Pagina 2
CITROËN CITROËN prefereert Een samenwerking die staat voor innovatie CITROËN en TOTAL, al 35 jaar partners, ontwikkelen in nauwe samenwerking motoren en smeermiddelen met de meest geavanceerde technieken. Specifieke motorolie De onderzoeksteams van CITROËN en TOTAL werken samen om u de beste technologische combinatie te kunnen bieden op het gebied van motoren en smeermiddelen.
Pagina 3
De in dit boekje genoemde uitrusting - hetzij standaard hetzij optioneel - alsmede de technische specificaties, waren juist ten tijd van druk van dit boekje. Het uitrustingsniveau van uw auto hangt af van de uitvoering, de gekozen extra’s en het verkoopland van uw auto. Bepaalde in dit instructieboekje genoemde uitrustingen kunnen pas in de loop van het jaar beschikbaar zijn.
Pagina 5
Bedankt voor uw keuze en gefeliciteerd. Lees dit boekje goed door voordat u gaat rijden. Het bevat alle informatie over het besturen van deze auto en over de uitrusting, evenals belangrijke aanbevelingen. Verder vindt u in dit boekje gebruiksvoorzorgen, informatie over het reguliere onderhoud en tips voor het onderhouden van uw auto, teneinde de veiligheid en betrouwbaarheid van uw nieuwe CITROËN te behouden.
I N H O U D S O P G A V E Hoofdstuk I BEKNOPTE GEBRUIKSAANWIJZING Bestuurdersplaats, overzicht ....... 6-7 Toerenteller..............8 Instrumentenpaneel..........9 Stuur met vaste centrale bedieningen ..10 12 Controlelampjes .......... 13 15 Signalering ..........16 18 Ruitenwisser ............
Pagina 7
I N H O U D S O P G A V E Hoofdstuk II RIJDEN Afstandsbediening ........... 35-36 Sleutels..............37 CODE-kaart ............38 Anti-inbraakalarm ..........39-40 Stuurslot - Contact - Startmotor ...... 41-42 Starten ..............43 Instrumentenpaneel..........44 Onderhoudsintervalindicator ......45-46 Instrumentenpaneel..........47 Multifunctioneel display ....... 48 55 Boordcomputer ..........
Pagina 8
I N H O U D S O P G A V E Hoofdstuk III LEVEN AAN BOORD Openen en sluiten ........... 71-72 Ventilatie - Verwarming .........73 Ventilatie - Verwarming - Airconditioning....74 Ventilatie - Verwarming - Handbediende airconditioning ..........75-76 Luchtverdeling ............77 Automatisch geregelde airconditioning met individuele bediening......
Pagina 9
I N H O U D S O P G A V E Hoofdstuk V PRAKTISCHE WENKEN Brandstof tanken ..........119 Vervangen van de lampen ...... 120 126 Veiligheidsadviezen ..........127 Verwisselen van een wiel ......128-129 Detectie te lage bandenspanning......130 Slepen - Takelen..........131 Hoofdstuk VI ALGEMENE GEGEVENS...
B E S T U U R D E R S P L A A T S , O V E R Z I C H T Bedieningsorganen: 11 Centraal bediende 24 Sleutelschakelaar: • Spiegels. vergrendeling van portieren • Inschakelen/uitschakelen •...
T O E R E N T E L L E R Weergave van de toerenteller (tijdens de inrijperiode: zie inrijden) en weergave van de ingeschakelde versnelling en de stand van de automatische versnellingsbak naderen maximumtoerental verandert schermverlichting van oranje in rood, om aan te geven dat u in een hogere versnelling moet schakelen.
C O N T R O L E L A M P J E S Controlelampen richtingaanwijzers en verlichting Richtingaanwijzer naar Richtingaanwijzer naar Mistachterlichten links rechts Zie «Signalering» Zie «Signalering» Zie «Signalering» Mistlichten voor Wanneer de alarmverlichting aanstaat knipperen gelijktijdig alle richtingaanwijzers Zie «Signalering»...
Pagina 18
C O N T R O L E L A M P J E S STOP-lampje Waarschuwingslampje Controlelampje autogordel uitgeschakelde Wanneer het lampje voorpassagier passagiersairbag brandt, dient u onmid- dellijk te stoppen en Wanneer u het contact Zie «Airbag». de motor af te zetten. Raadpleeg aanzet terwijl de gordel van de een CITROËN erkend bedrijf.
Pagina 19
C O N T R O L E L A M P J E S Service-lampje Controlelamp kinder- Waarschuwingslampje beveiliging minimumbrand- Zolang storing stofvoorraad waarschu- Wanneer aangezet w i n g s s i g n a l e r i n g contact deze voorziening Wanneer brandstof-...
S I G N A L E R I N G Geluidssignaal niet-gedoofde verlichting. Dit signaal is te horen wanneer u het bestuurdersportier opent bij afgezetcontact,om aan te geven dat de verlichting nog brandt. Het signaal stopt bij het sluiten van een portier, bij het doven van de verlichting of bij aanzetten van het contact.
Pagina 22
S I G N A L E R I N G Voor auto’s met mistlampen vóór en achter: - 1 keer naar voren: mistlampen vóór gaan aan. - 2e keer naar voren: mistach- terlichten gaan aan. - 1 keer naar achteren: mistach- terlichten gaan uit.
R U I T E N W I S S E R Stand 1 : De wissnelheid wordt, afhankelijk van de snelheid van de auto, automatisch geregeld. N.b.: In de standen 2 en 3 valt de ruitenwissersnelheid automatisch terug wanneer de auto stilstaat. Om veiligheidsredenen worden de ruitenwissers pas 1 minuut na afzetten van het contact uitgeschakeld.
Pagina 24
R U I T E N W I S S E R B - Achterruitenwisser Interval-wissen. Sproeien van de achterruit gevolgd door een aantal wisslagen. A - Ruitensproeier voor Wanneer u de hendel naar u toe trekt, wordt de ruit gesproeid en achterruitenwisser werkt wissen de ruitenwissers een aantal...
I N H O O G T E V E R S T E L L E N V A N D E G O R D E L V E R S T E L L E N V A N H E T S T U U R In hoogte verstellen van de Gordelbevestiging Het stuur is verstelbaar in hoogte...
Pagina 27
V O O R S T O E L E N Met de hand te bedienen functies Hoofdsteun Trek de hoofdsteun uit om deze in een hogere stand te zetten. Druk op de bediening en op de hoofdsteun om deze in een lagere stand te zetten. De instelling is correct wanneer de bovenkant van het hoofd zich op gelijke hoogte bevindt als de bovenkant van de hoofdsteun.
V O O R S T O E L E N ELEKTRISCHE BEDIENINGEN Verstellen van de stoel qua hoogte, hellingshoek en lengterichting Verstelling van de rugleu- ning qua hellingshoek en lendensteun Stoelverwaming Licht de bediening 1 aan de voorkant op of druk deze neer om ...
Pagina 29
V O O R S T O E L E N Vastleggen rijpositie-instellingen U kunt vier rijpositie-instellingen programmeren in het geheugen: - één voor elk van de twee afstandsbedieningen (twee gebruikers) - twee met behulp van de toets M/1 en M/2. Programmeren met de afstandsbediening Alleen wanneer u de portieren met de afstandsbediening ontgrendeld kunnen eerder vastgelegde rijpositie- instellingen worden opgeroepen en worden eventuele wijzigingen aan de instellingen in het geheugen...
B I N N E N S P I E G E L Met de pal aan de onderzijde Binnenspiegel met Pasjesvenster automatische antiverblinding van de spiegel kunt u een van Aan weerszijden van de binnen- volgende twee instellingen Hiermee wordt automatisch over- spiegel is in de warmtewerende kiezen: geschakeld van de dag- naar...
B U I T E N S P I E G E L S Inklappen van de Instellen van een buitenspiegels geheugenstand voor de buitenspiegel aan passagiers- Wanneer auto heeft en aan bestuurderszijde. geparkeerd, kunt u de buitenspie- gels handmatig elektrisch Draaiende motor: inklappen.
B E D I E N I N G V A N D E R U I T E N Antiklemvoorziening Een antiklemvoorziening stopt het sluiten van de ruit, mocht deze beweging gehinderd wordt door een obstakel: de ruit gaat dan weer open. Als de accu losgekoppeld is geweest of in geval van een storing, moet de antiklemfunctie weer opnieuw worden geïnitialiseerd: - Doe de ruit helemaal open met de bediening en sluit hem weer.
V E N T I L A T I E H A N D B E D I E N D E A I R C O N D I T I O N I N G Bedieningspaneel 2 - Interieurlucht Recirculeren interieurlucht Om deze functie aan- of uit te zetten, drukt u op de bediening 2.
A U T O M A T I S C H G E R E G E L D E A I R C O N D I - T I O N I N G M E T I N D I V I D U E L E B E D I E N I N G Bedieningspaneel De temperatuur in het interieur kan nooit lager zijn dan de buitentemperatuur als de airconditioning niet aan...
S N E L H E I D S R E G E L A A R Instellen van een kruissnelheid Wijzigen van een geprogram- meerde kruissnelheid, terwijl Wanneer u de functie met de deze actief is draaiknop selecteert, wordt Deze rijhulpvoorziening maakt...
Pagina 36
S N E L H E I D S R E G E L A A R De functie wordt uitgeschakeld in de volgende gevallen - verplaatsen van de bediening van de stand “REG” in de stand 0. - uitzetten van de motor. De eerder gekozen snelheid wordt uit het geheugen gewist.
S N E L H E I D S B E G R E N Z E R Instellen van een Activeren van de maximumsnelheid snelheidsbegrenzer Als de motor aanstaat, kunt u de Wanneer de gewenste maximum- Deze rijhulpvoorziening stelt u in opgeslagen snelheid regelen,...
Pagina 38
S N E L H E I D S B E G R E N Z E R Uitschakelen van de Tijdelijke overschrijding van de snelheidsbegrenzer maximumsnelheid Druk op de toets 3. Het gaspedaal is uitgerust met een overbruggingsschakelaar. U kunt Met deze handeling verschijnt de op elk willekeurig moment door vol- informatie «OFF»...
A F S T A N D S B E D I E N I N G Centrale ontgrendeling Met een korte druk op de bediening B kunt u de auto ontgrendelen. Deze handeling veroorzaakt het snel knipperen van de richtingaanwijzers en het branden van de plafondverlichting (tenzij deze is uitgeschakeld).
Pagina 40
A F S T A N D S B E D I E N I N G Follow-me-home verlichting Batterij hoogfrequente afstandsbediening leeg Wanneer u op de toets C drukt, Deze informatie verschijnt als een melding op het multifunctioneel display, wordt follow-me-home terwijl er een geluidssignaal klikt en het SERVICE-lampje brandt.
S L E U T E L S Centrale vergrendeling met de sleutel Door een korte bediening met de sleutel wordt de auto vergrendeld. Supervergrendeling : Centrale vergrendeling met de sleutel Wanneer onmiddelijk daarna een tweede bediening plaatsvindt, wordt de supervergrendeling ingeschakeld.
C O D E - K A A R T Als de auto van eigenaar wisselt, moet de codekaart aan de nieuwe eigenaar worden gegeven. Bewaar het kaartje op een veilige plaats. Bewaar dit kaartje zorgvuldig: laat het nooit in de auto liggen. Bij de auto is een vertrouwelijke kaart geleverd.
A N T I - I N B R A A K A L A R M UITSCHAKELEN VAN HET ALARM MET DE AFSTANDSBEDIENING alarm wordt automatisch uitgeschakeld bij het ontgrendelen van de auto (druk op de toets B van de afstandsbediening). Het systeem bevat bovendien een UITSCHAKELEN VAN HET sirene en een lampje in de toets...
Pagina 44
A N T I - I N B R A A K A L A R M WERKING VAN HET ALARM Uitschakelen van de interieurbeveiliging Het is mogelijk het alarm te gebruiken met alleen de Check eerst of alle portieren, de achterklep en het uitwendige beveiliging, dus zonder interieurbeveiliging schuifdak correct gesloten zijn.
Pagina 45
S T U U R S L O T - C O N T A C T - S T A R T M O T O R • S: Stuurslot Om de stuurinrichting van het slot te halen, dient u het stuurwiel iets te bewegen terwijl u zonder te forceren de sleutel in het contact omdraait.
S T U U R S L O T - C O N T A C T - S T A R T M O T O R Stuurslot S: Verdraai, na het verwijderen van de sleutel uit het contact, het stuur iets, tot de stuurinrichting wordt vergrendeld.
S T A R T E N Handgeschakelde Automatische versnellingsbak Advies versnellingsbak - Controleer of de stand P of N is - Alvorens u de motor start, dient ingeschakeld. Auto’s met turbomotor: u zich ervan te vergewissen - Kom niet aan het gaspedaal. Laat de motor voor het afzetten dat de versnellingshendel in altijd een paar seconden stationair...
Pagina 48
I N S T R U M E N T E N P A N E E L Bij aanzetten van het contact Indicator motorolieniveau verschijnen op het display de Wanneer het contact wordt aanzet, wordt de onderhoudsintervalindicator volgende signaleringen: enkele seconden verlicht.
Pagina 49
O N D E R H O U D S I N T E R V A L I N D I C A T O R Deze meter informeert u wanneer de volgende voorgeschreven onderhoudsbeurt dient plaats te vinden. De informatie wordt bepaald op basis van de volgende twee factoren: het aantal afgelegde kilometers en de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt.
Pagina 50
O N D E R H O U D S I N T E R V A L I N D I C A T O R Onderhoudsinterval Indien uw auto onder bijzonder zware omstandigheden wordt gebruikt, dient u zich te houden aan het onderhoudsprogramma voor «zware gebruiksomstandig- heden», waarbij kortere onder-...
Pagina 51
I N S T R U M E N T E N P A N E E L Sterkte van de dashboard- Dark-toets Black panel (koplampen branden) verlichting Hiermee kunt u de weergave van Na een eerste druk op de toets C bepaalde functies uitschakelen...
M U L T I F U N C T I O N E E L D I S P L A Y D i s p l a y C BOORDCOMPUTER - Selecteer icoon «Persoonlijke instellingen-Confi- Kiezen van de af te leggen af- guratie»...
Pagina 58
M U L T I F U N C T I O N E E L D I S P L A Y M O N O C H R O O M N A V I D R I V E D I S P L A Y De bestuurder wordt geadviseerd de hieronder beschreven functies Bedieningsorganen:...
Pagina 59
M U L T I F U N C T I O N E E L D I S P L A Y K L E U R E N D I S P L A Y N A V I D R I V E De bestuurder wordt geadviseerd D - Opheffen van de handeling Boordcomputer...
Pagina 60
B O O R D C O M P U T E R Voor de weergave en de selectie Display A Displays C en NaviDrive van de diverse gegevens drukt u De boordcomputer geeft 4 typen De boordcomputer geeft direct enkele keren kort op het uiteinde informatie die u achtereenvolgens toegang tot de volgende drie...
B O O R D C O M P U T E R Displayuitvoering A Uitvoering display C en Actieradius NaviDrive displays Hiermee wordt het aantal kilometers uitgedrukt dat nog verreden kan worden met de in de brandstoftank nog resterende hoeveelheid brandstof. Indien de afstand die nog kan worden afgelegd kleiner is dan circa 25 km, worden slechts drie streepjes getoond.
Pagina 62
H A N D G E S C H A K E L D E V E R S N E L L I N G S B A K 5-versnellingsbak 6-versnellingsbak Achteruitrijstand Achteruitrijstand Schakel nooit in de achteruitver- Trek de ring A omhoog om in de snelling als de auto (nog) niet achteruitversnelling kunnen...
A U T O M A T I S C H E V E R S N E L L I N G S B A K Selectiehendel van de automatische versnellingsbak - Parkeerstand (Stand P) - Achteruitrijstand (Stand R) - Vrijstand (Stand N) - De automatische versnellings- biedt...
Pagina 64
A U T O M A T I S C H E V E R S N E L L I N G S B A K Gebruik van de automatische versnellingsbak Parkeerstand Schakel in stand P om te voorkomen dat de stilstaande auto zich kan verplaatsten.
Pagina 65
A U T O M A T I S C H E V E R S N E L L I N G S B A K Automatische vooruitversnelling De versnellingsbak kiest steeds de stand die het best past bij de volgende factoren: - rijstijl - wegdek...
Pagina 66
A U T O M A T I S C H E V E R S N E L L I N G S B A K Werking in de automatische stand Sport of Sneeuw Kies de gewenste rijstijlstand: - Normaal, voor het rijden onder normale omstandigheden: de lampjes zijn in deze stand gedoofd.
Pagina 67
R E M M E N Handrem Trek de handrem aan wanneer u de auto parkeert. Trek hem extra stevig aan als u de auto op een helling parkeert. Om het aantrekken van de handrem te vergemakkelijken, wordt geadviseerd gelijktijdig het rempedaal in te trappen. Schakel onder alle omstandigheden als voorzorgsmaatregel de eerste versnelling in.
Pagina 68
R E M M E N ABS Anti-blokkeersysteem Dit systeem vergroot de veiligheid en voorkomt het blokkeren van de wielen bij een noodstop en op gladde Zo blijft de auto bestuurbaar. Alle belangrijke onderdelen van het systeem worden voor en tijdens het rijden door een elektronisch systeem gecontroleerd.
D Y N A M I S C H E S T A B I L I T E I T S C O N T R O L E Dynamische stabiliteitscontrole (ESP) en tractiecontrole (ASR) Deze systemen dienen als aanvulling op het ABS. Is er een verschil tussen de door de auto gevolgde baan en de door de bestuurder gewenste, dan grijpt het ESP-systeem automatisch in door het afremmen van een of meer van de wielen of door het afremmen op de motor, teneinde de auto...
Pagina 70
R O E T F I L T E R D I E S E L M O T O R Als aanvulling op de katalysator draagt dit filter actief bij tot een vermindering van de uitstoot van onverbrande, vervuilende deeltjes. Het verhindert op die manier de uitstoot van zwarte rook. Verstopt roetfilter Bij verstopping verschijnt er een melding op het multifunctioneel display in combinatie met het klinken van een geluidssignaal en het branden van het SERVICE-lampje.
Pagina 71
Z I J W A A R T S E T R A J E C T C O N T R O L E Werking: Wanneer u bij snelheden van boven de 80 km/uur een wegmarkering over- schrijdt, wordt u gewaarschuwd door trillingen onder uw stoel: - aan rechterzijde, wanneer u een streep rechts van de auto overschrijdt, - an linkerzijde, wanneer u een streep links van de auto overschrijdt.
M E E D R A A I E N D E K O P L A M P E N Deze functie is gekoppeld aan Xenon-koplampen. ontstoken grootlicht dimverlichting volgt de lichtbundel de rijrichting. De kwaliteit van de verlichting in de bocht wordt er substantieel door verbeterd.
P A R K E E R H U L P Activeren / Uitschakelen U kunt de parkeerhulp aan- of uitzetten door op 1 te drukken. Wanneer de parkeerhulp uitge- schakeld is, brandt het lampje. De in- c.q. uitgeschakelde stand wordt vastgelegd bij afzetten van de motor.
Pagina 74
P A R K E E R H U L P Werking: - Wanneer u de achteruitversnelling inschakelt, wordt u door een kort signaal gewaarschuwd dat het systeem actief is. Het silhouet van uw auto wordt weergegeven op het display. Obstakels die zich voor of achter de auto bevinden, kunnen op deze wijze worden gedetecteerd.
O P E N E N E N S L U I T E N Vergrendelen van binnenuit Wanneer alle portieren dicht zijn en u op de toets A drukt, kunt u de auto centraal vergrendelen of ontgrendelen. Het openen van de portieren van binnenuit blijft mogelijk.
Pagina 76
O P E N E N E N S L U I T E N Achterklep Sluiten van de achterklep Noodontgrendeling Trek de achterklep aan de twee Mocht de ontgrendeling van de Openen van buitenaf grepen in de achterklepbekleding achterklep niet meer werken, dan Druk onderen tegen...
Pagina 77
V E N T I L A T I E - V E R W A R M I N G...
V E N T I L A T I E - V E R W A R M I N G A I R C O N D I T I O N I N G Luchtinlaat Airconditioning Let erop dat het luchtinlaatrooster Om de goede werking van het onder de voorruit niet verstopt systeem...
Pagina 79
V E N T I L A T I E - V E R W A R M I N G H A N D B E D I E N D E A I R C O N D I T I O N I N G Bedieningspaneel Ontwaseming - Ontdooiing voorruit en voorportierruiten...
Pagina 80
V E N T I L A T I E - V E R W A R M I N G H A N D B E D I E N D E A I R C O N D I T I O N I N G 5 - Achterruitverwarming De achterruitverwarming kan alleen werken bij draaiende motor.
L U C H T V E R D E L I N G H A N D B E D I E N D S Y S T E E M Voor een juist gebruik van de klimaatregeling, adviseren wij u onderstaand schema aan te houden. Gebruikte Comfort naar Buitentemperatuur...
AUTOMATISCH GEREGELDE AIRCONDITIONING MET INDIVIDUELE BEDIENING Bedieningspaneel 2 - Instellen van de temperatuur (Links / Rechts) Het systeem kent een individuele temperatuurregeling voor de linker en rechter zijde van het interieur. Verdraai de bediening voor de weergave van de gewenste temperatuur: Linksom: verlagen van de temperatuur Rechtsom: verhogen van de temperatuur Weergave van de gewenste interieurtemperatuur...
Pagina 83
AUTOMATISCH GEREGELDE AIRCONDITIONING MET INDIVIDUELE BEDIENING 4 - Automatische werking 5 - Ontwaseming - Ontdooiing voorruit en voorportierruiten Wanneer u op deze toets drukt en A/C en AUTO op het display worden weergegeven, worden de volgende vijf Tijdens de werking brandt het lampje en wordt het functies automatisch en afhankelijk van de ingestelde symbooltje weergegeven op het display.
Pagina 84
AUTOMATISCH GEREGELDE AIRCONDITIONING MET INDIVIDUELE BEDIENING 7 - Recirculeren interieurlucht 9 - Snelheid van de luchtstroom Wanneer u op de 7 drukt, wordt de aanvoer van Regeling van de aanjagersnelheid Druk op de toets: buitenlucht gestopt en gaat het lampje branden. Deze functie is toegankelijk wanneer u op een van de bedieningen bij het stuurwiel drukt.
A C H T E R Z I T P L A A T S E N Om de hoofdsteunen te laten zak- ken, drukt u op de ontgrendelbe- diening. Om ze te verwijderen, trekt u ze omhoog tot de aanslag en drukt u vervolgens op de ontgrendelbe- diening.
Pagina 86
A C H T E R Z I T P L A A T S E N Neerklappen van de rugleuning Neerklapbare achterbank Verwijderen van de stoel Zet de hoofdsteunen in de op- Licht de zitting aan de voorkant De achterzittingen zijn uitneem- bergstand of laagste stand.
A I R B A G Uitgeschakelde airbag aan passagierszijde kinderstoeltje de rugleuning in de rijrichting passagiersstoel voorin plaatst, moet u de airbag voor de passagier uitschakelen. Dat gaat zo: - Steek bij afgezet contact de sleu- tel in de sleutelschakelaar A, die zich in het handschoenenkastje bevindt.
K I N D E R S L O T Let op: wanneer deze functie actief is, brandt het lampje en wordt er een melding weergegeven. aanzetten contact brandt het lampje; het dooft ongeveer tien seconden na het starten van de motor. Handbediend Elektrisch Steek de autosleutel in de rode...
Pagina 89
V E I L I G V E R V O E R E N V A N K I N D E R E N KINDERZITJES die bevestigd Gewicht van het kind worden met de autogordel De volgende tabel, die conform Plaats(en) Europese wetgeving...
Pagina 90
V E I L I G V E R V O E R E N V A N K I N D E R E N ISOFIX bevestigingspunten en Sommige ISOFIX kinderzitjes ISOFIX systemen hebben bovenste gordel- gedeelte dat men kan bevestigen Uw auto is goedgekeurd volgens aan het bovenste ISOFIX oog c.
Pagina 91
V E I L I G V E R V O E R E N V A N K I N D E R E N Het ISOFIX kinderstoeltje dat is goedgekeurd voor uw auto, is RÖMER Duo ISOFIX: Het is te koop bij een CITROËN erkend bedrijf. Het is voorzien van een bovenste gordelgedeelte en is goedgekeurd als universeel ISOFIX kinderzitje.
Pagina 92
B I N N E N V E R L I C H T I N G 1 - Leesspots Wanneer u een van de schakelaars bedient, gaat de corresponderende spot aan of uit. De verlichting werkt niet bij afgezet contact en evenmin in de economy- stand.
B I N N E N V E R L I C H T I N G Verlichting Kofferverlichting Drempelverlichting handschoenenkastje De kofferbakverlichting gaat aan Hiermee wordt tevens het voeten- De verlichting gaat automatisch bij het openen van de achterklep. compartiment verlicht.
C O M F O R T I N D E A U T O Handschoenenkastje Handschoenenkastje met Lade onder passagiersstoel ventilatie voorin Openen: trek aan de greep en laat de klep zakken. Het handschoenenkastje is voor- Onder de passagiersstoel voor zien van een sluitbaar ventilatie- bevindt zich een lade.
Pagina 95
C O M F O R T I N D E A U T O Bergvakken in de voorportieren en de zijpanelen achter Bergvakken in de middenconsole voor Opbergnetten...
Pagina 96
C O M F O R T I N D E A U T O In de koffer bevindt zich bergruimte Berglade Opbergklep voor diverse spullen. Openen: druk tegen het midden Openen: druk tegen het midden. van de lade. Voor het verwijderen van een voorwerp lade speciale...
Pagina 97
C O M F O R T I N D E A U T O Zonneklep Brillenhouder Ophanghaak voor een tas Klap de zonneklep neer om te - Druk op de onderkant om de voorkomen dat u verblind wordt haak uit te klappen. door de zon.
Pagina 98
C O M F O R T I N D E A U T O Sigarenaansteker Asbak Panoramisch dak Functie beschikbaar bij aangezet Openen: licht de klep op. Asbak Het dak is voorzien van twee contact. legen: licht de achterkant op en zongordijnen voor en achter.
K O F F E R Sjorogen Indelen van de kofferruimte in Bergruimte compartimenten Gebruik de twee zijbevestigingen - Duw de schotten naar het mid- achterin en de zes sjorogen op de Om de voorwerpen in de koffer te den. koffervloer en de rugleuning van scheiden, kunt u schotten uitklap- - Druk het geheel naar achteren.
Pagina 100
K O F F E R Kofferhaak Verwijderen (3-deursuitvoering) Verwijderen (5-deursuitvoering) - Maak de koorden los. - Maak de koorden los. - Licht de plank iets op en trek - Licht de plank iets op en trek eraan, terwijl u hem iets schuin eraan.
N.b.: De middelste ventilatieroos- De patronen zijn bestelbaar via ters moeten geopend zijn. www.citroen.nl. Voor België geldt dat de patronen te bestellen zijn via het Citroën Net. Gebruik in verband met de veiligheid de parfumeur en de patronen uitsluitend voor het doel waarvoor deze bestemd zijn en houd u aan de gebruikvoorschriften.
Pagina 102
R A D I O A A N S L U I T I N G - M O N T A G E V A N D E L U I D S P R E K E R S Optie CITROËN autoradio: Montage van de luidsprekers In het dashboard...
O P E N E N V A N D E M O T O R K A P Verricht deze handeling uitslui- Druk tegen de hendel A boven de Motorkapsteun: klik de motorkap- tend bij stilstaande auto grille, rechts van het chevrons- steun los en klap deze uit;...
N I V E A U S Z i e h e t h o o f d s t u k G e b r u i k s v o o r z o r g e n Luchtfilter Motorolie Remvloeistof...
Pagina 111
N I V E A U S Bijvullen koelvloeistof Het vloeistofniveau moet zich tussen maatstreepjes MIN. en MAX. op het expansiereser- voir bevinden. vloeistof bij. koelvloeistofniveau met meer dan 1 liter moet worden bijgevuld, is het raadzaam het circuit te laten nakijken door CITROËN...
Pagina 112
N I V E A U S Remvloeistofreservoir Controleer regelmatig het peil. Het niveau moet zich tussen de maatstreepjes MIN. en MAX. op het reservoir bevinden. Wanneer controlelampje tijdens het rijden oplicht, stop dan onmiddellijk en waarschuw het dichtstbijzijnde CITROËN erkend bedrijf.
Pagina 113
B R A N D S T O F S Y S T E E M D I E S E L Aftappen van water uit het brandstoffilter Tap het systeem regelmatig af (bij elke keer dat de motorolie wordt ververst).
B R A N D S T O F S Y S T E E M D I E S E L Op gang brengen van het brandstofcircuit In geval van brandstofpech: - Vul de brandstoftank met mini- maal 5 liter brandstof en knijp vervolgens in de balg van de opvoerpomp zekere...
Pagina 115
I N H O U D R E S E R V O I R S Ruitensproeiervloeistof 3,5 liter Ruitensproeiervloeistof en 7,5 liter koplampsproeiervloeistof Inhoud motorolie Type motor (in liters) MOTOR 1.4i 16V - 65 kW 3,15 MOTOR 1.6i 16V - 80 kW 3,35 MOTOR 2.0i 16V 100 kW (138pk) 4,35...
A C C U Starten met een hulpaccu Als de accu ontladen is, kan een hulpaccu worden gebruikt of de accu van een andere auto. Lege accu, aangesloten op de auto (onder de motorkap) Hulp-accu Massa-aansluiting op de auto Controleer of de accu de juiste spanning heeft (12 volt).
Pagina 117
1 2 - V O L T S A C C U Starten van de motor na aansluiten van de losgenomen accu - Draai de sleutel in het contact om. - Wacht ongeveer een minuut alvorens u de motor start, om de elektronische systemen de tijd te gunnen, zich te reïnitialiseren.
Z E K E R I N G E N Zekeringkast Onder het dashboard en in het motorcompartiment bevindt zich een zekeringkast. Zekeringen onder het dashboard Om de zekeringen onder het dashboard te kunnen bereiken verwijdert u de toegangsklep. Draai de schroef een kwartslag los en kantel de zekeringkast.
Pagina 119
Z E K E R I N G T A B E L Z e k e r i n g e n o n d e r h e t d a s h b o a r d Nummer Sterkte Functie...
Pagina 121
Z E K E R I N G T A B E L Zekeringen onder de motorkap Zekeringkast Om de zekeringkast in het motor- compartiment te kunnen bereiken, klikt u het deksel los. Verwijder het deksel. Sluit na de ingreep zeer zorgvul- dig het deksel.
Pagina 122
Z E K E R I N G T A B E L Z e k e r i n g e n o n d e r d e m o t o r k a p Nummer Sterkte Functie 20 A Computer motormanagement - Koelventilatorunit...
Pagina 123
B R A N D S T O F S O O R T Bij auto’s met een katalysator mag uitsluitend loodvrije benzine gebruikt worden. Door de vernauwde vulopening kan er uitsluitend loodvrije benzine getankt worden. Wanneer bij het vullen van de brandstoftank het tankpistool voor de derde keer afslaat, moet u niet verder tanken, aangezien anders storingen in de werking van uw auto kunnen optreden.
Pagina 126
V E R V A N G E N V A N D E L A M P E N Zijknipperlicht in de Mistlampen buitenspiegels Raadpleeg een CITROËN erkend Druk voor het vervangen van de bedrijf. lamp van het zijknipperlicht stevig op de met pijl aangegeven plek en trek aan het zijknipperlicht.
Pagina 127
V E R V A N G E N V A N D E L A M P E N Binnenverlichting Kofferverlichting Verlichting handschoenenkastje Trek de transparante kap van Trek het huis los door de voet de binnenverlichting los om de naar achteren te drukken.
Pagina 128
V E R V A N G E N V A N D E L A M P E N Achterlicht Open de achterklep: - demonteer eerst het bovenste ACHTERLICHTUNIT 3e Remlicht deel van de achterlichtunit door Ga na welke lamp defect is. de schroef A los te draaien.
Pagina 129
V E R V A N G E N V A N D E L A M P E N ACHTERLICHTUNIT Demonteren 3e Remlicht Ga na welke lamp defect is. Om de moer B te bereiken, maakt u Raadpleeg een CITROËN erkend de achterste bekleding in de koffer bedrijf.
Pagina 130
V E R V A N G E N V A N D E L A M P E N Kentekenplaat Mistachterlicht Achteruitrijlichten - Steek een schroevendraaier in Verdraai lamphouder Verdraai lamphouder de buitenste openingen van de kwartslag. kwartslag. kunststof kap. Lamp: P 21 Lamp: P 21 (5-deursuitvoering) - Druk de kap naar buiten.
V E I L I G H E I D S A D V I E Z E N Trekhaak Wij adviseren u de montage van deze voorziening over te laten aan een CITROËN erkend bedrijf, aangezien men daar bekend is met de sleepgewichten van de auto en over de benodigde instructies beschikt met betrekking tot een dergelijk veiligheidssysteem.
Pagina 132
V E R W I S S E L E N V A N E E N W I E L Lichtmetalen velgen Indien uw auto voorzien is van lichtmetalen velgen en een stalen reservewiel, dan is het normaal wanneer u tijdens de montage van dat reservewiel constateert dat de ringen van de wielbouten Uitnemen van het reservewiel...
Pagina 133
V E R W I S S E L E N V A N E E N W I E L Demonteren 3 - Maak de wielbouten los. Terugplaatsen Draai bij wielen met aluminium 1 - Zet de wagen op een vlakke 1 - Zet het wiel op zijn plaats met velgen de antidiefstalmoer met horizontale...
Pagina 134
D E T E C T I E T E L A G E B A N D E N S P A N N I N G Deze functie waarschuwt u voor Vervang het wiel met het mankement (lekke of erg slappe band) en laat de te lage bandenspanning of een band zo snel mogelijk repareren;...
S L E P E N - T A K E L E N Uitneembaar sleepoog Het sleepoog is demontabel en monteerbaar aan zowel de voor- als de achterzijde van de auto. Het is opgeborgen in de beschermende houder in het reservewiel. Advies Alleen bij hoge uitzondering is Slepen over de weg...
Pagina 136
A L G E M E N E G E G E V E N S 5-deursuitvoering 1.4i 16V 1.6i 16V 1.6i 16V 2.0i 16V 2.0 16V 2.0i 16V Type motor 138pk BVM 143pk BVM 143pk BVA Inhoud brandstoftank Circa 60 liter Ongelode benzine Toegestane brandstof RON 95 - RON 98...
Pagina 137
A L G E M E N E G E G E V E N S FAP: Roetfilter 5-deursuitvoering MAV: Ledig gewicht. HDi 90 HDi 110 HDi 110 FAP HDi 138 FAP MTAC: Totaal toelaatbaar gewicht. CMAE AR : Maximaal toelaatbaar Circa 60 liter gewicht op achteras.
Pagina 138
A L G E M E N E G E G E V E N S 3-deursuitvoering 1.4i 16V 1.6i 16V 1.6i 16V 2.0i 16V 2.0 16V 2.0i 16V Type motor 138pk BVM 143pk BVM 180pk BVM Inhoud brandstoftank Circa 60 liter Ongelode benzine Toegestane brandstof RON 95 - RON 98...
A L G E M E N E G E G E V E N S FAP: Roetfilter 3-deursuitvoering MAV: Ledig gewicht. HDi 90 HDi 110 HDi 110 FAP HDi 138 FAP MTAC Totaal toelaatbaar gewicht. CMAE AR : Maximaal toelaatbaar Circa 60 liter gewicht op achteras.
A F M E T I N G E N ( i n m e t e r s ) 3-deurs- 5-deurs- uitvoering uitvoering 2,608 4,273 4,260 0,935 0,730 0,717 1,502 / 1,510 1,505 1,497 1,769 1,773 1,456 / 1,471 1,964...
Pagina 146
T R E F W O O R D E N R E G I S T E R B Bagagenet ......95 D Daklastdragers ....127 Dashboard ......6-7 Banden ....127-130-XV Dashboardinstrumenten ..47 Banden (onderhoud) ...XV Dashboardverlichting....47 Bandenslijtage ....XVI Derde remlicht .... 124-125 Bandenspanning ...139-XV-XVI Detectie te lage Batterijen afstandsbediening...
Pagina 147
T R E F W O O R D E N R E G I S T E R H Handgeschakelde L Lade ......6-7-90-92 O Olieniveau-indicator....44 Lak (onderhoud) ....XXI Onder de motorkap ..100-104 versnellingsbak....58 Lampen vervangen..120-126 Onderbreking brandstof..XII Handgrepen......93 Lichtsignaal ....
Pagina 148
T R E F W O O R D E N R E G I S T E R R Richtingaanwijzers ..13-16- T Temperatuurregeling ..73-80 Z Zekeringen ....114-118 Zekeringen 120-121 Tijd instellen... 50-53 55 vervangen....114-118 Rijhouding ......