Galaxy Flex V3 Verkorte installatiehandleiding
Inleiding
Er zijn drie varianten van het Flex-systeem beschikbaar,
die alleen verschillen in capaciteit. Het paneel is
beschikbaar in twee formaten: type M (capaciteit van
10 Ah) en type L (capaciteit van 17 Ah). De volgende
instructies bieden alle basisinformatie die noodzakelijk is
voor het veilig monteren, aansluiten en programmeren van
een standaard alarmsysteem.
Planning
• Plaats het paneel in de buurt van de netvoeding.
• Controleer of de locatie van het paneel voldoende
radio-ontvangst biedt als er een GSM-/GPRS-
voorziening wordt geïnstalleerd.
• Controleer of de locatie van het paneel voldoende
radio-ontvangst biedt als u van plan bent om draadloze
detectors te gebruiken en er een RF Portal op het paneel
wordt aangesloten. Als radio-ontvangst bij het paneel
niet mogelijk blijkt, kunt u overwegen om één of
meer externe RF Portals op de databus te installeren.
• Plan blokken indien nodig vooraf. Blokken zijn
volledig onafhankelijke subsystemen die ook wel
groepen of partities genoemd worden. Het systeem
kan worden ingedeeld in maximaal 8 blokken die zo
kunnen worden geprogrammeerd dat ze onafhankelijk
van elkaar werken.
Installeer het paneel en een
bediendeel
1. Monteer het paneel op de wand met de getoonde
bevestigingsgaten. Zorg dat het deksel voldoende
open kan om te worden verwijderd of voor toegang
tot de bedrading van het paneel.
2. Sluit ten minste één bediendeel aan op de
RS485-databus (zie Randapparatuur installeren op
pagina 4 voor instructies). Dit is nodig om het
alarmsysteem te kunnen instellen en programmeren.
3. Sluit de telefoonlijn aan op de terminals die met
LINE A en B zijn aangegeven op het terminalblok
voor telecommunicatie.
4. Plaats de accu in de behuizing, maar sluit deze nog
NIET aan. Gebruik indien mogelijk een volledig
opgeladen accu.
Stroomvoorziening installeren
Veiligheidsvoorschriften
De vaste bedrading en aansluiting van de stroomvoorziening
van dit product moet door een competente installateur
worden uitgevoerd en geïnspecteerd conform de geldende
lokale bedradingsrichtlijnen. Er wordt een voedingskabel
met stekker meegeleverd. Desgewenst kunt u de stekker
verwijderen en het systeem rechtstreeks aansluiten op de
netspanning. Lees hiervoor onderstaande Algemene
veiligheidsvoorschriften.
U kunt het systeem ook aansluiten op netvoeding via een
niet-vertraagde zekering of een installatieautomaat met
B-karakteristiek van maximaal 6 A in de verdeelkast.
Plaats als u deze methode gebruikt een voedingsschakelaar
in de buurt van de unit zodat u deze indien nodig
kunt uitschakelen.
Algemene veiligheidsvoorschriften
De stroomvoorziening wordt geleverd met een
standaardstekker.
Sluit de bruine draad aan op de faseterminal (L) en de
blauwe draad op de nulterminal (N). Sluit de bruine
of blauwe draad nooit aan op de aardeterminal (E). Voor
dit apparaat is het aansluiten van de aarde niet
noodzakelijk. Zorg dat de oude stekker direct wordt
weggegooid om te voorkomen dat deze in een stopcontact
onder spanning wordt gestoken.
Meegeleverde onderdelen
• Switched-mode voeding met 8-vormige
netstroomaansluiting en uitvoerkabel met ministekker
Waarschuwing: Gebruik geen andere voeding.
1