BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
Gerelateerde informatie
Actieve parkeerhulp* (p. 422)
•
Fileparkeervak verlaten met actieve parkeer-
•
hulp* (p. 427)
Park Assist Pilot
110
424
Inparkeren met actieve
parkeerhulp*
110
De actieve parkeerhulp (PAP
) helpt u in drie
fasen bij het parkeren. De functie kan u ook hel-
pen om uit een parkeervak te rijden.
De functie meet de beschikbare ruimte en stuurt
de auto – aan u de taak om:
het gebied rond de auto goed in de gaten te
•
houden
de instructies op het middendisplay te volgen
•
te schakelen (vooruit/achteruit) – een belsig-
•
naal geeft aan wanneer u moet schakelen.
een veilige snelheid aan te houden
•
te remmen en te stoppen.
•
Symbolen, grafische voorstellingen en/of teksten
op het middendisplay geven aan, wanneer u iets
moet doen.
De functie is te activeren als na het starten van
de motor aan de volgende criteria is voldaan:
Er is geen aanhangwagen aan de auto
•
gekoppeld
De snelheid is lager dan 30 km/h (20 mph).
•
N.B.
De afstand tussen de auto en parkeervakken
moet 0,5–1,5 meter (1,6–5,0 ft) bedragen,
wanneer de functie de omgeving aftast op
zoek naar een passende parkeerplek.
Parkeren
De functie parkeert de auto aan de hand van de
volgende stappen:
1. Het parkeervak wordt gezocht en gemeten.
2. De auto wordt achteruit het vak ingestuurd.
3. De auto wordt netjes in het midden van het
vak geparkeerd – het systeem kan u vragen
om te schakelen en te remmen.
* Optie/accessoire.