HULP- EN CORRECTIESYSTEMEN TIJDENS HET RIJDEN
Noodstopbekrachtiging
Dit systeem is een aanvulling op het ABS dat
zorgt voor het verminderen van de remweg
van de auto.
De werking van het systeem
Het systeem herkent wanneer er een nood-
stop wordt uitgevoerd. In dit geval ontwikkelt
het remsysteem onmiddellijk de maximale
kracht en kan het ABS-systeem in werking
treden.
Het ABS-remsysteem blijft werken zolang
het rempedaal ingedrukt is.
Remlichten gaan aan
Afhankelijk van de auto kunnen deze knip-
peren bij krachtig afremmen.
Remanticipatie
Afhankelijk van de auto anticipeert het sys-
teem, als u snel het gaspedaal loslaat, op
het remmen om de remweg te verminderen.
Bijzondere gevallen
Tijdens het gebruik van de snelheidsrege-
laar:
– als u het gaspedaal gebruikt, kan het sys-
teem in werking komen als u het pedaal
loslaat;
– als u het gaspedaal niet gebruikt, wordt
het systeem niet geactiveerd.
storingen
Als het systeem een storing signaleert, ver-
schijnt het bericht "Controleer remsysteem"
op het instrumentenpaneel, in combinatie
met het waarschuwingslampje
Ga naar een merkdealer.
(4/8)
Deze functies zijn extra hulp-
middelen in kritieke situaties
waarbij het rijgedrag van de
auto aangepast wordt.
©
.
Deze functies kunnen de taak van de
bestuurder niet overnemen. De limieten
van de auto blijven onveranderd; ga
daarom dus niet harder rijden. Deze
functies kunnen dus in geen geval de
oplettendheid of de verantwoordelijkheid
van de bestuurder overnemen; de be-
stuurder moet altijd alert zijn op plotse-
linge gebeurtenissen die zich tijdens het
rijden kunnen voordoen.
2.51