53 - Programmeren Uitgangen (vervolg)
18 E/E Signalering (Vasthoudend)
De uitgang E/E Signalering heeft een tweeledige functie:
•
bij een alarmmelding is de functie van deze uitgang gelijk aan die van de uitgang Luidspreker;
•
tijdens het in- en uitschakelen van het systeem wordt de uitgang gebruikt om een indicatie te geven van de
status van het systeem. De indicatiestatuswaarden zijn als volgt:
•
Algemeen alarm
•
Klaar om in te schakelen
•
Zone open tijdens uitloop
•
75% van uitlooptijd verstreken - AAN 200 msec. UIT 200 msec.
•
Inschakeling
•
Normale opening
•
75% van inlooptijd verstreken
•
Brand
•
Bel Functie
19 Deelbeveiligd (Meegaand)
De uitgang Deelbeveiligd wordt geactiveerd wanneer de toegewezen blokken van het systeem deelbeveiligd
worden ingeschakeld. Deze uitgang is een meegaande uitgang en volgt de deelbeveiligde in- en
uitgeschakelde status van de blokken.
20 Bevestig (Vasthoudend)
De uitgang Bevestig wordt geactiveerd wanneer er activeringen hebben plaatsgevonden in twee verschillende
zones, waarbij geldt dat de tweede activering moet optreden binnen de bevestigingsperiode. De zones hoeven
zich niet in hetzelfde blok te bevinden, maar moeten wel beide zijn toegewezen aan de uitgang Bevestig om
activering mogelijk te maken. Bevestiging binnen meerdere afzonderlijke blokken wordt geregeld door de
Communicatie-programmering in menu 56.1, Int MDM/KZR of 56.5, Ext MDM/KZR. Als de doormelding
plaatsvindt in DTMF-indeling, wordt de melding bevestigd binnen meerdere afzonderlijke blokken voor
blokken die hetzelfde bevestigingskanaal delen. Bij alle overige doormeldprotocollen, wordt de melding
bevestigd binnen meerdere afzonderlijke blokken voor blokken die hetzelfde klantnummer delen.
OPMERKING: De uitgang Bevestig wordt gebruikt om een positieve identificatie te geven dat een
daadwerkelijk inbraakalarm is opgetreden en om de mogelijkheid van de activering
van een vals alarm te minimaliseren.
21 Lijn Fout (Meegaand)
De uitgang Lijn Fout wordt geactiveerd als er een Lijn Fout-zone actief is of als er langer dan 30 seconden
een lijnfout wordt waargenomen en bevestigd door de modem-/kiezermodule.
22 Video (Puls)
De uitgang Video wordt geactiveerd door de Video -zone wanneer het systeem wordt ingeschakeld. Met deze
uitgang kunnen videorecorder- of videotransmissiesystemen worden geactiveerd.
23 FTC Fout (Vasthoudend)
De uitgang FTC Fout wordt geactiveerd zodra er sprake is van een communicatiefout op de telefoonlijn van
de modem-/kiezermodule. Bij een communicatiefout wordt de resterende periode die is opgegeven bij Sirene
Vertraging onderdrukt.
- AAN 500 msec. UIT 500 msec.
- Continu actief
- AAN 100 msec. UIT 100 msec.
- AAN 600 msec. UIT 600 msec. (tweemaal)
- AAN 800 msec. UIT 200 msec.
- AAN 200 msec. UIT 200 msec.
- AAN 500 msec. UIT 100 msec.
- AAN 500 msec. UIT 400 msec. (tweemaal)
6-98
Galaxy Dimension - Installatiehandleiding