totaal zo’n 5 minuten duren. De functie start • “Telefoon bel contact” – Zeg het hele com- met de eerste les. Om een les over te slaan en •...
  • Pagina 287 06 Infotainment Spraakherkenning* mobiele telefoon Systeemreactie Contactpersoon bellen zijn in het Bluetooth -handsfreesysteem, zie pagina 276. Nummer? Met het onderstaande dialoog kunt u de gepro- grammeerde contactpersonen in uw mobiele Gebruikersreactie Gebruiker start de dialoog door het telefoon bellen. Noem de cijfers (eenheden zoals zes-acht- zeggen van: zeven enz.) van het telefoonnummer.
  • Pagina 288: Tv - Instelling

    06 Infotainment TV - instelling* Algemeen Overzicht N.B. De ontvangst hangt niet alleen af van de N.B. signaalsterkte maar ook van de signaalkwa- liteit. Er kunnen storingen optreden wanneer Dit systeem ondersteunt alleen tv-signalen de zendersignalen bijvoorbeeld gehinderd in die landen die in mpeg2-formaat uitzen- worden door hoge gebouwen of van zeer den volgens de DVB-T-standaard.
  • Pagina 289 06 Infotainment TV - instelling* • Tv-kanalen zoeken/Voorkeurslijst Door kort op de toetsen te druk- N.B. ken, waarna het eerstvolgende beschik- 1. Druk in stand TV op OK/MENU. Als de auto is uitgerust met een toetsen- bare kanaal in het gebied verschijnt. set* op het stuurwiel en/of een afstandsbe- 2.
  • Pagina 290 06 Infotainment TV - instelling* Het zoeken en vastleggen van voorkeuren kan Beschikbare tv-kanalen opslaan als len in het gebied waar u zich bevindt. Wanneer worden geannuleerd met EXIT. er een kanaal is gevonden, wordt deze ca. 10 voorkeurskanalen seconden lang weergegeven voordat de zoek- Als de auto van locatie is veranderd binnen het functie wordt voortgezet.
  • Pagina 291: Informatie Over Actueel Programma

    06 Infotainment TV - instelling* Informatie over actueel programma Als de melding Geen ontvangst, zoeken ver- schijnt, heeft het systeem geregistreerd dat de Druk op de toets INFO om informatie te bekij- signalen voor alle tv-kanalen zijn weggevallen. ken over het actuele programma, het volgende U bent mogelijk een landsgrens gepasseerd programma alsmede het starttijdstip.
  • Pagina 292: Afstandsbediening

    06 Infotainment Afstandsbediening* Algemeen* De afstandsbediening is te gebruiken voor alle Functies functies van het infotainmentsysteem. De toet- Toets Functie sen op de afstandsbediening hebben dezelfde functies als de overeenkomstige toetsen op de F = Beeldscherm voorin middenconsole of de toetsenset* op het stuur- wiel.
  • Pagina 293: Batterijen In Afstandsbediening Vervangen

    06 Infotainment Afstandsbediening* Toets Functie Toets Functie Omhoog/omlaag Ondertiteling, ondertitelingstaal kiezen Naar rechts/links Teletekst*, aan/uit Keuze bevestigen of menusys- teem voor gekozen bron openen Batterijen in afstandsbediening vervangen Volume verlagen N.B. Volume verhogen 1. Duw de vergrendeling van het dekseltje op De batterijen gaan normaal 1–4 jaar mee, het batterijvakje in en duw het deksel in de afhankelijk van het gebruik van de afstands-...
  • Pagina 294 Rijadviezen.................... 294 Tanken....................297 Brandstof....................298 Lading vervoeren.................. 302 Kofferbak ....................305 Rijden met een aanhanger..............306 Slepen en bergen.................. 313...
  • Pagina 295 T I J D E N S H E T R I J D E N...
  • Pagina 296: 07 Tijdens Het Rijden

    Rijd niet met open zijruiten. uit de waterpartij naar een werkplaats – U kunt met de auto door waterpartijen van geadviseerd wordt een erkende Volvo- • Vermijd onnodig snel optrekken en krach- maximaal 25 cm diep rijden met een maxi- werkplaats.
  • Pagina 297 07 Tijdens het rijden Rijadviezen mogelijk tot stilstand en laat de motor Geopend kofferdeksel systemen uit of verlaagt de belasting van de enkele minuten stationair lopen zodat deze accu door bijvoorbeeld de interieurventilator kan afkoelen. lager te zetten en/of het audiosysteem uit te WAARSCHUWING schakelen.
  • Pagina 298 • Giet ruitensproeiervloeistof in het sproei- ervloeistofreservoir om ijsvorming te voor- komen. Voor optimale grip bij gevaar voor sneeuw of ijs adviseert Volvo u om de auto rondom van winterbanden te voorzien.
  • Pagina 299: Tanken

    07 Tijdens het rijden Tanken Tanken Tankvulklep handmatig openen Tankdop open-/dichtdraaien Tankvulklep openen/sluiten De tankdop is tijdelijk op de klep te zetten. De tankvulklep kan handmatig worden Bij hoge buitentemperaturen kan er een geopend, als openen met de schakelaar in de Open de tankvulklep met de knop op het ver- bepaalde mate van overdruk in de brandstof- passagiersruimte niet mogelijk is.
  • Pagina 300: Brandstof

    Gebruik geen brandstof met een slechtere Gemorste brandstof kan ontvlammen. kwaliteit dan Volvo adviseert, omdat dit een De katalysatoren bestaan uit een monoliet Schakel voordat u gaat tanken de standver- nadelige invloed kan hebben op het motorver- (keramiek of metaal) met kanalen.
  • Pagina 301 Volvo. draaid is. houdt. Houd tijdens het tanken het gebied rond de vulpijp goed schoon. Voorkom morsen op gelakte oppervlakken.
  • Pagina 302 Alvorens brandstof te tanken bij een leeg- Dergelijke brandstoffen voldoen niet aan de Roetfilter dieselmotor (DPF) gereden tank: kwaliteitseisen die Volvo stelt en geven aan- Dieselmodellen zijn uitgerust met een roetfilter, leiding tot verhoogde vormen van slijtage en • Breng de auto tot stilstand op een zo...
  • Pagina 303: Regeneratie Bij Koud Weer

    07 Tijdens het rijden Brandstof De regeneratie van het filter vindt automatisch Wanneer u bij koud weer de standverwar- N.B. plaats en duurt normaal 10–20 minuten. Bij een ming* inschakelt, bereikt de motor sneller de Bij extreme weersomstandigheden, gebruik lage gemiddelde snelheid kan dit iets langer normale bedrijfstemperatuur.
  • Pagina 304: Lading Vervoeren

    27. geadviseerd de lastdragers te gebruiken die door Volvo ontwikkeld zijn. • Plaats de last in het midden. • Volg de montage-instructies die bij de lastdra- Breng zware voorwerpen zo laag mogelijk aan.
  • Pagina 305: Ruggedeelte Achterbank Omklappen

    07 Tijdens het rijden Lading vervoeren • Controleer regelmatig of de lastdragers en Ruggedeelte achterbank omklappen de lading goed vastzitten. Zet de lading Voor het omklappen van de ruggedeelten van stevig vast met sjorbanden. de achterbank, zie pagina 82. • Verdeel het gewicht van de lading gelijk- matig over de lastdragers.
  • Pagina 306 Houder voor boodschappentassen* 12V-aansluiting* N.B. De compressor voor provisorische banden- reparatie is door Volvo getest en goedge- keurd. Voor informatie over het gebruik van de aanbevolen provisorische bandenrepa- ratie (TMK) van Volvo, zie pagina 330. Houder voor boodschappentassen onder het vloerluik.
  • Pagina 307: Kofferbak

    07 Tijdens het rijden Kofferbak Doorsteekluik Luikje verwijderen Open het luikje nadat u het hebt ontgrendeld, U kunt het luikje in het ruggedeelte openen om met het ruggedeelte omgeklapt, ca. 30 graden lange en smalle voorwerpen te vervoeren. en trek het luikje recht omhoog. Luikje aanbrengen Plaats het luikje terug in de groeven achter de bekleding en sluit het luikje.
  • Pagina 308: Rijden Met Een Aanhanger

    Als uw auto is uitgerust met automatische Als de trekhaak door Volvo is gemonteerd, den. Neem de geldende bepalingen in acht niveauregeling nemen de achterste schok- wordt de auto compleet aangeleverd met de...
  • Pagina 309 1. Trap het rempedaal in. De aangegeven maximaal toelaatbare aan- optimale motortoerental van 2300–3000 2. Activeer de parkeerrem. hangergewichten zijn door Volvo bepaald. omw/min aan te houden voor optimale Let erop dat er op grond van de wetgeving koelvloeistofcirculatie. 3. Zet de keuzehendel in stand P.
  • Pagina 310 07 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Afneembare trekhaak opbergen Specificaties WAARSCHUWING Als de auto is uitgerust met de afneembare trekhaak van Volvo: • Volg de montage-instructies nauwkeu- rig op. • Zorg dat het afneembare gedeelte met de sleutel vergrendeld is voordat u begint te rijden.
  • Pagina 311: Trekhaak Bevestigen

    07 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Trekhaak bevestigen Het controlevenster moet rood van kleur zijn. Verwijder de afdekking door de pal in te drukken en de afdekking vervolgens Afmetingen, bevestigingspunten recht naar achteren te trekken (mm) Breng de trekhaak aan en duw deze naar binnen totdat u een klik hoort.
  • Pagina 312: Trekhaak Verwijderen

    07 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Het controlevenster moet groen van kleur Controleer of de trekhaak vastzit door deze Veiligheidskabel. zijn. stevig omhoog, omlaag en naar achteren te bewegen. WAARSCHUWING Let erop dat u de veiligheidskabel van de WAARSCHUWING aanhanger aan de daarvoor bestemde Als de trekhaak niet goed zit, moet u deze...
  • Pagina 313 07 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger het verschijnsel pas bij zeer hoge snelheden WAARSCHUWING op. Als de aanhanger/caravan echter overma- Zet de trekhaak goed vast, wanneer u deze tig beladen is of als het gewicht van de lading in de auto bewaart, zie pagina 308.
  • Pagina 314 07 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Als de pendelbeweging ondanks de eerste ingreep van het TSA-systeem niet wordt gedempt, worden alle wielen van de combina- tie afgeremd en wordt de aandrijfkracht van de motor verlaagd. Wanneer de pendelbeweging vervolgens stukje bij beetje verminderd is en de combinatie weer stabiel is, beëindigt het TSA- systeem de regeling waarna u de auto weer...
  • Pagina 315: Slepen En Bergen

    07 Tijdens het rijden Slepen en bergen Slepen Automatische versnellingsbak WAARSCHUWING Powershift Kijk voordat u met slepen begint wat de wet- De rem- en stuurbekrachtiging werken niet Bij het model met een Powershift-versnellings- telijk voorgeschreven maximumsnelheid voor als de motor is uitgeschakeld. Er moet bak moet de motor lopen voor voldoende sme- slepen is.
  • Pagina 316 07 Tijdens het rijden Slepen en bergen Sleepoog Neem het sleepoog erbij dat onder het BELANGRIJK vloerluik in de kofferbak ligt. Het sleepoog dient te worden vastgeschroefd Vermijd slepen. in een draadbus achter een afdekking in de De afdekking op het bevestigingspunt voor •...
  • Pagina 317 07 Tijdens het rijden Slepen en bergen BELANGRIJK BELANGRIJK Het sleepoog is alleen bedoeld voor het sle- Berg de auto altijd zo dat de wielen in de pen over de weg en niet geschikt voor ber- rijrichting draaien. ging wanneer de auto bijvoorbeeld in een •...
  • Pagina 318 Algemene informatie ................318 Wielen verwisselen ................323 Bandenspanning .................. 326 Gevarendriehoek en EHBO-set*............327 Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS)*......... 328 Bandenreparatieset (TMK) ..............330 Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 319 W I E L E N E N B A N D E N...
  • Pagina 320: 08 Wielen En Banden

    08 Wielen en banden Algemene informatie Rijeigenschappen schappen van de auto af en kunnen de banden Nieuwe banden regen, sneeuw en drab minder goed afvoeren. Banden zijn van grote invloed op de rijeigen- schappen van de auto. Zowel het type, de Monteer de banden met het diepste profiel maat, de bandenspanning als de snelheids- altijd op de achteras (om het gevaar voor slip-...
  • Pagina 321: Banden Met Slijtage-Indicatoren

    Gebruik alleen velgen die getest en goedge- voor- en achteras onderling van plaats verwis- keurd zijn door Volvo en deel uitmaken van de selen. Voer de eerste wissel na ca. 5000 km uit originele accessoires van Volvo. Controleer het en doe dat daarna om de 10.000 km opnieuw.
  • Pagina 322 08 Wielen en banden Algemene informatie Gereedschap Gereedschap, terugplaatsen N.B. Volvo adviseert u contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats voor advies over de beste soort velgen en banden. Banden met “spikes” Winterbanden met “spikes” moeten de eerste 500–1000 km rustig worden ingereden, zodat de “spikes”...
  • Pagina 323 Bandenmaten maal overeen te komen met de topsnelheid van gafmetingen. Bij twijfel adviseert Volvo u een erkende Volvo-werkplaats om advies te Op alle autobanden staat een bepaalde maat- de auto. De minimaal toelaatbare snelheids- vragen.
  • Pagina 324 08 Wielen en banden Algemene informatie 160 km/h (alleen voor winterbanden) 190 km/h 210 km/h 240 km/h 270 km/h 300 km/h WAARSCHUWING De auto moet worden uitgerust met banden die minimaal de gespecificeerde lastindex (LI) en snelheidsklasse (SS) hebben. Bij gebruik van banden met een te lage lastin- dex of snelheidsklasse kunnen de banden oververhit raken.
  • Pagina 325: Wielen Verwisselen

    08 Wielen en banden Wielen verwisselen Reservewiel* BELANGRIJK De volgende instructies gelden alleen voor Rijd nooit met meer dan één compact reser- reservewielen die bij wijze van accessoire vewiel (Temporary Spare) tegelijk. zijn aangekocht. Als de auto geen reservewiel heeft, zie dan pagina 330 voor meer informatie Het reservewiel wordt aangeleverd in een zak over de provisorische bandenreparatie (TMK).
  • Pagina 326: Verwijderen

    N.B. 6. Draai de wielbouten ½–1 slag linksom los met de wielsleutel. Volvo adviseert u alleen de krik te gebrui- ken* die bij de auto hoort, zoals aangegeven op de kriksticker. WAARSCHUWING Op de sticker staat tevens de maximale hef-...
  • Pagina 327: Aanbrengen

    08 Wielen en banden Wielen verwisselen omlaag dat de voet plat tegen de grond 3. Breng de auto zo ver omlaag dat het wiel WAARSCHUWING aankomt. niet meer ongehinderd kan draaien. Kruip nooit onder de auto als deze op de krik staat.
  • Pagina 328: Bandenspanning

    08 Wielen en banden Bandenspanning Bandenspanning Brandstofbesparing, ECO- N.B. bandenspanning Het is een natuurlijk gegeven dat de ban- Voor een zo laag mogelijk brandstofverbruik denspanning na verloop van tijd afneemt. wordt geadviseerd de aangegeven banden- De bandenspanning varieert ook naarge- spanning (zowel bij maximale als lichte bela- lang van de omgevingstemperatuur.
  • Pagina 329: Gevarendriehoek En Ehbo-Set

    08 Wielen en banden Gevarendriehoek en EHBO-set* Gevarendriehoek De gevarendriehoek is met twee clips aan de EHBO-set* binnenkant van het kofferdeksel bevestigd. Haal de houder met de gevarendriehoek los door de twee kliksluitingen naar buiten te trekken. Neem de gevarendriehoek uit de houder, klap de driehoek uit en bevestig de twee losse zijden aan elkaar.
  • Pagina 330: Bandenspanningscontrolesysteem (Tpms)

    1. Controleer de bandenspanning van alle melding op het display. afstellen vier de wielen. Om de aanbevolen bandenspanning van Volvo Er zitten alleen TPMS-sensoren in de ventielen 2. Pomp de band(en) tot de juiste spanning aan te kunnen houden is het mogelijk het ban-...
  • Pagina 331 • Volvo raadt het af sensoren van het ene wiel over te zetten op een ander wiel. WAARSCHUWING Laat het monteren van SST-banden over WAARSCHUWING aan de vakman.
  • Pagina 332: Bandenreparatieset (Tmk)

    N.B. Het afdichtmiddel dicht banden met een lek in het loopvlak effectief af. De compressor voor provisorische banden- reparatie is door Volvo getest en goedge- keurd.
  • Pagina 333: Lekke Band Repareren

    08 Wielen en banden Bandenreparatieset (TMK) Overzicht Lekke band repareren WAARSCHUWING Het afdichtmiddel kan aanleiding geven tot huidirritatie. Was bij huidcontact het getrof- fen gebied onmiddellijk schoon met water en zeep. 3. Controleer of de knop in stand 0 staat en neem de kabel en de luchtslang erbij.
  • Pagina 334 Beëindig in dat geval de rit. Neem con- bandenspanning dient minimaal 1,8 bar en Laat geen kinderen zonder toezicht in de tact op met een erkende Volvo-werk- maximaal 3,5 bar te bedragen. (Laat even- auto achter, terwijl de motor loopt.
  • Pagina 335: Band Oppompen

    Vervang de bus met afdichtmiddel en de Er bestaat gevaar voor oververhitting. De van de originele banden die op de auto zitten. slang na gebruik. Volvo adviseert u het ver- compressor mag niet langer dan 10 minuten vangen over te laten aan een erkende Volvo- achtereen werken.
  • Pagina 336 Motorruimte..................336 Gloeilampen..................344 Wisserbladen en sproeiervloeistof............350 Accu...................... 352 Zekeringen.................... 358 Verzorging..................... 369...
  • Pagina 337 O N D E R H O U D E N S E R V I C E...
  • Pagina 338: 09 Onderhoud En Service

    Zie voorgaande afbeel- cehandboeken waardoor zij u een zo hoog ding. Volvo adviseert u alleen de krik te gebruiken mogelijke servicekwaliteit kunnen garanderen. die bij de auto hoort. Volg bij gebruik van een andere krik dan door Volvo geadviseerd...
  • Pagina 339: Oliepeil Motor Controleren

    09 Onderhoud en service Motorruimte Motorruimte, overzicht Vulopening voor sproeiervloeistof Luchtfilter WAARSCHUWING De spanning en het vermogen van het ont- stekingssysteem zijn zeer hoog. De span- ning in het ontstekingssysteem is levensge- vaarlijk. Houd de transpondersleutel altijd in stand 0 bij werkzaamheden in de motor- Draai de handgreep ca.
  • Pagina 340 Bij tieve invloed op de levensduur van de rijden onder ongunstige omstandigheden advi- Volvo adviseert u het oliepeil om de 2500 km motor, de startgewilligheid, het brandstof- seert Volvo een olie van een hogere kwaliteit, te controleren.
  • Pagina 341: Peil Meten En Zo Nodig Corrigeren

    09 Onderhoud en service Motorruimte ver onder staat, moet u wellicht meer bij- Motor met elektronische vullen. oliepeilaanduiding 6. Als u het peil daarna nogmaals wenst te controleren, moet u dat na enige tijd rijden doen. Herhaal vervolgens de stappen 1–4. WAARSCHUWING Vul nooit bij tot boven de MAX-aanduiding.
  • Pagina 342: Oliepeil Meten

    09 Onderhoud en service Motorruimte 2. Draai het duimwiel op de linker stuurhendel BELANGRIJK Motoroliepeil Een naar stand Vul bij het verschijnen van de melding ogenblik... Oliepeil laag 0.5 l bijvullen slechts 0,5 liter > Vervolgens verschijnt informatie over bij. het motoroliepeil.
  • Pagina 343 Gebruik altijd een koelvloeistof met de temperatuur in het systeem dusdanig hoog roestwerende eigenschappen volgens oplopen dat er gevaar voor motorschade ont- de aanbevelingen van Volvo. staat. • Let erop dat het koelvloeistofmengsel altijd voor 50 % uit water en voor 50 % uit koelvloeistof bestaat.
  • Pagina 344 MIN- en MAX-streepje staan (aan de bin- vloeistofverlies te laten controleren door aan te houden hoeveelheden, zie pagina 389. nenkant van het reservoir). een erkende Volvo-werkplaats. N.B. BELANGRIJK Ook als er een storing optreedt in de stuur- Vergeet niet de dop terug te plaatsen.
  • Pagina 345 Storingen opsporen en verhelpen De airconditioning bevat een fluorescerend tra- ceermiddel. Gebruik ultraviolet licht voor het zoeken van lekkage. Volvo raadt aan contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. WAARSCHUWING In de installatie voor airconditioning zit kou- demiddel R134a onder druk. Service en...
  • Pagina 346: Gloeilampen

    Trek de borgpennen van het koplamp- werkplaats laten vervangen – geadviseerd huis naar buiten. wordt een erkende Volvo-werkplaats. Werk- zaamheden aan de Xenonkoplampen ver- Haal het koplamphuis los door het gen de nodige voorzichtigheid, aangezien...
  • Pagina 347: Afdekking Verwijderen

    09 Onderhoud en service Gloeilampen 1. Sluit de connector dusdanig aan dat u een Afdekking verwijderen BELANGRIJK klik hoort. Trek niet aan de kabel, maar alleen aan de 2. Plaats het koplamphuis terug en breng de connector. borgpennen aan. De korte borgpen dient bij de grille geplaatst te worden.
  • Pagina 348: Dimlicht, Halogeen

    09 Onderhoud en service Gloeilampen Dimlicht, halogeen Groot licht, halogeen Verstralers, ABL-koplampen* 1. Haal het koplamphuis los, zie pagina 344. 1. Haal het koplamphuis los. 1. Haal het koplamphuis los. 2. Verwijder de afdekking. 2. Verwijder de afdekking, zie pagina 345 2.
  • Pagina 349: Richtingaanwijzers

    5. Druk de lamphouder in positie en plaats het luikje terug. N.B. Als een foutmelding niet verdwijnt nadat de kapotte gloeilamp is vervangen, dan wordt u geadviseerd een erkende Volvo-werk- plaats te bezoeken. Positie gloeilampen achterlamphuis 1. Haal het koplamphuis los. Alle gloeilampen in het achterlamphuis (behalve de leds) zijn via de kofferbak te ver- 2.
  • Pagina 350: Kentekenplaatverlichting

    09 Onderhoud en service Gloeilampen Achteruitrijlicht Kentekenplaatverlichting Kofferbakverlichting 1. Open het paneel aan de binnenkant van de 1. Draai de boutjes los met een schroeven- 1. Steek een schroevendraaier achter het bagageklep. draaier. lamphuis en wrik deze iets heen en weer, zodat het lamphuis loskomt.
  • Pagina 351 09 Onderhoud en service Gloeilampen Verlichting make-upspiegel Specificatie gloeilampen Verlichting Type Verlichting Type Lampglas verwijderen Remlichten P21W LL Dimlicht, halo- H7 LL Achteruitrijlicht H21W LL geen Mistachterlicht H21W LL Groot licht, halogeen Watt Verstralers, Richtingaanwij- HY21W zers voorzijde Instapverlich- Lampvoet T10; ting voor W2,1x9,5d 1.
  • Pagina 352: Wisserbladen En Sproeiervloeistof

    09 Onderhoud en service Wisserbladen en sproeiervloeistof Wisserbladen STOP ENGINE om het elektrische sys- N.B. teem van de auto in de sleutelstand I te Nadat de wisserarmen in de servicestand Servicestand zetten. (Zie voor meer informatie over de hebben gestaan, moeten de wissers wor- sleutelstanden zie pagina 78.) den geactiveerd en gedeactiveerd voordat de servicestand opnieuw kan worden...
  • Pagina 353: Vulopening Voor Sproeiervloeistof

    09 Onderhoud en service Wisserbladen en sproeiervloeistof Vulopening voor sproeiervloeistof Klap de wisserarm omhoog als deze in de servicestand staat. Druk op de knop die op de wisserbladhouder zit en trek het wis- serblad evenwijdig aan de wisserarm los. N.B. De sproeiers van de voorruit en de koplampen Duw het nieuwe wisserblad zo ver naar De wisserbladen zijn niet allebei even lang.
  • Pagina 354: Accu

    09 Onderhoud en service Accu Gebruik N.B. BELANGRIJK De rijomstandigheden, de rijstijl, het aantal Hoe vaker de accu ontladen raakt, des te Bij het negeren van het volgende valt na startpogingen, de weersomstandigheden e.d. minder lang gaat de accu mee. aansluiting van een externe startaccu of zijn van invloed op de levensduur en de wer- acculader de energiebesparingsfunctie...
  • Pagina 355: Symbolen Op De Accu

    09 Onderhoud en service Accu Symbolen op de accu Startaccu vervangen Vermijd vonken en open vuur. Draag een veiligheidsbril. Demonteren Om te beginnen: Neem de transpondersleutel uit het contactslot en wacht ten minste 5 minuten, voordat u een van de elektrische aansluitingen aanraakt –...
  • Pagina 356 09 Onderhoud en service Accu Haal de rubber strip los om de achterste Veerpootbrug bij R-Design* afdekking bloot te leggen. Neem de achterste afdekking los door deze een kwartslag te verdraaien en ver- volgens op te tillen. WAARSCHUWING De plus- en minkabels in de juiste volgorde loskoppelen en/of aansluiten.
  • Pagina 357 09 Onderhoud en service Accu 6. Sluit de zwarte minkabel aan. N.B. Accu Start Hulp 7. Duw de achterste afdekking vast (zie Ver- Haal de bouten aan met 30 Nm. Controleer Koudestart- wijderen.) het aanhaalmoment met een momentsleu- vermogen tel. 8.
  • Pagina 358 Neem bij vragen of bestuurder de koppeling bedient (handma- problemen contact op met een werkplaats - tige versnellingsbak). geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- • De motor start automatisch zonder dat de plaats. bestuurder zijn voet van het rempedaal haalt (automatische versnellingsbak).
  • Pagina 359 09 Onderhoud en service Accu N.B. Als de startaccu dermate ontladen is dat alles "zwart" is en alle elektrische stan- daardsystemen van de auto’s nagenoeg uit- geschakeld zijn en u de motor vervolgens start met een externe accu of acculader, zal het Start/Stop-systeem actief zijn.
  • Pagina 360: Zekeringen

    Als dezelfde zekering herhaalde- lijk doorbrandt, betekent dit dat het bijbeho- rende onderdeel een storing vertoont. U wordt dan geadviseerd een bezoek te brengen aan een erkende Volvo-werkplaats voor een con- trole. Vervangen 1. Zoek in de zekeringentabel op waar de zekering zit.
  • Pagina 361 09 Onderhoud en service Zekeringen Motorruimte...
  • Pagina 362 ‘JCASE’ en dienen door een werkplaats te worden vervangen Snelheidsafhankelijke stuurbe- • De zekeringen 16–33 en 35–41 zijn van het krachtiging* PTC-element luchtvoorverwar- type ‘MiniFuse’. ming* Motorregelmodule; transmis- sieregelmodule; airbags Koplampsproeiers* Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 363 09 Onderhoud en service Zekeringen Functie Functie Functie Elektrisch verwarmde sproei- Spoel in relais voor magneet- Kleppen (1,6 l benzine); lucht- koppen* koppeling A/C (niet 5-cil. diesel); massameter (1,6 l benzine) spoel in relais voor koelvloei- Luchtmassameter (D4162T); stofpomp (5-cil. diesel Start/ regelklep brandstofstroom Stop);...
  • Pagina 364 09 Onderhoud en service Zekeringen Functie Functie Lambdasondes (4-cil. benzine); Koelventilator (4-cil., 5-cil. ben- lambdasonde (diesel); regelmo- zine) dule radiateurafdekking (hand- Koelventilator (6-cil., 5-cil. die- geschakelde 5-cil. 2,0 liter die- sel) sel) Elektrohydraulische stuurbe- EVAP-klep (5-, 6-cil. benzine); krachtiging lambdasondes (5-, 6-cil. ben- zine) Bij auto’s met Start/Stop-systeem is deze zekeringpositie leeg –...
  • Pagina 365 09 Onderhoud en service Zekeringen Onder dashboardkastje Posities Houder Functie Houder Functie Aan de binnenkant van het deksel zit een stic- ker met de positie van de verschillende zeke- ringen in zekeringhouder A. Bedieningspaneel bestuurdersportier Houder Functie Bedieningspaneel voor- ste passagiersportier Hoofdzekering voor audi- Bedieningspaneel ach- Portierhandgrepen...
  • Pagina 366 09 Onderhoud en service Zekeringen Houder Functie Houder Functie Houder Functie Bedieningspaneel ach- Schuifdak*; interieurver- Regelmodule AWD* terste passagiersportier lichting plafond; klimaat- Actieve chassisregeling links regelingssensor*; klep- Four-C* motoren luchtinlaat Keyless* 12V-aansluiting midden- Houder Functie Elektrisch bedienbare console bestuurdersstoel* Verwarming zitplaats Elektrisch bedienbare achterbank rechts* passagiersstoel*...
  • Pagina 367 09 Onderhoud en service Zekeringen Houder Functie Houder Functie Stuurwieleenheid Gaspedaalsensor; PTC- element luchtvoorver- Centrale vergrendeling warming*; dimfunctie tankvulklep achteruitkijkspiegel*; achterbankverwarming* Ruitenwissers Remlichten Ontgrendelen kofferdek- Schuifdak* Omklapbare hoofdsteu- Startblokkering nen* Brandstofpomp Bewegingsmelder alarm*; bedieningspaneel klimaatregeling Stuurslot Sirene alarm*; diagno- seaansluiting OBDII Airbags Collision Warning* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 368 09 Onderhoud en service Zekeringen Kofferbak/bagageruimte Posities Functie Functie Functie Elektrische parkeerrem links 12V-aansluiting kofferbak Elektrische parkeerrem rechts Trekhaakaansluiting 1* Elektrisch verwarmde achterruit Trekhaakaansluiting 2* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 369 Zekeringen 12 is van het type ‘MiniFuse’. zekeringhouder A onder dash- Voor meer informatie over Start/Stop - zie boardkastje, relais- en zekering- pagina 128. houder in kofferbak PTC-element luchtvoorverwar- ming* Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 370 09 Onderhoud en service Zekeringen Functie Functie Hoofdzekering voor centrale Hulpaccu elektronicamodule (CEM) met Centrale elektronicamodule zekeringhouder B onder dash- (CEM) - referentiespanning boardkastje hulpaccu; laadpunt hulpaccu Hoofdzekering voor relais- en zekeringhouder in passagiers- ruimte met zekeringhouder A onder dashboardkastje Hoofdzekering voor relais- en zekeringhouder in passagiers- ruimte met zekeringhouder A...
  • Pagina 371: Belangrijk

    U wordt geadviseerd een Gebruik geen sterke oplosmiddelen. dergelijke verkleuring te laten herstellen BELANGRIJK door een erkende Volvo-werkplaats. Vuile koplampen werken minder goed. Automatische wasstraten • Spoel het onderstel af. Maak ze regelmatig schoon, bijvoorbeeld In een automatische wasstraat kunt u de auto •...
  • Pagina 372: Poetsen En In De Was Zetten

    Poets de auto en zet deze in de was, wanneer strips, wordt geadviseerd het speciale reini- de lak er dof uitziet of als u deze extra bescher- gingsmiddel te gebruiken dat bij de Volvo- ming wilt bieden. werkplaats verkrijgbaar is. Volg bij het gebruik...
  • Pagina 373 Wees voorzichtig bij het schoonmaken om te wordt geadviseerd om contact op te nemen voorkomen dat er krassen in het glasoppervlak WAARSCHUWING met een erkende Volvo-werkplaats, als de auto ontstaan. een nabehandeling nodig heeft. Controleer voordat u wegrijdt of de inlegmat...
  • Pagina 374 BELANGRIJK erop plaats te nemen. bekleding • Sommige geverfde kledingstukken De leren bekleding van Volvo is chroomvrij en Daarmee is het leer beter beschermd tegen (zoals spijkerbroeken en suède kleding) is behandeld om de bekleding in oorspronke- vlekken en uv-straling.
  • Pagina 375 Volvo-werkplaats. Veiligheidsgordel schoonmaken Gebruik water en een synthetisch wasmiddel en in het bijzonder het textielreinigingsmiddel dat bij de erkende Volvo-werkplaats verkrijg- baar is. Zorg dat de gordel droog is, voordat deze weer wordt opgerold. Eventueel. Volg de aanwijzingen die bij de verpakking van de bijwerkpen/-stift werden geleverd.
  • Pagina 376 09 Onderhoud en service Verzorging Geringe lakschade herstellen zoals 2. Vóór het lakken kunt u zo nodig (bij onge- lijkmatige randen bijv.) plaatselijk licht steenslagschade en krasjes schuren met zeer fijn schuurlinnen. Reinig het gebied zorgvuldig en laat het goed dro- gen.
  • Pagina 377 09 Onderhoud en service...
  • Pagina 378 Type-aanduidingen................378 Maten en gewichten................380 Motorspecificaties................. 384 Motorolie....................386 Vloeistoffen en smeermiddelen............. 389 Brandstof....................392 Wielen en banden, maten en spanning ..........396 Elektrisch systeem................399 Typegoedkeuring.................. 400 Displaysymbolen................... 412...
  • Pagina 379 S P E C I F I C A T I E S...
  • Pagina 380: 10 Specificaties

    10 Specificaties Type-aanduidingen Positie van stickers en plaatjes...
  • Pagina 381 10 Specificaties Type-aanduidingen Wanneer u contact opneemt met uw erkende N.B. Volvo-werkplaats of vervangende onderdelen Het is mogelijk dat de stickers die in de of accessoires wilt bestellen, kan het handig instructieboek staan geen exacte kopieën zijn om de type-aanduiding, het chassisnum- zijn van de stickers die in de auto zitten.
  • Pagina 382: Maten En Gewichten

    10 Specificaties Maten en gewichten Maten Maten Maten Maten Wielbasis 2776 Spoorbreedte vooras Breedte incl. buitenspiegels 2097 1588 1578 Lengte 4628 Breedte incl. ingeklapte bui- tenspiegels 1899 Spoorbreedte achteras 1585 Laadlengte, vloer, achterbank met 16"-wielen neergeklapt 1749 1575 met 17"-wielen Laadlengte, vloer Laadbreedte, vloer Hoogte...
  • Pagina 383: Gewichten

    10 Specificaties Maten en gewichten Gewichten N.B. Inbegrepen bij het rijklaar gewicht zijn het Het gedocumenteerde rijklaar gewicht geldt gewicht van de bestuurder, dat van de brand- voor een auto in standaarduitvoering – stoftank die voor 90 % gevuld is en dat van de d.w.z.
  • Pagina 384 10 Specificaties Maten en gewichten Trekgewicht en kogeldruk Motor Versnellingsbak Max. gewicht geremde aanhanger (kg) Max. kogeldruk (kg) Motorcode B4164T3 Handgeschakeld, MMT6 1600 B4164T3 Automaat, MPS6 1600 B4164T Handgeschakeld, MMT6 1600 B4164T Automaat, MPS6 1600 B5204T8 Automaat, TF-80SC 1800 B5204T8 1800 Automaat, TF-80SD B4164T2...
  • Pagina 385 10 Specificaties Maten en gewichten Motor Versnellingsbak Max. gewicht geremde aanhanger (kg) Max. kogeldruk (kg) Motorcode D5204T7 1600 Automaat, TF-80SD D5204T3 Handgeschakeld, M66 1600 D5204T3 1600 Automaat, TF-80SC D5204T3 1600 Automaat, TF-80SD D5244T11 Handgeschakeld, M66 1600 D5244T15 Automaat, TF-80SC 1800 D5 AWD D5244T15 Automaat, TF-80SC...
  • Pagina 386: Motorspecificaties

    10 Specificaties Motorspecificaties Motorspecificaties N.B. Niet alle motoren zijn verkrijgbaar op alle markten. Motor Vermogen Vermogen Motorkoppel Aantal Cilinder- Slag- Slagvo- Com- Motorcode (kW bij (pk bij (Nm bij omw/ cilin- boring lengte lume pressie- omw/min) omw/min) min) ders (mm) (mm) (liter) verhou-...
  • Pagina 387 10 Specificaties Motorspecificaties Motor Vermogen Vermogen Motorkoppel Aantal Cilinder- Slag- Slagvo- Com- Motorcode (kW bij (pk bij (Nm bij omw/ cilin- boring lengte lume pressie- omw/min) omw/min) min) ders (mm) (mm) (liter) verhou- ding 158/4000 215/4000 420/1500–3250 81,0 93,15 2,400 16,5:1 D5244T11 158/4000...
  • Pagina 388: Motorolie

    Volvo Car Corporation wijst alle garantie- claims af bij gebruik van een motoroliesoort die niet voldoet aan de voorgeschreven kwaliteits- en viscositeitseisen. Volvo adviseert de olie in een erkende Volvo-werkplaats te laten verversen.
  • Pagina 389 10 Specificaties Motorolie Motoroliekwaliteit Motor Aanbevolen oliekwaliteit Hoeveelheid, incl. oliefilter Motorcode (liter) B6304T4 Oliekwaliteit: ACEA A5/B5 ca. 6,8 Viscositeit: SAE 0W-30 D5204T3 ca. 5,9 D5204T7 ca. 5,9 ca. 5,9 D5244T11 D5244T15 ca. 5,9 B4204T7 ca. 5,4 Oliekwaliteit: ACEA A5/B5 Viscositeit: SAE 5W-30 D4162T ca.
  • Pagina 390 10 Specificaties Motorolie Motor Aanbevolen oliekwaliteit Hoeveelheid, incl. oliefilter Motorcode (liter) B5204T8 Oliekwaliteit: ACEA A5/B5 ca. 5,5 Viscositeit: SAE 0W-30 B5204T9 ca. 5,5 B5254T12 ca. 5,5 Motorcode, onderdeel- en serienummer van de motor vindt u op de motor, zie pagina 378. Handgeschakelde versnellingsbak.
  • Pagina 391: Vloeistoffen En Smeermiddelen

    10 Specificaties Vloeistoffen en smeermiddelen Koelvloeistof Hoeveelheid Motor Voorgeschreven kwaliteit: Door Volvo aan- (liter) bevolen koelvloeistof aangelengd met 50 % water , zie verpakking. B4164T3 B4164T Hoeveelheid Motor (liter) B4164T2 B4204T7 10,5 B4164T3 D4162T B4164T 11,1 D4162T B4164T2 B5204T8 Motorcode, onderdeel- en serienummer van de motor vindt u op de motor, zie pagina 378.
  • Pagina 392: Overige Vloeistoffen En Smeermiddelen

    Remsysteem DOT 4+ Stuurbekrachtigingsvloeistof Stuurbekrachtiging WSS M2C204-A2 of een vergelijkbaar product. Sproeiervloeistof Auto’s met koplampsproeiers Door Volvo aanbevolen sproeiervloeistof, met antivries bij koud weer en onder het vriespunt. Auto’s zonder koplamp- sproeiers Brandstof Benzinemotor ca. 67 Benzine: zie pagina 299 Dieselmotor ca.
  • Pagina 393 10 Specificaties Vloeistoffen en smeermiddelen N.B. Onder normale rijomstandigheden hoeft u de versnellingsbakolie nooit te verversen. Onder ongunstige rijomstandigheden moet de olie mogelijk wel worden ververst, zie pagina 389.
  • Pagina 394: Brandstof

    10 Specificaties Brandstof -uitstoot en brandstofverbruik T3 (B4164T3) T3 (B4164T3) (B4164T) (B4164T) T4 (B5204T8) 12,1 (B4164T2) 216 (209 9,3 (12,7 123 (118 5,3 (7,2 157 (152 6,8 (9,3 (B4164T2) 235 (219 10,1 (13,3 126 (126 5,5 (7,7 166 (160 7,2 (9,7 T5 (B4204T7) 11,2 T5 (B4204T7)
  • Pagina 395 10 Specificaties Brandstof D2 (D4162T) D2 (D4162T) D3 (D5204T7) D3 (D5204T7) D4 (D5204T3) (D5204T3) (D5204T3) D5 (D5244T11)
  • Pagina 396 10 Specificaties Brandstof D5 (D5244T15) D5 AWD (D5244T15) DRIVe voor bepaalde markten. FlexiFuel-motoren kunnen op zowel loodvrije benzine (95 RON) als op bio-ethanol (E85) rijden. Beide brandstofsoorten worden in de gemeenschappelijke brandstoftank bijgevuld, wat betekent dat alle mogelijke mengverhoudingen tussen de beide brandstofsoorten zijn toegestaan. Voor meer informatie, zie pagina 118. Zonder Start/Stop.
  • Pagina 397 10 Specificaties Brandstof Er zijn meerdere oorzaken aan te geven voor Waar u op moet letten een verhoogd brandstofverbruik ten opzichte Tips voor de bestuurder om het brandstofver- van de tabelwaarden. Daarbij valt te denken bruik te beperken: aan factoren als: •...
  • Pagina 398: Wielen En Banden, Maten En Spanning

    10 Specificaties Wielen en banden, maten en spanning Goedgekeurde bandenspanningswaarden Motor Bandenmaat Snelheid Belading, 1–3 inzittenden Max. belading ECO-bandenspanning (km/h) Voor Achter Voor Achter Voor/achter (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) 205/60 R 16 Tot 160 215/55 R 16 T3 (B4164T3) 215/50 R 17 160 + T4 (B4164T)
  • Pagina 399 10 Specificaties Wielen en banden, maten en spanning Motor Bandenmaat Snelheid Belading, 1–3 inzittenden Max. belading ECO-bandenspanning (km/h) Voor Achter Voor Achter Voor/achter (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) 215/55 R 16 Tot 160 T4 (B5204T8) 215/50 R 17 T5 (B5204T9) 235/45 R 17 T5 (B4204T7) 160 +...
  • Pagina 400 10 Specificaties Wielen en banden, maten en spanning Motor Bandenmaat Snelheid Belading, 1–3 inzittenden Max. belading ECO-bandenspanning (km/h) Voor Achter Voor Achter Voor/achter (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) (kPa) Tot 160 215/55 R 16 235/45 R 17 160 + Tot 160 D4 AWD (D5244T17) 215/50 R 17 D5 AWD (D5244T15)
  • Pagina 401: Elektrisch Systeem

    10 Specificaties Elektrisch systeem Elektrisch systeem De accucapaciteit is afhankelijk van de uitrus- BELANGRIJK ting op de auto. Op de auto zit een wisselstroomdynamo met Let er bij het vervangen van de accu op, dat spanningsregelaar. Het elektrische systeem is de nieuwe accu dezelfde koudestartcapa- enkelpolig en gebruikt het chassis en het citeit en reservecapaciteit als de originele...
  • Pagina 402: Typegoedkeuring

    10 Specificaties Typegoedkeuring Transpondersleutelsysteem Sensoren Land bandenspanningscontrolesysteem - Vergrendelingssysteem standaard China TPMS (Tyre Pressure Monitoring Land System)* Land EU, China Brazilië Hongkong Sleutelloos vergrendelingssysteem (Keyless drive) Land Radarsysteem Land Singapore Korea IDA: Infocomm Development Authority of Singapore. Brazilië Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
  • Pagina 403 10 Specificaties Typegoedkeuring Bluetooth Verklaring van overeenstemming (Declaration of Conformity) Land Landen binnen de Exportland: Japan Producent: Alpine Electronics Inc. Type uitrusting: Bluetooth -eenheid Breng voor meer informatie een bezoek aan http://ec.europa.eu/enterprise/rtte/faq.htm#informing...
  • Pagina 404 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Tsjechië: Alpine Electronics, Inc. tímto prohlašuje, že tento Bluetooth Module je ve shodě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES. Denemar- Undertegnede Alpine Electronics, Inc. erklærer herved, at følgende udstyr Bluetooth Module overholder de væsentlige krav og øvrige ken: relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
  • Pagina 405 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Estland: Käesolevaga kinnitab Alpine Electronics, Inc. seadme Bluetooth Module vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele. Groot- Hereby, Alpine Electronics, Inc., declares that this Bluetooth Module is in compliance with the essential requirements and other Brittan- relevant provisions of Directive 1999/5/EC.
  • Pagina 406 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Honga- Alulírott, Alpine Electronics, Inc. nyilatkozom, hogy a Bluetooth Module megfelel a vonatkozó alapvetõ követelményeknek és az rije: 1999/5/EC irányelv egyéb elõírásainak. Polen: Niniejszym Alpine Electronics, Inc. oświadcza, że Bluetooth Module jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/EC.
  • Pagina 407 10 Specificaties Typegoedkeuring Land China: • • • • •...
  • Pagina 408 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Taiwan: CCAB10LP0230T7...
  • Pagina 409 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Zuid- Korea: Volvo Car Korea Alpine Electronics, Inc Made in Japan Volvo Car Korea http://www.volvocars.com/kr...
  • Pagina 410 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Singa- pore: Vere- nigde Arabische Emiraten: Jordanië: The product that contains the Bluetooth module is approved with the following certification number. BT module certification number: TRC/LPD/2010/4. BT module name: IAM2.1BT PWB EU...
  • Pagina 411 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Zuid- Afrika: Urugay: This product contains URSEC approved transmitter [module name and model name (IAM2.1 BT PWB EU + BVJG905A, BVVE905A, BVLV905A)]...
  • Pagina 412 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Jamaica: Approved for use in Jamaica SMA EI: IAM2.1 Thailand: This telecommunication equipment conforms to NTC technical requirement. Nigeria: Mexico: Waarschuwing "Este equipo opera a titulo secundario, consecuentemente, debe aceptar interferencias perjudiciales incluyendo equipos de la misma clase y puede no causar interferencias a sistemas operando a titulo primario."...
  • Pagina 413 10 Specificaties Typegoedkeuring Land Bots- wana: Kroatië:...
  • Pagina 414: Displaysymbolen

    10 Specificaties Displaysymbolen Algemeen Displaysymbolen Controle- en informatielampjes op instrumentenpaneel Er worden tal van verschillende displaysymbo- Controle- en waarschuwingslampjes op len gebruikt in de auto. De lampjes zijn onder- Lampje Betekenis Pagina instrumentenpaneel verdeeld in waarschuwings-, controle- en informatielampjes. Hier volgt een overzicht van Lampje Betekenis Pagina...
  • Pagina 415 10 Specificaties Displaysymbolen Lampje Betekenis Pagina Lampje Betekenis Pagina Lampje Betekenis Pagina Groot licht aan 72, 89 Adaptieve cruise- 165, 169 Snelheidsbegren- control*; afstands- waarschuwing* Richtingaanwij- (Distance Alert) zers links Camerasensor*; 174, 183, Adaptieve cruise- lasersensor* 187, 190 Richtingaanwij- control* zers rechts Auto Brake*;...
  • Pagina 416 10 Specificaties Displaysymbolen Informatielampjes op display Lampje Betekenis Pagina plafondconsole Regensensor* Lampje Betekenis Pagina Gordelwaarschu- Driver Alert Sys- wing tem* Airbag passagiers- 22, 23 stoel, geactiveerd Driver Alert Sys- 187, 190 tem*; Lane Depar- ture Warning* Airbag passagiers- stoel, gedeactiveerd Driver Alert Sys- tem*;...
  • Pagina 417 10 Specificaties...
  • Pagina 418: 11 Alfabetisch Register

    11 Alfabetisch register Adaptieve cruisecontrol......156 Alcoholslot..........108 radarsensor......... 163 Allergenen..........218 Aanbevolen veiligheidzitjes, tabel....33 storingen opsporen......164 All Wheel Drive (vierwielaandrijving)..135 Aanhanger..........306 Afstandsbediening ........290 Antislipregeling........148 kabel........... 306 batterij vervangen ......291 Antispin ........... 148 pendelbeweging.........
  • Pagina 419 11 Alfabetisch register Auto wassen..........369 Bellen............275 Bluetooth gesprek naar mobiel ......275 AUX-ingang........243, 266 Benzinekwaliteit........299 handsfree ........... 272 AWD, vierwielaandrijving......135 Bergen............. 315 media ..........269 Berichten en symbolen microfoon uit ........275 afstandscontrole......... 169 streaming audio ......... 269 Collision Warning met Auto Boordcomputer........
  • Pagina 420 11 Alfabetisch register Clean Zone Interior Package (CZIP)..218 Dolby Surround Pro Logic II....242 Elektrische aansluiting kofferbak..........304 -uitstoot ..........392 Doorluchtfunctie........ 58, 218 voorstoel..........237 Doorsteekluik........... 305 Collision Warning......176, 177 Elektrische parkeerrem......138 radarsensor......163, 171, 176 Doorwaaddiepte........
  • Pagina 421 11 Alfabetisch register Follow Me home-verlichting...... 93 Global opening........218 FOUR-C – Actief chassis......234 Gloeilampen, zie Verlichting....344 IAQS – Interior Air Quality System... 218 Foutmeldingen Gloeilampen achterlamphuis: IC-systeem – Inflatable Curtain....26 Adaptieve cruisecontrol...... 165 positie..........347 In de was zetten........370 FSC, milieulabel.........
  • Pagina 422 11 Alfabetisch register Interieurverwarming reparatie..........343 lading op het dak........ 302 op brandstof........227 sensoren..........217 verankeringsogen....... 303 Interior Air Quality System (IAQS) ... 225 Klok, instellen..........76 kleurcode..........373 Intervalstand..........97 Knipperlichten..........91 schade en herstel....... 373 iPod , aansluiting........266 Knippersignalen, PCC.......
  • Pagina 423 11 Alfabetisch register Meldingen voor BLIS....... 201 oliekwaliteit......... 386 Onderhoud ongunstige rijomstandigheden... 386 roestwering......... 371 Menu- en meldingsfuncties..... 206 Motoroliepeil controleren......337 Ontgrendelen Menufuncties infotainment ..... 246 van de binnenzijde........ 57 Motorremregeling ........148 Menusysteem MY CAR......209 van de buitenzijde......... 56 Motorruimte Menu’s/functies........
  • Pagina 424 11 Alfabetisch register PCC (Personal Car Communicator) Relais- en zekeringenkastje, zie Zekerin- Rijeigenschappen aanpassen....234 bereik transpondersleutel....45, 46 gen............358 Rijklaar gewicht........381 functies..........44 Rem- en koppelingsvloeistof....342 Roestwering..........371 Peilstok, elektronisch....... 339 Remlichten..........90 Roetfilter.......... 300, 301 Poetsen............
  • Pagina 425 11 Alfabetisch register bekleding..........371 Sloten op een helling parkeren...... 227 veiligheidsgordels....... 373 automatische vergrendeling....56 tijd instellen......... 229 velgen..........370 kofferdeksel.......... 58 Startblokkering.......... 43 ontgrendelen......... 56 Schuifdak Starten met hulpaccu......119 vergrendelen......... 56 beveiliging tegen overbelasting..107 Steenslagplekken en krassen....373 openen en sluiten.......
  • Pagina 426 11 Alfabetisch register Stuurbekrachtiging, snelheidsafhanke- Transmissie..........121 lijke............234 Transponder..........99 Tanken............. 297 Stuurkrachtniveau, zie Stuurbekrachti- Transpondersleutel........42 tankdop..........297 ging............234 afneembaar sleutelblad......47 tanken..........297 Stuurslot..........113 batterij vervangen......... 50 tankvulklep, elektrisch openen... 297 bereik transpondersleutel..... 45 Stuurwiel............ 84 tankvulklep, handmatig openen..
  • Pagina 427 Volume ............ 243 tunneldetectie........89 derzitjes..........39 snelheids-/geluidscompensatie..249 Verlichting, gloeilampen vervangen..344 ISOFIX-bevestigingssysteem voor kin- Volvo Sensus..........77 achterlamphuis, richtingaanwijzers..347 derzitjes..........36 dimlicht, halogeen......346 Velgen groot licht, halogeen......346 schoonmaken........370 groot licht, xenonlamp......346 Ventilatie..........
  • Pagina 428 11 Alfabetisch register Wielen Zekeringentabel aanbrengen......... 325 zekeringen in motorruimte....360 Waarschuwingsgeluid reservewiel.......... 323 Zonnescherm........... 101 Collision Warning........ 179 sneeuwkettingen......... 320 Zonnescherm, schuifdak......107 velgen..........319 Waarschuwingslampje Zuinig rijden..........294 verwisselen......... 324 adaptieve cruisecontrol...... 156 Zwangere vrouwen, veiligheidsgordel..17 Collision Warning........ 179 Wielen en banden........
  • Pagina 430 Kdakd 8Vg 8dgedgVi^dc 51  %VUDI "5  1SJOUFE JO 4XFEFO (zUFCPSH  $PQZSJHIU ©  7PMWP $BS $PSQPSBUJPO...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Xc60 2012S60 2011V60 2011V70 2012Xc70 2012S80 2011