Honeywell Galaxy Dimension Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor Galaxy Dimension:
- Gebruikershandleiding (43 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (4 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Quick Links
Advertenties
Inhoudsopgave
Gerelateerde Handleidingen voor Honeywell Galaxy Dimension
Samenvatting van Inhoud voor Honeywell Galaxy Dimension
- Pagina 1 Galaxy Dimension Gebruikershandleiding Honeywell Security...
-
Pagina 2: Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Inleiding .................... vii Naleving en goedkeuringen ............. vii Informatie over bediendeel ..............1 Algemeen ......................1 Mk7 LCD-bediendeel ................... 1 Cijfertoetsen (0 - 9) ....................1 Functietoetsen (A en B) ..................1 Enter-toets (ent) ....................2 Escape-toets (esc) ....................2 Hekje (#) ....................... - Pagina 3 Afwijken van de toegangsroute ................. 8 Tijdoverschrijding ....................8 Alarm resetten ..................... 8 Reset door manager ................... 8 Reset door installateur ..................8 Uitschakelen met Proximity-kaarten ..............8 Gebeurtenissen vastleggen ............... 9 Storings- en sabotagecondities ............9 Storings- en sabotagecondities resetten ......... 9 Storings- en sabotagecondities negeren bij het inschakelen ..
- Pagina 4 Alle gebeurtenissen weergeven ..................15 Aanvullende informatie ....................16 Afdrukken ........................16 Printopties (Gebruikerstype 2.4 en hoger) ............16 Doel ..........................16 Printopties selecteren ....................16 Codes ........................... 16 Zones ..........................16 Geheugen ........................16 Alles ..........................16 Help-bericht ........................16 Looptest (Gebruikerstype 2.5 en hoger) ............
- Pagina 5 Loos alarm voorkomen ..............35 Tabellen met zonereferenties ............36 Alarm- en Help-berichten ..............37 Centrale is in alarm ................... 37 Paniek/Reset gevraagd ..................37 Reset centrale/Reset gevraagd ................ 37 Reset Centrale/Reset Gevraagd ............... 37 Alarm Code ......................37 Geen toegang ....................37 Ongeldige optie gekozen ..................
-
Pagina 6: Inleiding
Het Galaxy Dimension alarmsysteem is een systeem met microprocessorsturing dat is ontworpen met behulp van de meest recente software- en hardwaretechnologie. De Galaxy Dimension beantwoordt aan al uw behoeften op het gebied van beveiliging. De technicus programmeert en configureert het systeem volgens uw specifieke wensen. -
Pagina 7: Informatie Over Bediendeel
INFORMATIE OVER BEDIENDEEL Algemeen Het Galaxy-alarmsysteem wordt bediend via het Galaxy Mk7 Full Alpha LCD-bediendeel (Liquid Crystal Display) of het TouchCenter grafische bediendeel. Mk7 LCD-bediendeel GALAXY 520 V5.00 LCD Display 08:58 Di 22 NOV Cijfertoetsen Functietoetsen Enter-toets Stertoets Escape-toets Hekje-toets Voedings-LED Cijfertoetsen (0 - 9) Met deze toetsen voert u de code in, en selecteert en wijzigt u menu’s. -
Pagina 8: Enter-Toets (Ent)
Enter-toets (ent) Als u op de ent-toets drukt, worden de ingevoerde gegevens geaccepteerd en verwerkt. De geldige acties worden uitgevoerd en de volgende optie wordt geopend. Escape-toets (esc) Druk op de esc-toets om de huidige optie te sluiten en terug te keren naar het vorige menuniveau. -
Pagina 9: Touchcenter
TouchCenter NOOD-knop Knop Mk7-bediendeelinterface Het TouchCenter is een touchscreen bediendeel met gemakkelijk te leren scherminstructies. De volgende functies zijn beschikbaar: • Duidelijke en gebruiksvriendelijke menu’s; • Duidelijke uitleg van systeemgebeurtenissen in de vorm van tekst of via pictogrammen. • Kleurendisplay. •... -
Pagina 10: Toegangbeheer
TOEGANGBEHEER Toegangbeheerkaart Een toegangbeheerkaart is een prox-tag die voor een prox-lezer kan worden gehouden om zo: • Toegang te krijgen tot deuren met toegangscontrole. • Alarmen, fouten en sabotage te annuleren. • Het systeem in of uit te schakelen. Om een toegangbeheerkaart toe te wijzen aan een gebruiker gaat u als volgt te werk: •... -
Pagina 11: Systeem Inschakelen
SYSTEEM INSCHAKELEN Voordat u het systeem inschakelt Code + A Voordat u het systeem inschakelt, moet u zorgen dat alle deuren en Code + ent ramen goed zijn gesloten, en dat de zones die door bewegingsdetectoren worden beveiligd, niet worden geblokkeerd. INSCHAKELEN PIN invoeren - Gebruikerstype 2.1 - 2.2 Bij elk cijfer dat u invoert, hoort u een geluidssignaal en verschijnt een... -
Pagina 12: Geluidssignaal
Geluidssignaal Tijdens de inschakelperiode wordt een continu geluidssignaal gegenereerd als alle zones zijn gesloten. Als een zone wordt geopend tijdens de inschakelperiode, hoort u een onderbroken geluidssignaal. U hoort het onderbroken geluidssignaal ook tijdens de laatste 25% van de inschakeltijd om aan te geven dat de resterende tijd bijna om is. Geopende zones De periode voor het verlaten van het gebouw wordt opnieuw gestart als een of meer zones geopend zijn of worden tijdens de inschakelperiode. -
Pagina 13: Max-Inschakelopties
MAX-INSCHAKELOPTIES Inschakelen met gebruikerskaarten/tags/handzenders U kunt de Proximity-gebruikerskaarten/tags/handzenders gebruiken om het systeem in te schakelen. Hiervoor wijst u een van de inschakelopties toe aan een gebruiker. Als de kaart vijf seconden tegen een MAX-module of keyprox wordt gehouden, wordt de toegewezen functie op de kaart geactiveerd. -
Pagina 14: Systeem Uitschakelen
SYSTEEM UITSCHAKELEN Normale opening Het uitschakelen wordt onmiddellijk gestart wanneer de LAATSTE deur wordt PIN + ent geopend of een OPENINGS zone wordt geactiveerd. U hoort een langzaam pulserend geluidssignaal, en moet direct naar de keyprox gaan en een geldige Galaxy 520 V5.00 keytag of -kaart in de prox-lezer invoeren om het systeem uit te schakelen. -
Pagina 15: Gebeurtenissen Vastleggen
Gebeurtenissen vastleggen Er geldt tijdens een bepaalde inschakelperiode geen limiet voor het aantal signalen dat door individuele activeringen kan worden verzonden. Er worden echter niet meer dan drie gebeurtenissen van één en dezelfde bron in het gebeurtenislogboek vastgelegd. Storings- en sabotagecondities Wanneer een storings- of sabotageconditie optreedt terwijl het systeem is uitgeschakeld, wordt de waarschuwingsstatus geactiveerd. -
Pagina 16: Menuopties
MENUOPTIES De Galaxy Dimension biedt verschillende menuopties voor het wijzigen van de functionele prestaties van het systeem. Er zijn twee menustructuren: Volledig menu Deze opties kunnen alleen worden geopend door de installateur en door geautoriseerde gebruikers, zoals gebruikers met de hoofdmanagercode. -
Pagina 17: Menu Openen
Menu openen Als u het menu wilt openen, moet u een geldige code invoeren en op ent drukken. Als er niet- geresette systeemalarmen zijn, worden deze weergegeven. Als er meer dan één alarm is, wordt het teken > weergegeven en kunt u de schuiftoetsen gebruiken om alle problemen te bekijken. -
Pagina 18: Zones Overbruggen (Gebruikerstype 2.3 En Hoger)
Zones overbruggen (Gebruikerstype 2.3 en hoger) Doel Met deze optie kunt u zones overbruggen voordat u het systeem inschakelt. Alleen zones die kunnen worden overbrugd, worden weergegeven. PIN + ent Opmerking: zones worden slechts één inschakelperiode overbrugd. 0 = OVERBRUG ZONE Zones voor overbrugging selecteren [ent] selecteer Open het verkorte menu. -
Pagina 19: Atm 1/2/3/4-Zones
ATM PIN + ent ATM 1/2/3/4-zones Als u ATM-zones wilt overbruggen, voert u een van de tien [ent] Selecteer ATM-codes (laatste tien gebruikers) in. U selecteert deze optie door een 1=ATM-1 ATM-code in te voeren en op ent te drukken. Gebruik de toets A> om >A door de vier ATM-zoneopties (ATM1 tot ATM4) te bladeren, en selecteer [ent] Selecteer... -
Pagina 20: Bel Functie (Gebruikerstype 2.3 En Hoger)
Bel functie (Gebruikerstype 2.3 en hoger) Doel PIN + ent Met deze optie schakelt u de modus Bel functie in en uit. Wanneer de modus Bel functie is ingeschakeld, worden zones waarvoor de installateur 0 = OVERBRUG ZONE [ent] Selecteer Bel functie heeft geprogrammeerd, even geactiveerd bij opening. -
Pagina 21: Status
Status De huidige status van de zone wordt weergegeven in de vorm van informatie over het circuit, bijvoorbeeld Open of Gesloten. De weergave schakelt tussen deze informatie en functie-informatie. Beschrijving Als een zonebeschrijving is geprogrammeerd, verschijnt deze op de onderste regel van het scherm. De beschrijving bestaat uit alfanumerieke tekst en biedt een gedetailleerde beschrijving van de zone, bijvoorbeeld Deur linkervleugel. -
Pagina 22: Aanvullende Informatie
Aanvullende informatie laat B toets los Met de toets # kunt u voor bepaalde typen van gebeurtenissen 16:31 ZO 20 NOV aanvullende informatie weergeven. Deze informatie verschijnt op de VOLL. ING. GEBR 98 onderste regel. Deze informatie bestaat onder andere uit zonebeschrijvingen, gebruikerstypen en het gebruikte bediendeel. -
Pagina 23: Looptest (Gebruikerstype 2.5 En Hoger)
Looptest (Gebruikerstype 2.5 en hoger) Doel PIN + ent Met de optie Looptest kunt u de zones testen. Er zijn twee opties 0 = OVERBRUG ZONE beschikbaar: [ent] Selecteer 1. Alle zones kunnen worden getest 2. Alleen bepaalde zones kunnen worden getest In beide gevallen geeft een geluidssignaal (als hoorbare looptest is geselecteerd) een open zone aan. -
Pagina 24: Tijd En Datum (Gebruikerstype 3.6)
Tijd en datum (Gebruikerstype 3.6) Doel PIN + ent Met de optie Tijd en datum kunt u de tijd (uren/minuten) en de datum (dag/maand/jaar) instellen. 0 = OVERBRUG ZONE [ent] Selecteer Tijd en datum selecteren Open het verkorte menu. Druk eerst op 7 en vervolgens op ent. Nadat u de optie Tijd en datum hebt geselecteerd, kunt u de tijd of datum 7 = TIJD EN DATUM selecteren door op de toets A>... -
Pagina 25: Wijzig Codes (Gebruikerstype 2.1 En Hoger)
Wijzig Codes (Gebruikerstype 2.1 en hoger) Elke PIN-gebruiker kan zijn of haar eigen PIN wijzigen. Gebruikers hebben geen toegang tot de gebruikerscodes van anderen. De enige uitzondering op deze regel is de managercode. Doel PIN + ent Met de menuoptie Wijzig Codes kunnen managers (gebruikerstype 3.6) de codes toewijzen, wijzigen en verwijderen waarmee gebruikers het 0 = OVERBRUG ZONE [ent] Selecteer... -
Pagina 26: Codes Selecteren
PIN + ent Codes selecteren Open het verkorte menu. Druk eerst op 8 en vervolgens op ent. 0 = OVERBRUG ZONE [ent] Selecteer Gebruikerscodes Nadat u de optie Wijzig Codes hebt geselecteerd, drukt u op de toets 1 om Gebr. Codes te openen. Geef een gebruikersnummer weer met de 8 = WIJZIG CODES toets A>. -
Pagina 27: Type Wijzigen
Type wijzigen PIN + ent Aan elke gebruiker wordt een toegangstype toegewezen, dat bepaalt 0 = OVERBRUG ZONE welke menuopties beschikbaar zijn voor de gebruiker (zie tabel 1 [ent] Selecteer ‘Menuopties’). Bij het selecteren van deze optie voert u het type in dat u aan de gebruiker wilt toewijzen en drukt u op ent om het programmeren te beëindigen en terug te keren naar het vorige menuniveau. -
Pagina 28: Wijzig Naam
PIN + ent • Verkort menu Alle gebruikerscodes bieden standaard toegang tot het verkorte menu. 0 = OVERBRUG ZONE Dit menu bestaat uit een selectie van tien opties (0 - 9) uit de menuopties [ent] Selecteer 11 - 49. Het type gebruikerscode bepaalt de toegang tot het verkorte menu. U kunt een willekeurige gebruiker toegang bieden tot het volledige menu door een sterretje (*) toe te wijzen aan de gebruiker wanneer de optie 8 = WIJZIG CODES... -
Pagina 29: Tijdelijke Codes
PIN + ent Tijdelijke codes Via de optie Tijdelijk Code kunt u een tijdelijke PIN toewijzen aan 0 = OVERBRUG ZONE een gebruiker. Wanneer u deze optie selecteert, voert u het aantal dagen [ent] Selecteer (0 – 99) in dat de code actief blijft. De standaardinstelling is 0. Dit betekent dat de code permanent is. -
Pagina 30: Blokken Wijzigen
PIN + ent Blokken wijzigen Met de optie Wijzig blokk bepaalt u tot welke systeemblokken de 0 = OVERBRUG ZONE gebruiker toegang heeft en welke controle de gebruiker heeft over de [ent] Selecteer desbetreffende blokken. De optie Wijzig blokk is alleen beschikbaar als Blokkenmode is geactiveerd door de installateur. -
Pagina 31: Kaartnummer
• Blokken selecteren Gebruikers kunnen aan meer dan één blok worden toegewezen Blokken B 1_______ maar kunnen mogelijk ook bepalen welke van de toegewezen >B 23_____ Ú blokken ze willen weergeven, of willen in- of uitschakelen. Door op de toets * te drukken bij het toewijzen van blokken aan de gebruiker, activeert u de mogelijkheid om blokken te selecteren. -
Pagina 32: Kaartfunctie
PIN + ent Kaartfunctie De kaart kan worden toegewezen aan één menuoptie. De gebruiker 0 =OVERBRUG ZONE [ent] Selecteer moet autorisatie hebben om deze menuoptie te openen (op basis van het toegewezen gebruikersniveau of nadat het toegangstype voor menuopties is gewijzigd door de installateur). 8 = WIJZIG CODES De standaardinstelling is Niet gebruikt. -
Pagina 33: Pin Waarschuwing
PIN + ent PIN Waarschuwing 0 = OVERBRUG ZONE Met deze optie activeert u het weergeven van het resterende aantal [ent] Selecteer dagen vóór de vervaldatum van gebruikerscodes waarvoor de optie Wijzig PIN is ingeschakeld. Tijdens de waarschuwingsperiode wordt de gebruiker gevraagd een nieuwe code in te voeren wanneer de bijna 8 = WIJZIG CODES verlopen code wordt ingevoerd. -
Pagina 34: Inbraakspoor (Gebruikerstype 3.6)
Inbraakspoor (Gebruikerstype 3.6) PIN + ent Met deze optie kunt u een overzicht weergeven van de meest recente alarmactiveringen. De optie Inbraakspoor registreert de details van 44 = INBRAAKSPOOR [ent] Selecteer het in- en uitschakelen van het systeem onmiddellijk vóór en na de activering van het alarm, evenals de eerste vijf gebeurtenissen die plaatsvinden tijdens de activering van het alarm. - Pagina 35 PIN + ent 2=Vakantie Dagen Met deze functie kunt u maximaal 32 vakantieschema’s instellen. 45= KLOK AAN/UIT [ent] Selecteer Voor elke vakantieperiode voert u een begin- en einddatum in met de optie 1=Wijzig dagen. Wanneer u deze optie selecteert, worden de begin- en einddatum van vakantieperiode 01 weergegeven.
- Pagina 36 3=Vroeg Open Als de optie Vroeg Open (45.3.2) is geactiveerd, wordt de Lockout PIN + ent UIT-tijd voor de volgende dag verminderd met het aantal minuten (0 - 45= KLOK AAN/UIT 240) dat door de installateur is geprogrammeerd. Hierdoor kunt u het [ent] Selecteer systeem handmatig vroeger uitschakelen dan normaal.
- Pagina 37 5=Laat Werk Met de optie Laat Werk autoriseert u een Autoset Verlenging vóór de waarschuwingsperiode begint. 6=Weekend Werk Met de optie Weekend Werk schakelt u het systeem gedurende het week- end uit. Als voor Weekend Dag een andere waarde dan 0=UIT (de PIN + ent standaardinstelling) is geprogrammeerd, nemen de klokken op de volgende 45= KLOK AAN/UIT...
-
Pagina 38: Blok Overbruggen (Gebruikerstype 3.6)
Blok overbruggen (Gebruikerstype 3.6) Met deze optie kan een code van het type 3.6 alle zones die kunnen worden overbrugd en open zijn op het einde van de bevestigingstijd in een of meer blokken, als één blok overbruggen. Alle zones in de desbetreffende blokken met de parameter Overbruggen geactiveerd, worden overbrugd als u deze optie selecteert. -
Pagina 39: Rs Toegang (Gebruikerstype 3.6)
RS toegang (Gebruikerstype 3.6) Met deze menuoptie regelt u verbindingen voor remote service. Remote service is een procedure waarmee de installateur het alarmsysteem op afstand kan bedienen via een telefoonlijn of een soortgelijke verbinding. PIN + ent Met de optie 1=Service kunt u de toegangsmodus voor de remote serv- 47 =RS TOEGANG [ent] Selecteer ice inschakelen. -
Pagina 40: Toegangsautorisatie (Gebruikerstype 3.6)
Toegangsautorisatie (Gebruikerstype 3.6) Om de installateur toegang te bieden tot het systeem moet de installateurscode geautoriseerd zijn als dit menu wordt gebruikt Wanneer het menu 48.1.1 is ingesteld op 1 = ingeschakeld, wordt de installateurscode geactiveerd. De beheerderscode moet altijd ingeschakeld zijn via het menu 48.1.2. -
Pagina 41: Loos Alarm Voorkomen
LOOS ALARM VOORKOMEN Loos alarm is lastig en kan duur zijn. En mogelijk reageert de politie niet meer op volgende alarmen. Hier zijn negen tips om u te helpen loos alarm te voorkomen. Zorg dat u goed vertrouwd bent met de bediening van het alarmsysteem. Als u afwezig bent, moet een persoon met duidelijke instructies bereikbaar zijn om het systeem te bedienen. -
Pagina 42: Tabellen Met Zonereferenties
TABELLEN MET ZONEREFERENTIES Zone Belfunctie Overbr. Deel Functie Beschrijving Zone Functie Beschrijving Belfunctie Overbr. Deel Zone Beschrijving Belfunctie Overbr. Deel Functie... -
Pagina 43: Alarm- En Help-Berichten
ALARM- EN HELP-BERICHTEN Centrale is in alarm CENTRALE Het systeem bevindt zich in alarmmodus. Het alarm moet worden gereset met behulp van IS IN ALARM een geldige PIN of sleutel. Paniek/Reset gevraagd Paniek/Reset gevraagd Wanneer een paniekzone is geactiveerd, moet het systeem worden gereset met behulp van een code van hoog niveau (zoals een manager of installateur, afhankelijk van de niveau- instelling voor het resetten). -
Pagina 44: Gegevens Installateur
GEGEVENS INSTALLATEUR Naam: ----------------------------------------------------------------------------------- Adres: ----------------------------------------------------------------------------------- ------------------------------------------------------------------------------------------- ------------------------------------------------------------------------------------------- ------------------------------------------------------------------------------------------- Telefoon: -------------------------------------------------------------------------------- Kantooruren: --------------------------------------------------------------------------- Buiten kantooruren: ------------------------------------------------------------------- Accountnr.: -----------------------------------------------------------------------------...