Airbags
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 202 en volg deze op.
De systeemcomponenten van het airbagsysteem kunnen zich in de voorbumper,
in de portieren, voorstoelen, in de hemelbekleding of in de carrosserie bevinden.
ATTENTIE
Alle werkzaamheden aan het airbagsysteem evenals het in- en uitbouwen
van onderdelen van het systeem vanwege andere reparatiewerkzaamheden
(bijvoorbeeld het stuurwiel uitbouwen) mogen alleen door een erkend repa-
rateur worden uitgevoerd.
Aanpassingen, reparaties en technische wijzigingen die ondeskundig zijn
■
uitgevoerd, kunnen schade en functiestoringen veroorzaken en de werking
van het airbagsysteem negatief beïnvloeden - gevaar voor ongevallen en
zware verwondingen!
Als de airbag is geactiveerd, moet het airbagsysteem worden vervangen.
■
Airbagmodules kunnen niet worden gerepareerd.
ATTENTIE
De volgende aanwijzingen moeten voor een juiste omgang met het airbagsys-
teem worden opgevolgd.
Het is niet toegestaan wijzigingen aan te brengen aan de afzonderlijke de-
■
len van het airbagsysteem, omdat dit tot activeren van een airbag kan leiden.
Nooit uit oude wagens uitgebouwde of uit de recycling voortkomende airba-
■
gonderdelen in de wagen inbouwen.
Nooit beschadigde airbagdelen in de wagen inbouwen. Dat kan tot gevolg
■
hebben dat de airbags in geval van een aanrijding niet juist of helemaal niet
werken.
Aan de delen van het airbagsysteem mag geen enkele verandering worden
■
aangebracht.
ATTENTIE
Een wijziging aan de wielophanging van de wagen inclusief het gebruik van
■
niet toegelaten velg-bandcombinaties kan de werking van het airbagsysteem
veranderen - gevaar voor ongevallen en zware verwondingen!
Nooit wijzigingen aan de voorbumper of aan de carrosserie aanbrengen.
■
204
Raadgevingen voor het gebruik
ATTENTIE
Het airbagregelapparaat werkt met de druksensoren die in de voorportieren
zijn aangebracht. Daarom mogen zowel aan de portieren als aan de portierbe-
kledingen geen aanpassingen (bijvoorbeeld inbouwen van extra luidsprekers)
worden uitgevoerd. De hierbij ontstane beschadigingen kunnen de werking
van het airbagsysteem in negatieve zin beïnvloeden. Alle werkzaamheden aan
de voorportieren en de portierbekleding mogen alleen door een erkend repa-
rateur worden uitgevoerd. De volgende aanwijzingen moeten worden opge-
volgd.
Nooit met een weggenomen portierbekleding rijden.
■
Nooit met de wagen rijden als onderdelen van de portierbekleding zijn ver-
■
wijderd en de hierdoor ontstane openingen niet correct zijn afgesloten.
Nooit rijden als de luidsprekers in de portieren werden verwijderd, tenzij de
■
luidsprekeruitsparingen op de juiste wijze werden afgesloten.
Altijd controleren of de openingen goed zijn afgedekt of zijn opgevuld als er
■
extra luidsprekers of andere uitrustingsdelen in de portierbekleding worden
ingebouwd.