Kenmerken van uw auto
De
waarschuwingsmelding
"Check surroundings then try
again (Controleer omgeving vóór
ontgrendelen)" verschijnt op het
instrumentenpaneel en er klinkt
een waarschuwingssignaal.
Als u echter binnen 10 seconden
nadat de waarschuwingsmelding
is verschenen op de knop drukt
(de indicator op de knop dooft),
oordeelt het systeem dat de
bestuurder op de hoogte is van de
situatie achter de auto. Het slot
wordt ontgrendeld, ongeacht de
situatie achter de auto.
3. Wanneer
een
van
naderende
auto
gesignaleerd op het moment dat
het
portier
wordt
verschijnt
waarschuwingsmelding "Watch for
traffic (Let op verkeer)" op het
instrumentenpaneel en klinkt er
een waarschuwingssignaal.
3-20
- De bovenstaande functies 2 en 3
worden geactiveerd wanneer u
"Driving Assist (Rijbegeleiding)
→
(Dodehoekveiligheid) → Safe Exit
Assist (Hulp bij veilig uitstappen)"
selecteert
Gebruikersinstellingen op het
instrumentenpaneel.
- Het
kinderslotsysteem kan worden
bediend tot ongeveer 10 minuten
nadat
de
verwijderd of het contact in stand
LOCK (of OFF) is gezet. Na
ongeveer 10 minuten dooft het
achteren
controlelampje in de knop en kunt
wordt
u
het
kinderslotsysteem
geopend,
deactiveren.
de
elektronische kinderslotsysteem
te deactiveren de knop van het
elektronische kinderslotsysteem
nogmaals in nadat het contact in
stand ON is gezet of nadat de
motor is gestart.
Blind-spot
safety
met
de
modus
elektronische
contactsleutel
is
elektronische
niet
meer
Druk
om
het
- Wanneer de accu verwijderd of
leeg
is
geweest
toen
kinderslot was vergrendeld en de
voeding weer is hersteld, drukt u
de
vergrendelknop
van
achterportier weer in om ervoor
te zorgen dat de status van de
indicator op de vergrendelknop
van
het
achterportier
overeenkomt met de werkelijke
status van het kinderslot van het
achterportier.
- Als de airbag is geactiveerd
terwijl de vergrendelknop van het
achterportier was ingeschakeld
(de indicator op de knop brandt),
wordt
deze
automatisch
uitgeschakeld
en
wordt
achterportier ontgrendeld.
het
het
het