Download Print deze pagina

Renault CLIO 2024 Handleiding pagina 250

Advertenties

ADAPTIEVE SNELHEIDSREGELAAR
Inschakelen
Druk op de schakelaar 4 .
Het waarschuwingslampje 7
wordt grijs weergegeven en het bericht
  3
"Adaptieve regelaar klaar voor
herstart" verschijnt op het
instrumentenpaneel met streepjes om
aan te geven dat de functie is
ingeschakeld en wacht op het opslaan
van een kruissnelheid.
Deze functie kan niet worden
ingeschakeld als:
– de parkeerrem is ingeschakeld;
– De functie Parkeerhulp is al
ingeschakeld �� 268.
Het bericht "Adaptieve regel. niet
beschikbaar" verschijnt op het
instrumentenpaneel.
Instellen van de snelheid
Wanneer het voertuig stilstaat (bij
voertuigen met een automatische
versnellingsbak) of wanneer het
voertuig met een constante snelheid
rijdt (alle voertuigen), drukt u op de
schakelaar 5 (SET/-) of 6 (RES/+) om
de functie te activeren en de huidige
snelheid op te slaan.
De kruissnelheid moet minstens 30
km/u zijn.
2 4 8 - R i j d e n
De streepjes worden vervangen door
de kruissnelheid 8 en de werking van
de snelheidsregelaar wordt bevestigd
door de weergave van de
kruissnelheid in groen en een
waarschuwingslampje 7
Als u de functie probeert te activeren
wanneer de voertuigsnelheid hoger is
dan 160 km/u of lager dan 30 km/u
voor voertuigen met een
handgeschakelde versnellingsbak,
verschijnt het bericht "Snelh. ongeldig"
en wordt de functie niet geactiveerd.
Als er een kruissnelheid is opgeslagen
en de regeling ingeschakeld is, kunt u
uw voet van het gaspedaal nemen.
Speciale functie op voertuigen met
een automatische versnellingsbak:
Als de voertuigsnelheid lager is dan
ongeveer 30 km/u, wordt de
kruissnelheid automatisch ingesteld op
30 km/u. De auto trekt op totdat de
ingestelde kruissnelheid is bereikt.
Belangrijk: houd uw
voeten altijd vlakbij de
pedalen om voorbereid
te zijn op alle mogelijke
situaties.
Bewaking veilige afstand
inschakelen
Zodra de snelheidsregelaar is
ingeschakeld, verschijnt de standaard
veilige afstand 9 in het groen op het
instrumentenpaneel.
.
De instelling van de volgafstand wordt
door het systeem opgeslagen tussen
elke activering van de adaptieve
snelheidsregelaar en voor de volgende
startcyclus van de auto.
Als het systeem een voertuig
detecteert in uw rijstrook, verschijnt de
omtrek van een voertuig 10 boven de
afstandsmeter 9 op het
instrumentenpaneel.
De snelheid van uw auto wordt continu
aangepast aan de snelheid van uw
voorligger. Indien nodig remt uw auto
(de remlichten gaan branden) om de
afstand die het instrumentenpaneel
aangeeft, te bewaren.
Opmerking: de grootte van de omtrek
10 varieert afhankelijk van de afstand
tussen u en uw voorligger. Hoe groter
de omtrek, hoe dichterbij uw
voorligger.
De kruissnelheid instellen
U kunt de snelheid variëren door
herhaaldelijk (kleine stappen) op
schakelaar 5 of 6 te drukken of door

Advertenties

loading