WLAN
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
WLAN-netwerk in-/uitschakelen
Extern apparaat met het WLAN-netwerk verbinden
WLAN-netwerk op het informatiedisplay bedienen
WLAN (of ook Wi-Fi) is een draadloos netwerk voor de internetverbinding.
Met een via het rSAP-profiel met de universele telefoonvoorbereiding GSM III ver-
bonden mobiele telefoon bestaat de mogelijkheid een WLAN-netwerk in de wa-
gen te maken waarmee inzittenden met compatibel apparatuur via dit netwerk
verbinding met het internet kunnen maken.
WLAN-netwerk in-/uitschakelen
Lees eerst de informatie in de inleiding op pagina 121 en volg deze op.
Inschakelen
›
De mobiele telefoon via het rSAP-profiel met de universele telefoonvoorberei-
ding GSM III verbinden
» pagina
117.
›
In het menu Telefoon het menupunt WLAN selecteren.
Op het display verschijnt de melding WLAN inschakelen?
›
Het menupunt Ja selecteren.
Indien automatisch geen toegangspunt
tig volgens de aanwijzingen van de telefoonprovider te worden ingegeven, bij-
voorbeeld "Internet".
Als het WLAN-netwerk is ingeschakeld, verschijnt op het display bijvoorbeeld de
volgende melding: WLAN SK_WLAN 1234 ingeschakeld.
Vervolgens verschijnt op het display een password voor de WLAN-netwerkverbin-
ding. Later kan het password in het menu Telefoon - WLAN - Password - Weer-
geven worden gevonden.
1)
De naam van het toegangspunt wordt door de telefoonprovider gedefinieerd.
wordt toegewezen, dient deze handma-
1)
Indien er geen dataverbinding via WLAN beschikbaar is, verschijnt op het display
de melding Dataverbinding niet beschikbaar.. Dit kan bijvoorbeeld door een zwak
GSM-signaal worden veroorzaakt. Probeer opnieuw verbinding te maken op een
plaats met een sterker ontvangstsignaal.
Uitschakelen
›
In het menu Mobiele telefoon het menupunt WLAN - Uit selecteren.
121
Op het display verschijnt de melding WLAN uitschakelen?
121
›
Het menupunt OK selecteren.
122
Op het display verschijnt de melding WLAN uitgeschakeld.
Extern apparaat met het WLAN-netwerk verbinden
Lees eerst de informatie in de inleiding op pagina 121 en volg deze op.
Via WLAN-netwerkzoeken verbinden
›
Het WLAN-netwerk inschakelen
›
Het te verbinden apparaat naar beschikbare WLAN-netwerken (Wi-Fi) laten zoe-
ken - zie instructieboekje van het aan te sluiten apparaat.
›
In het menu van gevonden netwerken de verbinding met het betreffende
WLAN-netwerk selecteren (bijvoorbeeld. WLAN SK_WLAN 1234).
Indien in het menu Mobiele telefoon - WLAN - Instellingen - Versleuteling het
menupunt WPA2 is ingesteld, moet in het aan te sluiten apparaat het bij het in-
schakelen van WLAN weergegeven password worden ingevoerd. Het password
kan in het menu Mobiele telefoon - WLAN - Password - Weergeven worden ge-
vonden.
Indien in het menu Mobiele telefoon - WLAN - Instellingen - Versleuteling het
menupunt Open is ingesteld, wordt automatisch verbinding gemaakt.
Via WPS (dienst voor een eenvoudige verbinding) verbinden
›
Het WLAN-netwerk inschakelen
›
In het instrumentenpaneel het menu Mobiele telefoon - WLAN - WPS config.
openen.
›
Op het te verbinden apparaat de WPS verbinding selecteren - zie instructie-
boekje van het te verbinden apparaat.
» pagina
121, WLAN-netwerk in-/uitschakelen.
» pagina
121, WLAN-netwerk in-/uitschakelen.
Communicatie en multimedia
121