Airconditioning (A/C)
(indien van toepassing)
Druk op de toets A/C om de
airconditioning in te schakelen (het
controlelampje gaat branden). Druk
nogmaals op de toets om de
airconditioning uit te schakelen.
Werking systeem
Ventilatie
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand
.
2. Schakel de stand BUITENLUCHT
in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de
gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste
snelheid.
Verwarmen
OPDE046314
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand
.
2. Schakel de stand BUITENLUCHT
in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de
gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste
snelheid.
5. Als u de uitstromende lucht
gedroogd wil hebben, kunt u
het airconditioningssysteem
zetten. (indien van toepassing)
Schakel de stand
wanneer de voorruit beslaat.
Tips voor het gebruik
• Om te voorkomen dat stof of
onaangename
interieur van de auto
komen, kan de schakelaar voor de
luchttoevoer tijdelijk in de stand
RECIRCULATIE worden gezet.
Selecteer
BUITENLUCHT weer zodra de
bron van irritatie gepasseerd is om
weer frisse lucht toe te laten tot het
interieur. Frisse lucht is beter voor
de fysieke gesteldheid van de
bestuurder
aangenamer.
• Voorkom dat de voorruit beslaat
door de stand BUITENLUCHT te
selecteren, de aanjager in de
gewenste stand te zetten, de
airconditioning in te schakelen en
de gewenste temperatuur in te
stellen.
aan-
of
in
geuren
in
het
terecht-
3
de
stand
en
bovendien
3-145