• Phase Polarity (polariteit van fase): De polariteit van de fase van de
pulsen die het CCM™-signaal vormen, kan met de OMNI Smart
Programmer-applicatie op 'Positive' (positief) of 'Negative' (negatief)
worden geprogrammeerd. Wanneer de polariteit van PHASE 1 (fase 1) op
één waarde wordt ingesteld, wordt de polariteit van PHASE 2 (fase 2)
automatisch op de tegenovergestelde waarde ingesteld.
9.5.3 Balancerende fase
De afgifte van elke CCM™-pulstrein wordt afgerond met een balancerende fase,
die eventuele resterende polarisatie bij het raakvlak van de elektrode en het
weefsel ontlaadt. Het balanceren vindt plaats door de kanalen die worden gebruikt
om het CCM™-signaal af te geven, gedurende een periode van 40 ms kort te
sluiten.
9.5.4 Interactie van parameters
Om te voorkomen dat foutieve voorvallen worden gedetecteerd, moet het
CCM™-signaal volledig binnen de rechteratriale en rechterventriculaire refractaire
periode worden afgegeven. Vóór het einde van deze refractaire perioden wordt
een 86 ms lang ruisvenster geactiveerd om externe storing te detecteren. Daarom
moet de afgifte van CCM™-signalen worden voltooid voordat het ruisvenster
wordt geopend. Dit wordt bewerkstelligd door de volgende beperking in acht
te nemen:
• De som van de waarden Alert Start (begin van waarschuwing), Alert Width
(breedte van waarschuwing), CCM Delay (CCM-vertraging) en CCM
Train Total Duration (totale duur van CCM-trein) moet kleiner zijn dan
het laagste van de twee volgende waarden: rechteratriale refractaire
periode, rechterventriculaire refractaire periode min 86 ms.
Als het V-kanaal wordt gebruikt voor de afgifte van CCM™-signalen, moet ook
de balancerende fase worden voltooid voordat het ruisvenster begint. Dit kan
worden bewerkstelligd door de volgende beperking op te leggen:
• Als het V-kanaal voor de afgifte van CCM
moet de som van de waarden Alert Start (begin van waarschuwing),
Alert Width (breedte van waarschuwing), CCM Delay (CCM-vertraging),
CCM
Train Total Duration (totale duur van CCM
TM
Balancing Phase (balancerende fase) (40 ms) kleiner zijn dan het laagste
van de twee volgende waarden: rechteratriale refractaire periode,
rechterventriculaire refractaire periode min 86 ms.
32
-signalen wordt gebruikt,
TM
-trein) en
TM