Hydraulisch systeem
a
Figuur 13,10: Aanslag (8) moet aanwezig zijn, Spie bij
(a) en raakvlak keerring smeren,
figuur 12.3). Druk de fusee zodanig op de veercilinder, dat de nok (b in figuur
12.S) aangrijpt in uitsparing (c). De verdikking (a) dient als aanslag. Zet de
bout vast met 54 ±5 Nm.
-
Bevestig de verbindingsstang van de stabilisatorstang aan de veercilinder.
Draai de bout vast met 64 ±6 Nm.
-
Sluit de retourleiding aan.
-
Breng het wiel aan.
-
Zet de auto op de wielen en draai de wielbouten vast met 90 ±10 Nm.
-
Ontlucht het hydraulisch systeem.
13.5 Veercilinder achter uit- en inbouwen
Zie paragraaf 13.2 Voorschriften en paragraaf 13.3 om het hydraulisch sys-
teem drukloos te maken.
Speciaal gereedschap (Citroi'mj
Sleutel voor verwijderen van veerbol
Uitbouwen
8014-T
De veercilinder kan zowel met als zonder veerbol worden uitgebouwd.
-
Draai de wielbouten enkele slag en los.
Krik de achterzijde van de auto op en zet hem op bokken.
Verwijder het wiel.
Verwijder de veerbol met behulp van speciaal gereedschap (S014-T).
Maak de aansluiting (2 in figuur 13.11) los. Verwijder de klemveer (3) van de
stang.
Let opt de veercilinder kan volledig met vloeistof gevuld zijn. Plaats er een
bak onder. Tap de vloeistof af door de veercilinder met de hand opzij te
schuiven.
Leg de veercilinder opzij.
Maak de lekleiding (4 in figuur 13.12) los.
Maak de ontluchtingsslang (5) los van de traverse.
Verwijder de bout (6) en de bevestigingsplaat (7). Verwijder de veercilinder.
Inbouwen
-
Breng 25 cm3 aan in de stofhoezen via opening (5 in figuur 13.12).
-
Breng de veercilinder aan.
198 - CITROEN C5