Download Print deze pagina

Sew Eurodrive MOVITRAC advanced Technische Handleiding pagina 248

Verberg thumbnails Zie ook voor MOVITRAC advanced:

Advertenties

Functionele veiligheid
9
Veiligheidstechnische voorwaarden
248
Technische handleiding – MOVITRAC
Om een onverwachte start conform EN ISO 14118 te vermijden, moet het veilige
besturingssysteem zo zijn ontworpen en aangesloten dat het resetten van het be-
dieningselement alleen geen hernieuwde aanloop veroorzaakt. Dat betekent dat
een hernieuwde aanloop alleen mag plaatsvinden na een handmatige reset van
het veiligheidscircuit.
Als er geen uitsluiting van fouten voor de STO-bedrading conform ISO 13849-2 of
IEC 61800-5-2 wordt gebruikt, moet de externe veiligheidsvoorziening binnen 20 s,
afhankelijk van het aansluittype de volgende fouten in de STO-bedrading herken-
nen:
– 2-polig PM-schakelend:
Kortsluiting van 24 V bij F_STO_P (Stuck-at 1)
Kortsluiting van 0 V op STO_M (Stuck-at 0)
– 1-polig P-schakelend:
Bij een eenpolige aansluiting is een uitsluiting van fouten vereist voor de bedra-
ding tussen het veiligheidsrelais en de STO-ingang.
2-polig PM-schakelend:
Testimpulsen kunnen in in- en uitgeschakelde toestand worden uitgezonden:
– De testimpulsen op het P- en M-kanaal mogen maximaal 1 ms lang zijn.
– De volgende testimpuls op het P- of M-kanaal mag op zijn vroegst na een tijd-
spanne van 2 ms worden uitgevoerd.
– De inschakeltestimpulsen mogen in een pakket van maximaal 3 testimpulsen
met een interval van steeds 2 ms op elkaar volgen. Na een pakket moet er een
pauze van minstens 500 ms worden aangehouden voordat een volgende in-
schakeltestimpuls of een volgend inschakeltestimpulspakket wordt uitgezon-
den.
– De testimpulsen moeten worden bewaakt in de veiligheidsvoorziening. Als er
een fout optreedt, moet de veiligheidsvoorziening een toepasselijke foutreactie
uitvoeren.
1-polig P-schakelend:
In uitgeschakelde toestand mogen er geen inschakeltestimpulsen op de P-kabel
komen te staan.
In ingeschakelde toestand:
– De uitschakeltestimpuls op het P-kanaal mag maximaal 1 ms lang zijn.
– De volgende uitschakeltestimpuls mag op zijn vroegst na een tijdspanne van
2 ms worden uitgevoerd.
– De inschakeltestimpulsen mogen in een pakket van maximaal 3 testimpulsen
met een interval van steeds 2 ms op elkaar volgen. Na een pakket moet er een
pauze van minstens 500 ms worden aangehouden voordat een volgende in-
schakeltestimpuls of een volgend inschakeltestimpulspakket wordt uitgezon-
den.
– De testimpulsen moeten worden bewaakt in de veiligheidsvoorziening. Als er
een fout optreedt, moet de veiligheidsvoorziening een toepasselijke foutreactie
uitvoeren.
®
advanced

Advertenties

loading