10-12
Verzorging van het voertuig
WAARSCHUWING
Verwarmings- en radiateurs-
langen en andere motoronder-
delen kunnen erg heet zijn. Raak
deze niet aan. Bij aanraking kunt
u zich verbranden.
Start de auto niet in geval van
lekkage. Als u de motor toch start,
kan alle koelvloeistof verloren
gaan. Hierdoor kan een motor-
brand ontstaan en kunt u zich
verbranden. Zorg ervoor dat
eventuele lekken zijn gerepareerd
voordat u met het voertuig gaat
rijden.
Als er geen lek wordt gevonden,
controleer dan met ingeschakelde
motor of de koelventilatoren
draaien. Indien de motor oververhit
is, moeten de ventilatoren draaien.
Als dat niet het geval is, moet de
auto voor onderhoud naar de
garage. Schakel de auto uit.
Koelsysteem (hoogspan-
ningsaccu)
Terwijl de auto rijdt en ook tijdens
het laden, worden de cellen van de
hoogspanningsaccu in de auto
binnen een normaal bedrijfstempe-
ratuurbereik gehouden. Als de
temperatuur boven deze tempera-
tuur stijgt, zet het accukoelsysteem
de aircocompressor aan en wordt
de koelvloeistof gekoeld totdat de
juiste temperatuur is bereikt. Als de
temperatuur onder deze tempera-
tuur daalt, verwarmt een hoogspan-
ningsverwarming in de accu de
koelvloeistof totdat de juiste tempe-
ratuur is bereikt.
Te gebruiken middelen
Het koelvloeistofreservoir van de
hoogspanningsaccu in de auto is
gevuld met een 50:50-mengsel van
DEX-COOL
motorkoelvloeistof en
gedeïoniseerd water. Als dit
mengsel wordt gebruikt, hoeft u niet
meer toe te voegen.
De koelvloeistof moet volgens de
voorgeschreven intervallen worden
ververst. Zie Periodiek onderhoud
op pagina 11 2.
Koelvloeistof controleren
Als het koelvloeistofpeil wordt
gecontroleerd, moet het voertuig
moet op een vlakke ondergrond
staan.
Het koelvloeistofreservoir van de
hoogspanningsaccu bevindt zich in
de motorruimte. Zie Overzicht
motorruimte op pagina 10 5.