HULP- EN CORRECTIESYSTEMEN TIJDENS HET RIJDEN
storingen
Wanneer het systeem een storing detec-
teert, verschijnt het bericht "Controleer ESC"
op het instrumentenpaneel en lichten de
©
waarschuwingslampjes
op. In dit geval zijn het ESC en de tractie-
controle uitgeschakeld.
Ga naar een merkdealer.
2.50
en
1
Uitschakelen van de
tractiecontrolefunctie
In sommige situaties (rijden op een heel
zachte ondergrond: bv. sneeuw, modder of
rijden met sneeuwkettingen), kan het sys-
teem de kracht van de motor verminde-
ren om het doorslippen te beperken. Als u
dit niet wenst, kan de functie uitgeschakeld
worden door de schakelaar 1 in te drukken.
In dit geval brandt het waarschuwingslampje
continu op het instrumentenpaneel,
met het bericht ESC uitgeschakeld. Deze
actie schakelt niet hetESCuit.
(3/8)
Omdat de tractiecontrole extra veiligheid
geeft, raden wij u af te rijden met deze func-
tie uitgeschakeld. Herstel de werking van
deze functie zo snel mogelijk door weer op
schakelaar 1 te drukken.
NB: de functie wordt automatisch weer inge-
schakeld bij het aanzetten van het contact
van de auto, of zodra deze sneller rijdt dan
ongeveer 50 km/u.