Download Print deze pagina

CITROEN C5 2001 Handleiding pagina 218

Benzine- en dieselmodellen

Advertenties

Stuurinrichting
-
Verwijder de moeren (18 in figuur 14.4), tapeinden (19) en kartelringen (20).
Verwijder het stuurhuis via de linker wielkuip.
Figuur 14.4: Moeren (18), tapeinden (19)
en kartelringen (20) verwijderen
Inbouwen
-
Vervang systematisch alle Nylstop-moeren.
Vervang de O-ringen van de leidingen.
Breng het stuurhuis aan en zet de tandheugel in de middenstand.
Draai de bout (16) vast met 20 ±3 Nm.
Breng het subframe aan op de carrosserie.
Monteer de beugels (15), draai de bouten (14) vast met 140 ±14 Nm en de
bouten (13) met 100 ±10 Nm.
Draai de tapeinden (19) vast met 8 ±1 Nm en de moeren (18) met 80 ±8 Nm.
Monteerde steun van de uitlaat. Draai de moeren (11) vast met 9 ±1 Nm, de
moeren (10) met 11 ±1,5 Nm en de bouten (9) met 11 ±1,1 Nm.
Breng het hitteschild aan en draai de bouten
(4)
vast met 12 ±2 Nm.
Inbouwen gebeurt verder in omgekeerde volgorde van uitbouwen.
Breng de bout van de stuuraskoppeling aan en draai deze vast met 23 ±2
Nm.
-
Breng aan beide zijden de spoorstangkogelmoer aan en draai deze vast met
het voorgeschreven aanhaalmoment.
-
Sluit de massakabel op de accu aan.
-
Vul en ontlucht het stuurbekrachtigingscircuit volgens de methode be-
schreven in paragraaf 14.6.
-
Controleer de sporing van de voorwielen (zie paragraaf 12.5 voor de speci-
ficaties) en stel dit indien nodig af door het in- of uitdraaien van de spoor-
stangeinden. Let op! Beide spoorstangeinden moeten altijd in gelijke mate
worden verdraaid.
-
Controleer of het stuurwiel in de rechtuitstand staat.
14.3 Stuurwiel uit- en inbouwen
Aanhaalmoment in Nm (kgf.m)
Stuurwielbout. . . . . . . . .
Uitbouwen
20 ±3 (2,0 ±0,3)
-
Verwijder de airbag volgens de methode beschreven in paragraaf 17.6 en
houd absoluut de daar vermelde veiligheidsvoorschriften in acht.
-
Maak de stekerverbinding (2 in figuur 14.5) los.
208 -
CITROEN C5

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

C5 2002C5 2003