10-4
Verzorging van het voertuig
3. Ga naar de voorkant van de auto
en zoek de secundaire ontgren-
delhendel midden onder de
voorkant van de motorkap op.
Duw de secundaire motorka-
pontgrendelhendel naar rechts
om los te maken.
4. Til de motorkap omhoog en
maak de motorkapsteun los van
de houder boven de radiateur-
steun. Plaats de steun stevig in
de houder met gleuf in de
motorkap.
Sluiten van de motorkap:
1. Controleer of alle vuldoppen
naar behoren zijn aangebracht
alvorens de motorkap te sluiten.
Til de motorkap vervolgens
omhoog om de druk op de
motorkapsteun te ontlasten.
2. Verwijder de motorkapsteun uit
de houder met gleuf in de
motorkap en plaats hem terug in
de houder boven de radiateur-
steun. De steun moet op zijn
plaats vastklikken wanneer hij in
de houder wordt teruggeplaatst
om schade aan de motorkap te
voorkomen.
3. Laat de motorkap 20 cm (8 inch)
zakken boven de auto en laat
hem los zodat hij volledig wordt
vergrendeld. Controleer of de
motorkap stevig gesloten is.
Herhaal dit zo nodig.