Download Print deze pagina

Renault CLIO 2024 Handleiding pagina 178

Advertenties

VERSNELLINGSSCHAKELAAR
versnelling verschijnen op het display
op het instrumentenpaneel.
Opmerking: Keer terug naar de
automatische modus door de
rechterhendel in te drukken en
ingedrukt te houden. Automatische
  3
modus D wordt op het
instrumentenpaneel weergegeven.
In alle gevallen:
– om terug te schakelen drukt u op de
linkerhendel;
– Voor een hogere versnelling drukt u
op de rechterhendel.
Opmerking: afhankelijk van de display
stellen de indicatoren + en ˗ of
en
voor om een hogere of
lagere versnelling te kiezen.
Bijzondere gevallen
In sommige gevallen (zoals ter
bescherming van de motor, bij werking
van het elektronisch
stabiliteitsprogramma (ESC), enz.)
wordt door "het automatische systeem"
de juiste versnelling gekozen.
Ook kan, om verkeerde manoeuvres te
voorkomen, het schakelen worden
geweigerd. In dit geval knippert de
aanduiding van de versnelling enkele
seconden om u te waarschuwen.
1 7 6 - R i j d e n
Laat om op een helling stil
te blijven staan uw voet niet
op het gaspedaal rusten.
Risico van oververhitting van
de automatische
versnellingsbak.
Controleer of het
controlelampje P op het
instrumentenpaneel
wordt geactiveerd,
voordat u de auto verlaat.
Risico dat de auto wegrolt.
Bijzondere gevallen
Als het wegtype of de
weersomstandigheden (steile
hellingen omhoog, plotselinge
hellingen omlaag, diepe sneeuw, zand
of modder) het moeilijk maken om in
automatische modus te blijven rijden,
wordt afhankelijk van de auto
aanbevolen:
– op auto's met hendels op het stuur:
schakel naar de handmatige modus
met behulp van de hendels. Hiermee
voorkomt u dat de versnellingsbak
herhaaldelijk automatisch schakelt bij
heuvelopwaarts rijden en kunt u
remmen op de motor tijdens lange
afdalingen.
– op auto's zonder hendels op het
stuur: gebruik de modus "Low" om met
een snelheid lager dan 50 km/u te
rijden op een oppervlak met weinig
grip (sneeuw, modder enz.), een
helling op te rijden of tijdens een
afdaling af te remmen op de motor.
Daartoe zet u de hendel in stand L.
Opmerking: in de modus "Low"
varieert het toerental van de motor
continu en zijn de acceleraties meer
lineair.
Om te voorkomen dat de motor
afslaat in zeer koud weer, wacht u
best enkele seconden voordat u stand
P of N verlaat en de hendel in stand D,
R, L of B zet.

Advertenties

loading