9-28
Rijden en bedienen
TCS kan worden uitgeschakeld door
de knop TCS/ESC in de dakconsole
kort in te drukken. Als TCS is uitge-
schakeld, gaat
branden en wordt
het bijbehorende DIC-bericht ook
weergegeven. Zie Berichten van het
rijregelsysteem op pagina 5 50. Met
TCS uitgeschakeld beperkt het
systeem het doorslippen van de
wielen niet. De rijstijl moet dienover-
eenkomstig worden aangepast. Zie
Lampje voor tractie uit op
pagina 5 22.
Druk de TCS/ESC-knop opnieuw
kort in om het systeem opnieuw in
te schakelen.
Het kan nodig zijn om het systeem
uit te schakelen als de auto
vastraakt in zand, modder of
sneeuw en u de auto snel heen en
weer moet rijden om de auto los te
krijgen. Zie Als de auto vastgeraakt
is op pagina 9 5.
Het toevoegen van accessoires die
niet van GM zijn, kan de prestaties
van de auto beïnvloeden. Zie
Accessoires en wijzigingen op
pagina 10 2.
Elektronische stabiliteits-
regeling (ESC)
De auto is uitgerust met Elektroni-
sche stabiliteitsregeling (ESC) die
StabiliTrak wordt genoemd. Dit is
een geavanceerd computergestuurd
systeem dat helpt de richting van de
auto onder moeilijke rijomstandig-
heden te regelen.
StabiliTrak wordt automatisch
ingeschakeld, zodra de auto wordt
ingeschakeld. Om te kunnen helpen
de richting van het voertuig te
regelen, moet het systeem altijd
blijven aanstaan.
Het is mogelijk dat u het systeem
hoort of voelt wanneer het werkt,
maar dat is normaal.
StabiliTrak wordt geactiveerd
wanneer de computer een verschil
detecteert tussen de weg die u van
plan was te nemen en de richting
die het voertuig in werkelijkheid
uitrijdt. StabiliTrak past selectief
remkracht toe op de remmen van de
auto en helpt de auto in de
gewenste richting te sturen.
Wanneer de auto wordt gestart en
begint te rijden, voert het systeem
verschillende diagnosecontroles uit
om te controleren of er geen
problemen zijn. Het is mogelijk dat u
het systeem hoort of voelt wanneer
het werkt. Dit is normaal en duidt
niet op een probleem met de auto.
Het systeem moet ingeschakeld zijn
voordat de auto een snelheid van
32 km/h (20 mph) bereikt. In
sommige gevallen kan het ongeveer
3,2 km (2 mi) duren voordat het
systeem gestart wordt.
Als StabiliTrak wordt geactiveerd,
knippert
op de instrumenten-
groep. Dit gebeurt ook wanneer de
tractieregeling ingeschakeld wordt.