Voorwaarde voor werking
Het
camerabeeld
weergegeven als de bestuurder op
de toets Parking/View (1) drukt als
de transmissie in stand D (Rijden) of
N (Neutraal) staat.
Voorwaarde voor uitschakelen
De functie wordt gedeactiveerd als
de
bestuurder
op
Parking/View drukt. De functie wordt
uitgeschakeld als de bestuurder op
de
toets
(2)
van
infotainmentsysteem
drukt.
functie wordt gedeactiveerd als de
bestuurder de transmissie in stand P
(Parkeren) zet.
WAARSCHUWING
wordt
De achteruitrijcamera is geen
veiligheidssysteem.
achteruitrijcamera
bestuurder
signaleren van obstakels die
zich dicht bij het midden van de
achterzijde
bevinden. De camera geeft NIET
de
toets
de volledige omgeving van de
achterzijde van de auto weer.
het
De
WAARSCHUWING
•
Vertrouw bij het
den nooit alleen op het beeld
van de Rear View Monitor.
•
Kijk voordat u achteruitrijdt
ALTIJD om u heen om te
controleren of de omgeving vrij
is van objecten en obstakels,
om
een
voorkomen.
•
Wees extra voorzichtig als u
dicht langs voorwerpen of
personen, in het bijzonder
kinderen, rijdt.
Systeemstoring
We adviseren u uw auto te laten
controleren
HYUNDAI-dealer als de Rear View
De
Monitor niet goed werkt, het scherm
helpt
de
flikkert of het beeld niet goed wordt
alleen
bij
het
weergegeven.
van
de
auto
Beperkingen van de functie
Wanneer de auto bij koud weer of in
een parkeergarage met koude motor
wordt gestart, kan het beeld ten
gevolge van de uitlaatgassen tijdelijk
wazig zijn.
achteruitrij-
aanrijding
te
door
een
officiële
3-125
3