Stoelbekleding
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 200 en volg deze op.
Elektrisch verwarmde stoelen
De stoelbekleding niet vochtig reinigen, omdat dit tot beschadiging van het
stoelverwarmingssysteem kan leiden.
Voor het reinigen van de bekleding speciaal hiervoor bestemde reinigingsmidde-
len, bijvoorbeeld droogschuim en dergelijke, gebruiken.
Stoelen zonder stoelverwarming
De stoelbekleding vóór het reinigen grondig met een stofzuiger zuigen.
De stoelbekleding met een vochtige doek of met speciaal hiervoor bestemde rei-
nigingsmiddelen reinigen.
Ingedrukte plaatsen die in de bekleding ontstaan door dagelijks gebruik kunnen
met een licht vochtige borstel door tegen de vleug in te borstelen worden verwij-
derd.
Altijd volledige bekledingdelen behandelen, zodat geen zichtbare randen ont-
staan. Vervolgens de stoel volledig laten drogen.
VOORZICHTIG
Stof van de stoelbekleding regelmatig met een stofzuiger opzuigen.
■
Elektrisch verwarmde stoelen mogen na het reinigen niet door het inschakelen
■
van de verwarming worden gedroogd.
Niet op natte stoelen gaan zitten - gevaar voor vervorming van de bekleding.
■
De stoelen altijd "van naad tot naad" reinigen.
■
Veiligheidsgordels
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 200 en volg deze op.
De gordelband moet schoon worden gehouden!
Vervuilde veiligheidsgordels met een milde zeeoplossing schoonmaken.
Grof vuil met een zachte borstel verwijderen.
Een vervuilde veiligheidsgordel kan de werking van de gordeloprolautomaat ne-
gatief beïnvloeden.
202
Raadgevingen voor het gebruik
ATTENTIE
De veiligheidsgordels mogen voor het schoonmaken niet worden uitge-
■
bouwd.
Veiligheidsgordels nooit chemisch reinigen omdat chemische reinigingsmid-
■
delen het materiaal kunnen beschadigen.
De veiligheidsgordels mogen niet met bijtende vloeistoffen (zuren en derge-
■
lijke) in contact komen.
De staat van de veiligheidsgordels regelmatig controleren. Als beschadigin-
■
gen van de veiligheidsgordel, de gordelverbindingen, de gordeloprolautomaat
of het slot worden vastgesteld, moet de betreffende veiligheidsgordel door
een erkend reparateur worden vervangen.
De gordels moeten volledig droog zijn voordat ze worden opgerold.
■
Aanpassingen, reparaties en technische wijzigingen
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
ŠKODA Servicepartner
Spoilers
Airbags
Bij het uitvoeren van aanpassingen, reparaties of technische wijzigingen aan uw
wagen dienen de aanwijzingen en richtlijnen van ŠKODA AUTO a.s. in acht te wor-
den genomen.
De richtlijnen en aanwijzingen worden nageleefd in het belang van de verkeers-
veiligheid en de goede technische toestand van uw wagen. De wagen voldoet
ook na het uitvoeren van de aanpassingen, reparaties en technische wijzigingen
aan de wettelijke typegoedkeuring.
Vóór de aanschaf van accessoires, onderdelen of het uitvoeren van aanpassingen,
reparaties of technische wijzigingen aan uw wagen dient altijd advies te worden
ingewonnen bij een ŠKODA Partner
» pagina
203.
203
203
204