Starthulp
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Starthulp met behulp van de accu van een andere wagen
Starthulp bij wagens met start-stopsysteem
Starthulp bij wagens met de accu in de bagageruimte
ATTENTIE
Een ontladen accu kan al bij temperaturen net onder 0 °C bevriezen. Bij een
■
bevroren accu geen starthulp geven met behulp van de accu van een andere
wagen - explosiegevaar!
De waarschuwingsaanwijzingen bij werkzaamheden in de motorruimte op-
■
volgen
» pagina
207.
De niet-geïsoleerde delen van de poolklemmen mogen in geen geval met
■
elkaar in aanraking komen - gevaar voor kortsluiting!
De op de pluspool van de accu aangesloten startkabel mag niet met elek-
■
trisch geleidende delen van de wagen in aanraking komen - gevaar voor kort-
sluiting!
De startkabel niet op de minpool van de ontladen accu aansluiten. Door
■
vonkvorming bij het starten zou knalgas dat uit de accu stroomt, kunnen ont-
steken.
De startkabels zo leggen, dat ze niet door draaiende delen in de motorruim-
■
te kunnen worden geraakt.
Nooit over de accu heen hangen - gevaar door bijtende werking!
■
De sluitdoppen van de accucellen moeten zijn vastgeschroefd.
■
Ontstekingsbronnen (open vuur, brandende sigaretten enzovoort) uit de
■
buurt van de accu houden - gevaar voor explosie!
Nooit starthulp gebruiken bij accu's met een te laag accuvloeistofpeil - ex-
■
plosiegevaar en gevaar door bijtende werking.
236
Tips om het zelf te doen
VOORZICHTIG
Tussen beide wagens mag geen contact bestaan, omdat er anders al bij het
■
aansluiten van de pluspolen een stroomverbinding tot stand wordt gebracht.
De ontladen accu moet volgens voorschrift op de elektrische installatie zijn aan-
■
gesloten.
Wij adviseren de startkabels aan te schaffen bij een speciaalzaak voor voertuig-
■
236
accu's.
237
237
Starthulp met behulp van de accu van een andere wagen
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 236 en volg deze op.
Als de motor niet aanslaat omdat de accu ontladen is, kan de accu van een andere
wagen worden gebruikt om de motor te starten. Daarvoor zijn startkabels nodig.
De startkabels moeten in de onderstaande volgorde worden aangesloten.
›
Het ene uiteinde
aansluiten op de pluspool van de ontladen accu
1
beelding
187.
›
Het andere uiteinde
aansluiten op de pluspool van de stroomleverende accu
2
.
B
›
Het ene uiteinde
aansluiten op de minpool van de stroomleverende accu
3
›
Het andere uiteinde
4
aansluiten op een massief, vast met het motorblok ver-
bonden metalen onderdeel of direct op het motorblok zelf.
Motor starten
›
De motor van de stroomgevende wagen starten en stationair laten draaien.
›
Nu de motor van de wagen met de ontladen accu starten.
›
Als de motor niet aanslaat, de startprocedure na circa 10 seconden afbreken en
circa een halve minuut later herhalen.
Afbeelding 187
Starthulp: A - ontladen accu, B -
stroomleverende accu
» Af-
A
.
B