Q Quick Control voor opnamefuncties
U kunt de opnamefuncties die worden weergegeven op het LCD-scherm,
rechtstreeks selecteren en instellen met intuïtieve handelingen. Dit heet
Quick Control.
De algemene bedieningsprocedures zijn hetzelfde voor het scherm Snel
instellen (pag. 88) en het scherm Aangepast snel instellen (pag. 510).
<A> modus
In de modus <A> in het scherm Snel instellen kunt u alleen
[Opn.functie/kaart selectie], [Beeldkwalit.] en [Transportmodus]
instellen.
U kunt ook op het scherm tikken voor Quick Control-instellingen
(pag. 70).
64
Druk op de knop <Q>
1
Het scherm Snel instellen wordt
weergegeven.
Stel de gewenste functies in.
2
Gebruik <9> om een functie te
selecteren.
De instelling van de geselecteerde
functie wordt weergegeven.
Draai het instelwiel <5> of <6>
om de instelling te wijzigen.
<d>, <s>, <f>, <a>,
<F> modus
Maak de opname.
3
Druk de ontspanknop helemaal in om
de opname te maken.
De opname wordt weergegeven.
.
(
)
7