Benzinemotoren
--r-----14
8
Figuur 2.2: Distributieriem uitbouwen (EW10D-motor)
[3] Uitlaatnokkenasblokkeerpen
10 Spanrol
[4] Inlaatnokkenasblokkeerpen
11 Spanrolbout
[5] Krukasblokkeerpen
12 Uitlaatnokkenasriemwiel
7
Krukasriemwielbout
13 Inlaatnokkenasriemwiel
8
Krukasriemwiel
14 Distributieriem
9
Koelvloeistofpompriemwiel
15 Geleiderol
-
Breng de riem aan in de volgorde: geleiderol, inlaatnokkenasriemwiel, uit-
laatnokkenasriemwiel, koelvloeistofpomp en spanrol. Let erop dat de riem
zo vlak mogelijk over de buitenzijde van de riemwielen en rollen ligt.
-
Verwijder de riemklem van het krukasriemwiel en de blokkeerpennen.
-
Draai de spanrol met behulp van een inbussleutel in boring (a in figuur 2.3)
linksom.
-
Br!mg nok (c) in stand (d). Let opt Nok (c) moet de uitsparing (f) onder een
hoek van 10° passeren. Is dat niet het geval, vervang dan de spanrol of de
distributieriem samen met de spanrol.
-
Breng nok (c) in afstelstand
(f)
door de spanrol in de richting van pijl (e) te
verdraaien. Let opt Nok (c) mag niet boven uitsparing (f) uitsteken. Is dat
wel het geval, herhaal dan het spannen van de distributieriem.
-
Draai de bout van de spanrol vast met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment. Let opt De spanrol mag niet worden verdraaid tijdens het aanhalen
van de bevestiging. Gebeurt dat wel, herhaal dan het spannen van de dis-
tributieriem. De inbus voor het verdraaien van de spanrol moet onder een
hoek van ongeveer 15° ten opzichte van de onderzijde van het cilinderkop-
pakkingvlak (g) staan. Is dat niet het geval, vervang dan de spanrol of de dis-
tributieriem samen met de spanrol.
-
Draai de krukas tien omwentelingen in de normale draairichting rond. Let
op! De distributieriem mag niet te strak staan of vanaf de buitenzijde wor-
den ingedrukt.
10 -
CITROEN C5