Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Advertenties

Galaxy Flex+ Beknopte installatiehandleiding
Opmerking:
Wij raden u ten zeerste aan om
personeel dat een Flex+-centrale
installeert, de juiste training te bieden.
Deze training is gratis en kan worden
georganiseerd door contact op te nemen
met Honeywell Security.
Inleiding
Er zijn drie varianten van het Flex+-systeem beschikbaar,
die alleen verschillen in capaciteit. De volgende instructies
bieden alle basisinformatie die noodzakelijk is voor het
veilig monteren, aansluiten en programmeren van een
standaard alarmsysteem.
Planning
 Plaats het paneel in de buurt van de netvoeding.
 Controleer of de locatie van het paneel voldoende
radio-ontvangst biedt als er een GSM-/GPRS-module
wordt geïnstalleerd.
 Controleer of de locatie van het paneel voldoende
radio-ontvangst biedt als u van plan bent om draadloze
detectors te gebruiken en er een RF Portal op het paneel
wordt aangesloten. Als radio-ontvangst bij het paneel
niet mogelijk blijkt, kunt u overwegen om één of
meer externe RF Portals op de databus te installeren.
 Plan blokken indien nodig vooraf. Blokken zijn
volledig onafhankelijke subsystemen die ook wel
groepen of partities genoemd worden. Het systeem
kan worden ingedeeld in maximaal 16 blokken die zo
kunnen worden geprogrammeerd dat ze onafhankelijk
van elkaar werken.
Installeer het paneel en een
bediendeel
1. Monteer het paneel op de wand met de getoonde
bevestigingsgaten. Zorg dat het deksel voldoende
open kan om te worden verwijderd of voor toegang
tot de bedrading van het paneel.
Tevens ontvangt u bij de centrale een complete technische
installatiehandleiding op de cd met technische informatie.
2. Sluit ten minste één bediendeel aan op de RS485-
gegevenskabel (zie Randapparatuur installeren
op pagina 4 voor instructies). Dit is nodig om het
alarmsysteem te kunnen instellen en programmeren.
3. Sluit de telefoonlijn aan op de terminals die met LINE
A en B zijn aangegeven op het terminalblok voor
telecommunicatie.
4. Plaats de accu in de behuizing, maar sluit deze nog
NIET aan. Gebruik indien mogelijk een volledig
opgeladen accu.
Stroomvoorziening installeren
Veiligheidsvoorschriften
De vaste bedrading en aansluiting van de stroomvoorziening
van dit product moet door een competente installateur worden
uitgevoerd en geïnspecteerd conform de geldende lokale
bedradingsrichtlijnen. In het Verenigd Koninkrijk zijn de
IEE Wiring Regulations conform BS7671 van toepassing.
U kunt het systeem aansluiten op netvoeding via een
niet-vertraagde zekering of een installatieautomaat met
B-karakteristiek van maximaal 6 A in de verdeelkast.
Plaats als u deze methode gebruikt een voedingsschakelaar
in de buurt van de unit zodat u de ze indien nodig kunt
uitschakelen.
Een voedingskabel met stekker kan als alternatief worden
gebruikt. Als deze optie wordt gebruikt, moeten de
kabel en het stopcontact geschikt zijn voor 230 Volt
wisselstroom bij 1A. De kabel moet ook zijn uitgerust
met een 8-vormige stekker die rechtstreeks op
de voedingsmodule kan worden aangesloten.
Algemene veiligheidsvoorschriften
Sluit de bruine draad aan op de faseterminal (L)
en de blauwe draad op de nulterminal (N). Sluit de
bruine of blauwe draad nooit aan op de aardeterminal (E).
Voor dit apparaat is het aansluiten van de aarde niet
noodzakelijk.
Meegeleverde onderdelen
 Switched-mode voeding met 8-vormige
netstroomaansluiting
Waarschuwing: Gebruik geen andere voeding.
 Terminalblok voor netvoeding met zekering
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Honeywell Galaxy Flex Plus

  • Pagina 1 Deze training is gratis en kan worden georganiseerd door contact op te nemen met Honeywell Security. 2. Sluit ten minste één bediendeel aan op de RS485- Inleiding gegevenskabel (zie Randapparatuur installeren Er zijn drie varianten van het Flex+-systeem beschikbaar, op pagina 4 voor instructies).
  • Pagina 2: Detectors Aansluiten Op Zones

    Bekabeling voor netvoeding Detectors aansluiten op zones Sluit de voeding aan, zoals hieronder wordt weergegeven: Opmerking: Het inleren van draadloze detectors wordt later behandeld. Zones zijn individuele invoercircuits die volledig kunnen 52 ent worden geprogrammeerd in het menu Zones ( ).
  • Pagina 3: Uitgangen Aansluiten

    Detectors aansluiten Accu en netvoeding Sluit detectors volgens dit schema aan aansluiten op de zoneterminals: De centrale biedt ruimte aan één accu van 17Ah of 18Ah. Zorg ervoor dat de accuaansluitkabels van de centrale zijn aangesloten op de correcte terminals op de accu. WAARSCHUWING: Als een verkeerd type accu wordt gebruikt, ontstaat er explosiegevaar.
  • Pagina 4: Eerste Keer Programmeren

    Aansluiting op RS485-bus Eerste keer programmeren Opmerking: Sluit geen camera's, GSM-, GPRS- en/of Wacht nadat de stroom is ingeschakeld een minuut tot ethernetmodules an op deze bus. het bericht Configureren – Moment a.u.b. weergegeven op het bediendeel. Hierna wordt het bericht DRUK EEN 1.
  • Pagina 5: Aanvullende Programmering

    Aansluiting op Intellibus Aanvullende programmering Opmerking: Sluit alleen camera's of een ethernetmodule op Gebruik dit gedeelte ter referentie bij sommige functies deze bus aan. Het aanspreken van apparaten die u mogelijk wilt programmeren of wijzigen. op de Intellibus gebeurt automatisch en opeenvolgend in volgorde van registratie.
  • Pagina 6: Aanvullende Services

    Uitgangen programmeren (53 ent Nr. ent) Toegangssjablonen kunnen worden geprogrammeerd 45 ent 6 ent in het menu Toegangssjablonen ( ) en kunnen  Uitgangsfunctie (1 ent) – Hiermee kunt u het type uitgang volledig worden aangepast. In elke toegangsjabloon instellen. moet een tijdschema worden toegewezen aan elk blok.
  • Pagina 7 3. Voer een van de volgende stappen uit: Inbedrijfstelling/overdracht  Als u één zone wilt testen, drukt u op (Nee). Het systeem start de volledige inschakelprocedure Zone-informatie bekijken en u hoeft verder niets te doen. 21 ent  Als u een tweede zone wilt toevoegen aan de test, Display zones ( ).
  • Pagina 8 Uitgangsfuncties Referentietabellen Optie Beschrijving Zonefuncties Reserve 11 Hiermee worden ongebruikte uitgangen aangeduid. Optie Beschrijving Belsignaal 01 Deze uitgang wordt geactiveerd Reserve Voor het negeren van ongebruikte zones. bij een volledige alarmgebeurtenis wanneer het systeem is Inbraak Wanneer het systeem wordt ingesteld, ingeschakeld.
  • Pagina 9 Modelvergelijking Adressering systeemzone Paneelmodel Flex+ 20 Flex+ 50 Flex+ 100 Tekst Beschrijving Zones (geïntegreerd) 0001 ACCU CENT Lage spanning back-upaccu Zones (maximum) centrale Geïntegreerde PSTN 0002 230V CENT Storing AC-voeding centrale Geïntegreerde USB- Sabotage kast centrale – deksel 0003 DEKSEL of wandbevestiging aansluiting 0004...
  • Pagina 10: Beschrijving

    Optie Stroomverbruik randapparatuur Beschrijving Apparaat Ruststroom Alarmstroom (mA) (mA) Behuizing centrale Type L Galaxy RIO (C072) breedte: 367 mm RF-portal (C079) hoogte: 393 mm Power RIO (P026) diepte: 98 mm gewicht zoals geleverd: 2 kg Audio-interfacemodule (C084) Maximaal accuformaat L: 180 x 75 x 170 mm Luidsprekermicrofoon (TP2-800GY) Vochtigheid...
  • Pagina 11 -apparatuur – Algemene eisen voor + A2: 2008 met vervoerskosten vooruitbetaald – aan: alarmtransmissiesystemen. Alarmsystemen – Alarmtransmissiesystemen Honeywell Security, 6 Aston Fields Road, Whitehouse Industrial EN50136-2-1:1998 en -apparatuur – Algemene eisen voor Estate, Runcorn, Cheshire WA7 3DL, Verenigd Koninkrijk alarmtransmissieapparatuur.
  • Pagina 12 800-19516-06 Rev A1...

Inhoudsopgave