Gebruik van kinderzitjes op de bijrijdersstoel
Nooit een naar achteren gericht kinderveiligheidssysteem op een stoel aanbren-
gen die door een zich hiervoor bevindende ingeschakelde airbag wordt beveiligd.
Het kind kan hierdoor zwaar tot dodelijk letsel oplopen.
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 190 en volg deze op.
Wij adviseren om veiligheidsredenen kinderzitjes zo veel mogelijk op een zit-
plaats achterin te monteren.
Bij gebruik van een kinderzitje op de bijrijdersstoel, moeten de volgende aanwij-
zingen worden opgevolgd.
›
Bij gebruik van een naar achteren gericht kinderzitje op de bijrijdersstoel, moet
de bijrijdersvoorairbag beslist buiten werking worden
›
De bijrijdersstoelleuning zo mogelijk verticaal zetten, zodat tussen bijrijders-
stoel en leuning van het kinderzitje een stabiel contact bestaat.
›
De bijrijdersstoel zo mogelijk naar achteren verschuiven, zodat geen contact be-
staat tussen de bijrijdersstoel en het daarachter aangebrachte kinderzitje.
›
Bij kinderzitjes van de groepen 2 resp. 3 dient erop te worden gelet dat de door-
voerplaat aan de hoofdsteun van het kinderzitje zich voor of op gelijke hoogte
bevindt met de doorvoerplaat op de B-stijl aan bijrijderszijde.
›
De in hoogte verstelbare bijrijdersstoel zo ver mogelijk omhoog zetten.
›
De veiligheidsgordel van de bijrijdersstoel zo ver mogelijk naar boven verstellen.
›
Het kinderzitje op de stoel monteren en het kind in het kinderzitje bevestigen
overeenkomstig de handleiding van de fabrikant van het kinderzitje.
Afbeelding 160
Sticker op de B-stijl aan bijrij-
derszijde
gesteld»
.
ATTENTIE
Bij gebruik van een naar achteren gericht kinderzitje op de bijrijdersstoel,
■
moet de bijrijdersvoorairbag beslist buiten werking worden gesteld
188, Airbags buiten werking stellen.
Bij ingeschakelde bijrijdersvoorairbag op de bijrijdersstoel nooit een naar
■
achteren gericht kinderzitje gebruiken. Dit kinderzitje bevindt zich in het ge-
bied waar de bijrijdersvoorairbag naar buiten komt. De airbag kan bij active-
ring het kind zwaar of zelfs levensgevaarlijk verwonden.
Op dit feit wordt geattendeerd door de sticker op de B-stijl aan bijrijderszij-
■
de
» Afbeelding
160. De sticker is zichtbaar na het openen van het bijrijder-
sportier. Voor sommige landen is de sticker ook op de zonneklep aan bijrij-
derszijde aangebracht.
Bij kinderzitjes van de groepen 2 resp. 3 dient erop te worden gelet dat de
■
doorvoerplaat aan de hoofdsteun van het kinderzitje zich voor of op gelijke
hoogte bevindt met de doorvoerplaat op de B-stijl aan bijrijderszijde.
Zodra het naar achteren gerichte kinderzitje op de bijrijdersstoel niet meer
■
wordt gebruikt, dient de bijrijdersvoorairbag weer in paraatheid te worden ge-
bracht.
» pagina
191
Veilig vervoer van kinderen